1800.
]\0. 4.
Tweeenzestigste Jaargang.
Zondag
22 January
©IFtciccl (Bcbscïtc.
ijköch ©octrstgt.
BINNENLAND.
Deze Courant wordt wekelijks uit
gegeven en is verkrijgbaar op Zondag
morgen, tusschen 8 en 9 ure. Prijs
per jaar ƒ3,franco per post ƒ3,50,
enkele Nos. 6 Cents.
Brieven franco aan de Uitgevers
HEftM'. COSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 1—5
regels ƒ0,75, voor elke regel meer
15 Cents, behalve 35 Cents zegelregt
voor elke plaatsing. Zij worden ui
terlijk aangenomen tot Zaturdag na
middag 1 ure; ingezonden berigten
een dag vroeger.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR,
Gelet op de bepalingen van het reglement op het beheer en het
behandelen der brandbluschmiddelengearresteerd bij besluit van
den Gemeenteraad, de dato 17 December 185G (Gem. blad No. 53);
en later gewijzigd bij besluit van denzelfóen Raad van den 30 De
cember 1858 (Gem. blad No. 1G.);
Roepen bij deze op
a. alle mannelijke ingezetenen, die op den 1 Januarij 18G0 hun
20» jaar hebben bereikt, en alzoo geboren zijn in den jare 1839,
b. alle manspersonen tusschen den ouderdom van 20 en 60 jaren,
die zich sedert de laatst gehoudene inschrijving binnen deze
gemeente gevestigd hebben
om zich vóór of uiterlijk op den 31 Januarij 1860 voor de dienst
van het brandwezen te doen inschrijvenwaartoe gevaceerd zal wor
den ter Secretarie dezer gemeente, op Maandag, Woensdag en
Vrijdag van iedere week, van des morgens 10 tot's middags 2 uren.
Burgemeester en Wethouders herinneren bij deze de belangheb
benden dat ingevolge de bestaande voorschriften
1°. verzuim dier inschrijving indienststelling zonder loting ten gevolge
heeft
2°. dat iederdie vermeent redenen van vrijstelling te hebbende
bevoegdheid heeft daarvan in de maand Januarij schriftelijke op
gave te doen aan den president brandmeesterterwijl zonder
zoodanige opgavenhet er voor gehouden zal wordendat er
geene redenen van vrijstelling bestaan.
AlkmaarBurgemeester en Wethouders voornoemd,
den 27 December 1859. A. MACLAINE PONT.
Be Secretaris
SPANJAARDT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen bij dezenaar aanleiding eener bij hen ontvangene circu
laire van den Heer Commissaris des Konings in Noord-Holland,
de dato 31 December 1859 n°. 2e afd. (Prov. blad n". 139),
ter algemeene kennis
Dat gedurende 1860 geene premiën zullen worden toegekend
voor het dooden van marters, fluwijnen, bungsings, hermelijnen,
wezelswouwen en buizerdszoomede dat de toekenning van pre
miën voor het dooden van moervossenrekelvossenniet volwassen
moer- of rekelvossenarendenvalkenhavikken en sperwersslechts
zoolang zal plaats hebbenals de daarvoor beschikbaar gestelde
som geacht zal worden te veroorloven.
AlkmaarBurgemeester en Wethouders voornoemd
den 12 Januarij 1859. A. MACLAINE PONT.
De Secretaris,
SPANJAARDT.
PUBLICATIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
herinneren bij deze de ingezetenen, aan de naleving van de Wet
van 26 Ventöse V3>. Jaar, luidende als volgt:
Art. 1. Binnen de tien dagenna de afkondiging dezer wet
zullen de eigenaarspachtersgebruikers of anderen hunne eigene
gronden of die van anderen bebouwendeelk voor zoo veel hem
aangaat, verpligt zijn, om de boomen, op die gronden staande,
van rupsennesten te zuiveren of te doen zuiveren, op verbeurte
van eene boete van ten minste drie en ten hoogsten tien dagen
dagloon welke straf bij het later ingevoerde art. 171 N°. 8 van het
strafwetboek is gewijzigd
Art. 2. Zij zullen, op dezelfde straffen, gehouden zijn de rup
sennesten en ringen, van de boomen, hagen of struiken afgeno
men, aanstonds te verbranden, en zulks op zoodanige plaats,
waar dit zonder gevaar van brand aan bossehen, boomen of strui
ken of aan huizen of gebouwen kan geschieden.
Art. 3. De bestuurders der departementen thans Gedeputeerde
Staten) zullenbinnen hetzelfde tijdstipde boomenwelke zieh
op de onverpachte Nationale Domeinen bevindenvan rupsen doen
zuiveren.
Art. 4. De agenten der gemeenten en hunne adjuncten thans
Burgemeesters en Wethouders) zullenieder in den zijnenverpligt
zijnop de uitvoering dezer wet toe te zienzij zijn verantwoor
delijk voor het verzuimhetwelk ten dezen mogt worden ontdekt.
