A"' 1844. alkiaarsciïe COURANT. ^3^ 27 Mei. M ft ft u tl a K HRni PUBLICATIE. NEDERLANDEN. Deze Courant wurdt eens in de week en wel eiken Maandag, vuor de Prijs van 6 Cente «itgegeven. Y >'in -R. ,V "V De Prijs der AdveItenticn van 1 tot 5 «re gels is één Gulden, en voor eiken regel meer 20 Centenbehalve 35 centen zegelregt veer elke plaatsing. BURGEMEESTER en W ETHOUDERS deti Stap ALKMAAR, Gezien Z. M. besluit van den 21»'™ Maart 1828 (Staatsblad n°.fi.) houdende reglementaire bepalingen tot invoering der Wet op de Schutterijen van den ll^n April 1827, (Staatsblad n«. 17) in ver- band gebragt met art. 6, 7, 8 en 0, van gezegde wet. Gezien de dispositie van den Heer Staatsraad, Gouverneur der Pro vincie Noord-Hollandd.d. 11 April 1828 Pro'v. blad n .al, omtrent de executie der wet op de Schutterijen. Roepen bij deze op alle Manspersonen ingezetenen dezer Stad en Jurisdictiewelke op den eersten Jannarij 1844, hun 25ste jaar zijn ingetreden en alzoo diegenenwelke in den jare 1819 zijn geboren, alsmede de zoodanigen welke, ofschoon in andere gemeenten inge schreven, sedert de laatste inschrijving binnen deze stad zijn komen wonen en op den Januarij 11., hun 34*'e jaar nog niet hebben voleindigd, en alzoo geboren zijn in de jaren 1818 tot en met 1810 ingesloten, de vreemdelingen van denzelfden ouderdom, die sedert de° laatste inschrijving in de termen gevallen zijn, om volgens art. 2 der wet van 11 April 1827, als ingezeten te worden beschouwd, benevens de gepasporteerde militairen, welke zich tot dusverre niet ter inschrijving voor de Schutterij hehben gepresenteerd ten einde zich in de daartoe gereedgemaakte registers te doen inschrijven te vens te kennen gevende Dat de inschrijving zal beginnen den 15<1™ Mei aanstaande, en ge heel zal moeten zijn afgeloopen den eersten Junij daaraanvolgende, terwijl in een der vertrekken op het Raadhuis alhier, voor de in schrijving zal worden gevaceerd van af den 15d(>rl Mei 1844, op Maandag en Donderdag van iedere week tot aan den Eersten Junij aanstaande met uitzondering van den Hemelvaartsdag en Pinkster maandag:) telken dage van 's namiddags 5 tot 7 ure. En ten einde voor te komen dat iemand in de termen der in schrijving vallende, zich door onwetenheid aan pligtverzuiiu schol dig make heeft het Gemeente bestuur noodig geoordeeld een ieder bekend te maken met, en te herinneren aan de navolgende bij de wet van 11 April 1817, (Staatsblad n°. 17) gemaakte bepalingen. Dat een iegelijk, zonder onderscheid hjj mogt vermeenen al ot «iet onder de hij de wet vrijgestelden of uitgesloteneu te hehooren Verpligt is zich voor de Schutterij te doen inschrijven. Dat'zij die in meer dan eene Gemeente hun verblijf houden of den zetel van hun vermogen hebben gevestigd, tot de inschrij ving verpligt zullen zijn binnen die Gemeente, waar eene dien t- doende Schutterij aanwezig is, en bij aldien in die verschillende ge meenten. alleen dienstdoende of alleen rustende Schutterij bestaat, zich te doen inschrijven in die Gemeente, alwaar zij voor de per- soneele belasting zijn aangeslagen, en de ambtenaren in die Gemeen te alwaar zij ambtshalve verpligt zijn hun verblijf te houden, Dat degenen welke van hunne juisten ouderdom geen voldoend bewijs geven, naar het oordeel van het Plaatselijk bestuur zullen worden ingeschreven, onverminderd de bevoegdheid vau de inge schrevenen", om van hunnen juisten ouderdom nader te doen blijken. En dat eindelijk zij, welke bevonden worden zich niet vóór der jsten Junij te hebben doen inschrijven, door liet Plaatselijk bestuut zaïllen worden ingeschreven, en in eene geldboete verwezen, terwijl zij daarenboven zonder loting hij de Schutterij zullen worden inge lijfd, indien het zal blijken, dat er tijdens de verzuimde inschrij- ving' geene rede tot uitsluiting of vrijstelling ten hunnen aanzien, bestond. Burgemeester en Wethouders vermanen tevens ieder ingezeten de zer Stad en Jurisdictie, welk het aangaat, om zich tijdig van een geboorte extract te voorzien waardoor zich ieder van zijnen juisten ouderdom kan verzekeren en hetwelk bij de inschrijving zal moeien worden vertoond, alsmede om zich ter behoorlijker lijd tot de in schrijving aan te melden, ten einde de straf, wegens nalatigheid Vastgesteld, voor te komen. Alkmaar, den 29slen April 1844. Bur"emeester en Wet bouderen voornoemd, F. C. W. DRUTJ VESTE1JN. Ter Ordonnantie van de zeiven De DIEU FONTEIN VERSCHUIR veit voor alle schadelijke en onaangename gevolgen, welke uit ver4 zuim daan au vuor hen onvermijdelijk zullen ontstaan. Alkmaarden 24l'ea Mei 1844. Burgemeester en TVethouderen voornoemd j F. C. W. DR U1J VESTE IJ N. Ter Ordonnantie van dezelven De DIEU FONTEIN VERSCU'JIR. BURGEMEESTER en WETHOUDEREN der Stad ALKMAAR; Gelet op het Besluit van den Ed. Achtb. Raad dezer Stad van den 2 lslf'n dezer, waarhij 11.11. Regenten van liet