Les eréancler« on débiteurs de feu KLAAS GEELS, Jardinierayant demenré au Lange Nieu- wesloot 2 Alkmaar, voudront faire leurs declarations ou le paiement en l'étude du Notaire - Impérial M. J. de Lange, au Nieuwesloot, section B. no. 95, avant ou ultérieurement le 15 février procliain. Les créanciers ou débiteurs la seccession de feu Sieur Hendrik Wylacker, voudront faire leurs declarations ou le paiement avant, ou au plus tard le premier du mai 1813, en la maison it Mr. Isaac Groensur i'Oude Gracht section A. no. 100. Otto van Meurs. Fredrik Voest. Isaac Groen. Executeurs. Le soussigné invite iterativement de point livrer des effetsou de rein crediterIt qui que ce soit sans étre muni avec un billet signé de sa main 011 celle de son épouse vu qu'il jamais respectera la jpréten- tion. AlkmaarJan Kleberg. le 8 février 1812. Boucher au Laat. Alle de geene, welke iets te vorderen hebben van, of verfchuldigd zijn aan nu wijlen KLAAS GEE LS, Tuinman gewoond hebbende aan de Lange Nieuwe floot te Alkmaar, gelieve daarvan opgave of betaling te doen ten Kantore van den Keizerlyken Notaris M. J. de Lan ge aan de Nieuwefloot in wijk B. No. 95, vóór of uiterlijk op den 15 February eerstkomende. Alle de geene, welke iets te vorderen hebben van, of verfchuldigd zijn aan den boedel van wijlen' den Heer Hendrik Wijlacker gelieve daar van opgaave en betaaling te doen voor of uitteriijk op den eerften meij 1813, ten huize van Mr. Ifaac GroenOp de oude Gracht in wijk A. no. 100. Otto van Meurs. Fkedrik Voest. Isaac Groen. Executeuren. V ondergetekende verzoekt nogmaals om hocge naamd geene goederen af te geven of eenig crediet te verlenen, zonder contante betaling, of eigenhandig handfchrift van den ondergetekende, of deszelfs Huis vrouw; zullende anders niets worden betaald. AlkntaarJan Kleberg. den 8 February 181J. Vleesckhouwer op de Laat. 4 Alkmaar, chez J. HAND, Imprimmr dans le HouuistraatSection fi NQ. 220, pour les HERETIERS d'A. STJSRCR, dans Ie Kooltuin, Section C. K*. 464

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1813 | | pagina 10