Onlangs heeft men een zeldzaam voorbeeld van belangloosheid gezien in een man, van wiens beroep het algemeen vooroordeel niet ligcelylc eene zulke edelmoedigheid zou hebben doen verwagten. Een inWooner van Conesfe hall zints langen tyd onafgebrooken op drie zelfde nummers der Io- tery ingelegd; niet ruim bykaszynde, nam hy reeds fiints drie decades zy ne briefjes op crediet by den Colllecteur tot dat deze hem verklaarde dat hy volfirekt geld hebben moest, en hem niet langer zyneinlaagenkonde voorfchieten. Door die befcheid afgefchrikt, durfde de arme man niet op nieuw crediet voor de trekking van den i4den Maart verzoekendan, men verbeelde zigzyne wanhooptoenhy, den volgenden dag by zyn on'twaa- ken detydingontfangt, dat de drie nummersop welken hy zo lane had in gelegd, en die hy juist nu voor de eerftemaai met had kunnen fourneeren alien te gelyk waren uitgeloot- In zyne eerfte vervoering vliegt hynaardetï collecteur, om by dienman, aan wiens hardheid hy waarfchynlyk zyn on geluk toefchreef, den vryen loop aan zyne gevoeligheid te geeven; doch hoe veel aangenamer werd hy ten tweedemaal verraschttoen deezen hem zeide: Ik heb u gisteren rondsom myn Bureau zien dwaalen; ik heb ge zien,dat gy weiffelde tusfeheu het verlangen om nogmaals uwe inlage te ver nieuwen, en de vrees voor de weigering, met welke ik u bedreigd had* zyc heen gegaan, zonder my te durven aanfpreckenmaar ikhebmedely- den met u gehad, en ik heb het befluit genomen, om nogmaals het gevaar van een voorfchot teloopen; uwe terne is uitgeloot, zie hier uw briefje - neem deeze zak metagttien-honderd Francs, en betaal my de vier inlagen' die ik u voorgefchoten heb. Van blydfchap buken zich zelf, fpringt de an der hem om den hals, en kan ter naauwernood eenenzulken trek van belan geloosheid en deugd befdfen. Uit een berigt van den Kaptein diede tydingen van St. Domingo te frest heeft overgebragt en hetwelk door den Minister van de Marine is publiek ge maakt, blykt nog dat verfcheiden Negers en Negeresfen de Blanken hebben gered, zoo dat het getal der omgebragten niet groot zal zynalsmede dac de Blanken reeds lang vreezende voor een dollen flap van de zyde der Zwarten, hunne kostbaarfte goederen op Schepen hadden geborgen en zy zich zei ven buiten de Rad hadden verfcholen, in welke zyzedert het daar zyn van den Generaal Leclerc meerendeels waren wedergekomen De brand had ook minder fchade gedaan dan men in den beginne had gemeend zynde er veel behoudeD; ook kwamen er vele Zwarten aan de Vooposten hunne geweeren overleveren cn men verwagtte dat eenegeheele halve Briga de van Tousfaincde wapenszoude nederleggen Eindelykhad mendety- ding van de Preliminairen des Vrcdes er nret afgekondigd," hebbende Tous- faint verboden om er over te fpreken.—VanGt'andviilefchryfc men, den roden Maart: Gisteren is in deze Haven binnengekomen eene kleine Boot, komende vanjerfey, en waarin zes Hollandfehe Soldaten waren ge- deferteerd doch de koude en het Hechte weer hadden een derzei ven doen Iterven, terwyl een tweede genoegzaam dood aan wal kwam. T U R K Y E N en EGYPTE N. Ons Ministery heeft op het onverwagtst eene gewigtige verandering on dergaan door den plotslingen dood van den Kaimakan of plaatsvervanger van den Groot-Vizierin de nog altoos voortduurende af weezigheid van de zen laatften met het opperbeftuur der Staatszaaken te Conftuntinopolen be last. Op den 7den February, werd deeze Amptenaar door eene beroerte

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1802 | | pagina 2