(öcmcnijbc iacvtgtcti bof alhier heden uitspraak doet. De zaak heeft zich volgen- derwijze toegedragen. De getuigen in bovengemeld proces konden onderweg geen nachtverblijf op hunne reize herwaarts bekomen. Maria JViegerinck het ongelukkige slagtoffer die per as vervoerd moest worden kon geen rijtuig bekomen en zelfs een te Groenlo wonende voorman konten gevolge zijner vrees niets anders dan als daartoe gelast zijnde bewogen worden, haar naar herwaarts over te brengen. Aan dezen last vol daan hebbende, keerde hij naar de Velp terug, doch daar kon hij geen logement erlangen en was dusdes avonds laatnogmaals verphgtnaar hier terug tekeeren om huis vesting te bekomen. Zaturdag avond van hier weder naar hnis terugkeerende werden zij te Groenlo met eene hagel bui van steenen begroetdes nachts werden de glazen bij hem ingeworpen zoowel als bij andere getuigen bij som migen waarvan de dakpannen afgeworpen werden. De veld wachter en "erestsdienaar bekwamen evenzeer hun aandeel o O bij deze oproerigheden. Ook hier ter stede was de policio 11a afloop der zittingen genoodzaaktvoor de veiligheid van Maria fViegerinck te waken en haar onder geleide naar haar logement te brengen. BURGERLIJKEN STAND. Gehuwd J. de Vries van Leeuwen en J. H. Huijer. Bevallen E. Kwist geb. van Goudoever Z. T. Kindt geb. Poth, Z. C. Ageraa geb. Kooij Z. Overleden H. A. Meijer 69 j. M. A. J. Christoffels 3 j. E. Koowien 62 j. M. Elfring 65 j. D. J. Gieles 53 j. E. Buijs, 2 j. J. Beets, i j. De stad Krakau heelt bij hare inlijving in Oostenrijk ge- illumineerdeene gedwongen fraaijigheid zoo als er wel meer plaats hebben. De beij van Tunis doet kleine logtjes daags en is alzoo te Parijs aangekomen. Sint Ni- colaas en Nieuwjaars geschenken voor Dames worden aan geboden.Ziet mede het licht: kunst om kinderen te be derven. Er heeft eene onbarmhartige navolging plaats ge had van de fabel genaamd de wolf en het lam. Men verwacht eerlang eene Europesche geldcrisis. In de Yer. Staten heerscht gebrek aan geld anders zou men daar el kander doodschieten met papier houlschaafselbiezen vlas, linnen, gewcefd katoenwatten, turfmot, en wie weet met wat niet almen gelooft dat de krijg dan bloedig zou worden. In Berlijn dempt men den put nadat het kalf verzopen is, na den brand herstelt men de bluschmiddelen. FEUILLETON. VOLKSOPTELLING IN BELGIE. Inzameling der tabellen. Dezer dagen kwam een agent, vergezeld van eeu pompier, in eene kleine woning in de 4e sectie te Antwerpen om de tabel af te halen. Een klein meisje zat op den dorpel te spe len.Woont gij hier, liefje vroeg de agent.-Hel kleintje zag hem met verbaasde oogeu aan terwijl haar moud wel eene talie wijd open stond. Do agent herhaalde zijne vraag en toen kwam een lang, dralend ja, als legen wil en dank, uit baar mond. Ga roep dan vader eens zei de agent. Vader is naar zijn werk stamelde het meisje. Ga, roep moeder dan zei de agent. Moeder is uit wasschen was het antwoord. - Is er dan niemand te huis? Ja groot moeder is op den zolder bezig met het goed te droogen te han gen. - Welga roep grootmoeder dan; zeg dat het is voor dien brief van het reccnsementMet een sprong was het meisje op, en eer zij nog aan den trap was riep zij zoo luid als zij kon Grootmoeder, grootmoeder! daar zijn de man nen van het conseentemeent Er verliepen eenigc oogenblikken eer het meisje terugkwam toen zij eiudelijk weder beueden was, zeide zij Daar is grootmoeder al. Inderdaad de langzame tred der oude vrouw en het kraken der trappen kondigde hare aankomst aan. Toen zij bij den agent gekomen