ALK M AARSCIIE
C O U R A N
i
—jr-- -v.*-*, -• sr*"t?v ;^-«?S8Ja£Sfc -,.>r--v
- *-' .-■ CÏ&" .Vl^:
l83o, N". 21
ROTEN
GEWOON
'isj s§y
t«n>U
PUBLICATIE,
- i* "L»-. 'w - k-.v"'»- **--v - */T -v
;- JtMSkS/feSii ?VlaL' - --■,JL..«-.-.r:T-.-,.--»----.^-. JS_
V a a MAANDAG
U UHUWiHHLiHWU
De» 14 MEL
De%e Couran
GOUVERNEUR van NOÓRD-HOLLAND,
Herinner? bijdwe ten overvloede een iegelijk, die zulks zoude
mogen aangaan aan de bepalingen der wet van 8 November 1815
N°. ld (staatsblad n°. 51) volgens welke alle Schuldvorderingenten
laste van het Rijk over de dienst van 1829, moeten zijn ingediend
vóór den ie Julij aanstaande; wordende aan alle autoriteiten, ot amb
tenaren bij deze te kennen gegeven, dat zijpersoneel verantwoorde
lijk zijnvoor het niet den bepaalden tijd indienen van alle Schuld
vorderingen welke zij ambtshalve behbbren in te zenden#
Haarlem 10 Mei 1830,
De Gouverneur voornoemd.
Van T U Y L L.
De -BURGEMEESTER der Stad ALKMAAR brengt ter kennisse
Van de goede Burgerij en Ingezetenen van die Stad,
Dat de Raad der Moederlijke Sociëteit op den i2den van deze maand,
ten gevolge van het ia<*e Art. van het Reglement voor de Soc.eteu
bepaaldaan Ilem Burgemeester Rekening en Verantwoording heelt
gedaan van deszelfs administratie ovër het jaar 1829.
Dat het Ilem daaruit gebleken is, dat de geheele ontvang, waar
over de Raad heeft kunnen beschikken, heeft bestaan in cene totale
summa van 966,92 waarvan eene somma van 666,92 door vrijwil
lige inschrijving en giften van de goede Burgerij én Ingezetenen is
bij een gebragt; terwijl hare Majesteit Onze geliefde Koningin daar
toe eene gratificatie van f 200. heeft gegeven, en eene andere
som f 100.van elders is aangekomen.
Dat de Uitgaven van den llaad deze Ontvangst ten vollen hebben
geabsorbeerd door de verpleging van Pier en Zeventig behoeftige
kraamvrouwen; terwijl nog daarenboven eer. niet onaanzienlijke voor
raad van linnen en andere behoefcen is ingeslagenom bij de dage-
lijksche voortgaande aanvrage om onderstand te kunnen worden afge
geven en gebruikt.
De Burgemeester meent zich met het meest volkomen vertrouwen
te kunnen verzekerd hóudendat het genoeg isdeze eenvoudige
Uitkomsten slechts met één woord te noemen, om alle de goede
Burgers en Ingezetenen te overtuigendatzoo ooit eenige instel
ling aan het oogmerk van hare oprigting heeft voldaanhet dan is die
der Moederlijke Sociëteit binnen deze Stad en dat alle Zijne mede-
burgeressen voor zoef verre zij door hare inschrijving Leden der So
ciëteit zijn geworden de ingeschreven som gaarne zullen blijven toe
brengen of zelfs te Verbogenen anderen nu door den uitkomst van
de nuttigheid tier zaak overtuigd, dobr nieuwe inschrijving het geta!
van de Leden der Sociëteit zullen willen vermeerderenof deer vrij
willige giftende voortduring van dezelve helpën verzekeren.
De Burgemeester betuigt zijne openlijke en opregte dankbaarheid
aan allendewélkenzoo door inschrijving als vrijwillige gifcefi hem
tot dus verre wel hebben willen behulpzaam Zijn tot het óprigten en
instand houden Van eene instelling, welke reeds zoo veel goeds heeft
ten gevolge gehad en waaróp ieder Burger en Ingezeten zonder twij
fel met hem den waarlijk verdienden prijs zal stellen.
