r 1843. ALKMAARSCHE N9 12. COURANT- M a «a 11 d a g 20 Maart. PUBLICATIE. Deze Cuurant wordt eens in de week en wel eiken Maandag, voor de Prijs van 0 Centen uitgegeven. De Prijs der Advertentiön van 1 tot 5 re gels is één Gulden, en voor eiken regel meer 20 Centen, behalve 35 centen zegelregt tuur elke plaatsing. - ÏHr STAATSRAAD, GOUVERNEUR dsr Provincie NOORD-HOLLAND, Brengt ter kennisse van het publiek, dat de passage van het ge deelte van den grooten weg van Alkmaar naar den Helder, begre pen tusschen gemelde Stad en het gehucht Schoorldamvan af den 5<len dezer maand en tot nadere aankondiging, alleenlijk zal kun- plaats hebben aan de westelijke zijde langs het Groot Noord - Hol- landscb Kanaal. Haarlemden 10l'cn Maart 1843. De StaatsraadGouverneur voornoemd Van E W IJ C K. De STAATSRAAD, GOUVERNEUR der Provincie NOORD-HOLLAND; Gelezen eene missive van den Heer Opper-Houtvester, van den 4den Maart II., n°. 34, betrekkelijk de sluiting der Visscherij. Gelet op de deliberatiën van lleeren Gedeputeerde Staten van den 9den Maart 1843, n°. 52. Brengt bij deze ter kennisse van alle belanghebbendendat aeh- tervolgens de bepalingen, door den Heer Opper - Houtvester voor noemd met overleg van lleeren Gedeputeerde Staten vastgesteld ter conservatie van de Visscherij, dezelve zal gesloten zijn van den eersten April eerstkomende tot en met den vijftienden Mei daaraan volgende. Wordende de belanghebbenden wijders herinnerd aan de bepa lingen van Z. M. besluit van den 23sten Mei 1824, (staatsblad h°. 34) waarbij het visschen met den Hengel, in den gesloten Vischtijd, in alle Wateren, hoe ook genaamd, wordt verboden; alsmede aan de bepalingen van art. 11, 12 en 14 van de wet van 11 Julij 1814, n°. 29, (staatsblad n°. 79) op het stuk der Jagt en Visscherij; zijn de die artikelen van den navolgenden inhoud Art. 11. De tijd der opening van de Jagt en Vischtijd, zal, voor iedere Provincie afzonderlijkjaarlijks door den Opper - Hou- vester, met overleg van de Provinciale Staten, worden geregeld." Art. 12. In den aldus bepaalden besloten tijd der Jagt en Vis- Bcherij, zal geen Wild noch Visch, waarvan het jagen en vangen als dan verboden islanger dan gedurende acht dagenna het slui ten van de Jagt of Vischtijd, mogen vervoerd, noch langer dan veertien dagen na die sluiting, mogen verkocht worden, buiten bijzondere voorkennis van onzen Opper-Houtvester." Art. 14. Alle overtredingen, waarop geene bijzondere boete is gesteld, zullen gestraft worden met eene boete van twintig gulden; onverminderd de verbeuring van het Jagt- of Vischtuig, de Honden, mitsgaders het gevangen Wild ol den gevangen Visch, zoo als zulks bij art. 7 wordt geslatueerd gevonden." En ten einde niemand eenige onwetenheid hiervan, zoude kun nen voorwenden, zal deze alomme worden gepubliceerd, alwaar zulks in deze Provincie te doen gebruikelijk is. Haarlem, den 15'len Maart 1843. De Staatsraad, Gouverneur voornoemd, Va» E W IJ C K. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ALKMAAR, in ervaring gekomen zijnde Dat men zich niet ontziet onderscheidene gewassen en Heesters, welke zich tusschen het geboomte in de plantsoenen in en buiten de Stad ontwikkelen, afteplukken aftesnijden en op sommige plaat sen met wortel en al uit den grond te rukken; waardoor niet al leen de plantsoenen ontsierdalle gelegenheid tot nestelen der Nach tegalen en ander klein gevogelte weggenomenmaar tevens het jong geboomte, door het losmaken van den grond, in deszelfs groei belemmerd en tegen gegaan wordt. Herrinneren mits deze elk en een iegelijk dat dergelijke handelin gen volstrekt zijn verboden; met waarschuwing dat niet alleen de beambten van politie maar ook allen Stedelijke werkliedenden strengsten last is opgedragen om daarop toe te zien en de bedrijvers daarvan zonder oogluiking aan te houden en aan de regterlijke magt over te leveren; ten einde ingevolge de bestaande wetten we géns beschadiging of roof van aan de publieke veiligheid toever trouwde goederen, van welks treurige gevolgen zich nog zoo kort geleden een waarschuwend voorbeeld alhier heeft voorgedaan, ver volgd te worden. Alkmaar, den llde» Maart 1843. Burgemeester en Wethouders voornoemd, F. C. W. DRUIJVESTE1JN. Ter Ordonnantie van dezehen De D1EU FONTEIN VERSCHUIR. NATIONALE MILITIE. BURGEMEESTER en WETUOUDERS der Stad ALKMAAR- Brengen mits deze ter kennisse van do daarbij belanghebbende, (doch daatioe niet expressclijk opgernepene) Lotelingen der Nationale Militie hunner staddat de Militie-Raad deszelfs Zitdag