ALKMAARSCHE COURANT
N°. 19. Eenenzestigste Jaargang
1859.
Zondag
8 Mei.
(öfïkiccï C'5cbedle.
■H
te ALKMAAR.
Deze Courant wordt wekelijks uit
gegeven en is verkrijgbaar op Zondag
morgentusschen 8 en 9 ure. Prijs
per jaar ƒ3,franco per post ƒ3,50,
enkele Nos. 6 Cents.
Brieven franco aan de Uitgevers
HERM COSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 15
regels 0,75, voor elke regel meer
15 Cents, behalve 35 Cents zegelregt
voor elke plaatsing. Zij worden ui
terlijk aangenomen tot Zaturdag na
middag 1 ure-; ingezonden berigteu
een dag vroeger.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen bij deze ter kennisdat uithoofde, nan herstellingende
DRAAIBRUG van het Verdronkenoord op den Voormeer,
van na Maandag 9 Mei 1859, 's middags ten 1 ure, tot en met
Zaturdag den II daaraanvolgendedes avondsvoor de passage
GESLOTEN zal zijn.
De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR brengt bij
deze ter kenuisse van de daarbij belanghebbenden, dat de blanco
aanvragen tot het erlangen van Jagt- en Vischacten, ingevolge
de wet van 13 Junij 1857 (Staatsblad N°. 87), van heden af ter
Secretarie der gemeente kosteloos verkrijgbaar zullen zijnalsmede
dat de in het vorige jaar afgegeven Jagt- en Vischacten met 1
Julij aanstaande ophouden van kracht te zijn.
Alkmaar, den 9 April 1859. De Burqemeester voornoemd,
A. MACLAINE PONT.
li
BURGEMEESTER en WETHOUDERS brengen bij deze ter
kennis van de belanghebbenden:
^Dat de WEKELIJKSCHE MAANDAGSCHE VEE
MARKT, in verband met de l.ondcnsche Donderdagsche markt,
voor de E E R S T E MAAL zal gehouden worden op
MAANDAG, den 9 Mei eerstkomende.
Burgemeester en Wethouders noodigen dientengevolge alle land
en kooplieden uit, deze markt, welke eensdeels voor deze zijde der
provincie eene zoo gemakkelijke gelegenheid tot verkoop aanbiedt',
en ten andereeene geschikte tijdruimte overlaat om het verh an-
delde veetijdig genoegop de Engelsche markten te kunnen
brengen, door hunnen aanvoer en handel te begunstigen.
Alkmaarden 15 April 1859.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
A. MACLAINE PONT.
De Secretaris
SPANJAARD!1.
KENNISGEVING.
Schutter ij.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR,
gezien hebbende het 7 artikel van Z. M. besluit van den 7 Sep
tember 1828, houdende reglementaire bepalingen tot invoering der
wet op de Schutterijen, van den 11 April 1827, luidende als volgt;
«De gehuwden en weduwnaars, één of meer kiuderen hebbende
«(die bij de oprigüng der Schutterij in het jaar 1828 of in later
«jarenvoor de Schutterlijke dienst ingeschreven, doeh als zoo-
«danig niet tot de dienst geroepen zijn), door sterfgeval of ander
szins in de termen vallendeom in de eerste klasse (die der on
sgehuwden of weduwnaars zonder kinderen) te worden overgebragt,
'zullen voor de eerstvolgende jaarlijksche inschrijving, bij publicatie
//worden opgeroepen, om daarvan kennis te geven aan het plaatselijk
«bestuur."
«Wanneer deze kennisgeving mogt worden verzuimden de na-
slatige, ten gevolge van dit verzuim, niet bij de Schutterij is in-
sgelijfd gewordenzal deswege door het plaatselijk bestuur proces-
verbaal opgemaakt, en aan de bevoegde Regtbank toegezonden
«worden, ten einde de strafbepaling van art. 1 der wet van 6
«Maart 1818op den nalatige toetepassen."
Roepen bij deze opalle zoodanige inwoners dezer gemeente en
jurisdictie, welke in de jaren 1854 tot en met 1858 voor de Schut
terlijke dienst zijn ingeschrevenen die alstoen hebben bewezen
gehuwd of weduwnaars met kinderen of kinderen te zijndoch
sedert dien tijd door het overlijden van vrouw of kinderenzijn
geworden weduwnaars zonder kinderenom te compareren in een
der vertrekken van het stadhuisop Woensdag en Donderdag,
den 5 of 6 Mei aanstaande, tusschen 10 en 12 ure des voormid
dags, ten einde aldaar van zoodanig overlijden kennis te geven,
opdat daarvan behoorlijke aanteekening kunne geschieden.