Art. 5. De commissarissen van het uitvoerend bewind bij de
plaatselijke regeringen thans de Burgemeesters) zijn verpligt,, om
binnen het tweede tiental dagen na de afkondiging dezer weteene
schouwing te doen over alle met boomenhoutgewassenhagen
of struiken beplante gronden, ten einde zieh te overtuigen dat de
wering der rupsennesten naar behooren isvolbragt, en om daarvan
aan den Ministerwien het aangaatrapport te doen.
Art. G. De wering der rupsennesten zal in de volgende jaren
voor den 1 Ventöse [20 February] moeten geschieden, op straffe
als hiervoren is bepaald.
lage^al eenige eigenaars of pachters tegen het gezegde
tijdstip hebben nagelaten zulks te doenzullen de agenten en hunne
adjuncten Burgemeester en Wethoudershet door arbeiders, ter
hunner keuzeten kosten der nalatigen laten verrigten. De op die
eigenaars en pachters invorderbaar verklaarde staat van kosten wordt
aan hen op vertoon der quitantien van de arbeidersdoor den
vrederegter Kantonregterafgegeven, zonder dat de betaling daar
van van de boete ontheft.
Art. 8. De tegenwoordige wet zal, op den 1 Pluviöse [22 Ja
nuarij] van elk jaar, op uitnoodiging van den Commissaris van het
uitvoerend bewind (thans Burgemeester), door de zórg vandeagen-
ten der gemeenten thans Burgemeesters en Wethoudersworden
afgekondigd.
Burgemeester en Wethouders moeten bij deze gelegenheid allen
die het aangaatonder het oog houdendat de gestelde verplig-
tmg onmiddelijk verband staat met eens ieders eigenbelang
en dat zijner naburendat het alzoo hier geldt een wijze maaL
re?j V?a™an gezond verstand zich voorzeker met alle be
reidwilligheid zal onderwerpen.
Burgemeester en Wethouders gelooven hij deze omstandigheid
geene redenen van aandrang meer noodig te hebbenom van hunne
ingezetenen te verwachtendat zij voor eene tijdige zuivering der
hun m eigendom toebehoorende of bij hen in gebruik zijnde boo
men .struiken en hagenvan de daarin aanwezige rupsennesten
zorg dragen, terwijl, volgens art. 5 en 6 van bovengemelde wet,
door de bevoegde autoriteit tusschen den eersten en den tienden
1 ebruarij I860, de vereischte schouwingen zullen gehouden wor
den, waarbij op de nalatigen de boete zal worden toegepast die
bij art. 471 8 van het wetboek van strafregt gesteld is.
Burgemeester en Wethouders hebben bereids van hunne zijde de
voorloopige bevelen gegeven, om de boomen, staande op plaatsen
welke de gemeente toebehoorendaarvan zoo spoedig doenlijk té
bevrijdenen alzoovoor zoo veel het bestuur aangaat, het publiek
voor overlast en schade te hoeden.
Burgemeester en Wethouders achten het bij deze niet ondienstig
om de ingezetenen, alsmede ter bevordering van het heilzaam doei
van deze maatregelen, onder het oog te brengen, om, zoo min
noodig, onschadelijke en zich met rupsen voedende vogels op te
vangen of te dooden, maar veel liever, zoo veel mogelijk op
hunne gronden te verstoren de nesten van eksters, kraaijen en
soortgelijk roof gevogeltewelke aan gewassen, vruchten en groen
ten de grootste schade toebrengen.
En op dat niemand hiervan eenige onwetendheid voorwende, is
deze afgekondigd en aangeplaktwaar zulks gewoon is te geschieden.
AlkmaarBurgemeester .en Wethouders voornoemd
den 21 Januarij 1860. A. MACLAINE PONT.
Be Secretaris,
SPANJAARDT.
De VOORZITTER van den GEMEENTERAAD van ALKMAAR
noodigt mits deze, ingevolge art. 7 der wet van 4 Julij 1850 (Staats
blad N°. 37), de ingezetenen derzelve gemeente uit, om, zoo zij
elders in de directe belastingen over 1859 zijn aangeslagendaar
van vdór den 15 Eebruarij 1860, op de wijze bij art. 4 bepaald,
ter gemeentelijke secretarie te doen blijken.
AlkmaarBe Voor zit ter voornoemd
21 Januarij 1860. A. MACLAINE PONT.
BEKENDMAKING.
De KAMER van KOOPHANDEL en FABRIEKEN te Axkmaar
brengt hierbij ter kennis der belanghebbendendat aan haar ge
woon lokaal binnen het gemeentehuis, op Maandag, den23dezer,
des voormiddags van 10 tot 12 ure, ter lezing zal voorleggen,
het bij haar ontvangen handelsberigtbetreffende den handel- en
scheepvaartbeweging in Groot-Brittanniën, over ds maand en de
9 maanden, geëindigd op 30 Sept. 1859.
Alkmaar, F. M. van de VELDE, Voorzitter.
20 Januarij 1860. C. BOONACKER, Secretaris.
's Rijks middelenvoor 1859 geraamd op 56,848,598,'
opgeleverd 56,895,245, tegen ƒ58,542,177 in 1858, wellef
cijfer grootendeels aan verminderde opbrengst der successie*
is toeteschrijven.39 der aanzienlijkste handelshuizen te
