WEEKBLAD
HELDER EN BET NIEUWE».
N°. 53.
VAN DES
cote
1848.
STAATKUNDIGE BESCHOUWINGENVERTOGEN enz. j
Antwoord aan den Heer Mr.
G. van Leeuwen.
SE92SB JAARS5AK®.
Dit YTeekblad wordt eiken Maandag-morgen
itgegeven bij C. BAKKER Ba te Nieuwe Diep.
De Prijs ia 80 Cts. in de drie maanden en Toor
de buitensteden franto per post 90 cents. Men
abonneert zich bij de Boekhandelaren en Postkan
teren aijner woonplaats.
1AAI$AÖ
ADYERTENTIEN gelieTe men ongeregeld aan
den Uitgever in te renden, uiterlijk Zaturdsgsdes
middags ten 12 ure de prijs van 1 tot 4 regels
is GO centen voor eiken regel meer 15 centen,
behalve 35 centen zegelregt voor elke plaatsing.
18 1 E S E K S E
In ons vorig nummer hebben wij een schrijven van den lieer Mr.G. van
Leeuwen opgenomen zonder eene enkele aanmerking er bij te voegen,
opdat ieder zelf naar eigen indruk daarover mogt oordeelen. Maar vrij
behielden ons stilzwijgend voor, om ook teil daarop te antwoorden.
De brief of het ingezonden stuk begint met de verklaring, dat de Heer
van Leeuwen niet wenschte benoemd te wordenmaar de kandidatuur
als een burgerpligt niét wilde weigeren.
Gewoon, om een eerlijk man op zijn woord te gelooven willen wij die
verklaring niet betwisten.
Ook is de dankbaarheid een te schoone deugd, dan dat wij eene enkele
aanmerking zouden maken op de dankbetuiging aan de Heercn Schoon
en Jjoomsma en de 438 kiesgeregtigdendie óf die kandidatuur bevor
derd, óf den lieer van Leeuwen gestemd hebben. Maar wanneer de Ilee-
ren Schoon en Jjoomsma in bet bijzonder bedankt worden, »dat zij zijn
»goedeo naam hebben gehandhaafd, toen dese door nameloos geschrijf in
«dit weekblad en andere dagbladen zoo al niet regtstreek3 aangerand dan
toch zijdelings verdacht werd dan moeten wij bier een oogenblik bij blij
ven stilstaan.
Wat in andere dagbladen is geschied wsten wij niet, en gaat ons ook
niet aan; maar wij noemen de beschuldiging, dat in dit blad den goe
den naam van den Heer van Leeuwen zou zijn aangerand, een leugen en
vrij tarten den Geer van Leeuwen een enkele regel in ons blad aan te
wijzen waarin wij anders dan met persoonlijke achting over hem hebben
gesproken, ofschoon wij zijne politieke beginselen bestreden; en wij ken
den ons in dit opzigt dan ook zoo volkomen zuiver, dat wij bij de opna
me van zijn stuk het oordeel volkomen vrij avn onze lezers lieten.
Geeft de Heer van Leeuwen onze vroegere nummers gelezen of velt hij
•en oordeel naar hetgeen anderen hem er van hebben verteld? In het
eerste geval vragen wij hem, waar is uw goede naam aangerand? In het
sndere geval raden wij Z. Ed. Acbtb. aan, eerst zelf te onderzoeken voor
hij openlijk een oordeel uitspreekt, dat eene beleediging behelst.
Door nameloos geschrijf iemands goeden naam aan te randen of ver
dacht te rmaken is lasterenen aan zulk misdrijf maakte zich dit week
blad nimmer schuldig. De redactie wier vrijzinnige geest genoeg door
blinkt, als zij dergelijke beschuldiging tegen baar zelve in haar blad op
neemt, beeft daarvan een ie groote afschuw, dan dat zij een duimbreed
plaats zou inruimen voor het bekladden van iemands goeden Daam.
De hoofdbedoeling van het schrijven van den Geer ton Leeuwen was
de wederlegging onzer stelling, dat Z. Ed. tegen de vrijhield van gods
dienst heelt gestemd.
