WEEKBLAD van den
HELDER EN üet NIEL'WEDIEP,
N°. 40.
bigen
3 2 Z 3 S M A 2 I 1T S.
PUBLICATIE.
VIERDE JAARGANG.
W. G°
Dit Weekblad wordt eiken Maandag-morgen
uitgegeven bij C. BAKKER Bz te Nieuwe Diep.
De Erijs is 80 Cts. in de drie maanden en voor
de buitensteden franco per post 90 cents. Men
abonneert zich bij de Boekhandelaren en Postkan
toren zijner woonplaats.
MAANDAG
ADYERTENTIEN gelieve men ongeregeld aan
den Uilgever in te zenden, uiterlijk Zaturdagsdes
middags ten 12 urede prijs van 1 tot 4 regels
is 60 centen voor eiken regel meer 15 centen
behalve 35 centen zegelregt voor elke plaatsing.
5 0CÏ0BEK.
De BURGEMEESTER der Gemeente Heldermaakt bij
deze ten gevolge eener daartoe bekomene kennisgeving van
den Heere Schout-bij-NachtDirecteur en Rommandant der
Marine alhier, aan de daarbij belanghebbenden bekend, dat
even als in vorige jaren, Tan af den 16 dezer tot en met den
15 April 1847 de Quarantaine zal worden gehouden
achter in het Nieuwediep bij het Nieuwe PTerkonder
toezigt van een' van Z. M. Kanonneerbooten en dat alle
vroegeie bepalingen opzigtelijk het stoppen of ankeren en
Quarantaine liggen in den mond van den havenvan Qua
rantaine Schepen van volle kracht blijvenen gemelde Sche
pen aldaar de eerste visitatie zullen moeten ondergaan na
welke visitatie de Visiteur der Quarantaine (indien er geene
bedenkingen bestaan) aan genoemde Schepen de vrijheid zal
verleenen om naar het Nieuwe Werk te varhalen of te
verzeilen doch ingeval er onverhoopt ziekte of besmetting
aanwezig of te vermoeden iszoodanige Schepen zal gelas
ten om in den mond des havens aan den Steenendam te
meeren alwaar zij gestreng zullen bewaakt worden, totdat
daaromtrent de orders van Hoogerhand zullen vernomen zijn.
Het zal echter aan Schepen welke slechts aan visitatie
zonder Quarantaine onderworpen zijn vrijstaan om de vi
sitatie op de Reede af te wachten indien het met hun be
lang in strijd isom in het Nieuwediep te komen.
De Burgemeester voornoemdherinnert bij deze alle
SchippersSloeplieden en anderen dat het aan geene Sloe
pen of Vaartuigen, onder welk voorwendsel ook, geoorloofd
is zich naar boord van Quarantaine Schepen ter adsislentie
als anderzints te begeven alvorens daartoe do noodige per
missie van den Heere Schout-bij-Nacht voornoemd of wel
zoo noodig een Quarantaine-wachter van het Wachtschip ter
surveillering te hebben bekomen en waarschuwt dien ten
gevolge elk en een iegelijk om zich bij voorkomende ge
legenheden dien overeenkomstig te gedragenten einde
zich voor de nadeelige en onaangename gevolgen te vrij
waren welke uil eene tegenstrijdige handelwijze noodzake
lijk zouden voortvloeijcn.
Helder 3 October 1846
De Burgemeester voornoemd
J. IK V E L T.
De Burgemeester der Gemeente Helderroept bij deze
opalle Miliciens-Verlofgangerswelke in deze Gemeente
verblijf houden met uitzondering van de nagenoemdenom
zich op Donderdag den 15 October 1S46 des morgens ten
elf ure voor het Raadhuis der Gemeente ter Inspectie te
laten vinden gekleed in de Uniform en voorzien van de
kleeding en equipementstukken welke aan dezelve bij het
vertrek van het korps zijn gelaten en verwittigd hen tevens,
dat bij afwezigheid, art. 183 der wet van 8 Januarij 1817
(Staatsblad No. 1.) zal worden toegepast.
Aan deze inspectie zullen geen deel behoeven te nemen
de verlofgangerswelkehoezeer ingelijfdlot op heden
tot geene actieve dienst zijn geroepen gewordenalsmede
de manschappenwelke hebben deel genomen aan de in de
afgeloopene maand September gehouden najaarsoefeningen.
Helder, 3 October 1846.
De Burgemeester voornoemd
J. ik 'T V E L T.
BUITENLANDSCHE BERIGTEN.
ITALIË.
ROME, 17 Sept. Een soldaat heeft onlangs den Paus
een brood aan geboden van zeer slechte hoedanigheid daar
bij voegendedat de galij-slaven nog beter brood alen.
Do H. Vader vraagde hem waarom hij zich niet deswege
tot zijne bevelhebbers had vervoegd en hij antwoordde
dat zij hem naar den fourrier hadden verzonden maar dat
deze hem grovelijk had afgescheept. Des andere daags liet
de Paus den minister van oorlog ontbieden en na eenige
oogenblikken onderhoud, verzocht hem Z. Heiligheid een ont
bijt van hem te willen aannemen en dadelijk daarop bragt
men een bord, waarop zich het brood des soldaats beiond.
De minister verbleekteen de Paus zeide hem toen met
hoogen ernst: «Waarom eet gij niet?... Gij vindt voorze
ker dit brood al te slecht, en intusschen is dit het brood,
hetwelk men mijnen soldaten geeftDo minister ant
woordde dat hij niets daarvan wistfnaar de^Paus antwoordde
hem «Maar ikik weet hetik weet -, dat de klagten van
den soldaat niet gehoord wordenomdat al \le officieren