A#. 1834.1
f ALKMAAR SC TIE 1
N°. g* 'Y
COURANT.
Van MAANDAG
J ,1.' 3.»"
Den sp DECEMBER.
PUBLICATIE.
Nationale militie.
PUBLICATIE.
|illilléllHillili!IIHIlliUiill^lg!illll!!!H!llll
Deze Courant wordt geregeld eens in de week et, wel op Maandag, voor de Prijs van 6 Centen uitgegeven.
D* STAATSRAAD, GOUVERNEUR van iNOORD-IIOLLAND,
Gelezen de miisive van den heer Oppér-Houtvester voor de noor
delijke Provinciën van den i2den dezer n°. 29, betrekkelijk de slui
ting der groote jagt.
Gelet op de deliberation van heeren Gedeputeerde Staten, van 18
dezer n". 19.
Brengt bij deze ter kennisse van de daarbij belanghebbendendat
achtervolgens de bepalingen van den heer Opper - Houtvester voor
noemd, met overleg van heeren Gedeputeerde Staten, vaatgesteld
ée groote jagt met den laatster, dezer loopende maand, zal zijn gesloten.
De Staatsraad, Gouverneur voornoemd,
Van T U IJ L L.
De STAATSRAAD, GOUVERNEUR van NOORD-HOLLAND'
Brengt bij deze ter kennisse 'van de daarbij belanghebbendendat
«je over 1834 uitgelotene aandéelen in de negoriatie ten laste van de
provincie Holland (noordelijk gedeelte) zijnde de nonimers 5, 10,
20, 26, 39> 57' 627°» 7<*> 77' i2L i25' *32' *39 en 148, met
«fe verschenen intressenmet i<» Januarij 1835, zuilen worden afbe
taald, ten kantore van den heer Administrateur van's Rijks Schatkist te
Amsterdam, dagelijks van des morgens 10 tot 2 uren, (zon-en feest
dagen uitgezonderd) gelijk mede de intressen van de nog onuitgelotene
aandeelen, alles overeenkomstig art. 5 en <5, van het plan van nego-
tiade, goedgekeurd bij koninklijk besluit van 30 October 1828 ii°. 7.
Haarlemao December 1834.
De StaatsraadGouverneur voornoemd
Van T U IJ L L.
NATIONALE MILITIE.
PUBLICATIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ALKMAAR,
gezien de Circulaire van den lieer StaatsraadGouverneur van
Noord-Hollandde dato 6 December *834, waarbij is bepaald, dat
de werkzaamheden der Nationale Militie, voor den jare 1835, bin
nen de Steden en Gemeenten dezer Provincie, eeneu aanvang zullen
nemen met den eersten januarij aanstaande.
Roepen ter voldoening aan art. 60 der wet van 8 Januarij 1817,
po. i, omtrent de inrigting de Nationale Militiebij deze op, alle
IVIar.spersonenhunne wettige woonplaats'or domicilie binnen deze
Stad en lurisdictie hebbende, welke op den i"e" Januarij 1835, hun
negentienden jaar zijn ingetreden en mitsdien alle jongelingen, gebo
ren in het jaar 1816, ten einde zich ingevolge art. 59 der voorz.
wet, in het daartoe gereed gemaakte register tot de ligting voor de
Nationale Militie te doen inschrijven.
En ingevolge art. 6 van de wet van 27 April 1820, alle Mansper-
«onendie hun verblijf binnen dit Rijk komen te vestigen en als
Ingezetenen moeten worden beschouwdten einde zich, voor zoo
verre zij nog in de jaren der Militie vallen, insgelijks ter in
schrijving aantegevenin dat register, waartoe zij volgens hunneh
ouderdom behooren.
De inschrijving zal beginnen met Vrijdag den 2*en Januarij 1835,
en zal geheel en al moeten zijn afgeloopen den sosten daaraanvolgende.
Tot dezelve zkl worden gevaceerd in een der vertrekken op het
Raadhuis alhier den 6. 8, 13 en Ï5 januarij aanstaande, des namid
dags van 4 tot des avonds 7 ure.
En ten einde voortekotnen dat iemand in de termen der inschrij
ving vallende, zich door onwetenheid aan pligtverzuim schuldig ma
ke, hebben Burgemeester en Wethouders noodig geoordeeld, de In
gezetenen te moeten herinneren aan de navolgende bij voormelde wet
gemaakte bepalingen.
Dat, welke aanspraak op Vrijstelling iemand zoude vermenen te
hebben wegens gebreken, of anderzins, dezelve des niettegenstaande
gehouden is, zich te doen inschrijven, gelijk mede daaronder begre
pen zijn de gehuwden en afwezenden.
Dat de Ouders, Voogden en Regenten, verpligt zijn, hunne Kin
deren of Pupillen in Persoonof door iemand daartoe door hun
schriftelijk gemagtigd te doen inschrijven en dkarin nalatig blijven
de, zullen zij vervallen in de boete daarop gesteld, en ingeval van
volstrekt onvermogen, met gevangenis worden gestraft, onvermin
derd, dat zoodanige Kinderen of Pupillen, even als alle andere Jon
gelingen, welkje zich aan de inschrijving hebben onttrokken, indien
zij geene redenon van Vrijstelling kunnen bijbrengenin eene boete
en bij onvermogeutot gevangenis worden verwezen.
