li:
ALKMAARSCHE
C O U R A N
ri
r
7829. N°. 45;
Van MAANDAG
JÜi
tmuiii'iisüi
iüiiüiiunwiüiimi
Den 9 NOVEMBER,
YE UITEN s
GEWOON
<Tr^> ,r;
Pï. vi\
Courant«,,J, pnffU fut U dt tufktu vel «i>
>E GEDEPUTEERDE STATEN van noord - holland
Brengen ter kennisse van allen en een iegelijkdie daarin eenig
belang mogten stellen dat de opening der derde algemeene tentoon
stelling, van voortbrengselen der nationale nijverheid, in 1830 te
Brussel te houden, bepaald is, op den 15 Julij -en de sluiting op den
31 Augustus van dat jaar; dat de goederen kunnen worden aangeno
men, uiterlijk tot den 17 April, dat tot Leden der provinciale Com
missie ter beoordeeling, of die goederen verdienen op eene algemee
ne tentoonstelling geplaats te worden, door H. E. G. A. benoemd zijn
Tot Voorzitter
De Heer Gouverneur der Provincie.
Tot Leden uit het midden van H. E. G. A.
De Heer Mr. J. P. Iloeujft van Velzen en Jonkhr. J. P. Teding
van Berkhoutbenevens de Heer Mr. C. .7. G. Copes van Hasselt
Ridder der Orde van den Nederlaudschen LeeuwGriffier der Staten
van Holland.
En wijders tot verdere Leden
Voor de Stad en het Arrondissement Amsterdam de Heer Mr. F.
var, de Poll, Ridder van de Orde van den Nederlandschen Leeuw
Burgemeester van AmsterdamHoofd - Bestuurder en Voorzitter van
de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten aldaar enz.
De Heer C. Apostool, Ridder van de Orde van den Nederlandschen
LeeuwLid van de 4® Klasse van het Koninklijk Nederlandsch Insti
tuut van Wetenschappen Letterkunde en schoone Kunsten Directenr
van 's Rijks Museum te Amsterdam en Lid van de Koninklijke Aca
demie van Beeldende Kunsten aldaar.
De Heer L. Hamesster Hmeshof, Ridder van de Ord® van den
*J|ederlandsclien LeeuwLid van den Raad der stad Amsterdam en
Van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten aldaar.
De Heer Hendrik Carel van der Boon MeschProfessor in de
Scheikunde en Natuurlijke Historie aan het Ateneum Illustrie té
Amsterdam.
De Heer Charles Fredrrt Maurice de LepelLid van het Amorti
satie SijndiCaac te Amsterdam.
Voor de Stad en het Arrondissement Haarlem
Jonkhr. Mr. P. IV. Quarles van UJfordRidder van de Orde van
den Nederlandschen Leeuw, President van de Regtbank van i® aanleg
te Haarlem, Directeur vati de Hollandsche Maatschappij van Weten
schappen en van de Huishoudelijke Maatschappij.
De Heer Mr. C. C. van Valkenburg, Wethouder der stad Haarlem
en Directeur van het Postkantoor aldaar.
De Heer M. N. Beets, Lid en Secretaris van de provinciale Com
missie van Geneeskundig Onderzoek en Toevoorzigt residerende te
Haarlem, en Directeur vhn de Nederlar.dsche Huishoudelijke Maat
schappij aldaar.
De Heer Gerrit van Orden, Corresponderend Lid van de 2® Klasse
van het Koninklijk Nederlandsch Instituut van Kunsten en Weten
schappen Lid van dé Maatschappij van Letterkunde te Leijden en
van het provinciaal Utrechtsch Genootschap, wonende te Zaandam.
Voor de Stad en het Arrondissement Alkmaar
Jonkhr. Mr. G. Fontein VerschuilR dder van de Orde van der.
Nederlandschen Leeuw en van hei Legioen van EerStaatsraad in
buitengewone dienst, Lid van de tweede Kamer der Staten-Generaai,
en Burgemeester der stad Alkmaar.
