A* 1842. ALKMAARSCïfE R' 10. C 0 II li A N T. I a a n <1 a g 18 April. PROVINCIE NOORD - IIOL LAND. O aanbesteding. Deze Courant wordt eens in de week en wel eiken Maandag-, voor de Prijs van 6 Centen uitgegeven. p Woensdag den 20*ten April des jaars 1842, des namiddags ten 2 ure, zal, onder nadere approbatie, door den Heer Staatsraad, Gouver neur van de Provincie Noord-IIolland, of bij deszelfs absentie, door een der Leden van de Gedeputeerde Stater') en in bijzijn van den Hoofd-Ingeniéur van den Waterstaat, in gemelde Provincie, aan bet locaal van het Gouvernement te Haarlem, worden aanbesteed: 1 Het maken van twee gedeelten Steenglooijing en eenige ver dere Werkzaamheden hij den Katwouder Zeedijk. 2°. liet gedeeltelijk verzwaren van het Dijksprofii én het doen van eenige verdere werkzaamheden bij den Zuidpolder Zee dijk nabij Edara. Deze aanbesteding zal geschieden bij inschrijving en opbod. De bestekken, op welke de bovengemelde aanbesteding zal plaats hebbenzullen boven en behalve aan het Gouvernement der Provin cie Noord-Holland, te Haarlem, ter lezing liggen: te Amsterdam in het Logement het Wapen van Medemblik op den Dam, in het Noord-tlollandsch Koffijhuis in de Kalverstraat, in het Koffij'huis het Vosjeter plaatse van de afgebroken Beurs, in bet Harlinger Veer huis op de Texelsche Kade; te Haarlem in de Kroon, in het Noord- Hollandsche Koffijhuis, in de Halve Maan en in het Heeren Logement, te Alkmaar in den Rooden Leeuwen in de Toelastte Iloorn in het On gemaakte Schip en in den Doelente Medemblik en te Enkhuizen in den Valk, te Nieuwediep bij Jan Roven en bij Ihnente Purmeren- de bij den Logementhouder Frikke te Edam in het Ileei en-Logement; te Monnickendam in den Doelen; te Buiksloot bij den Kastelein Vuyk te Weesp in den Roskam en te Muiden in het llof van Holland Zullende des Maandags vóór de besteding de noodige aanwijzingen in loco worden gedaanen voorts nadere infonnatiën te bekomen zijn bij den Ingenieur van den waterstaat J. G. van GENDTen bij den Aspirant Ingenieur A. B. MENTZ, beide te Amsterdam' De Prijs der AtmaiTENTiëN van 1 tot 5 re gels is één Guldenen voor eiken regel meer 20 Centen, behalve 35 centen zegelregt voof elke plaatsing. tegenstaande zijnen hoogen ouderdotn, tot voorkorten tijd werkzaam was. De Keizerop dezen belangwekkenden persoon opmerkzaam gemaakt, heeft hem, naar men verhaalt, bij zich geroepen en hem vrijheid gegeven, om te zeggen wat hij bovenal wenschte. Nu gaf de stokoude man te kennen, dat hij niets meer verlangde, dan na 100 jaren, zijnen geboortegrond nog eenmaal weder te zien. Het verzoek werd hem toegestaan en door de liefderijke voorzorg des Keizers werd hij zelfs van een rijtuig voorzien en hem een genees heer op reis medegegeven. Toen hij te Leipzig kwam, had hij die stad juist in eene eeuw niet gezien; want op zijn 19de jaar was hij van daar, waar hij het slotenmakerswerk geleerd had, Daarbui ten 's lands vertrokken. Ilij hield er zich echter slechts een paar korte uren op, daar zijn gemoed hem bovenal naar het dorp henen- drong, waar hij als knaap had gespeeld. BURGEMEESTER en WETIIOUDEREN der Stad ALKMAAR brengen bij vernieuwing van derzelver vroegere kennisgeving van den 16dcn Februarij 1829 mits deze ter kennisse van de Ingezetenen derzelve Stad en Jurisdictie: Dat de Dreggen bestemd tot redding van drenkelingen voorhanden, en in geval van voorkomende noodzakelijkheid verkrijgbaar zijn op' de navolgende plaatsen, als: aan het Kanaal. aan den molen de Strooijonher. aan den Omval bij Jacob Seijsen. in het Logement de Schelvisch. bij den Com mis van de Boompoort. in het Schippershuis op de Bierkade. bij den Brugwachter van de Vlotbrug op 't eiland. bij den Poortier van de Schermerpoort. bij den Poortier van de Vriesehe barrière. aan de Bokkesluis bij den Heer van Vloten. bij den Commis aan de Texelsche barrière. bij den brugwachter der Vlotbrug buiten de Texelsche barrière. En verder in en langs de Stad. bij den Brugophaalder der Sint Annabrug op 't Luttik Oudorp. Kuipersbrug. aan de Waag bij J. J. Hulskamp. Schapenbrug bij den Heer F. vanfde Velde. het Wachthuis op de Vischmarkt op het Dronkenöord bij B. Gottmer aan de Nieuwstraat. aan het Stads erf. bij den Poortier van het Nieuwlanderhek. aan de brug Van de Luthersche Kerk bij F. Adolf. op het Ritsevoort in 't Logement de Roode Leeuw. bij de Poortier van de Kennemerpoort. op de Oudevest bij Greeve aan de Brillesteeg. aan de Lamoralersluis in den Graaf van Egmond bij den Commis aan de Geesterpoort. aan de Hoofdwacht in de Langestraat, 'Alkmaar, den 16dcn April 1842. [Burgemeester en' TVethonderen voornoemd F. C. W. DRUIJ VESTE IJ N. Ter Ordonnantie van dezelven De DIEU FONTEIN VERSCUUIR. BUITENLANDSCHE BERIGTEN. Uit Maagdenburg schrijft menDezer dagen ontving onze stad een bezoek van een in Rusland gevestigde grijsaard. Hij telt niet minder dan 119 jaren en is een geboren Duitscher, die te Freiburg aan de Unstrut het eerste levenslicht aanschouwde. Op zijn 19de jaar verliet hij Duitschland, reisde lang als slotenmaker rond, ves tigde zich later als zoodanig In Rusland, en werd eindelijk in de Keizerlijke geweerfabrijk te St, Petersburg aangesteldwaar hij, niet- BINNENLANDSCIIE BERIGTEN. 