D E MINISTER van BUITENLAND SCHE 2 A K N brengt bij deze ter kennis van henvreike tot déü handel eli de scheepvaart op den Rijh in eenige betrekking staan A". 1832. ALKMAARSCIIE N*. 18. COURANT iatisy»#fewsi«iia^jpw^ Van MAANDAG Den 30 APRIL PUBLICAflE. f*r&iI fUS/SS Z)e*« Courant wordt geregeld eens in de week en wel op Maandag voor de Prijs van 6 Centen uitgegeven. i°. Dat naar aanleiding van art, 89, 9e én 95, van de overeen lomst en reglement van den 3i«en Maart 1831, tusschen de Rijn- Oever-Staten gesloten, tot Hoofd - inspecteur van de Rijnvaart be noemd is de Heer Von AUER, dat dezelve, overeenkomstig art. 98, van die overeenkomst ën reglement in Mentz resideert, en aldaar in opgemelde hoedanigheid den J7dcn December 1831, is in functie ge treden. s.°i Dat de wcfkkritig van dien IJoofd - Ambtenaar zich uitstrekt over den geheelen Rijn van Basel af tot I.obtth, en van daar over de Waal, tot Gortumen over de Lektot Krimpen. 's Craven/tage, den 10April 1832. De STAATSRAAD, GOUVERNEUR van NöORÖ-HOLLAND Gezien art. 21a van het door Z. M. bij besluit van e Junij 1826 goedgekeurd Reglerhent voor 's Rijks Stoeterijen Gezien de missive van den heer KolonelDirecteur van 's Rijks Stoeterijen te Borculo, houdende kennisgeving, dat de voor deze Provincie bestemde Hengstenten diensten der Paardenteeltop der zei ver standplaatsen te AlkmaarHoornTexel en in de Zandpoort, bij Velsen, aangekomen zijn. Brengt zulks bij déze ter kennisse van een iegelijk die daarbij be lang zoude kunnan hebben; met observatie, dat elk die zijne Merriën ter dekking zal willen aanbiedenzich vooraf bij het Plaatselijk Be stuur zijner Gemeente zal moeten vervoegenter bekoming van hei bij art. 256 van gemeld Reglement voorgeschreven certificaatten bewijzedat de Merriën in eigendom toebehooren aan den geen door wien zij ter dekking worden aangebodenwordende de Land bouw bij deze gelegenheid wederom op nieuw opmerkzaam gemaakt, op de bij art. 37 van het Reglement uitgeloofde jaarlijksche premie van 75 - voor het aanhouden van goedgekeurde Merriè'n. En zal dezeten einde de Ingezetenen bekend te maken met de door Z* M. Zoo gunstig opengestelde gelegenheidom het Paarden ras in dit Rijk te verbeteren, alom worden gepubliceerd en geaffi- geerd, waar zulks in deze Provincie te doen gebruikelijk is, en wij ders worden geplaatst 111 de AmsterdamsCheHaarlemsche en Aik- maarsche Couranten. Haarlemden £Östea April 1832. De StaatsraadGouverneur voornoemd Van T U IJ L L. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ALKMAAR, ontvangen hebbende eene dispositie van H. E. G. A. de Gedeputeer de Staten van Noord-Holland d.d. >22 Maart 11. N°. 24, (Pfov. blad N°. 40) betrekkelijk het publiek maken der Lijsten van bevoegde Geneeskunst - Oefenaren van de onderscheidene takken van Genees kunde brengen bij deze ter kennisse van de Ingezetenen dezer Stad en alle andere belanghebbenden, düt de voorz: Lijsten van heden af, gedurende 14 dagen en mitsdien tot den I2en Mei aanstaande, ter visie van een iegelijk zullen liggen, ter Secretarie dezer Stad (ruit. gezonderd des Zondags:) dagelijks van des morgens 9 tot des namid dags 2 ure. Alkmaar, den 28e April 1832. Burgemeester en Wethouders voornoemd FONTEIN V E R S C H U I R, Ter ordonnantie van dczelven bij afwezen vap den Secretaris S. C. S. HOLLAND. BUITENLAND SC