C 0 r 11 A N 1 f I i tl 1 1 programma if S f -? 12 Februarij. IJU U i\ a a it d a wl fësim SI R IA nationale militie. 1 f n i iltf ■fw i tó mf H elaêj Deze Courant wordt eens in de week en wel eiken Maandag, voor de Prijs van 0 Centen uitgegeven. iV tl (f- ^1- ei'. •'-> f" URGËMEESTER en WETII OUDERS der Stad ALK MA A R verwittigen Iriits deze de belanghebbbende Ingezetenen derzei ver Stad en Jurisdictie, ingeschreven voor de Nationale Militie van dezen iare dat de Alphabetisehe Naamlijst van alle personen, die aan de lie-tin"- der Nationale Militie van dit jaar moeten deelnemen ter visie van elk en een iegelijk zal liggen op bet Raadhuis dezer Stad van af Maanda" der. 12<len februarij tot en met Donderdag den Men Maart 1840 des morgens van tien tot des namiddags twee ure, (de Zoadat; uitgezonderd) ten einde een ieder in slaat zonde zon om ingeval hem op die lijst eenige personen of omstandigheden mogten voor komen die óp dezelve nog zouden behooren te worden aangelee- kend 'of daarvan moeten worden weggelatendaarvan aan den Heer Militie-Commissaris kennis te geven; met last aan de Lotelingen voor de lifting des loopenden jaars, om zich op Zaturdag den derden Maart aanstaande, des voormiddags ten elf urèop het Raadhuis voor- noemd te bevindenten einde aldaar voor de Dienst der Nationale Militie te loten, en redenen van Vrijstelling hebbende, die alsdan ODtegeven alsmede de bewijzen tot staving derzelve, bij de Wet ge- vorderd, 'uiterlijk binnen vijf dagen na de loting, te bezorgen ter Secretarie dezer Stad. Alkmaar, den 6^» Februarij 1849. Burgemeester en Wethouders voornoemd F? C. W. DRU1JVESTE1JN. Ter Ordonnantie van dezelven, De D1EU FONTEIN VERSCHUIR. voor de Tentoonstelling van voortbrengselen van Inlandsche Nij verheid, voor de Provinciën Zuid- en Noord- Hollandte houden in de Stad Delft. Art 1 In de maand Julij 1849 zal, ingevolge hnagtiging van Zijne Majesteit, kenbaar gemaakt bij missive van den Munster van Rinnenlandsche Zaken ad interim, van den 19<I« Maart 1840, n 184 (0 Afd.), aan alle Fabriekanten, Kunslwerkers, Handwerkslie den enz alsmede aan de Bestuurders of Regenten van Liefdadige Gestichten, waar voorwerpen van Nijverheid vervaardigd worden, gelegenheid worden gegeven de voortbrengselen hunner labneken VVerkplaastenGestichten enz. ten toon Ie stellen. Art. 2. Vermits er jaarlijks in de Steden Amsterdam en 's Graven hage Tentoonstellingen van Schilderijen en Beeldhouwwerken plaats hebben, zullen deze op de voormelde Tentoonstelling van voortbreng selen van Nijverheid niet worden aangenomen. Art. 3. De Commissie voor de Tentoonstelling van voortbrengselen van Nijverheid voor de Provinciën Zuid-en Noord-Holland is zamen- gesleld uit de volgende Leden: Van wege de Provincie ZuiP-Holland. De lleeren: Jhr. A. L. van Beteren Gevers, Lid van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland wonende te Oegstgeestpresident. D. van Koetsveld, Lid van Gedeputeerde Staten van Zuid-Hol- land, te Delft; 1 E II. Baron Rengers van Warmenhui]zenLid van Gedeputeerde Sinten van Zuid-Holland, te 's Gravenhage Mr. H. ran BerkelOud - Burgemeester der Stad Delft; Mr. R. C. MetelerkampBurgemeester der Stad Delft; Dr. G. Simons Directeur der Koninklijke Academie ter opleiding van Burgerlijke Ingenieurs enz., te Delft. J. V. van' Marselis HartsinkWethouder der Stad Delft C. Hoekwater, Lid van den Raad der Stad Delft; Jhr. Mr. A. van der Goes van Naters Lid van den Baad der Stad Delft; K Hoogeveen Kolonel, Directeur van 'sRijks Stapel- en Con structie-Magazijneu te Delft; II. ran OordtLid van de Kamer van Koophandel en Fabrieken, te Rotterdam. S. J. le Poole, Lid van de Kamer van Koophandel en iaonekenj, Mr. A. VernêdeSecretaris van de Kamer van Koophandel en