A0' N° 48 COURANT. Maandag 28 November. Deze Courant wordt eens in de week en wel eiken Maandag, voor de Prijs van 6 Centen uitgegeven. De Prijs der Advertenticn van 1 tot 5 re gels is één Gulden, en voor eiken regel meer '20 Centen, behalve 35 centen zegelregt voor elke plaatsing. jjuA GEDEPUTEERDE STATEN der PROVINCIE NOORD-HOLLAND. Willende de Ingezetenen in de gelegenheid stellen om zich bij den aankoop zno van nieuwe als van oude Nederlandsche Maten en Gewigten te (kunnen verzekeren of die Maten en Cewigten al dan niet aan den ijk of aan den herijk nog moeten worden onderworpen; en ten einde de'ingezetenen te behoeden voor onwillekeurige overtredin gen en tevens voortekomen, dat niemand on wetenheid van den aan genomen Jaarlelter zoude kunnen voorwenden; Brengen bij deze ter kennisse van allen die zulks zouden kunnen aangaan: lo. Dat de herijk der lengte Maten en Gewigten voor het jaar lo4o, zal beginnen in de stad Amsterdam met den 2<len Januarij en eindigen den 30sten April aanstaande dat die voor de Inhouds maten van droogewaren en van bet Goudgewigt aldaarzal plaats hebben in de maand Meien die der Vochtmaten voor den han del in het groot en in het klein mede te dier stede, in de maand Junij aanstaande. 2°. Dat de herijk van alle de maten en Gewigten in het Arrondis- ment Amsterdam en in de overige Arrondissementen Haarlem, Hoorn en Alkmaar, zal beginnen met den lsteu April en eindi gen den laatsten Julij 1843. 3«>. 'Dat tot den IJk en Herijk, gedurende het jaar 1843, is be stemd de letter Y. Wordende de belanghebbenden bij deze aangemaand, om zich de gemelde tijdperken ten nutte te maken, ten einde zich voor alle on aangenaamheden en noodeloze kosten te vrijwaren. Haarlem, den 10[1™ November 1842. De Gedeputeerde Staten voornoemd, Va» E W IJ C K. Ter Ordonnantie van dezelven, De Griflier der Staten, A. J. van der HEI M. De geen die in het bezit mogt zijn van de Kansbilletten N°. 512,295 a 1000. en N°. 459,201. E 459,202 A. ieder a 200. wordt verzocht zich aan te melden ter Secretarie der stad Alkmaar. BURGEMEESTER en WETHOUDEREN der Stad ALKMAAR brengen mits deze ter algemeene kennisse Dutten gevolge van daartoe ontvangene magtigingen onder goedkeuring van 'L. E. den Minister van Binnenlaudsche Zaken, op den 17den "lezer maand door den Ed. Achtb. Raad dezer Stad is voorzien in de door het overlijden van den Heer G. J. GERSEN o- pengevallene plaats van STADS FRANSCH KOSTSCHOOLHOUDER al daardoor de benoeming en aanstelling van den Heer J. GOEDHART, tot dusverre particulier Onderwijzer in de nieuwere talen binnen de ze Stad, en dat door denzelven' met dit onderwijs eenen aanvang zal worden gemaakt op Donderdag den eersten December dezes jaars in het daartoe ingerigte gebouw in de Langestraat wijk A N°. 535, op zoodanige voorwaarden als bij het Prospectus daarvan onder ap probatie van het Stedelijk bestuur ontworpen zijn bepaald. Burgemeester en Wethoudereu bevelen mits deze de genoemde School'en den aan derzei ver hoofd geplaatsten Onderwijzer, die ge durende drie jaren aan de Ouders der aan hem toevertrouwd ge weest zijnde Leerlingen alle reden van tevredenheid heeft gegeven, allen Ouders en Voogden op het dringendst aan met de verzekering dat opzigtelijk deze School, zoo met betrekking tot de onderschei dene takken van Onderwijs, als van de zedelijke opvoeding der kin deren zoodanige maatregelen en verordeningen zijn daargesteld, als bij een voortdurend toezigt door het Stedelijk bestuur en der Plaat selijke Schoolcommissie gevoegd bij de kunde en bekwaamheid van den Onderwijzer den waarborg voor eene meestgewenschte weder kerig zedelijke en wetenschappelijke opvoeding en vorming kunnen aanbieden. Alkmaar, den 21sten November 1842. Burgemeester en fVethouderen voornoemd E. C. W. DRUIJ VESTEIJN. Ter Ordonnantie van dezelven, De D1EU FONTEIN VERSC1IUIR. Door den Edel Achtb. Raad dezer Stad met het vertrouwen ver eerd van, aan het hoofd van het Stedelijk INSTITUUT alhier ge plaatst lo' worden neem ik de vrijheid mij ook in het vertrouwen en de gunst mijner geëerde Stadgenooten aan te bevelen. Alkmaar, den 25sten November 1842. J. GOEDHART. BURGEMEESTER en WETHOUDEREN der Stad ALKMAAR, Ontvangen hebbende'eene Dispositie van den Heer Staatsraad, Gouver neur der Provincie Noord-Holland, gedateerd 29 October 1842 n°. .JOj (Prov. blad n°. 