Zt t,vïSd,T01>!CZC!te"
l
rl
nboden en belafigen vtin dat dierbaar Vaderland nati
den God ties hemels en der aarde ifatiglijk aantebe-
velen.
De vijand van onze Rationale welvaart, die de be
zitting van ons land, uit hoofde van deszeifs plaatze-
lij.lv<e ligging, tot volvoering zijner heerschzuchtige
ontwerpen noodig oordeeltis wel geknot in zijn
vrmogen, en vernederd door de zigtbare hand des
Alieiiiöögftenmaar hij gaat voort, zoo wel cloorin-
fpnnning zijner overbleven krachten als door alle
middelen, welke list en fiantkunde hem aan de hand
geven, dc rust en vrijheid van Europa, en in zon
derheid die van Nederland, te beifoken. Om, land
heeft liii fn den nllererbarmeiijkiten toefland gebragt
en verlaten, door plnnderiag van alle kasfen door
Irerooving van magazijnen en arfenalen en door uit-*
putting van 's lands ingezetenen, aan wie hij zelfs
den "en'gen troost van ongelukkigende hoop op
een beter toekomen, had pogen af te fuijden! Nog
bezetten zijne benden iterke plaatzen in ons Vader
land en hoe vele van onze Jongelingen, door op-
fchrijving en dwang vnn ons weggerukt, hoe velen
vrn_oi ze edelen en aanzieuelijken fmachten naar het
tijthnp, waarin zij, aan het uitheemsch geweld ont.
trokken zich met ons en ouze verlosfing zullen mo
gen verblijden, en het herrezen Staatsgebouw hel
pen fchragen.
Door dezen (laat van zaken worden 's lands ingeze
tenen thans geroepen toj "opofferingen die des te
ztv rder vaüen, naar mate het vermogen om ze te
dragen geringer is geworden. Maar kan hetgeen men
'toebiengt om van een' geheelen ondergang bevrijd
te worden, wel opoffeeing worden genoemd? Mag
de lijder zig uiet gelukkig rekenendie, in eene ge
vaarlijke krankheid, nog eenige middelen, al waren
hét zelfs de laatffe heeft overgehouden, omvanzij-
ne kwaal verlost te worden, en, to{ leven en ge
zondheidteruggeroepen, dat geleden verlies veelvou
dig te herftellen? Zoo befchouwen alle regtgeaarde
Vaderlanders, met Ons, de vorderingen van geld en
manfenappenwelke de nood van het tegenwoordig
ogenblik ons gebiedend oplegt, en uit onze betrek
kingen tot migtigè bondgenoten, die alles voor de
goede zaak hebben opgezetnatuurlijk vöortvloei-
jen. Die zich daaraan zou willen ontrekken zou
het fchroomliik onheil der verwoesting en dervernie
ling verdienen, waarmede vijanden van Nederland bet
bedreigen zoo zij het ooit weder aan hunne magt
konden onderwerpen.
Er zijn dtis vele nieuwe redenen voor de Natie ge
boren geworden, om God vuriglijk om zijnen bij-
Itnnd te fmeken, dat het hem genadiglijk behage, de
zoo heerlijk begonnen verlosfing des lands te voltoi-
jen, alle onheilen af te weren de wapenenderbondge-
r.ocen en de onze tot af breuk des gemeenen vijands met
voorfpoed te bekroonen, en onze pogingen, om door
goed en bloed de redding van het dierbaar Vaderland
te helpen bevorderen, met zijnen zegen te achtervol
gen op d;'t eenmaal een gewenschteeerlijke en
duurzame vrede het afgefolterd menschdom weder
adem doe febeppen! Alles onder oormoedige belij
denis van onzer aller veelvuldige tekortkomingen,
fmeekende om genddige vergiffenis defzelve vut 't erns
tig vooraeeajeu om de verbetering der nationale zedan
een iegelijg van zich zelve te beginnen, ön met har
telijke bede, dat de algoede Voorzienigheid wederom
onder ons doe bloeijfen die raantfchappclijke en èv. i-
gelifche deugden, die de rocmrijklte en gelukkige
tijden van onzen Staat verfierden; dat hij de zoo heu
gelijk herboren eendragt der Natie bevcstige en alle
pogingen yerijdeie welke, 'door openlijke 'of ver
momde vijanden, tot floring derzeive zouden kun
nen worden gefmeed; op dat alzoo, tevens met da
vervaling van onze dlerbaarfte aardfche wenfehen
fe var a'icrheiligften Naam en onzer ni-
kr zulen zaligheid bevorderd worde.
Het is om alle deze redenen, dat wij befloten heb-
AEGEMEENEN DANK-', VAST- en
L.-DE-D„G uit te fchnjven, gelijk wij dien uit-
j piven bij deze, jegen Donderdag, welke zijn zal
dtu 13 januari, des ]aars 1814, om op'denzelvenin
allc de gebouwen tot openbare godsdienstoefening g<--
fchiktzoodanige plegtige gebeden en dankzeggin
gen uit te (forten als hier boven breder zijn ge
meldgepaard mot alle zulke gepaste opwekkingen
en vermaningenals flrekken kunnen, om, onder den
goddelijke zegen den geest der godsdienstige vader
landsliefde in de harten meer en meer op te wekken
en zmvere godvrucht te koesteren en aan te kwee'
Wij ombieden en verzoeken tevens de Leeraars van
alle godsdienilige gezindheden, om, te dezer °-cle
genheid, in hunne gebeden inzonderheid te gedenken
aan ons die door den wil der Natie met de zorgen
der hoogfte regering van het land, zijn beiast ge
wordendat God ons krachtdadiglijlt onderfteune in
de vervulling der gewigtige pligten, aan dien post
verknocht; dat Hij over ons uitlforte dien geest der
wijsheiden kloekmoedigheid, die zoo menigmaal ,in
de hagchelykfte oogenblikken onzer vaderen p0,'in-
fe" rV- ,f?.cdm£ dez'es lands hebben gekenmerkt ,°er*
dat Ihj bij voorkoming ons, onze bemimlegemalin
onze koninklijke vrouw moeder, onze kinderen er!
geheel ons huis in de bewijzen van de liefde en het
vertrouwen der Natie de krachtigfte aanmoedigt
Wij willen ook, dat gebeden en fmeekingen wor
den opgezonden vooralle.,, die, met en onderons
c e be angen des volks, fn onderfcheiden betrekkingen'
behartigen; en inzonderheid ook voor den gclukidt»
uitilag der pogingen van die mannen, welke mt
ons vertrouwen bekleed, aan het omwerpen' van
eene vaste regenngsform arbeiden, op dat alzóo de
vereenigde zorgen voor 's lauds rust, welvaart er
I™" ien J.eKen worden bekroond; dat
aan dê belangen der Christenheid en de uitbreidiim
der weldadige leer des Evangeliums eerbiedig!,jk ge-
,ïï,orde met a,Ies wat verder tot betamelijke
ltichcelnke en godverheerlijkende viering van dezes
plegtigen dag kan ifrekken. 8
En op dat aan deze onze heilzame intentie te beter
worde voldaangelasten wij, dat op den gezegden
dag, alle neringen, handwerken, openbare bedriiven
en verranaklijkheden geheel zullen ifilifaan, met fpe-
ciaal bevel aan alle hoofden en beambten tier ifede-
e". P,aajzelijk3 politienom aan dè nakoming
dezes ftipcelijk de hand te houden, op dat aan dc-
i{
L