GEMENGDE BERIGTEN, 26 April, koemarkt le Meden»blik. Do Engelschen maken zich gereed om Sl. Pelersburg le verlalen. Te Monagham in Ierland zijn 3 moordenaars door den slrop ter dood gebragl. De Amerikanen willen een tunnel onder de Ohio leggen, door middel van ijzeren kokers, die legen elkander zullen worden getoegd. In Frankiijk zullen 60,000 man der ligling van 1853 worden opgeroepen. 11 en 12 Augustus, 10de vergadering van het nederlandsch onderwijzers-genootschap te Tiel. In Zuidholland heerschl de longziekte onder het vee, de inenting wordt door des kundigen sleik aanbevolen om deze verwoestende ziekte le stuiten. In Drenthe heelt zich eene jonge vrouw, wegens huiselijke oneenighedendoor ophanging van het leven be roofd. In het dorp Ardu (Hongarije) ztjn 400 huizen door brand vernield. Te Cuuzon (Frankrijk) is eeno jonge echtgenoot van 4 dochtertjes verlost. De Russen hebben den 14n Kustendje ingenomen, waar do geheele Christenbevolking door de Turken, in het gezigl der fransche cn engelsche vloten, werd omgebiagt! Prins Napoleon heeft zich op paaschmaandag le Toulon ingescheept. Particuliere beriglen uit Konstanlinopel melden, dal de on zalige gevolgen van den oorlog, als ellende, woeker, gebrek aan arbeid en gemis aan vertrouwen zich aldaar deden ge voelen. Te Breda zijn twee kinderen (14 en 11 jaren) gevankelijk binnengebragl, als verdacht van brandstichting in de bossehen. Den 15n had hel ijs zich voor Riga in beweging gesteld. Z. M. wordt aanstaanden maandag in de hoofdstad verwacht. De koningin is volkomen hersteld. De valkeniers en do valken zijn op het Loo aangeko men. Alessandro Bruceiani. De brigand van het Abruzzi gebergte. {Vervolg en slot.) "Wilt gij de mijne zijn, vroeg Alessandro hartstogtelijk. Daar stond Francesca eensklaps als verpletterd; zij werpt een doordrin genden blik op Alessandro, alsof zij de geheimen van zijn hart wilde le- zen. Gij.... gij... zoo roept zijzijt de moordenaar van mijn man.... ja uw blik verraadt de misdaad; en mijn kind!... mijn kind!!!! o! geef mij mijn kind terug!.... zeg slechts dat hij leeft en ik zal u zegenen Sta op dierbare Francesca zegt hij hukkende om haar te ondersteunen. AYelk eene waanzinnigheid! korn kom, wees kalm en hoor mij aan, vervolgt hij brengt haar naar een stoel en plaatst zich naast haar. Gij weet dat ik u sedert mijne kindschheid hartstogtelijk heb hemind. Niels staal onze vereeniging meer in den weg,.,, zeg dat gij de mijne wilt zijn en het kind zal u terug gegeven worden. Schurk!..., monster! riep Francesca, zeg eerst dat gij den moorde naar niet zijt van mijn man. Ik wil het niet ontkennen, stamelde Alessandro, doch bedenk, dat mijne liefde voor u mij daartoe aanspoorde. Verzoeker! herneemt zij, veiholgen en woest van den stoel opsprin gende, ik breng terstond uwe bekentenis aan het licht, en Halt! roept de brigand bedenk, dat de knaap in mijne inagt is; hij zal zijn leven voor uwe onbezonnenheid boeten. Zij stond verplet. Het moederhart leed verschrikkelijk. Francesca vervolgde de schurk, geloof mij, ik ben innig getroffen, dat ik de oorzaak van uwe droefheid hen. Mijne liefde kende geene grenzen en niets hield mij terug om mijn doel te bereiken. Het is geschied,... vergeef mij mijne laagheid;...» wordt de mijne, opdat ik den bedreven moord eenigzins vergoedde. Wordt de mijne.... ik zal mij beteren uw zoon u teruggeven en hangt uw ge luk yan mijne genegenheid af, dan vergeet gij weldra uwe smarten. Alessandro, antwoordde Francesca, met moeite hare gewaarwordingen onderdrukkende, denk niet dat ik ooit met den moordenaar van mijn man in den echt zal treden. Ik kan u alleen verachten en haten;..», iets anders kunt gij onmogelijk verwachten. Geef mij mijn zoon terug en hij den Hemelik zal uwe bekentenis vergeten. Neen, Francesca, hernam hij; daarmede ben ik niet tevreden,.... mor gen avond kom ik teiug. "Volhard gij dan in uwe weigering, dan voer ik u naar het gebergte, om er voor immer de bruid van een handiet te zijn. Kies, bewillig in mijne wenschen en red mij van het Jot dat mij wacht. Wees met mij en het kind gelukkig. Wilt gij dat niet, dan zult gij evenwel de mijne