Bedoelt de lieer van Lccuivcndat wij door die steil ng zijn goeden
naam bezwalkt hebben, dan twisten wij over woorden; maar dan is zijne
uitdrukking zeer ongepast; want wij begrijpen niet hoe iemands goeden
naam kan worden aangetast door bet zeggendat bij tegen de vrijheid
van godsdienst gestemd is. Dit is een staatkundig geschil, waarmede
de goede naam niets te maken beeft.
De Geer van Leeuwen bad ons mogen Terwijten, dat wij hem tets on-
regte zoodanige stemming verweten hadden en uit zijne redevoeringen in
de Staten-Generaal het tegendeel kunnen bewijzen; ea zoo bij die be
wijzen leverde ons onkunde of kwade trouw mogen verwijten, bij zou
ons nooit kunnen aanwrijven, dat wij zijn goeden naam hebben..verdacht
gemaakt.
Maar heeft nu de Geer van Leeuwen bewijs geleverd dat wij ten on-
regte die stemming aan hem toegeschreven hebben?
De Heer van Leeuwen beroept zich eerstelijk op een ieder, of hij in
zijn dagelijksch en huisseijk verkeer ooit op eer.igc partijdigheid betrapt
is; ten andere op lijn gedrag als officier van justitie tegenover de afge
scheidenen.
Op deze puuten zullen wij niet antwoorden.
Het huisselijk, verkeer van den Geer van Leeuwen mag geen dagb.nd
aaaraken. Yan den officier van justitie hcbbeD wij geon enkele keer ge
sproken. In die betrekking heeft het algemeen zijne welwillendheid en
zijne verdiensten op prijs weten te slelien.
YYij hebben alleen te maken met het oud iid der Staten-Generaalmet
den poiitieken van Leeuwen.
I)e Heer van Leeuwen Traagt dan verder, of zijn gedrag in de Staten-
Generaal zich ooit door vijandschap tegen sijne R. O. medeburgers heeft
gekenmerkt? YVij vragen: wie heeft ooit u van zoodanige vijandschap
beschuldigd? YYrij voorzeker niet. Gij schermt legen eene beschuldiging,
die nimmer, ten minste in dit blad, tegen u gorigt is, en uwe sla
gen vallen derhalven in de lucht en treffen niemand.
YYij hebben gezegd dat gij bel regt van placet hebt willen handhaven
en alzoo tegen de vrijheid van de R. G. godsdienst, dia dal regt, vooral
1 onder een prolestantsch vorst, niet dulden kan, gestemd hebt en dat er-
j kent gij. Gij zelf levert dus een voorbeeld, dat men tegen de vriitreid
I van godsdienst gestemd kan zijn, zonder daarom een vijand uwer S. C.
mede-burgers te wezen. YY at is vrijheid? Dat is Is handelen naaraigen
goeddunken en oordeel en die slechts daar de greos vindt, waar men d«
j regten der maatschappij stoort en aanrandt. lie vrijheid kent straffen,
!waar zij misbruikt wordt," zij kent gccne praevenlive maatregelen, om
vooraf de handeling te regelen. Men kan met een mes ieman I verwon
den. Zal men de regeriag, of een ander boven ons gesteld ectst moeten
I verklaren, waartoe men bet mes wil gebruiken, om een boek open Ie
snijden of eene boterham Ie smeren? Neen gij hebt het vrije gebruik,
maar zoo gij een ander er mede verwondt, zoo gij het misbruikt, zoo
Izult gij gestraft worden. Even zoo met de kerkelijke aanschrijvingen Toor
de Calholijken wier kerk zonder dergelijke aanschiijvingen-xiot denkbaar
is. Gij vraagt: wie kan in Hemels naam daar iets legen bebbibx, dat alle
algemcene aanschrijvingen eerst door den Slaat worden •mierzo'chl? YYie?
Ailen die eenig gevoel voor vrijheid hebben niet alleen Roorhsch-Citho-
lijken maar ook Protestanten. Lees de nantceji'ehing van Ds. Spijhti op
nit. 57 van het ontwerp van een gerevideerd algemeen reglement voor bet
bestuur der Hervormde kerk, en gij zult weien boe menig protestant èenk,t
over dien koninklijken commissaris die de synode -bijtkooni.
Yiijheid van godsdienst is zoowel voor piotestanten als voor cathoiijken