Fabrieken, te Schiedam; Dr. C. F. Donnadieu, Hoogleeraar bij de voormelde Koninklijke Academie, te Delft; f) Storm Buijsing, Ingenieur van den Waterstaet, gedeta cheerd hij de voormelde Koninklijke Academie, te Delft; Dr. W. L. OverdnijnLeeraar bij de voormelde Koninklijke Aca demie in de toegepaste Wis- en Natuurkunde, te Delft, Secretaris. Jhr.'Mr. D. R. Gevers DeijnootLid van het Departement Rot terdam der Nederlandsche Maatschappij tot bevordering van Nijver- beid, le Holteid.m; Jhr Mr. C. van der Goes, Secretaris van bet Departement 's Gra venhage der voorschrevene Maatschappijte 's Gravenhage f "f van Meurs, Majoor der Artillerie, Lid van het Departement Delft der voormelde Maatschappij, te Delft; Kip, Lid van liet evengcmelde Departement, te Delft; j Maas Geesteranus, Fabriekant, te Delft; 1/ J, Piccardt, Fabriekant te Delft; Vanwege de Provincie Noord-Holland. De Heereii II r de Lange van WijngaardenLid van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland te Haarlem Mr. H. J. Koenen, Wethouder der Stad Amsterdam; 7'. Schuurman, Directeur, fungerend Secretaris van de Nederland sche Handel-Maalschappijte Amslerdnm; A. van RommelenPresident - Directeur van de Nederlandsche Maatschappij lot bevordering van Nijverheid, te Haarlem. ADVERTENTiëN gelieve men des Zaturdag mid dags vóór 1 ure te bezorgen; de Prijs van 1 tot 5 regels is één Gulden, en voor eiken regel meer 20 Centen, behalve 35 centen zegelregt voor elke plaatsing. Art. 4. Door bovengenoemde Commissie zullen de voorwerpen; voor de 'Tentoonstelling bestemd, in ontvang genomen ten toon ge steld en teruggezonden wordenmitsgaders door ieder der Leden aan de Plaatselijke Besturen of de belanghebbenden, op derzelver aanvrage alle verlangde inlichtingen worden gegeven. Art. 5. Da Tentoonstelling zal plaats hebben in de Gebouwen van de Koninklijke Academie ter opleiding van Burgerlijke Ingenieurs enz. te Delft, op Zaturdag den 7den Julij 1849 geopend, en op den 1st,». Julij daaraanvolgende gesloten worden, ten ware bijzondere omstandigheden tot de verlenging van dien termijn deden besluiten. Art. 6. Op deze Tentoonstelling zullen, behalve de in de Provin ciën Zuid- en Noord-Holland vervaardigde, ook de uit andere Ge westen van het Koningrijk der Nederlanden en uit de Overzeesche Bezittingen van den Staat afkomstige voorwerpen worden aangeno men zullende van iedere soort van voorwerpen door denzelven In zender niet meer mogen gezonden worden, dan noodig is om de hoedanigheid te beoordeelen. n Art 7 Ten Tentoonstelling is niet alleen bestemd voor voortbreng selen van Nijverheid en Kunstvlijt, welke in hunne soort door sier- liikheid van bewerking of uitstekende hoedanigheid uitmunten, maar evenzeer voor die voortbrengselen van alle takken van Nijverheid welke om hunne nuttigheid, bruikbaarheid, eenvoudigheid of min- kostbaarheid aanbeveling verdienen; zijnde het hoofddoel dezer Ien- toonstelling om de ontwikkeling en uitbreiding der Nijverheid in al le lakken van dezelve ter kennis van het Algemeen te brengen. Art. 8. De voornoemde Commissie, hoewel daarbij de meest mo gelijke inschikkelijkheid zullende in acht nemen behoudt zich voor die voorwerpenwelke volgens haar oordeeluit hoofde van onge schiktheid of om andere redenenminder gepast zijnniet aan te nemen en worden bepaaldelijk van deze Tentoonstelling uitgesloten de drankeneetwaren en andere voorwerpenaan bederf onderhe vig alsmede ontvlambare of aan ontploffing onderhevige Chemische voortbrengselen en dergelijkenten ware zoodanig beslotendat de Commissie meent die zonder gevaar te kunnen toelaten. Art. 9. De geweven stoffen worden slechts bij het stuk aangeno men De bewerkte natuurvoortbrengselen zoo als Metaal-Steen- en Houtsoorten, even als de