A0' 1849.
ALK1AA1SCHE
r 48.
COURANT»
{lifclWi
26 November.
.Hi; i'lUiii1 HIIliji1 11 ir, 11i
¥luflGEMEESTER en WET1IO UDER S der StadALKMAAR,
brengen raits deze, near aanleiding van Art. 3. der Keure op het
houden van Varkens binnen deze Stad op den 22»'- September
1840, door den Raad dezer Stad gearresteerd, ter kennisse van de
belansbebbendeh
Dat alle in den loop dezes jaars daartoe verleende vergunningen,
met den 30sten dezer maand, ophouden van kracht te zijn, en dien
•volgens voor zooveel men verlangen mogt die gunst te behouden,
on "nieuw behooren te worden aangevraagd.
Dat deze aanvrage zal kunnen geschieden ter Stedelijke Secretarie
van heden af tot en met den 29»'- dezer maand, dagelijks (Zon- en
Feestdagen uitgezonderd), van des morgens 10 tot 'snamiddags 2 uren;
terwijl van bun die daarvoor eene toelating voor het jaar 1849,
hebben gehad, niets dan de overlegging dier acte tot nadere be-
oordeeling vereischt wordt.
Alkmaar, den 17*1- November 1849.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
F. C. W. DRUIJ VE STEIJN.
Ter Ordonnantie van dezelven
De D1EU FONTEIN VERSC1IUIR.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ALKMAAR,
brengen mits deze ter kennisse van de belanghebbenden
Dat van Stackwege de Commies A. Swnrt van de Stedelijke Aliddelen
is gecommitteerd tot de opneming der Palenten bij art. 30 der Wet
op dat middel bepaald, en dat door dezen met den Deurwaarder der
Directe belastingen, ingevolge de bepaling der Wet, daartoe (aan-
van" nemende met den 20»'".. ,lezer maand) zal worden overgegaan.
Weshalve een ieder Wordt uitgenoodigden voor zoo veel noodig
gelastdezelve Ambtenaren in die kwaliteit te erkennen en dezel
ven alle verlangde inzage en ophelderingen te verleenen.
Alkmaar, den 1711™ November 1849.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
F" C. W. DRUIJ VE STEIJN,
Ter Ordonnantie van dezelven
De DIEU FONTEIN VERSC11UIR.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ALKMAAR)
Ontvangen hebbende eene dispositie van den Heer Staatsraad Gou
verneur van Noord-Holland van den 20»'— November 1849, n°.
(Provinciaalblad n°. 77), houdende kennisgeving van de op Z. M.
mnflwino- voorgeschreven inwisseling van de stukken van 25 Cen
ten"; naar de Wet van 28 September 1810, (Staatsblad n°. 50) ver-
V lire "gen mits deze ter kennisse van de Ingezetenen dezer Stad en
Jurisdictie
1°. Dat van Maandag 3 December tot en met Zaturdag 15 December
1849, de daarin vallende Zondag uitgezonderd alsmede op
Maandna en Dingsdag den 17<>- en 18^- dier maand, bij de
Nederlandsche Rank en hij de Betaalmeesters in de Arrondisse
inenten met uitzondering van dien te Amsterdamop de gewo
ne kantoor-uren, let inwisseling kunnen worden aangeboden:
De stukhen van vijf en twintig Centen, volgens de wet van
den 28»'— September 1810 (Staatsblad n°. 50), geslagen.
2". Dat de inwisseling der 25 Cents stukken zal plaats hebben tegen
nieuwe zilveren muntenhetzij standpenningenhetzij pas
munten.
3°. Datbij tijdelijke ongenoegzaamheid der kassen door de Be
taalmeesters zullen worden afgegeven bewijzen op de Neder
landsche Bank Ie Amsterdam, bij vertoon aldaar betaalbaar als
onder 2 vermeld of bewijzen bii hen zelve mede in dier voe
ge betaalbaar rijf dagen na dato', en zulks naar keuze door de
belanghebbenden te doen bij de inwisseling der stukken van
25 Centen.
4° Dat de Ontvangers der belastingen de inwisseling zullen bevor'
deren, door overneming, tot en met 18 December aanstaande»
van de voormelde stukken van 25 Centen tegen nieuwe speci
ën zoo veel hunne kassen dit toelaten.
5". Dat de gedachte stukken van 25 Centen met den 16J— December
1849 buiten omloop worden gesteld, en dientengevolge, niet
meer in betalingen voor de Schatkistzullen aangenomen wor
den noch door de Ingezetenen zullen behoeven te worden
aangenomen.
Waarschuwende Burgemeester en Wethouders mits deze elk en een
iegelijk om zich tot voorkoming van schade deze kennisgeving ten
nutte te'maken, en er wel bjzonder oplettend op to zijn, dat hoe
zeer de inwisseling nog op den 17<1- en 18''- December aanstaande
bii de Nederlandsche Bank en de Betaalmeesters (die van Amsterdam
uitgezonderd) -kan geschieden, de bedoelde muntspecie echter met
den IR1'— December aanstaande buiteu omloop zijn gesteld, en bij
-,eene betalingen voor de Schatkist, evenmin als bj de,, Stedelijke
Middelen meer zal worden aaïigenomenzoo als ook geene Ingeze»
tenen dezelven zuilen behoeven aan te nemen.
Alkmaar, den 24sten November 1849.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
F. C. W. DRUIJ VEST EU»;
Ter Ordonnantie van dezelven,
De DIEU FONTEIN VERSCHU1R.
