WEEKBLAD m des IIELDEB es bet MEUWEDIEP. wet op het lager1 Ontwerp Tan en middelbaar onderwijs. TWA4LFDE JAAiSUAXU, K°. 41. Dit Weekblad wordt eiken Maandag-morgen uitgegeven bij C. BAKKER Bz.te Nieuwediep De prijs is 80 cents in de drie maanden en voor de buitensteden franco per post 90 cents. Men abonneert zich bij de Boekhandelaren en Postkan toren zijner woonplaats. m A A IV l Gr E N 1854. ADVERTENTIES gelieve men ongezegeld aan den Uitgever in te zenden uiterlijk Zaturdags des middags ten 12 ure; de prijs van 1 tot 4 regels is 60 centen, voor eiken regel meer 15 centen, behalve 35 centen zegelregt voor elke plaatsing. 9 O T O 1SE fcfo* ggaragahtgggsag bbmbmbbb—ep—na STAATKUNDIGE BESCHOUWINGEN, VEBTOOGEN enz. Dc met gespannen verwachting verbeide wet op het onderwijs is bij de Staten-Generaal ingekomen en heeft ecne algemeene teleur stelling veroorzaakt. Hoogstens kan men het onderwerp beschouwen als eene voor- loopige schets van een later te bewerken wet, een onvoldragen vrucht, niet vatbaar om in hel leven tc blijven. Maar alle en welke bedenkingen men ook tegen het ontwerp moge bebbenzij worden allen op den achtergrond geschoven tegenover het horreur in de laatste zinsnede van artikel 4: o Waar plaatselijke omstandigheden het toelatenmogen af- r zonderlijke openbare scholen worden ingerigt voor kinderen van dezelfde gezindheid." Wij konden naauwelijks onze oogen geloovcn, toen wij die periode lazen Bijna onverbloemd blijkt uit de memorie van toelichting, dat men daarmede eenige anti-revolutionaire stemmen hoopte te winnen. De oorsprong van het ministerie legt gewis verpligtingen op jegens die partij, maar nimmer hadden wij durven vermoeden, dat men haar zoo groote offers zoude durven aanbieden, en zulks te min der, sinds de laatste verkiezingen geleerd hebbendat de rigting der Natie niet naar de anti-revolutionaire pool heen wijst. Wij vreezen niet, dat die bepaling wet zal worden. Het is waar, vele loden der Kamer hebben in de vorige zitting bewijzen gegeven van eene groote neiging, om al wat van het ministerie komt aan- tencmen, en al wat van eene andere zijde wordt voorgesteld, te verwerpen, maar in afkeer van sectescholen heerscht zooveel een stemmigheid bij allen die tot het denkend deel der Natie behooren (alleen de anti-revolutionairen en hevige ultra-montanenbij wie het Vaderland minder geldt dan de partij, uitgezonderd) dat de minister hier niet op zijne aanhangers mag rekenen. Maar waarom het dan voorgesteld? Hoopt of verwacht de mi nister dat de eigen volgelingen met dc overige leden der Kamer het klein getal aanhangers der sectescholen zal overstemmenzoo dat hij alleen voor zijn goeden wil eene aanspraak op de mede werking der anti-revolutionairen zoude kunnen maken? Men zoude zulks bijna vermoeden, indien men ziet hoe los en zonder verband die periode in de wet voorkomt. Wij mogen dat echter niet veronderstellen, maar is de veronder stelling juist, dan mogen wij dit eene mislukte speculatie noemen. Er is ginds geene dankbaarheid te wachten, wanneer geen gunstige uitslag het voorstel bekroont en elke toegeeflijkheid doet nieuwe wetten geboren worden. Sectescholen van overheidswege Hoe zijn zij te rijmen met artikel 194 der grondwet? De in- rigting van het openbaar onderwijs wordt met eerbiediging van u ieders godsdienstige begrippen door de wet geregeld." Iloe zal men op eene secteschoolwaar bepaalde godsdienstige dogmata onderwezen wordenieders godsdienstige begrippen kunnen eer biedigen De grondwet verbiedt blijkbaar van overheidswege sectescholen opterigten. De staat die alle godsdienstige gezindten hare vrije beweging moet laten, kan zelf niet indringen en zich bcmoeijen met de dogmata, noch met eene bcoordeeling van iemands ortho doxie, Zal de gemeenteraad naar de begrippen of luimen eener secte blindelings haar volgen, in het benoemen of ontslaan de? onderwijzers, wegens erkende of betwijfelde orthodoxie of zal de gemeenteraad beoordeelen of de onderwijzer genoegzaam in den geest der secte leeraart? De uitvoerbaarheid is ons evenzeer een raadsel, als de verce- nigbaarheid met de grondwet. In zesentwintig artikelen is liet geheel hoogst gewigtige onder werp behandeld, maar de materie dan ook zeer onvolledig gere geld. Men vindt er eene bepaling in wat lager en middelbaar on derwijs gerekend wordt te zijn; de bepaling hoe vele scholen er zijn, wordt aan Gedep. Staten opgedragen, de voorwaarden van het geven van onderwijs worden omschreven, do personen, die toczigt zullen uitoefenen aangewezen, cu cenige straffen bepaald. Het is waar, er schijnt in art. 28 een middel gezocht te zijn, om het onvolledige aantevullen door de bepaling, dat de voor schriften ter uitvoering van deze wet bij koninklijk besluit zullen worden vastgesteld, maar wij vrcezen, dat daarvan weinig hulp is te verwachten. Wel zoude het voor den minister zeer gemakkelijk zijn, eene korte onvolledige wetwaarin men weglaat al wat moeijelijkhedcn cn bezwaren kan opleveren, door de Staten-Generaal te doen aan nemen, om dan later aan eigen goeddunken bij koninklijk besluit bet ontbrekende aantevullenmaar dit ging voor dertig jaren ge makkelijker dan thans. Wanneer er een koninklijk besluit bestond, vroeg nrftu zeklep^ of het onderwerp niet tot de wetgevende magt behoorde, m?fir thans staat de quaestie van bevoegdheid; altijd op den voorgrond I f'

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1854 | | pagina 1