HE B E R 1 G t E N. F R A N K R IJ K. Het berigt wegëus den voortgang der cholera te Parijsdat in dén Moniteur van den 2isten April voorkomt, is weder gunstiger, dan dat van den vorigen dag. Het vermeldt, dat er in het laatste etmaal 134 personen in de gasthuizen en 238 aan huis, tén gevolge der genoemde ziekte gestorven warenzoodat het aantal der sterfge - vallen toen weder omstreeks 7® minder was, dan in de vorige opga ve. Deze vermindering der sterftegevoegd bij de algemeene op merking, dat de ziekte - verschijnselen bij hen, die thans voor het eersc door de cholera aangetast wordenvan eenen veel minder vreesseijjken aard waren, had de hoop aanmerkelijk aangewakkerd, dat de hoofdstad weldra geheel van de ramp, die haar getroffen heeft, bevrijd zoude zijn. De toestand def gezondheid van de Ministers Casimir - Périer en cfArgent was daarentegen, volgens hetgeen den 2isten daaromtrent is openbaar gemaaktveel ongunstiger. De voorzitter van 's Ko nings Raadwordt in het bedoelde berigt gezegdheeft weinig slaap genoten en een zeer onrustigen nacht doorgebragt. Mevrouw Casimir-Périer is nog altijd zeer ziek, en haar toestand,, die aan ha ren echtgenoot niet onbekend is draagt er natuurlijk toe bijom zijne genezing te vertragen." Van den Minister Argout werd gezegd dat hij eenen slechten nacht had doorgebragt eyr in «enen zorgelijken toestand verkeerde. Men had te midden van den nacht den geneet- heer Broussais bij dezen zieke moeten roepen, en alleen door het aanwenden van bloedzuigers de beuaauwdhedenwaardoor hij ge kweld werd, kunnen verminderen. Hij bleef evenwel bij het volle genot zijner verstandelijke vermogenshetgeen als een guuscig ver schijnsel werd aangemerkt. Daar de Pairs thans de volstrekt noodzakelijke begrotings wetten insgelijks hebben aangenomen en de Afgevaardigden uit eigene beweging naar hunne woonplaatsen zijn teruggekeerdzondenaar men verzekertde tegenwoordige zitting der wetgevende kamers den aisten April gesloten worden* Dit zoude echter niet, zoo als vroeger wel eens gebeurd is, dóór den Koning in persoon geschie den, daar men bij den tieurigen toestand der hoofdstad, het ten toon stellen van uiterlijke praal voor ongepast houdt, en de afwezigheid van vier der Ministers, die allen in mindere of meerdere mate on gesteld zijn, bij eene plegtige sluiting te zeer in het oog zoude loopen. Men zoude dus enkel door dé voorlezing van een koninklijk bevelschrift de zittingen der kamers ten einde brengenen de wei nige nog te Parijs achtergeblevene leden daarvan waren met dat doel tegen Zaturdag den 21 sten bijeengeroepen. Bij gelegenheid van den aanstaanden naamdag des Konings, die den isten Mei invalt; is, uit naam van den Minister d"Argout, aan de verschillende Prefekten een brief geschrevenwaarin inert het volgende leest: De eerste Mei nadert. Gij zult wel reeds vermoed hebben dat het hart des Konings, op een oogenblik, nu verscheidene oor den van Frankrijk door eene vernielende ziekte bezocht worden, iets stuitends zoude vinden in plegtigheden of vreugdebedrijvendie bij den rouw van zoo vele huisgezinnen op eene pijnelijke wijze zouden afsteken* Zijne Majesteit verlangt werkelijkcfSt nergens eene open bare viering van zijnen naamdag plaats hebbe. Hij wenscht slechts, dat de Franschen daaraan in hun hart gedachtig zijn en aan de on- gelukkigendie