Advertentie n. Publieke verkooping op Texel. UIT DE H&ND TE KOOP zon werpt hare laatste stralen over dit tafereel van ellende aller oogen zijn op de reddingboot gevestigd, op nieuw wordt de zelve door de branding gezweept, op nieuw daveren de hoera's van het strand en vermengen zich met de noodkreeten van de onge lukkige schipbreukelingen, doch vruchteloos zijn alle pogingen der wakkere bemanning, de boot slaat op nieuw vol water, en keert naar het strand terug, de bemanning der boot stapt aan strand, een gil van ontzetting der in nood verkeerenden wordt gehoord, zij onderscheiden alles, en ontwaren dat nu voor hun alle hoop vruchteloos is. Groot is de opgewondenheid in deze oogenblikken van ontzetting en beslissing, elf menschen moeten eenen akeligen nacht te gemoet, de dood alleen kan uitkomst geven aan het reeds lang gefolterd gemoed. In dezen oogenblik treedt een particulier uit het midden te voorschijn, die aan de omstanders ƒ500 belooning uitlooft voor nog eene enkele poging tot redding doch alles te vergeefs. De ongenoegzaamheid van de boot wordt als rede opgegeven, dat de redding niet is kunnen worden volbragt, terwijl men tevens de verzekering gaf, dat men met de reddingboot van de Cocksdorp, die om deszelfs meer verwijderden afstand hier ongelukkig niet present was, zeker zou geslaagd zijn. Het wordt inmiddels duister, langzaam verwijderen de menschen massa zich van deze treurige plaats, alsof zij van eene begrafenis huiswaarts keeren, alle hebben den moed verloren, de bedoelde particulier waagt nog eene poging en schrijft dadelijk een brief aan den directeur van de reddingboot te de Cocksdorp, gebruikt daarbij de noodige aandrang, neemt alle onkosten die gemaakt moeten worden voor zijne rekening, en zendt een man te paard derwaarts, met dat gevolg dat die reddingboot des nachts 12 ure, de Cocks dorp verliet en bij het aanbreken van den dag, de noodlottige plaats bereikte maar ziet, de masten zijn weg, het schip is ge heel verbrijzeld, de nacht had zijne slagtoffers gekozen; slechts één man staat trotsch het geweld der baren op de noodlottige overblijfselen, geheel alleen overig. De reddingboot van de Cocks dorp onder bestuur van schipper Jb. Buis, bemand met zeelieden van de Cocksdorp en eenige der dapperen van den vorigen dag (4) steken op nieuw in zee, doorworstelt de branding en bereikt na veel inspanning de eenig overgeblevene, deze wordt opgenomen en behouden aan land gebragt, het is de timmerman M. Zegky; nog drie anderen met name E. Engel, C. Barthels en A. Jansz, waren des nachts met een wrak aan het strand gekomende overige waren allen verdronken. Yan woensdag op donderdag sloeg de hiervoor genoemde kof van voor zijne ankers weg en strandde achter Eijerland, nevens dc hofstede Prinsenhage, het was de kof Ninija, kapitein Taijling, te huis behoorende te Papenburg en ook nu werden met de red dingboot van de Cocksdorp daarvan 4 man der equipagie behouden; de kapitein was bij de stranding over boord geslagen en verdronken. In de Eijerlandsche gronden was deLijonia, amerikaansche bark, beladen met suiker, gebleven, heden was er weder een lijk van het vrouwelijk geslacht aangespoeld, aanhebbende een zwart zijden kleed, voorwerpen als reebokken, kleine schildpadden, als andersints lagen langs het strand verspreid; achter de "Westen lag een schoo- nerschip onderstebovengenaamd Euphemia en in de Eijerlandsche gronden mede ondersteboven eene kof, zijnde van de laatstge noemde geenen