Hij heeft intusscheil tioodig geoordeeldvooraf Openlijke kennis te
geven, gelijk hij doet bij dezen:
Dat te beginnen met Woensdag den 26 dezer een der Stads Boden
of geemploijeerderi bij alle de goede Burgers en Ingezetenen Zal
rondgaan', zoo om de ingeschrevene Sommen wederom voor het ioo-
pende jaar intezamelenen de zoodanigenwelke zich tot dus verre
door hare inschrijving voor eene bepaalde somtne niet tot Leden der
Sociëteit hebben verklaarddaartoe gelegenheid te gevenals wel
van alle andere Burgers of Burgeressen, zónder onderscheid, de lief
de giften bij een te brengen, welke zij voor het fonds der Sociëteit,
Cn tot de voortduring dezer gezegende instelling goedwillig en
menschlievend zuilen gelieven toetebrengen.
Alkmaar, 20 Mei 1830.
Be Burgemeester voornoemd,
FONTÉlN VÉRSCUÜIR,
Ter Ordonnantie, van Dezelven,
De D1EU FONTEIN VERSCliUIR.
kehebben Burgemeester en Wethouderen noodig geoordeeld een ie
der bekend te maken met, en te herinneren aan de navolgende bij
de Wet van n April 1827 (staatsblad 11°. 17) gemaakte bepalingen:
Dat een iegelijk zonder onderscheid, of zij mogten vermeenen al
of niet onder de bij de Wet Vrijgestelden of Uitgestotenen te behoo-
renverpligc iszich voor de Schutterij te doen inschrijven.
Dat zijdie in meer dan ééne Gemeente hun gewoon verblijf hou
den, of den Zetel van hun vermogen hebben gevestigd, tot de in
schrijving verpligt zullen zijn binnen die Gemeente, waar een dienst
doende Schutterij aanwezig is, en bij aldien in die verschillende Ge-
meenten, alleen dienstdoendeof alleen rustende Schutterij besiastZich
te doen inschrijven in de Gemeentealwaar zij voor de personele belas-
ting zijn aangeslagen, cn de ambtenaren in die Gemeente alwaar zij
ambtshalve verpligt zijn hun verblijf te houden.
Dat de genen, welke van hunne juiste ouderdom geen voldoend
bewijs kunnen gevennaar het oordeel van het Plaatselijk bestuur
zullen worden ingeschrevenonverminderd de bevoegdheid van den
ingeschrevene om van zijnen juisten ouderdom nader te doen blijken.
En dat eindelijk zij, welke bevonden worden, zich niet voor den
i° Tunij te hebben doen inschrijven, door het Plaatselijk bestuur
ambtshalve zullen worden ingeschreven, en In eene geldboete ver
wezen wordenterwijl zij daarenboven zonder loting bij de Schutte
rij zullen worden ingelijfdindien het zat blijkendat er tijdens den
verzuimde inschrijving geeue reden tot uitsluiting of vrijstelling ten
hunnen aanzien bestonden; j.
Burgemeester en Wethouderen vermanen tevens ieder Ingezeten de
zer Stad en jurisdictiewelke dit aangaat, om zich tijdig van een
Geboorte-Extract te voorzien, Waar door zich ieder van zijnen juis
ten ouderdom kan verzekeren, en het welk bij de inschrijving zal
moeten worden vertoond, alsmede, om zich ter behoorlijke tijd tot
de inschrijving aantemelden, ten einde de straf wegens nalatigheid
vastgesteldvoortekomen.
Aldus gedaan ter Kamer van Burgemeester en Wethouderen der
Stad Alkmaar, den 4 Mei 1830.
Burgemeester en PVethouderen voornoemd
De Staatsraad Burgemeester
FONTEIN VERSCliUIR,
Ter Ordonnantie van Dezelven
De DIEU FONTEIN VERSCliUIR,
De BURGEMEESTER der Stad ALKMAAR, geeft bij dezen
kennis aan allen dewelke daarbij eenig belang hebben
Dat de twee Koninklijken HENQSTEN, welke tot dus verre te
Hoorn zijn geplaatst geweest, met het einde dezer Maand naar Alk-
maar zullen worden overgebragt en dat dezelve op de gewone wijze
en plaats, ten dienste van hun die het verlangen, gereed zullen wor
den gehouden voor het nog overige gedeelte van den Springtijd.
