A°' 1848. ALKMAARSCHE N 29. COURANT- ïyjTÏHÏjj M a a ii cl a g Deze Courant wordt eens in de week en wel eiken Maandag, voor de Prijs van 6 Centen uitgegeven. K URGEMEESTF.lt en WETTIOUDERS der Stad ALKMAAR brengen bij deze ter kennisse van de onder n°. 37, 38, 39 en 40, van 'tabel n°. XIV der Wet van den 21 Mei 1819 aangeduide patent p'lwtwe Slijters, Tappers, Kroeg- en Koffijhuishouders binnen hun ne "stad dat de klassificalie wegens hunnen aanslag in het regt van Patent d'oor het Collegie van Zetters thans afgeloopen zijndezij hun ne Patenten ter Secretarie dezer Stadte beginnen met Dingsdag den 4den dezer maand kunnen afhalen tegen overgifte van het des wege door den lieer Ontvanger der belastingen afgegeven recu en vertooning der bewijzen, dat zij hunnen aanslag over het afgeloopen dienstjaar geheel en'voor het loopende dienstjaar voor de helft heb ^Wordende de belanghebbenden tevens herinnerd datzonder het bezit van zoodanig Patent, de Wet niet veroorlooft een der hierbo ven genoemde beroepen te mogen uitoefenen. Alkmaar, den lsten Julj 1848. Burgemeester en Wethouders voornoemd F. C. W. DRU1J VESTE IJ N. Ter Ordonnantie van dezelven, De DIEÜ FONTEIN VERSCHUIR. Aan Ouders, welke het in het belang der aanteleerene ambach ten hunner Kinderen, noodig achten, dat zij in de Teekenkunst on derwezen worden, doch de kosten daartoe, zelve niet kunnen bestrij den wordt berigtdat ter Secretarie dezer Stad tot den twee en twintigsten Jut ij aanstaande, gelegenheid is, tot aanvrage om op de Stads Teekensehool te worden toegelaten, mits zoodanige jongelieden gevaccineerd zijnen een ouderdom van twaalf jaren hebben bereikt. Alkmaar, den 8sfen Julj 1848. Van wege het Stedelijk Bestuur der tad Alkmaar. De Secretaris derzelve Stad De DIEU FONTEIN VERSCIIUIR. WAARSCHUWING. BUPi GEMEESTERew WETHOUDERS der Stad ALKMAAR, brengen bij deze ter kennisse van de Ingezeteneu dezer Stad en Ju risdictie, en voorts van alle degenen, welke zulks maar eenigzins zouden mogen aangaan. Datte rekenen van den liien dezer maand tot en met den i Augustus dezes jaars geene Honden langs de stratenwallen en wegen dezer Stad en Jurisdictie, zullen mogen losloopen hoezeer ook'behoorlijk gemuilband. „r Dat evenmin gedurende dien lijd, de Honden aan de stoepen ot erven der huizen aan de straat, zullen mogen vastgelegd worden. Dat alle losloopende Honden, welke zullen kunnen worden ge vangen en die, welke aan de straal vastliggende worden gevonden, da delijk 'on eene verzekerde plaats zullen worden gebragt en aldaar 24 uren' bewaard, om aan de eigenaars, welke dezelve mogten re clameren, te worden teruggegeven, tegen betaling van drie Gulden terwijl zij na verloop van deze 24 uren zullen worden van kant gemaakt. Dat alle losloopende Honden die niet of niet gevoegelijk kunnen worden gevangen, onmiddelijk zullen worden gedood. Burgemeester en Wethouders vermanen eiken eigenaar of houder van Hondenom deze bepalingen en maatregelen van Polieie stip- lelijk na te komen, en waarschuwen voorts een ieder, om de Die naren van Polieie, welke speciaal door Burgemeester en Wetliou dèrs zijn gemogtigd, tot het opvangen of dooden der Honden, in oenen doéle hinderlijk te zijn, in de uiloefening van derzelver pligt daar zulks ten oogmerk heeft om de goede Ingezetenen dezer Stad en Jurisdictie te behoeden voor de schrikkelijke gevaren der Honds dolheid; welke de ondervinding