BAL EN DANSPARTIJ
11IIZIJK IN TIVOLI,
51 b v e v t e ti t i c n.
PUBLIEKE VERKOOPING.
IlïBOiDEL,
^eischnvin Er is een ellendeling die mij den diepsten smaad heeft
aangedaan die een mensch slecht overkomen kan. Ik moet gewroken
worden." «Zijn naam? noem hem mij en ik zweer bij mijnen ridder
lijken degen...." »Zijn naam? voor het oogenblik is het u niet 1100-
digdoch binnen eene maand wanneer gij uwe krachten volledig hebt
terug bekomen kom dan met het aanbreken van den dag op de bij de
burg van Hvenel gelegene woudvlakte daar zult gij hem vernemen.
Doe u door eenen secondant vergezellen en breng uwe beste wapenen
mede als tot eenen beslissenden kamphij zal desgelijks doen. Zult gij
heden over eene maand ter aangewezen plaats verschijnen?" «Ik zal
komen op mijne riddereer."»Nu, leef dan wel, en moge de He
mel de goede zaak en harer verdediger beschermer!" Daarop vertrok
de Normandijsche ridder zonder op den dank en de beloften van den
Engelschman acht te geven
Eene maand later bevonden Robert de Beauvoir en zijn wapengenoot
zich hij het aanbreken van den dag op de aangeduide plaats. Twee door
schildknapen vergezelde ridders wandelden insgelijks zwijgend langs de
oevers der rivier Piaine-Leuvre daar waar zij de Vire opneemt. Spoe
dig waren de tegenstanders elkander genaderd. Men bekortte de voorbe
reidselen zoo veel mogelijk en nadat men overeengekomen was dat Ro
bert en Burkert alleen tegen elkander kampen zouden werd aan de
strijders het perk geopend en het gevecht nam een aanvang, liet was
hardnekkig en de overwinning bleef lang onbeslist. Nadat zes lansen
gebrokende wapenrustingen beschidigdde helmen verbrijzeldde
pantsers van eengereten waren stegen de ridders van hunne van ver
moeidheid lieigende paaiden en begonnen den strijd op nieuw. Zij om
klemden elkander alsof zij de pantserhemden wilden verscheuren, en de
den hun best de weerlooze plaatsen aan de wapenrusting des tegenstanders
te ontdekken om er de punten hunner dolken in te boren. Eindelijk
gelukte het Robert zijnen dolk tusschen den pantserkraag van zijnen
tegenstander te wringen en drukte hem het geheele staal tot aan het
hecht in den gorgel. Levenloos zonk de Engelschman ter aarde terwijl
een stroom bloeds uit de wonde vloot.
Trotsch op zijne overwinning en zijne wraak stond Robert op onder
het uiten van eenen luiden zegekreettoen hij eensklaps verstijfde voor
eene geheimvolle verschijning die zich aan zijne blikken voordeed. De
beeldtenis zijner bruid zoo schoon als zij nog m zijne herinnering leefde
stond voor hem door glans en licht omstraaldmaar haar oog was dof
en tranen vloten neder over hare schoone leliewitte wangen. Robert
viel op de knieën zonder een enkel woord te kunnen uiten. Robert
Robertriep de verschijning hem met zachte en treurende stern toe
wat hebt gij gedaan geliefde Durfdet gij u tot Burkerts regter op
werpen had God u hevel gegeven mij te wreken? Weet gij niet dat
-r geschreven staat: Wee dengenen die doodt, wee dengenen die offert
aan den haat en de wraak De Heiland heeft bij zijnen dood tot voor
beeld en de leer der vergeving aan ons gegeven en dengenen gevloekt
die hem niet navolgt. Robert gij hebt eene groote misdaad gepleegd
doe boete en beween haar opdat God zich uwer erbarme."