op dit oogenblik lijden de bewijzen hunner deelne ming doen gevoelen* Geen streelender hulde kan aan Zijne Majes teit worden bewezendan door goede Werken op zijnen naamdag ci verrigten* Wie ongelukkige Franschen te hulp komt, viert een feesc ter Cere van zijnen Koning. Ik verzoek u dus, Mijnheer de Prefekt, dat gij, onverschillig of de heerschende ziekte uw departement reeds al daa niet heeft aangetast, alle toebereidselen doet schorsen, die met dezen, door menschlicvendheid en wijsheid ingegeven wenseh strijdig zoüde zijn* Mogten de gemeente - besturen voor de viering van den isten reeds geldsommen hebben toegestaandan zult gij hen nopen, om die tót ietiiging van het lijden der on gelukkigen te ge bruiken die reeds door den geessel Zijn getroffen of wel om ze voor het geval ddt de besmetting tot hunne woonplaats moge over slaan ter zijde te leggen." Te Nantes hebben den i4 eö 15 April onrustige tooneelen plaats gehad. Het gepeupel, hetwelk zoo ais een der bladen dier stad zegt, door de toenemende «touche.d van de aanhangers der vo rige orde van zaken en door het lil beslag nemen van eenen voor raad buskruid aan dè huizen van leden dier partij, aan het gisten was gebragtheeft onder het geschreeuw vau: Weg met de Karlis- tcnde straten doorloopen en hier en daa-r'baMadigheden gepleegd. Onder anderen zijn aan de drukkerij van het blad C Ami de Pordre, die met kracht de zaak van Karei X voorstaat, de glazen ingeworpen. De bezetting en de nationale garde zijn op de been gekomen en heb ben eenigen der belhamels in hechtenis genomenwaarbij echter verscheidene manschappen door steenworpen Zijn gekwetst. Den ióden was de rust hersteld, en had de Burgemeester eene in zulke gevallen in Frandkrijk gebruikelijke afkondiging uitgevaardigd. Te Moissac, een stadje aan de Garonne, heeft het gemeen niet willen duldendat zekere Chaitbard in hechtenis werd genomen die beschuldigd werd van door geschriften tot burger-ooriog en tot hec niet betalen der belastingen te hebben opgeruid. Met is den 8stert dezer voor het huis van den Prokfirèur des Koningswaarheen de Heer Chaubard zichten gevolge vatr een tegen hem uitgevaardigd bevel tot in hechtenisneming, begeven had. zamengeschóold, ea heeft hemtoen hij door gendarmes vvier'd weggevoerdgeweldadig bevrijd* De Burgemeester, die zijné onderhoorigen tot het tooneti van meerderen eerbied aan de wetten wilde overreden, werd uitge jouwd, en daar de nationale garde, wegens het vernietigen der ver kiezingen van hare officierenniet bijeen kon komenis het gemeen meester gebleven. De regterlijke magc deed echter onderzoek naar het voorgevallene. B1NNENLANDSCHE EERIGTEN. Leger t» velde den 15 April 1832. Heden vierde de 2de leger- afdeeling hare eerste plegtige Godsdienstoefening van dit jaar in hec open veld. Z. D. H. de Hertog van Saxen - Weiniardie in de ge trouwe vervulling van godsdienstige en christelijke pligtenzoo weï j als in het bezit van krijgsmans-deugdenbij alle zijne wapenbroeders hoog belang stélt, had voor deze plegtigheid eene zeer geschikte plaats gekozen op de Heide tusschen Oosterwijk, Tilburg, Moerges tel en Hilvarer.beekten einde de in die omstreken gekantoneeerde 5 troepen zijner divisie góede gelegenheid te geven tot eene vereeaiging ic die rlakte.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1832 | | pagina 1