WEEKBLAD van des
HELDER es iiet NiELWEDiËP.
negexbe jmkgmq.
N°. 51.
«er -
185 i
Aflossing van schuld of verminde
ring van belasting.
Dit Weekblad wordt eiken Maandag-morgen
uitgegeten bij C. BAKKEK Bz.te Nieuwcdiep.
De prijs is 80 cents in de drie maanden en \oor
de buitensteden franco per post 90 cents. Men
abonneert zich bij de Boekhandelaren en Postkan
toren zijner woonplaats
M X A X 8» A
ADVEIITENTIEM gelieve men ongezegeld aau
den Uitgever in te zeildenuiterlijk Zalurdags des
middags ten 12 ure; de prijs van 1 tol 4 regels
is 60 centen, voor eiker, regel meer 15 centen,
behalve 35 centen zegelregl voor elke plaatsing.
15 D E C E M lï E R.
STAATKUNDIGE BESCHOUWINGEN, VEKTOOGEN jsnz.
In de zitting van den 17 November, bij de algemeene beraad
slaging over de begrootinggaf de Heer van Wijlick in de Twee
de Kamer te kennen, dat bij de batige saldo's der vorige jaren
liever niet tot schulddelging zag aangewend, maar tot bestrijding
van liet te-kort, dat de ophefling van één der accijnsen, die het
zwaarst de mindere klassen drukken, zou doen ontstaan, wenselite
besteed te zien.
De leden der Staten-Generaal schijnen in het algemeen dit ge
voelen niet te deelen. Wij achten dit gelukkig, en zouden niet
gaarne zien, dat de aandrang van buiten de Kamers zoo sterk werd
dat men eindelijk tot het besluit kwam, de batige saldo's tot ver
mindering van lasten te bestemmen.
Geheel anders is de vraag, of niet door verandering in het be
lastingstelsel b. v. door de invoering van eene belasting op de in
komsten, een drukkende accijnsbelasting zal kunnen worden ver
vangen. De stelling, die wij meenen te moeten verdedigen, is de
ze dat een batig saldo niet mag verteerd worden om eene belas
ting afteschaffen, maar tot schulddelging behoort te worden aan
gewend; dat er voortdurend tot die bestemming een batig saldo
behoort te zijn.
De heer de Moraaz, die de algemeene beraadslaging opende,
merkte op, dat van de begrootiug van 70 millioen, ruim 38 mil-
lioen voor renten van de staatsschuld en voor jaarwedden en an
dere uitgaven bij de grondwet, of de wet geregeldwaren bestemd
en derhalven het cijfer van beoordeeling slechts 32 millioen be
droeg; dat groote maatregelen als vereeniging van provinciënop
heffing van een paar hoogescholenen dergelijkenzooveel tegen
kanting zouden vinden in den landedat geen gouvernement met
hoop op bijval, hen zoude kunnen voordragen.
Men mag dus teregt met de Begering instemmen, toen zij ten
vorige jare verklaarde, dat, met uitzondering van de regterlijke or
ganisatie, de rei der groote bezuinigingen als gesloten kan be
schouwd worden.
Intusschen is de zorg voor de toekomst algemeen, wanneer men
het oog vestigt op de middelen, waarmede die uitgaven bestreden
moeten wordenen daaronder de toevallige bate van 14 millioen
uit de Oost ziet. Algemeen en teregt is de roep: de begrooting
behoort te sluitenzonder die toevallige inkomsten Dan
eerst zal men het crediet van den Staat gevestigd kunnen beschouwen.
Welnuis er weinig meer te bezuinigendan staan er slechts
twee wegen open, om de inkomsten en uitgaven te doen sluiten:
verhooging, vermeerdering van belastingen; of schulddelging, tot
dat er zoo veel op de renten is bespaard, als noodig is, om het
evenwigt daar te stellen. De eerste weg zal door hen, die reeds
de batige saldo's tot vermindering der belastingen willen aangewend
hebbenniet bewandeld worden. Zij bchooren dus den andere te
betreden.
Maar er is nog eene andere reden, waarom wij schulddelging
allernoodzakelijkst achten. Het is dezedat wij van de schulddel
ging alleen eene duurzame tegemoetkoming aan de behoeftige klas
sen moge verwachten.
Door de Natie wordt jaarlijks aan belastingen 54 millioen opge-
bragt. De renten, door den Staat te voldoen, bedragen 36 mil
lioen; dat is twee derden van hetgeen cr moet worden opgebragt,
waaruit volgt, dat van iedere gulden, die er wordt opgebragt,
66i cent voor rentenbetaling wordt besteed.
Welk belastingstelsel men nu ook moge invoeren, dat zal tocli
wel buiten twijfel gesteld mogen worden, dat daarin de minvermo
genden, ja de armen, zullen bijdragen eu belmoren bij te dragen.
Aan de rijken of welgezeten middenklasse de geheele last der be
lastingen over te dragen, zou even onbillijk, als onuitvoerbaar zijn.
Om de armen derhalven te gemoet te komen, bestaat geen an
der, voortdurend werkend middel, dan do schuld aftelossen. Indien
men zicli de geheele aflossing onzer schuld voorsteltmen zou voor
elke gnlden die thans van den behoeftige gevorderd wordt, slechts
33^ cent hebben te vorderen. Zoude er krachtiger middel zijn,
om hunne welvaart te bevorderen, een steviger dam tegen het
pauperisme zijn optewerpen? Dat toppunt van algeheele schulddel
ging ligt gewis in een ver, zeer ver verschiet, maar zal men de
berg niet beklimmen, omdat één stap ons niet dadelijk op den
top brengt? Ieder jaar zal eene onbeduidende verlichting aan
brengen, maar na tien jaar zal zij zich reeds doen gevoelen.
Het is eene dwaasheid te zeggendat de rijkeren hun geld niet
in staatsbrieven behoorden te beleggen, maar liever in industriële
ondernemingen stekenwaar zouden de verkoopers der eftecten
blijven, indien er gcene koopers waren, die hun geld daarin wilden
beleggen? Ieder zoekt voor zich den weg, die hem het veiligst en
voordeeligst schijnt, en in dat streven van ieder, om voor zijne
eigene belangen te waken, wordt het heil van het geheel..bev^pp-
derd. Zoolang de belegging van kapitalen «enen veiligeir .aft' vöoiv
deeligen uitweg aanbiedt, zal het dan ook voOr' het algemeen niet
schadelijk zijn, dat de meer vermogenden daarvan gebtuik maken,
-