de helder e het mem ediep. vreemde arbeiders. ft 3 S Z 33 1T D M K I 1T C-* TWEE1IB JAAKfilSC. N«. 17. vxiGEN H E T r I)it Weekblad wordt eiken Manndng-morgen nilgegeven bij C. BAKKER Bz., te Nieuwe Diep. De prijs is 80 Cts. in de drie maanden en voor Ua buitensteden franco 2>cr post 90 cents. Men abonneert zich bij de Boekhandelaren en Postkan toren zijner woonplaats. 11 A A K D A G 1844. ADYERTENTIEN gelieve men ongezegeld aan den lil gever in te zenden, uiterlijk Zaterdags des middags ten 12 ure de prijs van 1 tot '1 regels is 60 centen voor eiken regel meer. 15 centen behalve 35 centen zegelregt voor elke plaatsing. 22 APRIL. BURGEMEESTER en ASSESSOREN van hel ressort Helder, nraken hij deze, naar aanleiding eener ontvangene Circulaire van HEd. Groot Aclitb. de Gedeputeerde Staten dezer Pro vincie aan de Ingezetenen bekend dat in den loop dezer week alhier eene algemeene Collecte zal worden gehouden ten behoeve der 60 a 70 huisgezinnen welke ten gevolge van den hevigen brand, welke in den nacht van 12 en 13 dezer te Aalsmeer heeft gewoed van have en goed zijn beroofd. Helder 21 April 1S44. Burgemeester en Assessoren voornoemd J. i w V VELT. Ter ordonnantie van dezelve J. SCHOON, Secrets. Het is bekend, dat jaarlijks een groot aantal vreemdelingen biertelande werk zoeken en vinden. Eensdeels zijn liet turf gravers, maaijers, hooijers, die enkel konten, om den aller- zwaarsten handenarbeid 1e verriglen en dan huiswaarts te keoren. Anderdeels zijn het timmer- en andere ambachts lieden die of naar de instellingen van hun land om het meesterschap te verkrijgen, bewijzen moeten overleggen van elders ter leer te heisben gegaan of bloot komen om in den drukken tijd liandena.rbeid te verriglen. Het aantal dier vreemdelingen wordt door sommigen op 50,000 jaarlijks begrootelders wordt het aantal vreemde maaijers alleen naar officiële grondslagen, op 100,000 berekend. Hoe de groote tegenstrijdigheden optelossen, die zich hier aan ons voordoen Er is te veel werk v oor den inlander zou men geneigd zijn te verklarenwant van waar anders die toevloed van vreemden die met goed gevolg bier werk zoeken? Hier is werk te veel en zijn handen te weinig, dit lijdt gecne tegenspraak" (wordt gezegd in eene voordrag! van een lid van het Staatsbewind omtrent het armwezen en de bedelarijgedaan in 1803) want waarom komen er anders jaarlijkszonder te noemen die hier altijd blijven zooveel vreemdelingen om onze akkers te beploegenonze fabrijken en tratijken te bewerkenom onze scheepvaart en marine van matrozen en onze koloniën en militie san V" soldaten te voorzien Er is werk te weinighoort men van den anderen kant zeggen want van waar anders de klagten van zoovele be- hoefligen die vergeefs werk zoeken De toevloed van vreemden die als het ware eene vaste plaats bij onzen arbeid hebben ingenomen wordt wel eens uitgelegd uit onzen voormaügen bloejenden handel. Ons land (wordt in de gemelde voordragt aan het Staatsbewind gezegd) door de weelde van andere lauden die behoefti- gen teweegbrengtwasuithoofde zijner liggiHg aan de groote rivieren en tussclien het zuiden en noorden van Euro pa best geschikt tot de commercie en daardoor tot da scheepvaartal dit werk vereischte meer handen dan ons land naarmate van deszelfs uitgestrektheid kon leveren. Hier bij kwamen deszelfs buitenlandsche bezittingen. Er was du» meer werkdan onze ingezetenen afkondenzij kozen dus datgeenhetwelk het voordeeligst was en hun het besten digst den kost bezorgde. Het mindere zwaardere en tem- poraire werk moeit dus of overblijven of door vreemden verrigt worden. Deze vreemden doen ons alsdan eene groote dienst, en bewijzen, dat wij nog diverse werk kunnen ont beren voordat onze ingezetenen behoeven ledig te loopen of in andere landen werk te zoeken; de balans van voordeel blijft alsdan aan onze zijde een vreemdeling doet voor ons werk voor minder geld, terwijl wij bezig zijn werk te doen, waaraan wij meer verdienen kunnen." Zou cok bij het niet meer bestaan van den overvloed van werk die in de bloeijenste tijden van het vaderland gezegd wordt aanleiding te hebben gegeven tot de overname van zekere soorten van arbeid door vreemdelingen die toevloed van vreemden moeten beperkt worden Wanneer (leest men in de gemelde voordragt na de laatst aangehaalde woor den) verliezen wij die voordeelic»f»Iaffiinsr?; ik geloof da wanneer de vreemden ons wejtVdoen y ën 1 loopen wanneer zij de onzen /baderkruipen." onzen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1844 | | pagina 1