Voor de Stad en het Arrondissement Hoorn
De Heer Mr. .7. C. van de hlocquerijBurgemeester der stad
Hoorn, en eindelijk
Tot mede Lid en Secretaris de Heer Mr. A. II. van (Vsckcvoort
Crommelinte Haarlem.
Wijders dat bij de Plaatselijke Besturen en bij ieder Lid der ge
zegde Commissie, zoodanige inlichtingen te bekomen zijn, als de in
zenders van voortbrengselen hunner nijverheid, verlangen zullen.
Verzoekende Gedeputeerde Staten, alle fabrikanten, hoofden van
jnrigtingen, werkbazen, werklieden, uitvinders, eigemakers enz. zich
dezen tusschentijd ten nutte te maken, ten einde van hunne nijver
heid op die tentoonstelling te doen blijken, nederlandsch roem te
heipen bevorderenen derzelver daardoor zoo zeer bevordert wor
dende eigene Eer, niet uit het oog te verliezen.
Haarlem, den 5 November 1829.
De Gedeputeerde Staten vöornoemd,
Van TUYLL.
Ter Ordonnantie van dezelven
De Griffier der Staten van Holland,
COPES van HASSELT,
OPROEPING
VERLOFGANGERS's
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der STAD ALKMAAR,
herinneren bij dezen, alle de Verlofgangers der Nationale Militie,
welke zich binnen deze Gemeente bevindendatingevolge de door
den Heer Gouverneur van Noord - Hollandbij deszelfs besluit van
den 23 October 1829. geformeerde Staat, door den Heer Militie-
Commissaris Van WICKEVOORT CROMMELIN, de Inspectie,
over de Verlofgangers, op Donderdag den 19® November aanstaande,
des namiddags ten één ure zal gehouden worden, en roepen mitsdien
bij deze op, alle Verlofgangers van de Nationale Militie, welke
zich in deze Gemeente bevindenook daaronder begrependie tot
andere gemeencensals ook dezulkenwelke tot deze Provincie niet
behoorendoch zich binnen deze Gemeente mogten ophoudenmet
uitzondering echter der zoodanigenwelke tot het reserve Bataillou
zijn behoorendeom zich op Donderdag den 19® November voornoemd
des namiddags ten één ure precies voor het Raadhuis dezer Stad te laten
vinden ten einde door voornoemden Heer Militie - Commissaris te
kunnen' worden geinspecteerdwordende voorts ook nog gezegde
Verlofgangers bij deze herinnerdom de kleeding en kleine Equ.pe-
ments stukken w#lke zij van hunne korpsen hebben behoudenals ook
hunne livrets en attesten Litt. H. H., door hun van het Gemeente Be
stuur bekomen, alwaar zij hunne Verlofpassen hebben gedeponeerd,
mede te nemen.
Burgemeester en Wethouders vertrouwendat alle de belanghebben-
den, de voormelde oproeping stiptelijk zullen naarkomen daar zij
die'daarin nalatig mogten zijn, zich zeiven te wijten zullen hebben
de nadeelige gevolgen, welke daar door overeenkomstig Art. 183.
der Wet van 8 Januarij 1817, wegens verzuim notoir moeten ontstaan.
Alkmaar den 6" November 1829.
Burgemeester en Ivet houders voornoemd
De Staatsraad Burgemeester,
FONTEIN VERSCHUIR,
Ter ordonnantie van dezelven
De DIEU FONTEIN VEIISCHUIR.
NEDERLANDEN.
TOESTEMMING, op den 31 sten October 1829,
verleend tot de echtverbintenis van H. K. H
de Prinses Wilhelmina Frederika Louisa Char-
lotta Marianne der Nederlanden
Wij WILLEM, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden,
Prins van Oraaje-Nassav Groot - Hsetog van Luxemburg enz.