zoo duidelijk heeft doen zien, dat door onachtzaamheid of verzuim van pligt in deze, te weeg gebragt kunnen worden. Aldus gedaan hij Burgemeester en Wethouders voornoemd, den den I3'len Julij 1848. F. C. W. D R U IJ V E S T E TJ N. Ter Ordonnantie van dezelven De DIEU FONTEIN VERSCHUIR. E HERLANDEN. Alkmaar, den 15den Julij 1848. In het Algem. Handelsblad van den lOden dezer, lezen wij het navolgende ingezonden stuk hetwelk wij onze lezers niededeelen Aan de Redactie van het Handelsblad. In de maand Augustus des verleden jaars, heeft de redactie van het Algemeene Handelsblad de vriendelijkheid gehad, om ill een hoofdartikel de aandacht van het Nederlandsche volk te vestigen op het, in Julij van datzelfde jaar gedane voorstel, om ter eere van den uitvinder dér boekdrukkunst, Lourens Janszoon Coster, een meta len standbeeld te Haarlem op te rigten. Dat zoo fiks gestelde stuk blijkbaar gevloeid uit de pen van iemand, die het ondertwerp in alle opzigten meester was, en welke daarin bewijzen heeft geleverd van zijne kennis der gronden, die aanleiding tot het doen van het voor stel hadden gegeven heeft bijzonder veel bijgedragen tut bevorde- rinir der onderneming. Ik lien de redactie uitermate verpligt ge wéést voor die aanprijzing, die tot een kracliligen steun heelt ge diend bij de verdere in het werk gestelde pogingen tot verwezen lijking van het voorgenomen plan. Sedert dien tijd kan gezegd wor den 'dat het geopperde denkbeeld bij een groot aantal van de meest bevoegde regters in Nederland bijval heeft gevonden, en dat zich allengs op verschillende nunten in ons vaderland commission hebben gevormd met oogmerk éin mede te werken tot bevordering dezer zaak. Ik mogt mijn doel, Nederland op de vervulling van een reeds te lang nitgèstelden pligt opmerkzaam gemaakt te hebben, als bereikt achtenen met eenige zelfvoldoening heb ik de verdere leiding der onderneming opgedragen mogen zien aan de zorgen van een hoofdbestuur, hetwelk op den 20sten Nov. jl. gekozen werd door de verschillende afgevaardigden der bestaande commissiendie zich tot regeling van deze aangelegenheid op dien dag in een der door de stedelijke regering van Haarlem goedgunstig afgestane ver trekken van liet raadhuis, vereenigd hadden. Van dat tijdstip at moet de zaak als eene nationale beschouwd worden. Het plan, door de tweede klasse van het Koninklijk Nederlandsch Instituut goedge keurd en bij de regering aanbevolen, door den Koning en de leden van het koninklijk geslacht met aanzienlijke bijdragen ondersteund ondervond al meer en meer belangstelling. Ik zal op dit oogenblik niet in het breede opgeven, welken loop de onderneming genomen heeft, en welke personen zich aaneen gesloten hebbenom door hunnen invloed haar te helpen bevorderen, omdat ik mij ™orbe- houd dit later meer breedvoerig uiteen te zetten, gelijk ik belootd heb in mijn laatst uitgegeven werk het Geschilstuk betrekkelijk de Uitvinding der Boekdrukkunst, geschiedkundig uiteengezet let zij genoeg, thans aan te merken, dat door de, van alle zijden zoo krachtdadig aangebragte hulp de hoop op eene bereiking van het voorgestelde doel zich meer en meer begon te verlevendigen. In die dagen van rust en vrede werden de werkzaamheden met ij ver voortgezet, toen eensklaps, gelijk welsprekend gezegd iseen geest zich openbaardewien nog geen naam kan gegeven worden die meerdere volken van ons werelddeel in beroering