Dat de wettige woonplaats voor de inschrijving, wordt gehouden,
voor hun die ongehuwd zijn, de woonplaats der Ouders, en bij
overlijden van beiden, die van den eerstbenoerr.den Voogd, voor de
gehuwdende plaatsalwaar zij hun bestaan hebbenterwijl die
geene, welke geere Ouders, Voogd of eigen bestaan hebben, moe
ten worden ingeschreven ter plaatse, alwaar zij zich bevinden.
Burgemeester en Wethouders voornoemd, vermanen alle de Inge.
zecenen van deze Stad en Jurisdictie van dien, welke dit aangaat,
om zoo veel mogelijk in eigen persoonvoorzien van een Doop
Extract en eene nota van de wijk en nummer der woonplaatsdoch
bij volstrekt noodige afwezenheid door een hunner Naastbestaandeti
of Voogden, aan deze hunne verpligting getrouwelijk en naauwkeu-
rig te voldoenen daardoor voortekotnen dat zij niet als onwilliger
worden aangezien en gestraft, hetgeen zeker van hunne eigene nala
tigheid het gevolg zoude zijn.
Aldus gearresteerd ter Kamer Van Burgemeester en Wethou
ders der Stad Alkmaar, den a3"eu December 1834.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
FONTEIN VERSCHUIR,
Ter Ordonnantie van Dezelven
De DIEU FONTEIN VERSCHUIR.
NATIONALE MILITIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ALKMAAR,
gezien art. 21 der Wet op de Nationale Militie van den 8 januarij
1817 n°. 1, waarbij is bepaald, dat zich Jaarlijks voor dén 5 Januarij
aan het Plaatselijk Bestuur in geschrifte moeten adresseren de bij de
Nationale Militie voor zich zelve dienende Manschappendie in den
van het laatst verledene Jaar, het zij door overlijden van eenen
Vader of wel eener Moedérweduwe ziindeof door plaats gehad
hebbende regterlijke Separatie ef echtscheiding der Ouders of einde,
lijk door overlijden van eenen Broeder of Broeders, regt op Vrij.
stelling, overeenkomstig de bepalingen bij art. 91 en 94 gemaakt,
hebben verkregen en hun ontslag dienvolgens zullen verlangen.
En gezien de missive van den Heer Staatsraad Gouverneur van
Noord-Holland, de dato 6 December 1834, waarbij voormelde 21
art. speciaal wordt herinnerd.
Brengen ter kennis van de thans voor zich zelve bij de Nationale
Militie, dienende Manseiiappenwcllte na hunne Inlijving, teil ge
volge van art. 21 der voornoemde Wet, redenen van vrijstelling heb
ben" verkregen, en verlangen uit den dienst ontslagen te worden, dat
zij zich tot dat einde voor den vijfden Januarij aanstaande schrifte
lijk aan Burgemeester en Wethouders moeten adresseren en daarbij
overleggen de noodige bewijzeningerigt overeenkomstig de voor.
schriften bij art. 9! en 94 der bovengemelde Wet gestatueerd, toe
welke aanvrage 0111 ontslag even zeer de Manschappen zelve, als
ook derzelver OudersVoogdenCurators en geinagtigden bevoegd
zijn.
Gedaan U Alkmaarden i$e'ea December 1834.
Burgemeester cn IVethoudei's voornoemd
FONTEIN VERSCHUIR,
Ter Ordonnantie van dezelven
De DIEU FONTEIN VERSCHUIR.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der STAD ALKMAAR,
ingevolge art. 30 der Wet van den 8 Januarij 1817, h6. i, verlan
gende het Contingent dezer Gemeente in de Nationale Militie voor
den Jare 1835, zooveel mogelijk aantevullen met Vrijwilligerswelke
zich onder het genot der daartoe gestelde premie zullen aanbiedên
dezen dienst voor hunne mede Ingezetenen op zich te nemen.
Brengen bij deze ter kennis van alle de Ingezetenen dezer Stad en
Jurisdictie van dien, welke dit maar cenigzins zouden mogen aangaana
Dat ingevolge art. 31 der voorsz. Wet als Vrijwilligers kunnen
worden aangenomen alle Ingezetenen, welke op den i Januarij 1835
ongehuwd hun I9e jaar zijn ingetreden, en hun 30® nog niet hebben
volbragt(ten ware dat zij reeds in dienst der Neder/andsche Ar mi
of Nationale Militie hadden gestaan:) in welk geval zij tot den ou.
derdotrt van 35 Jaar zulten worden toegelaten, en de noodige ge-,
schiktheid hebben, welke voor den dienst wordt vereischt, als ook
ten minste gedurende de laatste vijftien maanden binnen deze Ge
meente gewoond hebbende en dat de aanbieding van 'de zóèdanigen
zal kunnen geschieden ter Secretarie dezer Stad, dagelijks; (uitge.
zonderd Zon- en Feestdagen) van den 29en der maand December
van des voormiddags tien tot des namiddags fwee ure, tót en mee
den 2oen Januarij aanstaande ingesloten.
Gedaan te Alkmaar, den ao"'0 December 1834.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
FONTEIN VERSCHUIR,
Ter ordonnantie van dezeh'en
De DIEU FONTEIN VERSCHUIR.
BINNENLANDSCHE BERIGTEN.
'3 Gravenhage, den lyden December.
Ia de Utrechtiche Courant leest men het volgends bijzonder berigt