worden en uw kind Dimmer weer zien. Nu verliet Alessandro de hut. Francesca zonk na eenige oogeoblikken naar Jigchaam en ziel afgemat, uitgeput neer. Francesca bragt den nacht in den grootsten angst door. De ochtend brak aan en nog slechts weinige uren hieven over, om eene keuze le doen. Zij stieed een harden strijd. De bandieten hadden in den laai— sten tijd vele geweldenarijen gepleegd en ofschoon men niet zeker wist dat Alessandro hun hoofdman was, had men echter een vrij hoogen prijs op zijn hoofd gesteld. Wilde zij aan haar pJigl als lid van de maatschappij voldoen, dan moest zij zich naar de overheid begeven... doch haar zoon! wat zou er van hem worden? Welligt zouden de bandieten hem dooden zoodra zij vernamen dat Alessandro gevangen genomen was. Zij twijfelde aan de mogelijkheid dat Alessandro vooraf zulk eeD last zou geven doch 't kor» geschieden. Eindelijk besloot zij in hare radeloosheid zich aan Alessandro over te geven. Juist toen zij dit besluit had genomeD trad een vreemdeling binnen en vroeg haar of er den vorigen avond niet iemand hij haar was geweest die volgens zijne beschrijving niemand anders dan de handiet Allessandro kon wezen. Zij antwoordde toestemmend doch toen hij haar naar den naam van den bandiet vroeg, weigerde zij eenige inlichting te geven, zoo hij haar niet zeide op wiens last en waarom hij gekomen was. Ik hen de secretaris yan den vorst en geiegtigd om volkomen inlich ting le vorderen. Het waarom is voor u vau weinig belang, zoo gij ten minste niet in gemeenschap staal met de bende, die wij zoeken. Is 't het hoofd van gindsche bandieten? yroeg Francesca. Ik kom niet om vragen te beantwoorden, maar om ze te doen. Ik mag u geene verdere inlichtingen geven, hernam Francesca, be trekkelijk den persoon die de hut heeft bezochtdan in tegenwoordig heid yan den gouverneur en alleen in 't geval wanneer ik daartoe genood zaakt word. Zeer wel; clan zal ik wachten, lot dat hij komt, dat spoedig het geval zal wezen. Ilij plaatste zich nu in een hoek en wel zoo dal hij al wat in de hut voorviel kon opmerken, zonder gezien te worden. I'rancesca werd ru doodsbleek, daar zij niet wist, waaraan zij de komst yan den vreemdeling toeschrijven moest en hoe zich voor Alessandrodie elk oogenhlik kon komen, zou verantwoorden. Zij jocht hare ontroering te veihergen, door achteloos voor de deur te wandelen, doch werd mid den in het vertrek door den secretaris tegen gehouden, die niet dulden wilde, dat zij de personen daar huilen in het gezigl kreeg. Haar tegen- stribbelen^niets haten kon, onderwierp zij zich gelaten aan de Voorzienig heid. Nu werd de deur der hut geopend en Alessandro trad binnen. Hij wierp een doordringenden blik op den secretaris cd gaf Francesca zijne verwondering over de legenv*oordigheid van een derde te kennen. Deze heer, zeide Francesca, noemt zich den secretaris van den verst en komt inlichting vragen naar een vriend die mij gisteren avond be zocht heeft. Zoo! zeide Alessandro en naar het blijkt, wacht die heer op uw antwoord. Ja, antwoordde zij, hij wacht lot dat de vorst, dien ik alleen ant woorden wil, komt. Naauwelijks had zij dit gezegd of men hoorde paardengetrappel. Eens klaps hield een troep ruiters voor de deur halt en slapte de vorst, verge zeld van een troep krijgslieden, de hut binnen. Alessandro Bruceiani riep de vorst, gij zijl mijn gevangene. Soldaten! maakt u van hem meester. Men volgde dit hevel onmiddelijk op en ontwapende den handiet. Bij het verhoor gaf Francesca den vorst eene uitvoerige schets van de betrekking, waarin zij tot den bandiet bestond, en verklaarde daardoor de oorzaak, waarom zij hem niet in handen van het geregt had gesteld. Toen het opperhoofd der bende eenmaal gevangen was, ging men de bandieten in hel gebergte opzoeken. De troepen keerdeu met een aantal gevangenen en Paulo, den zoon van Francesca, terug. Weldra waren moeder en zoon vereenigd': de pen schiet te kort in het schetsen der wederontmoeting. Alessandro, in handen van liet geregt gesteld, werd weinige dagen ra zijne inhechtenisneming, ter dood gebrngt.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1854 | | pagina 3