bragt, ver- dragen en grondwetten verscheurde, troonen deed waggelen en troo- nen deed slopen en de uitwerking daarvan ook onze laudj.alen scheen le naderen. Het zal wel geen verwondering baren, dat bij den toen algemeen onlstanen schrik, bij die opeenstapeling van onyer- wachte gebeurienissende aandacht angstvallig op den pol.tieken toestand van Europa en Nederland gevestigd bleef, en naauwehjis op onderwerpen van ondergeschikten aard bepaald kon worden. De plaats gehad hebbende gebeurtenissen hebben voor velen wran- „e vruchten opgeleverd en toot de toekomst blijft bezorgdheid en onzekerheid bestaan. Geen wonder, dat de oplettendheid voor een tijd lang van Coster's onderneming eenigzins afgetrokken werd; en mogelijk zullen velen in oogeublikken als deze het ongepast vinden dat ik liet heden waag, over een onderwerp te handelen, dat zij mogelijk oordeelen als op den achtergrond te moeten worden ge schoven. Ik vermeen evenwelvoor eene wijl het stilzwijgen te mo eren afbreken, daar ik het vreemd zou vinden, indien men zou willen beweren, dat men nu niet zou mogen spreken over letteren en wetenschappen en over onderwerpen, welke daarmede in een naauw verband staan. Maar er bestaat eene andere reden, die mij beweegt een oogenblik over Coster en zijne uitvinding te gewagen. Ik heb te lang de aanspraken van dien voorzaat tegen den overmoed van het buitenland helpen handhaven, om te zwijgen nu w.j een voor dit onderwerp gewiglig tijdstip naderen. De dagen van den lOden en llden Julij 1823 waren voor Haarlem en Nederland da gen van vreugde en'feeslgenot. Het 10de eeuwfeest ter eere van de uitvinding der boekdrukkunst werd alstoen met de meeste geestdrift gevierd en de Gedenkschriften kunnen getuigen op welke wijze■dat heugelijk tijdstip werd herdacht. Op den lOden en llden Ju ij 1848 verschijnt het eerste 25jarig tijdperk van het Vde eeuwgetij dier gedenkwaardige gebeurtenissen. Het zal velen welhgt met on gevallig wezen aan die bijzonderheid herinnerd le worden welke hun misschien in de tegenwoordige tijdsomstandigheden zou ontsnapt zijn. Er zullen nog onderscheidene personen gevonden worden il.e bij de in 1823, ter eere van de gezegende drukkunst plaats gehad hebbende feestelijkheden tegenwoordig zijn geweest, en met genoe gen die pleglige dagen herdenken zullen. Er zal in Nederland naar ik vertrouwen mag, thans geene mindere belangstel log voor dit onderwerp bestaan, dan op dien tijd, toen welsprekende rede naars en dichters, Coster en zijne uitvinding ïri krachtige bewoor dingen en verheven gezangen beschreven en bezongen. De gees drilt die toen, niet alleen in Haarlem, maar ook in verscheidene steden van ons vaderland heerschte, kan onmogelijk verflaauwd maar zat veeleer toegenomen zijn, nu in den sints dat jaar verkopen tijd nog meerder licht over dat belangrijk gedeelte onzer geschiedenis verspreid is; nu het, volgens de uitspraak van der zake kundi ge beoordeelaars onwedersprekclijk bewezen is, dat het suits eeuwen tusschen Nederland en Duitschland hangend pleit op het oiiweder- aprekelijkst ten onzen voordeele is beslist; nu dc verdiensten Advertenticn gelieve men desZaturdag mid- vO dags vóór 1 ure te bezorgende Prijs van 1 tot 5 regels is één Gulden, en voor eiken regel meer 20 Centen, behalve 35 centen zegelregt voor elke plaatsing. l n. i

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1848 | | pagina 1