108) waarbij hun de verpligling wordt opge- legd tot het doen van periodieke opgaven omtrent de nit hunne Gemeente naar andere Gemeente vertrokkeneof van daar alhier ingekomene personen, Moedigenom tot de kennisse daarvan te geraken, en tot dat daaromtrent nadere en bepaalde voorschriften voor het vervolg kun nen woruen medegedeeldallen ingezetenen vatj deze Stad en der- zeiver Grondgebied, die gedurende het loopende jaar binnen desa Stad zijn komen inwonen, uit, om zich binnen den tijd van veer tien dagen na heden aan te melden ter Stedelijke Secretarie, ten einde» aldaar in de Registers van bevolking te worden ingeschreven gelijk zij almede allen die van nu af aan de stad met der woon zouden wenschen te verlaten, en zich in eene andere Gemeente te vestigen, of die van eene andere Gemeente zullen komen inwonen de verpTgting op leggen om van dat hun voornemen vóór hun vertrekof binnen acht dagen na derzei ver aankomst aangifte te doen ter Secretarie, en te vens bij den Buurtmeester uit wiens buurt zij zullen vertrekken, of in welke zij zich met der woon willen vestigen. Wordende ten slotte alle verhuurders of ingebruikgevers van ge bouwen of gedeelten van dieuhetzij met of zonder betaling van huur of aan van buiten deze Gemeente inkomende familiën of perso nen herinnerd aan de Notificatie van den 28sten Julij 1838 en de ten gevolge van dien op hen rustende verpligting, om, zoowel van alle door hen te doene verhuringen, als van de verhuizing der be woners van hunne gebouwen naar andere woningenbinnen acht dagen daarna, aangifte te doen ter Secretarie dezer Stad, en welke bepaling dan ook, ton gevolge der bovenvermelde dispositie, hij de ze wordt vernieuwd en in volle kracht hersteld. Alkmaar, den 24sten November 1842. Burgemeester en Jf ethouderen voornoemdp J. T. K 0 0 R N. Ter Ordonnantie van dezelven, De DIEU FONTEIN VERSCIIUIR. BUITENLANDSCHE BERIGTEN. Men heeft berigten wegens een vreesselijke orkaan en stortvloed, die in het laatst van October op Madera gewoed hebben. Men her- innerde er zich geen zoodanigesedert 1803toen omstreeks 40(J menschen in zee geslagen werden. Ook nu heeft men eenige hon- derde personen te betreuren. De afgeloopen zomer was buitenge woon heet geweesthet weder bleef jzeer gunstig tot 15 October, toen het gebergte omwolkt begon te worden. Tot den 24sten had men regen met onweer. Op den middag van den 24sten scheen het peheele eiland als door eene wolk overstelpt, en in volslagen dms- teruis gewikkeld te zullen worden de barometer viel aanmerkelijk, de lucht was zeer drukkend, en had iets zwavelaehtigsen de wind was compas-rond. Ten 1 ure begon de regen met stroomen te val len, en een uur daarna zag men op een mijl afstands eene ontzet tende zwelling van de zee, die zich spoedig verbond met eene mas sa van donkere wolken, die over de baai hingen; het scheen of die wolken het water uit de zee opzogen. Deze liep ras zoo hoog, dat het water met onbegrijpelijk geweld over de stad Funchal sloeg, gelukkig werd het echter daardoor eenigzins gebroken. De regen duurde onophoudelijk voorten ten 4 ure begon de drift in het wa ter der rivier, dat reeds 40 voet hield, vrees te verwekken. Brug gen werden weggesleept en het water brak door de straten henen het steeg tot drie voet; honderde mannen, vrouwen en kinderen waadden door de stroom, en vlugtten naar het gebergte, en anderen van buiten af zochten, onder jammerlijk geschreeuw en verward, heil in de ;stad. Digt bij de rivier zag men een nog treuriger schouwspel. Het water had de wijnpakhuizen stuk geslagenen den voorraad naar de zee gezweept, terwijl al de straten in de na bijheid onder water stonden, en de inwoners met ladders en over dé daken hunner huizen vlugtten. Meer dan twee honderd huizen zijn vernield, of onbewoonbaar geworden; en de hoeveelheid wijn, koren, enz., die naar zee geworpen en weg is, is zeer groot; aan eene berekening van de schade kon menhij het afzenden der be rigten, nog niet denken. Den volgenden dag, den 25sten, is door den gouverneur eene vereeniging der ingezetenen belegdaan de armen is voedsel uitge deeld; eenige forten zijn hun ter bewoning aangewezen, en maat regelen werden verordend om zoo veel mogelijk dronkenschap en rooverij tegen te gaan. Dit wasechter schier ondoenlijk, daar de vaten wijn in alle rigtingen henenrolden en in gansche straten de huizen, waaruit de bewoners gevlugt waren, open waren voorsieder, die er binnen wilde komen. Den ganschen dag van den 24sten had de regen aangehouden den volgenden dag was het weder wat bedaard. Een zestal sche pen was in den orkaan gestrand. Men verwonderde zich in Fanchal dat, door het geweld van de orkaan en stortvloed, de gansche stad niet door de zee verzwolgen was. Ook van elders op het eiland luidden de berigten allertreu- rigst. Half Machio is vernield; in Madalena zijn genoegzaam al de huizen en een deel der ingezetenen weggespoeld ;S[Fayak en Porto Cruz hebben zwaar geledenen vooral le Caniqo heeft men groofö onheilen te belrenren. BINNENLANDSCHE BERIGTEN. Alkmaar den 22ste» November. Tn de Amsterdatnechc Courant van heden leest men li De twee beroemde Schilderijen van Rcmbrafldt van Rbijnnag^T i

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1842 | | pagina 1