was, zei deze: Vrouwtje, wij komen.... ja ja viel de oude hem in de rede ik weet hel al ge komt om het conseentement maar ik kan u geen conseentement geven als mijn schoonzoon niet te huis is. Gij zult eens weerom moeten komen. Gij zijt mis, vrouwtje: 'tis niet voor het c onsent e menthet is voor het recensement dat we komen. - Eu nat is dat? Dit is van het papier, dat wij u voor eenige dagen gebragt hebben eu dat ge moet invullen. Ha, dat papier met at die schreefjes? Mijne doch ter heeft gezeid dal ze daar niets van verslaat en dat de schatters maar moeien komeu. Ja maarvrouwtje dat moet ingevuld worden anders wordt ge in de boete geslagen. En waartoe moet dat dienen Dat is zeker weeral voor de contributie? Neen neen, zijt niet vervaard, liet is maar om ie welen hoeveel volk er in het land is. En moet ik dat tellen? -Neen ge inoet er uwen naam maar op zetten en dien van heel uw huisgezin. Ga haal het papier eeus ik zal het voor u invullen. De goede vrouw giug binnen, eu kwam welhaast met de tabel terug. Daar zei ze daar heb je 't zie nu maar wat ge er meè doet ik kom er niet lus- scheu. De agent haalde een inktpot uit zijn zak legde de tabel op zijn hoed dien hij den pompier liet vasthouden hij doopte de pen iu de inkt, bezag de viouw, en zei: Wat is het nomincr van uw huis? Allo! allo! zei de vrouw, ik zie al wat het is ge wilt me hier wat komen voor den zot houên ge komt naar den welbekenden weg vragen, maar't zal niet pakken mannetje ik ken uwe streken! Dal zijn hier geen streken vrouwtje zei de agent eenigzins verstoord -er valt maar te antwoorden anders zullen we wel zien wat dat we te doen hebben. En waarom slaat de uoinnier dan boven de deur als gij hem binnen moet komen vragen Als ge hem wilt weten dan kunt ge er maar naar gaan zicu. Gij zult mij niet foppen Om het kort te maken, was de agent genoodzaaktden pom pier er naar te laten gaan zien. Toen het nominer opgeschre ven was, zeide hij 't Is uw zoon niet waar, die hel hoofd van 't huisgezin is Wat is dal! het hoofd van het huisge zin? vroeg de oude. Wel wie er meester is ie de baas is, is dat uw zoon niet? Ik heb geeu zoon 'tis mijn dochter die meester is en als die niet 'thuis is dan ben ik liet. Hoe heet uw schoonzoon De oude vrouw gaf den naam op waarna de agent vroeg hoe oud hij was. - Moet je dal ook al welen el hij is dag op dag zes jaar ouër als mijn dochter. Da's nog al aar dig he dat dat zoo precies zes jaarljes kan schillen. Dat zie je niet Teel. Maar hoe oud is uw dochter? üp den dag van Sint Nicolaas om half acht 's morgeuszal ze precies negen-en-lwintig jareu oud zijn. Ik weet het nog zoo goed als of het gisteren was: mijn oudste dochter had 's avonds te voren liaar schoen gezet, - ze is nu, och arme, bij den Heer, maar toen was ze nog maar iu haar zevende jaar. Ze had dan haar schoen gezet en was al heel vroeg opgestaan ja ge weet hoe dal de kindereu zijn om te gaan zien of cr niets iu lag. Ze kwam al zingende de trappen afgeloopen «Sint Ni- colaas, nobele baas, breng wat in mijn schoentje." Maar. maar viel de agent haar in de reden: maar ze liet hem niet. voort gaan. 'lis precies op dien oogenblik, dat ik de pijnen gewaar werd; mijne man zaliger sprtilig al gaauw op, eu liep zoo hard als hij kon naar den foeter maar eer dal hij cr mee aankwam was er onze Mie al. En dat zal met Sint Nicolaas juist negeu-en-twintig jaar geleden zijn. Zoo dat uw schoonzoon vijf-eu-dertig j" 'i oud is? Nog niet maar met Sint Nicolaas-dag zal h'j wordeu.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1846 | | pagina 3