ter be; oordeeling en Uitspraak over de opgegevene redenen tot Vrijstel ling zal houden op Donderdag den 30slen dezer maand, des morgen ten Negen ure precies, in het Raadhuis der Stad Hoorn. Geschiedende deze Kennisgeving opdat de Lotelingen, welke bij die Uitspraak wensehen tegenwoordig te zijn, daartoe de gelegen' beid zouden hebben. Alkmaarden 18Jcn Maart 1843. Burgemeester en Wethouders voornoemd J. T. K 0 0 R N. Ter Ordonnantie van dezelven, De DIEU FONTEIN VERSCEUIR. ----- BUITENLANDSCHE BERIGTEN. F R A N K R IJ K. Parijs den 13den Maart. Al de brieven van bet eiland Guadeloupe zijn opgevuld met hart verscheurende bijzonderheden. Te Pointe a Pitre loopt een jeugdig meisje, om eenen zekeren dood te ontkomen, het ouderlijke huis uit; maar op het oogenblik, dat zij zich buiten gevaar waant, blijft zij met hare beide beenen als vastgenageld tusschen het puin van een instortend huis. Zij roept luide om hulpzij ziet met reu zenschreden de vlammen 'aanrollen, die haar zullen verslinden. Een soldaat, door haar gegil derwaarts gelokt en door eenen bur ger ondersteundpoogt de ongelukkige van de haar omkluisteren- de steenen te bevrijdendoch te vergeefsal hun werken baat niets. Zij verzoekt alsdan als eene bijzonderen gunst dat men haar de beide beenen afhouwe ten einde haar te onttrekken aan da vlammendie haar reeds bereiken. De soldaat toegevende aan de smeekingen van het meisje, trekt zijne sabel uit de schede; het zwaard is reeds geheven om de beide beenen af te houwen, toen hem eensklaps de moed ontzinkt en hij de vlugt neemt, verschrikt door het vuur, hetwelk bereids onder zijne voeten begint te bran- den. Spoedig verneemt men niets meer dan de laatste zuchten van het ongelukkige meisje.[Mig. Handelsbl BINNENLANDSCUE BERIGTEN. In de Amsierdamsche Courant leest men Men verneemt met veel genoegen, dat de nieuwe inrigting van armverzorging en water-zuivering hier ter stede, door den heer mr. G. Buijs ontworpen, door aanmoediging en deelneming van eeniga aanzieidijke ingezetenen tot stand gebragt, en door de goede zorgen der heeren Pörtener, Rubens, jonkhr. Salvador en Bruno Tideman als Commissarissen, georganiseerd en in werking gesteld en door be langrijke giften, zoo wel van onzen geëerbiedigden Koning en van Z. M. Willem Erederik, als van verschillende vereenigingen en bij zondere personen, ondersteund, niet slechts aan haar eerst meusch- lievend doel ten volle heeft beantwoord, door dagelijks tot 300 a 400 armen, in door stoom verwarmde lokalen, met droog brood en koffij te verkwikken en per nacht, omstreeks 30 a 40 hulpbe hoevenden van nachtleger te voorzien (en dat alles zonder dat nog immer iets voorviel, wat orde, rust of zedelijkheid verstoorde of kwetste) maar, dat ook deze zelfde weldadige instelling haar tweedo hoogst belangrijk oogmerk volkomen heeft bereikt. ^Het blijkt toch dat commissarissen zich hebben gewend tot do plaatselijke commissie van geeneeskundig toevoorzigt ter dezer stede, ten einde het gezuiverd water, dat reeds dadelijk aan alle uiterlij ke vereischten van helderheid en smaak en reuk voldeed op eene wettige wijze ook scheikundig te doen onderzoekenen dat gemel de commissie zich niet alleen daartoe heeft bereid verklaard, maar ook zich genegen heeft betoond om, uit hoofde van het hoog gei wigt der zaak (voor dit geval) een certificaat van hunne bevinding af te geven. Zoodat door welgemelde commissie, na een naauwkeu- rig onderzoek omtrent de innerlijke hoedanigheden en bestanddee- len van dit gezuiverd water schriftelijk is verklaard, dat hetzelve bevonden is te zijn allezins geschikt tot hnisselijk gebruik en geene inmensselen bevat, welke voor de gezondheid schadelijk zijn." De hoogst belangrijke vraag is alzoo beantwoord dat Amster dam in hare zoo onreine grachten zeiven, door gepaste distillatie en filtratie tevens, ook in het groot, vooral bij meer en meer vol maakte toepassing, het middel kan vinden, om in de behoeften aan zuiver en gezond drinkwater binnen hare eigene muren te voorzien.'* Men leest in den Memorial Bordelais: Voorleden Zaturdag kwam, uitgeput van honger en vermneijenis, te Bordeaux aan, eeii jonge Duitscher, die Parijs te voet had verla ten met slechts 14 franken, welke reeds sedert eenige dagen ge heel verteerd waren, zoodat hij zelfs het laatste bruggegeld niet had kunnen voldoen. In eene herberg aangekomen, vroeg hij naar de woning van den consul zijner natie. Een arme matroos, een neger,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1843 | | pagina 1