Alkmaar 15 Mei 1830.
Van wegens den Burgemeester voornoemd
De DIEU FONTEIN VERSCHUR,
Secretaris.
BURGEMEESTER en WETHOUDEREN der STAD ALKMAAR
Hebben noodig geoordeeld, de Ingezetenen dezer Stad en Jurisdic
tie te herinneren aan hunne verpligting, met opzigt tot de inschrij
ving voor de dienstdoende Schutterij binnen deze Stadingevolge de
bepalingen, vervat in Art. 6, 7, 8 en 9, van de Wet van u April
1827, (staatsblad n°. 17),
En voorts voldoende aan Art. 7 van Zijne Majesteics besluit van 21
Maart 1828,
Roepen bij dezen op alle Manspersonen, Ingezetenen dezer Stad
en jurisdictie, welke op primo januari] 1830, hun 25® jaaf zijn in
getreden, en dienvolgens geboren zijn ir. het jaar'1805, om zich int
liet daartoe gereed gemaakte register voor den dienst der Schutterij
te doen inschrijven, tevens te kennen gevende;
Dat de inschrijving zal beginnen met Zaturdag den 15 Mei aanstaan
de,.en gcheef zal m.octen zijn afgêloopen op den eersten Junii daar-j
aan volgende, terwijl in een der Vertrekken op het Raadhuis alhier,
voor de inschrijving zal worden gevaceerd des Maandags, Woensdags
Cn Donderdag? van ieder week. van *s morgens 9 tot 2 ure-
En ten einde voortekomendat niemandin de termen der inschrij-,
.ïiog vallende, zich door onwetendheid aan pl igt verzuim schuldig m-
BUITENLANDSCHE BE RIG TEN.
ENGELAND.
De berigten uit de fabrijkplaatsen luiden wel in zoo verre gunstig,
dat men eenig meerder vertier waarneemtdoch de fabrijkanten moe
ten met gop weinig voordeel verkoopendat zij steeds daarnaar moe
ten uitzien, hoe zij de grondstoffen het goedkoopst kunnen bekomen,
hoe zij de werktuigen verbeteren en menschenhanden steeds meer
ontbeefen, en eindelijk hoe zij het loon dergenen, dje zij nog ais
Wérklie'den aanhouden', verminderen kunnen. Ten aanzien der vermin
dering Van het dagloonheeft men het in de meeste gevailen reeds
tot het uiterste gedreven, zoodat, wanneer een huisgezin niet de helft
Van zijii Onderhoud als aalmoes van het kerspel ontvangtvader, moe
der er, kinderen 12 i 14 uren daags moeten werken, om daarbij naau-
Welyks zoo vee! te verdienendat zij hunnen honger stillenen hun
ne naaktheid dekken kunnen. Wijders wordt het aantal der geheel
werkèióozen steeds grooter; èri terwijl men aan den eenen kant ijzer-
banen aanlegt en stoomrijcuigen maakto:n het vervoer van goederen
te bëspoedigënvernedert men weder mensctien tot lastdierenen
laat de groote menigte armen in onderscheidene kerspelenopdat zij
niet geheel ledig, mogen loopen, zand.steenenkooien en kalk uren
ver trekken. De aanblik Van zulk eenén trein van uitgeteerde en in
lompen gewikkelde mannen, vrouwen en kinderen, onder den stok
van eenen drijver, in het vrije Engelandis inderdaad zeer aanstote
lijk, en men wordt geneigd om de vordering iti kunsten, welke zulk
eeu resultaat te weeg gebragt heeft,, te vervvenschen.
tn den Times van 15 Meileest men het volgende
"„"Niet alleen uit den inhoud der dagelijksChe berigten, maar ook
uit andere bronnen, mCenen wij te Mogen opmaken, dat Z. M. zich
zoo pijnlijk gevoelt, dat zulks bij Hoogscdenzelven den wensch om
langer te leven geheel uitgedoofd heeft. Zijne Majesteit wacht zijn
lot, waaromtrent hij geenen twijfel „koestert, met geladenheid af.
Iatusschen houdt het berigt, hetwelk den ipden wegens Zr. Ms.
toestand Uitgegeven is, indat dezelve dien nacht eeu varkwikkendeo
slaap genoten had, en zich eeuigzins beter bevond.