De verschijning verdween van lieverlede terwijl zij hem herhaaldelijk
een vaarwel toefluisterde dat steeds zwakker werd hoe meer het beeld
verflaauwde tot eindelijk de nevelachtige omtrekken der gedaante geheel
uitgewisclit waren. Robert viel nu weder op Burkets lijkbesproeide
het met zijne tranen en trachte het in het leven terug te roepen doch
te vergeefs de Engelschman was overleden. Nadat de Normandijsche
ridder zijnen vijand de laatste eer bewezen had, deed hij afstand van den
roem der wereld. Hij nam in het klooster op den berg van St. Michel
het boetgewaad aan en had dagelijks voor de rust der ziele van den
door hem verslagene.
V o f r e sp o tl e n t e.
Aan dc Deer T. te Tielwordt het Weekblad geregeld afgezonden
indien zijn ZEd. het niet op zijn tijd ontvangt wordt ZEd. verzocht zijne
reclames aan het Postkantoor aldaar in te brengen.
De geëerde Redacties van dagbladen enz. die ons het genoegen aan
doen van stukken uit ons Mengelwerk over te nemen worden minzaam
verzocht de bron waaruit ze ontleend zijn op te geven waartoe wij
ons in geval van overname wederkeerig verpligten.
Hetlen verloste van een welgeschapen doch ilooden
ZOONG. D. BOER.
P, SCHUIJT Joh. zs.
Nieuwediep21 Mei 1844,
Men is van meeuing om op Donderdag den 30 Mei 1844,
des morgens om tien ure ten huize van Mevrouw de We
duwe MULDER aan het Nieuwediepdoor het Ministerie
van den Notaris J. SCHOONpubliek om Kontant Geld
te Verkoopen:
Eenen aanzienlijken en goed onderhouden
Bestaande in:
Mahonijhouten en andere TAFELSmet en zonder In
steekbladen Mahonijhouten en andere STOELEN een Ma
honijhouten LINNENKASJE Dito SPEELTAFELTJES hel
dere en groote SPIEGELS en SCHILDERIJEN; TAFEL
LAMPEN enz.
Sterke en goed onderhouden LEDIKANTEN.
Goed gevulde BEDDEN met DEKENS en verder BEDDE-
GOED.
KAGCIIELS met derzelver toebehooren.
Differente TAPIJTEN en KARPETTEN.
Voorts: VERLAKT- KOPER- TIN- BLIK- GLAS en
AARDEWERK en hetgeen verder tot eenen aanzienlijken
Inboedel behoort. En
Eindelijk: EenPLEIZIERJAGT, met deszelfs toebehooren.
MitsgadersOnderscheidene beste en goed onderhouden
JAGTGEWEEREN en verder JAGTGEREEDSCHAP.
De goederen zullen daags voor den Verkoopdag voor elk
ter bezigtiging worden gesteld.
De ondergeteekende gaarne willende voldoen aan het des
wegens menigvuldig gedane aanzoek heeft de eer ter ken-
nisse van hel publiek te brengen dat voortaan op den
eersten Dingsdag van iedere maand ten zijnen huize in
het koffijhuis de LINDEBOOM aan den Heider, publieke
verkooping van roerende goederen zal worden gehouden.
Heldsr, 25 Mei 1844.
C. BLOM.
Op PINKSTER-MAANDAG den 27sten Mei 1844, bij
II. BURGERS in het Amsterdamse/ie Veerhuis te Helder.
De ZAAL zal goed Verlicht en van een Welluidend
ORCHEST voorzien zijn. VRIJ ENTRÉÉ.
Op PINKSTER-MAANDAG, den 27slen Mei.
De Toegang voor een ieder VRIJ.
Alle degene welke iets te Vorderen hebben,
of Verschuldigd zijn aan J. B. SCHELLINGER.
Banket- en Koekbakker aan de Heldergelieve
hiervan opgave of betaling te doen voor de 31 Mei
1844, ten zijnen huize.
Uitgegeven bij C. BAKKER Bz. te NicwwcDicp.
Gedrukt bij G. GILTJES te Helder.