Ah STUB AM, den 5 Maart. Ter nadere reeds ïoo dikwerf gedane waaridiïwing tegen het gevaar lijke van den verstikkenden damp van doove kolen in vertrekken, diene het voi;ende,- Kien, waarop de schippers Hendrik VermeulenSavet Waale en Jan Versluishunne steigerschuit; tot red ding der menschen aanboden. Dit aanbod rasch aan- 1 nemende, sprong hij, met de moedige en meusclilie- vcnde personen, genaamd ldi.k Tanas Pauwlus [a I mis, A. ran f.oon, P. H'iebrards en J. Torridade lijk aan boord van de steigerschuit, bij hei uitvaren van de haven een rif in het zeil stekende. Uithoof- j de van den gaanden vloed, de wind VV. N. W.met I hevigen storm en hooge zee, stevende bijmet ge- noesnde personen en de drie schipp >rstrotsch alle gevaren, naar het in nood zijnde schip, en bragt de equipagie, die thans nog uit 8 man bestond, geluk kig aan wal. - Terwijl deze edele daad uit onze haven geschied de, had, qen oogenblik te voren, buiten de stad, eene even -Zoo menschlievende doch nog stout r en onverschrokkener daad plaats, die mede waarjig is, aan de vergetenheid onttrokken te worden. Honder den van menschen hadden zich op de stads wailen be geven en ook vele naar buiten de stad, om dit on gelukkig schouwspel nog meer van nabij te beschou wen, en, was het mogelijk, hulp aan de schepelin gen toe te brengen. Het scheepje, omtrent 3C0 pas sen van het strand afliggende, zag men duidelijk'"de equipage, met wanhopige gebaarden, om hu'p en redding wenken, en zeils kon men bij poozen de om hulp roepende stemmen hooren. Men zag een man der equipagie ongeduldig op redding,z;ch vanboord in zee werpen; zijn oogmerk was, tym aan den wal te zwemmen, en hij had, te dien einae, een lijntje om het iiif gebondendat aan boord vast was, cocli hetwelk hem in zijn oogmerk veel belemmerde. Hoe ver reeds genaderd, en hoe vele krachten hij ook inspande, om den wal te bereiken, moest hij het eindelijk door vermoeidheid afgematopgeven treurig was dit schouwspel; men zag hein, op de hoege zee, dan eens en dan weder niet, met zijne handen omhoog gestoken, dobberen. Onder de ep strand staande aaiischouwers was de heer J. G. Ver- mysklerk ten kantore van poiicie, en zekeren Philipwonende binnen deze stad; deze besloten te zamen den omgelukkïgen was het mogelijk, te red den. De eerstgc melde schoot zijn jas uit en ging be daard zeewaarts in; rasch had hij grond verloren hetwelk hem echter geenen moed deed verliezen, maar, het zwemmen goed verstaande, hield hij het regt op den drij vonden aan en hij had het getnk, hem in den rut te grijpen, en, met behulp van eene op- komende Zee, te gelijk met hem op strand te wor den geworpen. De beer Philip was den eerstgenocm- den in zee gevolgd, doch niet kunnende zwemmen, heeft hij hem echter in deze daad kloekmoedig on dersteund, en veel tot redding van den schipbreuke ling toegebragt. Den sSften januarij jI",werd een kundig apothe ker, id den vroegen morgen, geroepen bij een heer alhier ter stede, alwaar de beide dienstmaagden in ha ren slaap bevangen waren geworden door den damp van aangelegde doove kolen, tot haar buzonder ge bruik op hare slaapkamer, waarvan zelfs de deuren open geweest waren, geplaatst. Alle gewone manie ren van wekking vruchteloos blljveude, en dus voor verstikking vre-zende, beproefde hij dadelijk de ge wone kuur voor drenkelingen, «et uitzondering der tabaks klisteer;inmiddels de adsisteNtie van den meest nabij won'nde chirurgijn verzoekende. Deze, op Z'in vt-ixoek, inet goed, gevolg eene lating aan de bloedrijkste gedajn hebbende, zette met hem al het geen tot verbetering der lucht strekken kon onver moeid voort; zood.it eene der dienstmaagden schoon niet vóór in den namiddag ten drie uren, hare be wustheid herkreeg. De andere, hoezeer adergelaten, en daarna met allerlei sterke prikkels opgewekt bleef, zelfs na eene tweede, door een kundig ge neesheer geordonneerde doch mislukte aderlating en verdere aaugawetacje middelen geheel bewusteloos. OnJ-mks de onvermoeide voortzetting der noodig geoordeelde behandelingontdekte men echter niet, vóór des avonds ten 9 uren, eenig bewijs van leven, hetgeen de pogingen deed verdubbelen; met dat ge- i ktig gevolg, dat «en eindelijk, des nachts ten éétt uur, haar de woorden hoorde zergen: pij diet rrij zeer. Z'j viel echter kort daarop weder in e'enen snorkenden en bewusteloozen tpestand, waaruit zij niet vóór drie uren des nachts, ofschoon geheel ver moeid en zwak, bekwam, en de haar omringende personen toonde te kennen." De Maatschappij tot redding van Drenkelingen heeft dezer dagen den artsenijmenger en heelmeester ieder met eene zilveren medaillie begiftigd. HUWELIjKS-PROCLAMATIENgedaan binnen Alkmaar op Zttidag den 9 Maart1817. %."5 f J' - v Eerste Gebod. Christiaan Rohdejongman, geboren te Corbsch en alhier woonagtig, met Trijntje Greet, wednwe, gehore-, te Ko'-di'k cn alhier woonaetig. Jacob Hissing, jongman, geboren te Haarlem en al hier woonagtig. met Anna Klapjongedochter t geberen ea woonagtig alkier.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1817 | | pagina 3