Arl. 3. De kruiwagenslraf bestaat in hel plaatsen des
veroordeelden in eene militaire strafgevangenis voor den lijd
van 3 tot 15 jaren, ten einde aldaar, volgens de voor ver
oordeelden der landmagt bestaande verordeningen, aan bel
verrigten van arbeid te worden onderworpen. Aan de krui-
wagcnslraf gaat bij dek- en onderofficieren steeds de degra
datie van arl. 41 litt. a des welhoeksbij mindere schepe
lingen vervallen-vcrklaring uit den militairen standvooraf.
Art. 4. Het eind touw, dat voorlaan tol hel laarzen
wordt gebezigd, is ongeleerd, drie-strengs, losgeslagen en
de dikte van 15 draad of streng niet te boven gaande voor
veroordeelden boven de 16 jaien. Voor veroordeelden onder
de 16 jaren worden zoogenaamde knutlelljes van niet meer
dan 9 einden oud getakelde loglyn, zonder knoopen, gebezigd.
Art. 5. Het getal slagen zal voor de veroordeelden boven
de 16 jaren dat van 100 en voor veroordeelden beneden de
16 jaren dat van 60 niet te boven gaan.
Arl. 6. De slagen met handdaggen worden loegebragl met
een eind witte lijn, niet zwaarder dan 15 draad voor ver
oordeelden boven de 16 jaren; voor veroordeelden beneden
de 16 jaren worden de knutlelljes, in arl. 4 omschreven,
gebruikt. Het getal slagen zal voor eerstgemelden dat van
50, voor laalslgemelden dat van 30 niet te boven gaan.
Art. 7. De disciplinaire straffen voor dek- en onderoffi
cieren in art. 29 van het reglement voor krijgstucht voor
het krijgsvolk te water worden vervangen door do navol
gende straffen: degradatie voor eenen bepaalden of onbe-
paalden lijd, met of zonder arrest; arrest, met of zonder
waarneming van dionst.
Arl. 8. Bij de straffen aldaar voor mindere schepelingen
vastgesteldwordt gevoegd die van vermindering in klasse
voor bepaalden of onbepaalden tijd.
Arl. 9. Bij de veroordeeling lol, en de uitvoering van
detentie, arrest, sluiting in de boeyen, het zetten op water
en brood aan boord, houden de reglers en bevelhebbers in
het oog do plaats en luchtgesteldheid, en alle omstandig
heden, waardoor de gezondheid van den gevangene te zeer
zoude kunnen worden benadeeld, en mogen zij steeds zoo
danige tusschenpozingen in de uitvoering bevelen als de
gezondheidstoestand van den gevangene vordert.
Arl. 10. Aan het dep. van marine wordt de bevoegdheid
toegekend, om mindere schepelingen, die 't zij door her
haalde overtredingen of liederlijkheid, 't zij door minderen
aanleg voor de zeedienst ongeschikt zijn, op voordragl van
den kommandant van den bodem in welks rolle zij zijn in
geschreven, hier te lande met een briefje van ontslag uil de
dienst weg te zenden.
De Moniteur de la Flotlo deelt eenige bijzonderheden
mede omtrent de russischo zeemagt in de Oostzee. Dezo
bestaat uit 27 schepen, waarvan 18 fregatten en 5 schepen
van minderen rang. Z,ij is verdeeld in 3 divisien, elk van
9 schepen, waarvan zich op dit oogenblik eene te Cronsladl
bevindt, onder den vice-admiraal Lülkc, de tweede te Re-
val, onder den vice-admiraal Jedantschin II, en de derde
te Helsingfors, onder den generaal majoor Schraunn en den
schout-bij-nacht Baldz. Men zegt, dal van de 27 slechts
18 in slaat zijn in geregelde slagorde te strijden: de ove
rige zijn in slechten toestand.
Een brief uit Odessa van 22 Febr. deelt eenige bij
zonderheden mede aangaande den slaat van zaken in de
zwarte zee. De russischo vloot bevindt zich nog steeds te
Sebaslopel en scheen die niet te zullen verlaten; de Russen
hielden zich voortdurend met versterkingswerken bezig. Zij
versterkten den Dnieper van Federovka tot den mond van
Bug en hadden batterijen aan land opgerigl voor de beide
citadellen van Ockzakone en Kilhururio, wier bezetting ver
sterkt was. Te Odessa versterkte men ook de stad aan de
zeezijde, hetgeen echter nog weinig zal baten bij een ern-
stigen aanval tegen deze haven.
O O
Men schrijft uil Warschau dat aldaar van hooger hand
krachtige pogingen aangewend worden om tot het schenken
van vrijwillige giften te bewegen ten behoeve van den oorlog.
Eenige vreemde kooplieden hadden zich weinig geneigd daar
toe betoond en weigerden in te schrijven, maar deze weige
ring was als eene vijandelijke demonstratie beschouwd en
men had hen daarom gelast de stad binnen 20 dagen te
verlaten.
In hel keurvorstendom Hessen is eene strenge kerk
tucht ingevoerd. Aan hel officierenkorps van het garnizoen
in de hoofdstad is het hezoek der kerk aanbevolen en tevens
om de predikatie met meer aandacht bij te wonen, in de
kerk zich niet bezig te houden met het in orde brengen
van hun hoofdhaar of knevels, de dames niet te lorgneren,
hunne eenmaal ingenomene plaatsen niet te verlaten enz.
enz.
Een der laatste overblijfselen van hel engelsche leger,
hetwelk zich in het begin dezer eeuw zoo zeer onderscheidde,
is door den dood weggerukt, namelijk Charles Williarn Va-
ne, markies van Londonderry, vroeger sir Charles Stewart.
Hij was in 1778 geboren, onderscheidde zich als luitenant-
generaal in de oorlogen van het schiereiland, werd in 1813
gezant te Berlijn later te Slokholin Weenen en Petersburg:
in 1854 trad hij in het ministerie Peel, en later in het
Hoogerhuis; sprak tegen de emancipatie van Ierland, legen
do poolsche en italiaansche opstanden, doch voor Bon Carlos.
Hij heeft eenige werken geschreven over de oorlogen op het
schiereiland, over die van 1813 en 1814, enz. Hij was de
broeder van den meer als lord Castlereagh bekenden markies
van Londonderry, die in 1822 in een aanval van zwaarmoe
digheid zich met een scheermes de halsaderen doorsneed.
ESurgcrlijlie Stam»! vai» È1 18 Maart
1854.
GEHUWD D. de Roever en B. Verlieij. N. Verbeij en A.
J. Brinkman. D. Folmer en L. Wessel.
BEVALLEN: C. Slort geb. Faber. D. D. Munnik geb.
Wenzing, Z. M. Souge geb. Dam, Z. T. Zeeuw geb. Visser,
Z. N. Pronk geb. Vos, Z. E. M. Kelbling geb. Oosterbaan,
Z. A. Kuiper geb. Brammer, D. B. S. Arons geb. Groen,
D, N. Kuiper geb. HuismanD. C. B. C. Bontes geb.
van HarteveltD. M. C. de Haan geb. Borgman, D. L.
Gauw geb. van Marlen Z. E. Eichenbcrg geb. BeauxZ. en D.
OVERLEDEN: C. Koopman, 51 j. M. Dirks; 68 j.
J. Huurman, 64 j, N. Noot, 22 j. P. van der Wooning,
9 m. G. Boon, 70 j. J. Culemans, 79 j.