Aahnoesniers-Huis derzeive Stad met dankbetuiging voor de door hen bewezen dien sten met den 27sten dezer maaml worden ontheven van de tot dus verre hij hen waargenomene Commissie tot afgifte der Consent-bil- letten voor genot van kostefooze geneeskundige hulp door niet of niet doorgaand Gealimenteeidenen de zorg daarvoor, te beginnen met denzelfden dag, overgedragen aan de verschillende Kerkelijke Arm besturen waartoe zoodanige behoeftigendie daarvan zouden wenr schen te genieten, hehooren: Brengen zulks mits deze (met intrekking, voor zooveel deze ver andering aangaat, van H. E. A. vroegere bekendmaking van den 2<|en Anril 1841) ter kennisse van de ingezetenen dezer Stad en Jurisdic tie op dat de zoodanigen die in zeer buitengewone en dringende gevallen dien hijstand zullen behoeven, zouden Weten waar zich te kunnen aanmelden; doch tevens met herinnering: dat men zeer verkeerd zoude oordeelen, wanneer men dacht, (dat dit genot on- voorwaardelijk aan allen zoude worden verleend daar genoemde BH. Artnverzorgerenhet beginsel dezer instelling kennende, dat genot niet anders zullen verleenendan in gevallen van buitengei tronen aard en dringenden nood. Alkmaar, den 23sten Mei 1844. Burgemeester en Wethoudcren voornoemd j F. C. W. D R U IJ V E S T E IJ N. Ter Ordonnantie van dezelven, De DIEU FONTEIN VERSCHUIR- i BURGEMEESTER en WETHOUDEREN der Stad ALKMAAR in ervaring gekomen zijnde, dat, hoezeer Art. 2 der Wet van 24 April 184.3 (Staatsblad ii°. 18) bepaalt: n Dat aan de Patentpligtigenonder N™. 37. 38, .39 en 40, van Tabel n°. XIVaangeduid, het Patent niet zal worden afgegeven, en zij het daarbij nitgedrukt bedrijf niet zullen mogen uitoefe- »ncn, dan na van hunnen aanslag over het loopend dienstjaar, de helft en het afgeloopen dienstjaar geheel te hebben voldaan;" velen nogthans aan deze verpligting niet hebben voldaan en even wel, zonder van het Patent te zijn voorzien, hunne beroepen als bevorens blijven uitoefenen: Herinneren mits deze alle belanghebbenden binnen deze Stad en Jurisdictie welke tot dusverre daaromtrent in gebreke zijn gelde ven, aan de evengenoemden Wetsbepaling; en waarschuwen dezel-;, Alkmaar, den 15den Mei 1844. noewel de nieuwsbladen bereids de onlusten hebben vermeld; welke deze dagen ontstaan zijn tusschen de werklieden, ten getale va a ruim 1200, werkende aan de droogmaking en indijking der o-roet-gi'onden bij Kolhorn en de aannemers van dat werk, zijn er geen omstandigheden bekend gemaaktwelke deze zaak betreffen en achten wij het, als ooggetuigen, doelmatig, eenige der meest be langrijke bijzonderheden mede te deelen In den innrgen van den lOden dezer zagen de inwoners dezer streken, met de meeste belangstelling, op het terrein der werk zaamheden aankomen den Heer van Leeuwen, officier van justitie van Alkmaar, gevolgd van de beschikbare manschappen van het gar nizoen aldaar, onder bevel van den Majoor van Baaien. Inmiddels verscheen op dit terrein van den opstand der arbeiders de Ileer Par- lier de Rocher Renaysofficier van justitie te Hoorn, die, vergezeld van den Luitenant-Kolonel Wilhelmieen de beschikbare militaire raagt uit Hoorn, zich onmiddelijlc hij het vernemen van den be- staanden opstand derwaarts had begeven. He beide officieren van jiistitio begaven zich ongewapend zon der eenig geleide, kloekmoedig, onder de scharen der misnoegden, en gelasten hun om het terrein te verlaten, waarop zij thans wei gerde te arbeiden. Op den ilden werd, op last van den officier over dit arrondis- ment, de militaire operatie begonnen. Inmiddels was, ingevolge zijne bevelen, een detachement zware dragonders, onder, bevel van den Ritmeester van Voorst, ten getale van 50 paarden, uit Haar lem, en twee kannonneerbooteu, onder hevel van den Luitenant de Leeuw, uit den Helder aangekomen. Het kommandement over "de troepen is opgedragen geworden aan den Luitenant-Kolonel Wilhel mie. Ten acht ure was die krijgsmagt aan de Nieuwe Sluis van den Wieringerwaard aanwezig, voorafgegaan door de heide Officieren van Daar was een groote schaar van werklieden vereenigd. Op den hun gegeven lastvan dit terrein te verlaten en zich te scheiden voor zoo veel zij werken wildenvan hendie niet verkozen te werken voor het bedongen loon, verklaarde zich eene groote me nigte bereid om den arbeid te hervatten. Onder het toezigt der aldaar vereenigde troepen nam de ar beid der bepoldering weder eenen aanvang, waarna de expeditie werd gedirigeerd tegen lien, die het terrein des werk-eilands nog niet hadden verlaten. Deze hadden zicb den tijdhun gegeven, ten nutte gemaakt; en was dat werk-eiland, ongeveer 300 ellen in zee gelegen, ten twee ure van den middag van dien dag door hen verlaten, die nu aan hunne onmiddelijke meesters (de putbazeu) verklaarden den ar beid te willen hervatten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1844 | | pagina 1