A I8Ö2.
r is
f 0 lT U A a T.
■v te
t'ZZCSi
\.V\'
M a a a d a 2
3 Mei.
SCHUTTER IJ.
S C II U T T E R IJ.
V
Deze Courant wordt eens in de week en wei
eiken Maandag, voor de Prijs van 6 Centen
uitgegeven.
Advertenticn gelieve men des Zaturdag mid»
dags vóór 1 ure te bezorgende Prijs van 1 tot
5 regels is één Guldenen voor eiken regel
meer 20 Centen, behalve 35 centen zegelregt
voor elke plaatsing.
BURGEMEESTER n WETHOUDERS derj Gemeente ALKMAAR,
Ontvangen hebbende de navolgende
Circulaire van den 21sten April 1852 enz.
Ik heb de eer door deze de bijzondere aandacht der Gemeente
besturen bij het volgende te bepalen:
Het rattenkruid (Arsenicum Album) wordt sedert eenigen tijd,
door sommigen als geneesmiddel, tegen de longziekte ouder het
rundvee gebruikt.
Dit zou aanleiding kunnen geven tot benadeelmg van de gezond
heid der menschen.
Immers wordt blijkens genomene proeven door deskundigen, dit
hevig vergift hetzij inwendig hetzij uitwendig toegediend in alle
dierlijke weefselsen ook in de afgescheiden voehlen opgenomen.
Hoe lang het daarin aanwezig blijft, is tot dus verre niet met juist
heid kunnen bepaald worden maar de ondervinding heeft geleerd,
dat soms nog drie weken na het laatste gebruik, sporen er van in
liet ligchaam der dieren te vinden zijn.
Binnen dien termijn dus, zijn het vleesch en de melk van zooda-
nige dieren, als voedsel schadelijk en kunnen zij vergiftiging ten
gevolge hebben; maar bovendien eischt de voorzigtigheid dat men
nog e'enige weken langer, zieh van het gebruik van een en ander
onthoude. I
Onder mededeeling hiervan heb ikop uitnoodigmg van den
Minister van Rinnenlandsche Zaken, de eer, de Gemeente-bestoren,
in deze Provincie, bij deze aanteschrijven het bovenstaande, door
afkondiging, ter kennisse der Ingezetenen te brengen, en daarbij
tevens te herinneren aan de straf, bij art. 4 der wet van 19 Mei 1829
(Staatsblad N°. 35) bedreigd, tegen het verkoopenof uitdeelen van
eet- of drinkwarenvermengd met voor de gezondheid schadelijke
stoffen.
Haarlemden 21sten April 1852.
De Staatsraad, Commissaris des Konings
in de Provincie Noord-Holland,
Van E W IJ C K.
Brengen dezelve mits deze ter kennisse van de ingezetenen.
Alkmaar, den 27sten April 1852.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
F. C. W. DRUIJ VESTE IJ N.
De Secretaris
De Dl EU FONTEIN VERSCHUIR.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Gemeente ALKMAAR
voldoende aan Art. 2285. dier Gemeentewet.
Brengen bij deze ter kennisse van de belanghebbenden,[de'navol
gende bepaling dier Wet.
Art. 228a. De Termijnen van verjaring voor de vorderingen ten
laste van het Rijk bij de Wet bepaald of nog te bepalen
zijn op de vorderingen ten laste der Gemeente van toepassing."
En herinneren daarbij dat gevolgelijk naar aanleiding van het be
paalde bij de Art. 2 en 3 der Wet van 8 November 1815 (Staatsbl.
n°. 511 alle pretentiën ten laste der Gemeente moeten worden inge
diend binnen Zes maanden na het jaar waarover dezelve loopen
of gehouden zullen worden voor verjaard en vernietigd.
Alkmaarden 30sten Maart 1852
Burgemeester en Wethouders voornoemd
F. C. W. DR UIJ VESTE IJ N.
De Secretaris
De DIEU FONTEIN VERSCHUIR.
B U R G F M E E S T E R en W E T H 0 U 11 E R S van ALKMAAR:
brengen mits deze ter kennisse van de ingezetenen derzelve gemeen'
te, dat van heden af, gedurende veertien dagen, (Zon- en Feest'
dagen uitgezondei d) ter Secretarie dier gemeente ter visie zal lig"
gen de Lijst der bevoegd erkende Geneeskunstoefenaren in de Pro*
•vincie Noord-Holland, voor den jare 1852, zoo als die is medege"
deeld bij Resolutie van Heeren Gedeputeerde Stalen dezer Provincie,
van den 7dcn April 1852 n°. 4, (Provinciaalblad u°. 41)
Alkmaar, den 24sten Jpril 1852.
Burgemeester en TVethouders voornoemd
F. C. W. R U IJ V E S T E IJ N.
De Secretaris
De DIEU FONTEIN VERSCHUIR.
PUBLICATIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKM AAR»
Gezien Z. M. besluit van den 21 Maart 1828 (Staatsblad N°. 6
houdende reglementaire bepalingen tot invoering der Wet op de
Schutter jen van den 11 April 1827 (Staatsblad N° 17,) in verband
gebragt met art. 6 7, 8 en 9 van gezegde Wet
Gezien de dispositie van den Heer Staatsraad, Gouverneur der Pro
vincie Xoord-Bollanddd. 11 April 1828 N°. (Provinciaalblad
N°. 41omtrent de executie der wet op de Schutterijen
Roepen |bij[deze op alle Manspersonen, ingezetenen dezer Gemeen
te, welke op den Eersten Januarij 1852, hun 25s'e jaar zijn inge-
tieden, en alzoo diegenen, welke in den jare 1827 zijn geboren,
alsmede de zoodanigen welke ofschoon in andere gemeenten inge
schreven sedert de laatste inschrijving binnen deze Stad zijn komen
wonen en op den lsten Januarij 11. hun 34ste jaar nog niet hebben
voleindigd, en alzoo geboren zijn in de jaren 1820 tot en met 1818
ingesloten'jide vreemdelingen van denzelfden ouderdom, die sedert
de laatste inschrijving in de termen gevallen zijn om volgens art.