Chemische producten, worden bij sta len toegelaten. Werktuigkundige toestellen, instrumenten en der- gelijkenmoeten vergezeld gaan van eene verklaring van derzelver gebruikzullende enkele teekeningen van dezelvsn niet worden ten toon gesteld. Art 10 Alle in te zenden voorwerpen moeten voorzien zijn van eene verklaring van den belanghebbende, dat de ingezondene voor werpen in zijne Fabriek, Werkplaats enz., of door hem zeiven of onder zijn opzigt, in dit Rijk vervaardigd zijnmitsgaders van eene verklaring van het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur, dat de Inzen der in die Stad of Gemeente bekend, en zijne Fabriek, Werkplaats enz.aldaar gevestigd is. Art 11. Degenen, welke voor deze Tentoonstelling voorwerpen willen' inzendenzijn gehouden daarvan vóór den Mei 1849. aan de Commissie vrachtvrij berigt te geven met vermelding van den aard en de soort der voorwerpen, alsmede van de ruimte, wel ke dezen Seri naasten bij zullen innemen. Art. 12. De voor den Tentoonstelling bestemde, en van de bij art - 10 bedoelde verklaring voorziene voorwerpen, moeten behoorlijk in gepakt en vrachtvrij tusschen den lsten en 15den Junij IS4J (na wel ken tijd poene goederen meer worden aangenomen)aan de Com missie der Tentoonstelling, aan liet lokaal der Koninklijke Academie, worden ingezondenmet eenen brief, houdende den naam en de woonplaats van den vervaardiger, en opgave van het ingezondene; zullende de wijze, waarop het kosteloos overbrengen door onderne mingen van vervoer, zal plaats hebben, nader worden bekend gemaakt. Art. 13. De aangenomen voorwerpen blijven tot aan de dehnitie- ve sluiting der Tentoonstelling, onder het opzigt en de zorg der Commissie, welke ook voor de terugzending derzehen binnenveer tien dagen na de sluiting, aan de respective inzenders zorg zal dragen. Aan de inzenders Wordt vrijgelaten de middelen van vervoer, waar mede zij de ingezonden voorwerpen terug willen ontvangen, op te geven, met verklaring, of zij zeiven voor de inpakking willen zorg dragen dan wel zulks aan de Commissie overlaten. Art. 14. Van de ten toon gestelde voorwerpen zal een zoo veel mogelijk naauwkeurige en uitvoerige Catalogus vervaardigd en nit- gegeven worden. De inzenders worden dien ten gevolge uitgenoodrgdeene beknop te en zakelijke beschrijving van de door hen ingezondene voorwer pen bij deze te voegen. De voorwerpen van denzelfden Inzender worden, voor zoo ver zij tot dezelfde rubriek behooren, onder één nommer op den Cata logus gejilaatst, met onderscheiding van dezelven door letters. Art. 15. Aan de ten toon gestelde voorwerpen zullen kartonnen briefjes worden gehecht, aanduidende het nommer, waaronder zij op den Catalogus voorkomen. Art. 16'. De Inzender of Vervaardiger, welke eenig ingezonden voorwerp ter verkoop wenscht aan te bieden óf slechts den prijs van hetzelve ter kennis van het Algemeen wil brengen, wordt ver zocht bij den in art. 12 bedoelden brief, aan de Commissie daarvan kennis te geven, met naauwkeurige opgave van den prjjs van elk ingezonden voorwerp, en oitdrukelijke vermelding, of 11] dien prijs verlangt openbaar gemaakt te hebben; zullende van de verkochte voorwerpen, ter goedmaking der onkosten, 2 per cent van den ver koop worden gekort. Art. 17. De voorwerpen mogen gedurende de Tentoonstelling met teruggenomen, noch de verkochte, zonder toestemming van de Com missie, welke dezelve in bijzondere gevallen zal kunnen verleenen, voor bet einde der Tentoonstelling worden afgeleverd. Art 18. De Commissie stelt zich voor, eenige der ten toon gestel de voorwerpen aan te koopen, ten einde deze, 11a daartoe bekomene autorisatie, en op nader bekend le maken voorwaaiden, te doen r b

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1849 | | pagina 1