naam bekend. Yrijdag den 30 September werd er in eene flesch aan het strand gevonden een brief, van den navolgenden inhoud: In zee bij Texel 27 September 53. Aan den Heer Johan Peters, in Prinan. In de grootste angst schrijf ik deze brief aan mijne lieve ouders en kinderen. Ik en mijne geliefde Johanna bevelen ons den lieven God. De Hemel zal de Bescher- (4) Jacob Buis, schipper. Jan List, stuurman. II. Dito, schipper. Jb. Dito, schipper. P. Dito, schipper. A. Veenboer, stuurman. Jb. Buis Jz., schipper. F. Stark schipper. F. Buis, zeeman. mer en Vader zijn onzer kinderen. Lieve ouders verlaat toch mijne kinderen niet dit bidt u uw zoon tot in den dood. (Geteekend) J. C. Kroep. Ziedaar een relaas van al de ellende en jammer, welke in jong ste dagen, op dit eiland hebben plaats gevonden. De schrijver die eert ooggetuige was van al hetgene hierin voorkomt, eindigt met den wensch: dat het gebeurde aan het pruissische gouverne ment wordt kenbaar gemaakt, en al diegene, welke tot redding het hunne hebben bijgebragt, tot aanmoediging voor het vervolg worden beloond, of althans bedankt voor hunne belangelooze dien sten, en dat wijders het bestuur van de nederlandsche redding maatschappij hunne aandacht vestige op de bestaande omstandigheid opdat zij tot het besluit komen, om ook op het punt achter de- Westen, eene reddingboot te plaatsen, die dezelfde capasiteiten bezit als die van de Cocksdorp. De directeur van de reddingboot te de Cocksdorp, de heer de Könnighheeft zich in dezen op eene uitstekende wijze van zijne verpligting gekweten; met de reddingboot onder zijne directie zijn op verschillende tijden reeds 40 menschenlevens gered, die anders verloren zouden zijnook dien heer zij men den warmen dank voor zijne belangelooze en dikwijls zeer moeitevolle taak verschuldigd. Texel, den 5 October 1853. ONTVREEMD uit hel schip haitiekne, kapt. James Steward, op de Haaks gestrand: No. 1. Een CHRONOMETER, fabrikant FlelcherNo. 1964. No. 2. Een VERREKIJKER, fabrikant MMe. Gregor of Glasgow. No. 3, ld. id voor dag en nacht. No. 4. Een zilveren ZAKHOROLOGIE No. 2064 fa brikant Mc. Arthur Morehead of Glasgow. No. 5. Eeno CASSETTE van mahonyhoutmet koper gemonteerd in houdende eenig geld en de voornaamste SCHEEPSPA PIEREN. No. 6. Eene bruin geschilderde KIST in houdende KLEEDEREN en PAPIEREN. Degene die de daders kan aanwijzen bij den Commissa ris vau Policie te Helder, of bij den Uitgever van dit Weekblad zal daarvoor het gewone bergloon genieten. De BURGEMEESTER van Texel, als daartoe behoorlijk geautoriseerd, presenteert op Donderdag den 13 October 1853, des middags 12 ure, te de Cocksdorp aldaar, ten overslaan van don Notaris JOIIANNES LUDOVICUS KIK KERT, publiek, ad opus jus habentium te verkoopen: eene aanzienlyke partij gekapt staand en loopend TOUWWERK eenige ZEILENBLOKKEN, 4 zware metalen ROERHA KEN, (onbeschadigd) p. in. 100 ned. ponden los KOPER, 1 zware MAST, lang 66 voet, BOEGSPRIET, RA'S en verdere RONDHOUTEN, benevens eenige RABEUGELS, HANGER en los IJZERWERK; voorts eenige kopervaste WRAKKEN, WRAKHOUT en ledige SUIKERKISTEN. Nadere informatien zijn op franco aanvrage te beko men bij opgemolden Burgemeester en Notaris. 5 WONINGEN, slaande en gelegen aan de achterzijde van den kanaalwog, naast het kerkgebouw der afgescheide ne gemeente te bevragen bij C. BRASSEL, wonende aldaar. BIEUWEDIEP BTJ C. BAKKER BZ, GEDRUKT BIJ S. GH.TJES.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1853 | | pagina 4