2 der Wet van 11 April 18^7, als ingezetenen te worden beschouwd,
benevens fde rgepasporfeerde militairen welke zich tot dus verro
niet ter inschrjving voor de Schutterij hebben gepresenteerd, tert
einde zich in de daartoe gereed gemaakte registers te doen inschrij
ven tevens te kennen gevende
Dat, de inschrijving zal beginnen den 15den Mei aanstaande, ent
geheel zaI][moeten zijn afgeloopen den Eersten Junij daaraanvolgen
de, terwijl in een der vertrekken op het Raadhuis alhier voor de
inschrijving zal worden gevaceerd van af den 15den Mei 1852, op
Dingsdag en Vrijdag van iedere week tot aan den Eersten Junij aan
staande telken dage des namiddags van 5 tot 7 ure.
En ten einde voortekomen, dat iemand, in de termen der in
schrijving vallende, zich door onwetenheid aan pligtverznim schnldigj
make, heeft het Gerueente-Bestunr noodig geoordeeld, een ieder be
kend te (maken met en te herinneren aan de navolgende, bij da
Wet van 11 April 1827, (Staatsblad N°. 17) gemaakte bepalingen.
Dat een iegelijk zonder onderscheidof hij mogt vermenen al of
niet onder de bij de Wet vrijgestelden of nitgeslotenen te behooren,
verpligt is, zich voor de Schutterij te duen inschrijven.
Dat zij, die in meer dan eene gemeente hun verblijf houden, of
den zetel van hun vermogen hebben gevestigd tot de inschrijving
verpligt zullen zijn binnen die gemeente, waar eene dienstdoende
Schutterij aanwezig is, en bij aldien in die verschillende gemeen
ten, alleen dienstdoende, of alleen rustende Schutterij bestaat, zieh
te doen inschrijven in die gemeente, alwaar zij voor de personele
belasting zijn aangeslagen, en de ambtenaren in die gemeente, al
waar zij ambtshalve verpligt zijn hnn verblijf te houden.
Dat degenen, die van hunnen juisten ouderdom geen voldoend
bewijs geven$, naar het oordeel van bet Plaatselijk-bestuur zullen
worden ingeschreven onverminderd de bevoegdheid van de inge
schrevenen, om ?van hunnen juisten ouderdom nader te doen blijken.
En dat eindelijk zij, die bevonden worden zich niet vóór den lsle»
Junij te hebben doen inschrijven door het Plaatselijk-bestuur zullen
worden ingeschreven en in eene geldboete verwezenterwijl zij
daarenboven zonder loting bij de Schutterij zullen worden ingelijfd,
indien het zal blijken dat er tijdens de verzuimde inschrijving geene
redenen lot uitsluiting of vrijstelling ten hunnen aanzien bestonden.
Burgemeester en Wethouders vermanen levens ieder ingezeten dé
zer Gemeente dien het aangaat om zieh tijdig van een Geboorte-
extract te voorzien waardoor zieh een ieder van zijnen juisten ou
derdom kan verzekeren en hetwelk bij de inschrijving zal moeien
worden vertoond alsmede om om zich ten behoorlijken tijde tot de
inschrijving aantemeldenten einde de straf, wegens nalatigheid
vastgesteldvoortekomen.
Alkmaar, den lsten Mei 1852.
Burgemeester en Wethouders voornoemdjj,
F. C. W DRUIJ VESTE IJ N,
De Secretaris
De DIEU FONTEIN VERSCHUIR.
KENNISGEVING.
BURGEMEESTER m WETHOUDERS van ALKMAAR,
Gezien hebbende het 7P artikel van Z. M. besluit van den 7<lé"
September 1828houdende reglementaire bepalingentot invoering
der Wet op de Schutterijen, van den 11 der. April 1827, luidende
als volgt:
De gehuwden en weduwnaars, één of meer kinderen hebbende,
a (die bij de oprigting der Schutterij, in het jaar 1828, of in later
jaren voor den Schutterlijken dienst ingeschreven doch als zno-
danig niet tot den dienst geroepen zijn) door sterfgeval of ander-
zins in de termen vallende om in de eerste klasse (die der on-
gehuwden of weduwnaars zonder kinderen) ie worden overge*
bragtzullen vóór de eerstvolgende jaarlijfesche inschrijving, bij
publicatie worden opgeroepenom daarvan kennis te geven aan
het plaatselijk bestuur.
Wanneer deze kennisgeving mogt worden verzuimd en de na-
n latige, ten gevolge van dit verzuim niet bij de Schutterij is inge-
lijfd geworden, zal deswege door het plaatselijk bestuur Proces-
M Verbaal opgemaakten aan de bevoegde Regtbank toegezonden
worden, ten einde de strafbepaling van art. 1 der wet van 6 Maart
1818, op de nalatigen toetepassen."
Roepen bij deze op, alle zoodanige inwoners dezer Gemeente