NE DERLANDEN.
Alkmaar, den 23sten November 1849.
De Schouwburg avond van gisteren verschafte ons Veel kunstge
noegen. Reeds bij het intreden der Zaal werd het oog aangenaam
verrast, door liet sierlijk geschilderd voordoek, dat eene fraaije dra
perie, met drie medaillons voorstelde, terwjl boven vóór de drape
rie bet wapen der stad Alkmaar prijkte. Gedurende de tooneel-
voorstellingwas het eene fraaije versierde zaal, Mie het schoon
daarvan verhoogdedoch het achterdoek in het nastuk gebruikt
boeide bet oog in hooge mate en deed den vervaardiger als een we
zenlijk kunstenaar kennen. De schilder, wiens talent onze waarlijk
lieve Schouwburgzaal dus heeft herschapen, verdient daarvoor onzen
openlijken en)welgemeenden lof!
Verwierf de decorateur onze toejuiching, niet minder zj die bet
deel van het Sledelijk Bestuurhet heeft dezen reeds lang gekoes-
terden wensch Harer waardig bevredigd, niet alleen door de opof
feringen, welke het zich heeft getroost, maar ook vooral door dit
werk aan waardige handen toe te vertrouwen.
Wj eindigen met onzen dank te brengen aan het llestnur der
1 Stad Alkmaar, hetwelk thans wederom heeft getoond, niet achter
te blijven, wanneer het doel is de bevordering van het Schoone.
Magazijn voor Jachtliefhebbers. Te Arnhem bij J. G. MEI-
JER 1849. lste Jaargang, lste Aflevering.
Van dit maandwerkje verscbjnt maandelijks eene aflevering van
48 bladzjden terwijl twaalf afleveringen een boekdeel zullen vor
men, versierd met vier tot zes fraaije platen, en verkrijgbaar voor
den zeer matigen prjs van 4,00, of vrachtvrij met de post toege
zonden, voor 4,75.
Voor weinigen is de jagt tegenwoordig meer eene schrale brood
winning, voor de ineestenhier te lande, slechts eene uitspanning,
een (vermaak dat meer kost dan opbrengt.
Het valt dus niet te betwijfelen, of zeer velen zullen zich, builen
de kosten voor het veldgeuoegenook nog wel eene geringe uit
gaaf getroosten om te buis, in den hoek van den haard, laak na
eenen vermoejei den jagtdagnog wat jachtvermaak te smaken.
De uitgever zal zich dus wnarscliijul jk niet te leur gesteld zien in
de hoop dat zijne onderneming opgang moge vinden onder de Ne
derlandsche jagersen vooral ook medewerking mogen ondervin
denten einde zijn werkje nlmeer en meer zuiver vaderlandsch
worde ingerigt, voor de jagt zuoals die hier te lande bestaat.
Dit werkjekomt misschien tegenwoordig juist van pas, om de pence-
strijd op te nemen die welhaast over dejsfronleningei. betreflfendede jagt
dreigt te zullen los barsten. Wanneer tnen ten minste de voorgedragen
begroeting over 1850 van 'slai.ds Regering als eene voorbode mag 1 e-
schouwen van aanstaande veranderingen dan zal er wel het een en
ander voor en tegen het bestaande, zoowel als voor en tegen de Ie
maken nieuwigheden te zeggen vallen. Door het opnemen van dit
alles in het Magazijn zal zulks aan de vergetelheid ontrukt worden,
en lang nadat alle jagtwelten vergeten, en de vermdening van het
Burgerlijk Wetboek het regt om zich het wild toe te eigenen be-
hoort, 'bij uitsluiting, aan den eigenaar van den grond, waarop
zich bet wild bevindt ,7' onbelemmerd in volle werking zijn zal de
naneef nog eens kunnen naslaan hoe wonder verschillend het regt
werd beschouwd door landeigenaren of de voeders van het wild
en door de jagers of de genieters. Wij meenen daarom den uitgever
vooral te moeten aansporen om de wetgeving op de Jacht en Vis-
scherij naanwkeurig bij Ie houden. In een volgend nommer zal bij
alzoo voorzeker ook opnemen wat de begrooting vooif 1850 behelst
ten aanzien [der inkomsten en uilgaven van het Jagt-Departement.
Dit eerste nommer van liet Magazijn behelst het begin ecner kor
te schets van het wezen en den toestand der jagt van de vroegste
tijden'Jaf aan tot op heden een opstel dat geen lezer onvoldaan zal
doorlezen. Het tweede opstelover het schieten met liagel behelst
eene menigte voorschriften en raadgevingen, die voor eiken jager
behartigingswaardig zijn en getuigen van de groote bedrevenheid des
inzenders in het werktuigelijke van het vak. Daarna volgt een wel
gesteld stukje over het bereiden van liet schietkatoen en eenige anek
doten en kleine verhalendie geheel in den gerst vallen van den
opregfen jager, die immers zoo gaarne avonturen vertelt en hoort
i vertellen. LandhuishCour.)
Deze Courant wordt eens in de week en wel
eiken Maandag, voor de Prijs van 6 Centen
uitgegeven.
»*■■■- 1 - l'-lH'
Advertenticn gelieve men des Zaturdag mid
dagsvóór 1 ure te bezorgen; de Prijs van 1 tot
5 regels is één Gulden, en voor eiken regel
meer 20 Centen, behalve 35 centen zegelregt
voor elke plaatsing.
i 1