C O U R A N Ts ALKMAARSCHE Ao. 1802. No. 16. Van Maandag den 19 April. FRANSCHE REPUBLIEK- Parys den 10 April Thans is het hier byna geheel ltil over politieke zaakin De 7,0 gelukkig gefloren Weede, die eeD algemeengenoe* gen had gebaard, heeft thans hetGouvernemei t de handen ruim gelaaten, om een dergewigtigfte zaaken voorgansch Vrankryk aftedoende regeling namely* van de Godsdienstige inftellingenwelke door de O nwenteling genoegza tm geheel met den voet getreeden, doch thans gefteld zyn on der de befchrmlng van het Gouvernement, met onderwerping tevens aan deszelfs toezicht; gebturenis welke in de Jaarboeken der Franfche Repu bliek een nieuw tydvakzal maken, doordebekragtigingdes Wetgevcnden Ligchaams, zo van de Conventie tusfehen de Franfche Republieken den Paus geflotenals van de zeven- en- zeventig regelvor nende Artyitelen voor den Catholyken Eerdienst, en de vier- en- veertig Artykelennopens dien der Gereformeerden en van de Augsburgfche Belydenisden 7den dezer door het Tribunaat goedgekeurd, en welke goedkeuring eergister ter Wetgeevende Vergadering door de drie TribuunenLuciaan Bonapar te Siméon en Jaucourc, wierd overgebragt.Luisterryker Zitting was er in langen tyd niet gehou Jen. Bereids ten 11 uuren waren er Leden in de Zaal op hunne plaats; de publyke Tribunes, die voor deburgersder De partementen, en Vreemdelingen, de Toegangen en geheel het Locaal was vervuld met Aanfchouwers, onder welken onder anderen zich ook de Erf-Prins van Orange, mitsgaders de Ambasfadeurs van Rusland en Enge land, bevonden. Ten twee uuren wierd de Zitting geopend dedriefpre- kersvan het Gouvernement en de drie redenaars van bet Tribunaatbinnen getreeden zynde deed Luciaan Bonaparte een fchoon betoog over de nood- zaaklykheid om het ontwerp eener wet te bekragtigen die zo zeer met het verlangen van de groote meerderheid der Franfche Natie inftemd.— Na hem wierd door den Tribuun Jaucourt het woord opgevatdie zich byzou- der bepaalde tot het betoogen der rechtmaatigheid van dat deel der Wet, -welke de Protestanten aanging: Hy fprak met den gruotften lof van het ge drag, door de Leeraars van dat Ge loof gehouden, die altocsblykcn hadden gegeven even zeer aan hun Vaderland als aan het Euangelium geliegt te zyn: Hy toonde het nut aan, dat er voor den Staat in gelegen is, omde Protestanten alle hulp cn befchermingjtc doen genietencn hen de mishan delingen, die zy in vroegere Eeuwen hebben ondergaante doen vergeten, BATAAFSCHE REPUBLIEK. Alkmaar den 17 April. Door het Adminiflratief Beftuur dezer Stad zyn de posten als Turf- en Koorudrager vacant verklaard, en zulks in plaats- van vvylen L. de Ronde.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1802 | | pagina 1