Allen die deze zullen zien of hooren lezen, salut! doen te wecen
Alzoo Wij in overweging genomen hebben, dat de ontworpene
huwelijks - verbintenis tnsSchen Onze beminde Dochter de Prinses
Wilhelmina Frederika Louisa Charlotta Marianne der Nec.erlan-
den en Zijne Koninklijke Hoogheid, Prins Frederik Hendrik Al-
bert. Zoon var. Zijne Maje.ceic den Koning van Pruissenbevorde-
lijk zijn zal aan het geluk van Onze beminde Dochter, en aan de
belangen der Natieaangezien dezelve de banden der familie en
vrieuduabuurlijke betrekkingen met het Hof van Pruissen al meer en
meer zal bevestigen
En hebben gelet op art. 13 der Grötidwet,
Zoo is hetdat Wijden Raad van State geboord en met gemeen
overleg der Staten-Generaainaar aanleiding van het zoo evengemeld
artikel der Grondwet, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij
goedvinden en verstaan bij dezeOnze toestemming te verleenen tot
de echtverbintenis van Onze beminde Dochterde Prinses Wilhel
mina Frederika Louisa Charlotta Marianne der Nederlanden, met
Zijne Koninklijke Hoogheid, Prins Frederik Hendrik Albert, Zooa
var. Zijne Majesteit den Koning van Pruissen.
Gedaan binnen 'sGravenhageden gisten October des gears 1829,
het zestiende van Onze regering.
QGteekend) WILLEM.
Van wege den Koning:
'Geteekciiii) J. G. de Mev van Streefkerk,
Uitgegeven den vierden November (829.
De Secretaris van Staat
'GeteekendJ. G. de Mey van Streefkerk.
BUITENLANDSCHE BERIGTEN.
F R A N K R IJ K.
Eenigen tijd geleden hebben de Fransche dagbladen verhaald dat
er uit Londen aan den Engelschen Gezant ce Parijs Lord Staart
de Rothsaijeen aantal kisten waren afgezonden, waarin, zoo als
men voorgaf, niets anders dan huiselijke benöodigdheden waren inge
pakt. De Fransche tolbeambten hadden deze kisten niet onderzocht,
om dat dezelve het opschrift van eenen vreemden Gezant droegen,
doch naderhand had men ontdekt, dat zich daarin eene aanzienlijke
hoeveelheid geheel verbodene of zwaar belaste koopwaren bevonden
had. Deze sluikerij heeft natuurlijk zeer veel gerucht gemaakt. Ook
de Engelsche dagbladen hebben zich deze zaak aangetrokken en
sommige daarvan hebben in vrije scherpe bewoordingen den Engel
schen GeZanc aangemaandom zich openlijk te verklarenof deze
berispelijke ontduiking der wetten al of niet met zijne voorkennis had
plaats gehad. Tot nu toe is deze aanmaning zonder gevolg gebleven,
en de geheele zaak dan ook nog in verre 11a niet geheel opgehelderd.
Thans is er in Frankrijk iets dergelijks gebeurd, hetwelk, vooral
uit hoofde der vijandige Stemming van velen teger. het Ministerie,
de algemeene aandacht waarschijnlijk nog meer tot zich zal strekken.
De leden van de Kamer van Koophandel te Calais hebben namelijk
den 2isten October aan het Tolbestuur aldaar eenen brief geschre
ven waarin zij te kennen gevenop eene zekere wijze onderrigt te
zijndat er op dat oogenblik op het tolkantoor 80 balen of kisten
berustende waren, die den 8sten dier maand, met liet schip la Ni-
reldeuit Londen, aan het opschrift van den Prins de Polignac, wa.
ren afgezondendat deze balen waren aangegevenals mets anders
dan huisraad, boeken en dergelijke voorwerpen te bevatten, en
echter eene groote hoeveelheid EngelschejTullewaarvan de invoer
in Frankrijk geheel verboden isinhieldendat de Kamer van Koop-
In. .3"
f —W r-4.
"fc-A'S- 'iA
1