Burgemeester en Wethouders brengen voorts ter kennis van de
daarbij belanghebbendendat zijdie naar aanleiding van art. 26
en 85 der wet op de Schutterij van 11 April 1827, en de nadere
Koninklijke besluiten, op grond van 34jarigen ouderdom of lOjarige
dienst bij de Schutterijinogten vermeenen regt op ontslag ver
kregen te hebben, en daarvan zouden verlangen gebruik te maken
zich schriftelijk kunnen aanmelden ter Secretarie dezer gemeente
vóór den 15 Junij aanstaande, met, overlegging van bewijsstukken,
waardoor het regt op het gereclameerde ontslag voldoende bewezen
wordt.
Alkmaarden 24 April 1859.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
A. MACLAINE PONT.
De Secretaris,
SPANJAARD!'.
PUBLICATIE.-
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR,
Gezien Z. M. besluit van den 21 Maart 1858 (Staatsblad N°. 6,)
houdende reglementaire bepalingen tot invoering der Wet op de
Schutterijen van den 11 April 1827 (Staatsblad N°. 17,) in verband
gebragt met art. 6, 7, 8 en 9 van gezegde Wet.
Gezien de dispositie van den Heer Staatsraad Gouverneur in de
Provincie Noord-Hollanddd. 11 April 1828 N°. (Provinciaal
blad N°. 41omtrent de executie der wet op de 'Schutterijen
Roepen bij deze op alle manspeisoneningezetenen dezer ge
meente, weke op den eersten Januarij 1859 hun 25"» jaar zün in
getreden en alzoo diegenen, welke in den jare 1834 zijn geboren,
alsmede de zoodanigenwelke ofschoon in andere gemeenten in
geschreven sedert de laatste inschrijving binnen deze n'crneente
zijn komen wonen, en op den 1 January 1L hun 34»" jaar nog
niet hebben voleindigd, en alzoo geboren zijn in de jaren 1833
tot en met 1825 ingesloten; de vreemdelingen van deijzelfdenou
derdom die sedert de laatste inschrijving in de termen gevallen
zijn, om, volgens art. 2 der Wet van 11 April 1827, als ingeze-
tenen te worden beschouwdbenevens de gepasporteerde militai-
ren, welke zich tot dus verre niet ter inschrijving voor de Schut
terij hebben gepresenteerd, ten einde zich in de daartoe gereed
gemaakte registers te doen inschrijven.
Zij maken tevens de ingezetenen bekend:
Dat de inschrijving zal beginnen den 15 Mei aanstaande, en
geheel zal moeten zijn afgeloopen den eersten Junij daaraanvolgende,
terwijl in een der vertrekken op het Raadhuis alhier voor de in
schrijving zal worden gevaceerd" van af den 15 Mei 1859, opDings-
iedere week, tot aan den eersten Junij aan
staande, telken dage des namiddags van 5 tot 7 ure.
dag en Vrijdag van
En ten eiude te voorkomendat iemandin de termen der in
schrijving vallendezich door onwetendheid aan pligtverzuim
schuldig make, heeft het gemeentebestuur noodiggeoordeeld, een
ieder bekend te maken met en te herinneren aan de navolgende,
bij de Wet van 11 April 1827 (Staatsblad N°. 17), gemaakte
bepalingen.
Dat een iegelijkzonder onderscheidof hij mogt vermeenen
al of niet onder de bij de Wet vrijgestelden of uitgeslotenen te
behoorenverpligt iszieh voor de Schutterij te doen inschrijven.
Dat zijdie in meer dan eene gemeente hun verblijf houden
of den zetel van hun vermogen hebben gevestigd, tot de inschrij
ving verpligt zullen zijn binnen die gemeentewaar eene dienst
doende schutterij aanwezig is, en bijaldien in die verschillende
gemeente alleen dienstdoendeof alleen rustende Schutterij bestaat,
zieh te doen inschrijven in die gemeente, alwaar zij voor de per-
soneele belasting zijn aangeslagen, en de ambtenaren in die gemeente,
alv;aar zij ambtshalve verpligt zijn hun verblijf te houden.
Dat degenen, die van hunnen juisten ouderdom geen voldoend
bewijs kunnen geven, naar het oordeel van plaatselijk bestuur zul
len worden ingeschrevenonverminderd de bevoegdheid van de inge
schrevenen om van hunnen juisten ouderdom nader te doen blijken.
En dat eindelijk zijdie bevonden worden zieh niet vóór den
1 Junij te hebben doen inschrijven, door het plaatselijk bestuur
zullen worden ingeschreven, ,en in eene geldboete verwezen; ter
wijl zij daarenboven zonder loting bij de Schutterij zullen worden
ingelijfdindien het zal blijkendat er tijdens de verzuimde in
schrijving geene redenen tot uitsluiting of vrijstelling ten hunnen
aanzien bestonden.
Burgemeester en Wethouders vermanen tevens ieder
dezer gemeente, dien het aangaat, om zich tijdig van eejr£
extract te voorzien, waardoor zieh een ieder van ztjned«JüistMl
ouderdom kan verzekerenen hetwelk bij de inschrijving,