's Gravenhage, den 11 den April. Bij besluit van den Oden April 1842, heeft Zijne Majesteit'aan deö landbouwer G. Kooien, te Roermond, onder betuiging van Hoogst- deszelfs tevredenheid, toegekend de zilveren medaille, ingesteld bij Koninkljjk besluit van den 24sten Januarij 1841, ter belooning van menschlievende daden; en zulks ter zake van het menschlievend en moedig gedrag door hem betoond, ter gelegenheid, dat in den a- vond van den llden Maart jl.de Maas-veerpont bij Roermond, door het breken der ketting, was, afgedreven en aangeland op de zooge naamde Koningsgriend, als wanneer voorschreven G. Kooien, niet tegenstaande de duisternis en het ontstuimige vaarwater, zich in een schuitje begeven, en daarmede twaalf personen, welke zich op de veerpont bevonden, overgenomen en behouden aan wal gebragt heeft. Men schrijft ons uit de gemeente der Beide Katwijkenc. a. Aan de commissie tot inzameling van liefdegiften voor de nage^ latene betrekkingen der verongelukte equipagie van de onlangs om geslagen Bomschuit, de Katwijksche Maatschappij tot uitoefening der kust- en steurharing-visscherij toebehoorende, is van wege Zijné Ma jesteit den Koning tie hoogst aanzienlijke som van drie honderd gul den uitgereikt, als eene gift tot leniging van de droevige omstan digheden, waarin dezelve ongelukkig-e achtergeblevenen zich bevinden. a Moge dit op nieuw gegeven blijk van Zijner Majesteits zoo alge meen erkende werkdadige en vaderlijke deelneming in het lot van Hoogstdeszelfs ongelukkige onderdanen, tot spoorslag en opwekking strekken aan allendie door de Voorzienigheid met het bezit van tijdelijke middelen gezegend zijn." Uit Maastricht schrijft men het volgende: De ruïnen van het kasteel Valkenburg, onlangs als domein ver kocht, trekken, nu zij door den eigenaar opgegraven worden, de aandacht .ot zich. Men is reeds tot de oudesedert eeuwen door puin gevulde kapel doorgedrongen, en onder dezelve heeft men een onderaardsch gewelf met hier en daar verspreide doodsbeenderen ontdekt, buiten twijfel van de verdedigers van het kasteel, die daar, bij een beleg van de 14de eeuw heen gevlugt zijnde, onder dó puinhoopen der ingestorte kapel levend begraven en van honger gestorven zijn. Ook heeft men het graf van Rcijnald van Valken- gestorven in 1339, gevonden. Deze opgravingen worden door velen bezocht." In het laatste nommer van het Tijdschrift de Vriend des Va derlands, komen voor de volgende kolonie-berigten over de maand Maart 1842. Met het graven van lange turf, dat dit jaar te Om- merschans en A eenhuizen geheel door eigen volk zal geschieden, staat men een' aanvang te makende grootere bevolking heeft het thans mogelijk gemaakt, uitgave aan vreemde werklieden daarvoor te besparen, en, ofschoon deze werkzaamheid niet alleen zwaar is, maar ook zekere mate van handigheid en geoefendheid vordert, vleit men zich echter door eene buitengewone aanmoediging in hét oogmerk te zullen slagen. Aan werkzaamheden voor de houlteelt is men thans ook nog be zig, inzonderheid te ommerschans en in gewone koloniën, alwaar de gelegenheid en middelen het meest voorhanden zijn en de sla- ging, tot dusverre, ook het grootste was. De fabrijkmatige werkzaamheden blijven in denzeifden loop. De toeneming der bevolking en het voorzien telkens van groote getal len nieuw aangekomene kolonisten, van eerste kleeding, huisraad en gereedschappen, laat nog geene vermindering van den gewonen fabrijkarbcid toe, integendeel vordert|zulks ijverigen voortgang daar mede. De koflij zak-weverij met 138 weefgetouwen te Ommerschans en Veenhnizen blijft ongestoort voortgaanen wekelijks 12000 zak ken opleveren. De katoen-weverij in de gewone koloniën kon, uit gebrek aan genoegzame kettinggarens, eenige weken minder sterk worden voortgezet, welk oponthoud echter spoedig weder zal her steld zijn,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1842 | | pagina 1