*»t. -v
ALKMAARSCHE COURANT
N°. 29.
Drieenzestigste aar gang.
Zondag
21 Julij.
VERTREK DER DILIGENCES EN S T O O M B O O T E N.
©ffjciccï ©cbeeïte.
politick (^oerzigt.
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijg
baar op Zondag morgentusschen 8 en 9 ure. Prijs per
jaar 3,40, enkele Nos. 7 Cents, franco per post/ 4,—.
Brieven franco aan de Uitgevers.
HERM'. COSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 15 regels/ 0,75, voor
elke regel meer 15 Centsbehalve 35 Cents zegelregt
voor elke plaatsing. Zij worden uiterlijk aangenomen tot
Zaturdag namiddag 1 ure ingezonden berigten een dag
vroeger. 4
Diligence
J. v. d. Haagen.
Diligence
C. v. d. Uaagen (in de Burg.)
Diligence
S. N ij ma n.
Raderstoombooten
Zaanstroom No. 1
Schroefstoombooten
Z ur muhle n en C,
Schroefstoomboot
Stad Alkmaar.
Naar Haarlem.
s Morgens circa 5J. ure.
Namiddags circa l£ ure.
Naar Haarlem.
Naar Haarlem over Uitgeest.
Voormiddag 11 ure.
's Morgens 5-J. ure. (Alleen
Maand., Woensd. cn Vrijd.)
Naar Amsterd. Naar N. Diep.
sMorgens 5ure. 'sM orgens 11 ure.
'sNamidd.3£ure.|'s Avonds 8Jure.
Naar Amsterd.
'sMorg.circaliu
Voorm. '/II ure.
Naar N. Diep. j Naar Amsterd. I Naar N. Diep.
'sNam.circ. I2ju. j's Morg. 10-J. ure.| 'sNamidd.3iure.
'sAvonds 8 ure.Uitgezonderd Donderdag.
ture. i
Beurtschepen naar Amsterdam: Dingsdag C. de Walg, Donderdag G. Slingerland, Zaturdag J. Engelsman, Zondag T. F. de Fries.
BURGEMEESTER en WETHOU DERS van ALKMAAR
brengen ter kennis van de belanghebbenden
Dat de VAART door de beide pijpen van de Platte Stee-
nenbrug tot nadere aankondiging zal GESLOTEN zijn.
Alkmaar, Burgemeester en Wethouders voornoemd
den 11 Junij 1861. A. MACLAINE PONT.
Be Secretaris
SPANJAARDT.
BURGEMEESTER enWETHOU DERS van ALKMAAR
herinneren de ingezetenen dezer gemeente aan de bepaling
van art, 47 der politieverordening op de gebouwen, straten
en pleinenwegen en wateren, inhoudende dat gedurende
de hondsdagen, welke zullen ingaan den 19 Julij en zullen
eindigen den 19 Augustus dezes jaars geene hondendan
behoorlijkvolgens het daarvan aan het bureau van politie
berustend modelgemuilband mogen losloopen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
den 10 Julij 1861. Be Secretaris,
SPANJAARDT.
De onderstaande personen worden in hun belang opgeroe
pen om zich iu den loop dezer weekvan des voormiddags
9 tot 2 ure, aan te melden ter secretarie dezer gemeente.
GERRIT HUISMAN, laatste woonplaats Giessendam COR-
NELIS BREEP. Petten, BERENDJE EEENSTRA, Har-
lingen, MARITJE ALDERS. Olerleek, MAARTJE SCHAAP,
Wed van TENT. Purmerende, GESINA JOH. GANS, Scha-
gen ELISABETH 1IOE, Amsterdam, GERARDUS JOSE-
PHUS JANSSEN. Delfshaven. KLAAS SCHUIJT, Aker
sloot, KATHARINA LIGTHART, Zwaag c. a.. JACOB
KRIEK, Z. en N. Schermer, GERRITDINA HART, Helder,
JAN ROOS ZijpeKLAAS BERGZuidscharwoude
JANSJE PESSER. Akersloot, WILLEM VINK, Ohdam
DIRK SCHEltMERHORNWormerveer.
In Duitschland is een tweede Sand opgestaande Leip-
ziger student Oscar Becker heeft een aanslag gedaan op het
leven des Konings van Pruissendie echter met een ligte
verwonding aan den hals is vrij gekomen. Even als de eerst
genoemde sludeut door het geliefkoosde denkbeeld van een
één en ondeelbaar Duitschland in 1819 werd gedreven tot
den moord van den Russischen Staatsraad von Kotsebuedie
zoowel door zijne geschriften als door zijn invloed het jonge
Duitschland bestreed zoo ook schijnt datzelfde denkbeeld
door de tegenwoordige nationale partij in Duitschland we
derom opgevatBecker tot zijn aanslag opgewekt te hebben.
«De redenwaarom ik Z. M. den Koning van Pruissen zal
nedersohietenzoo luidt een in zijn brieventasch gevon
den verklaring «isdat hij de eenheid van Duitschland
niet kan bewerkenen de omstandigheden niet kan meester
worden, waaronder die eenheid moet worden tot stand ge-
bragtdaarom moet hij stervenopdat een ander dan hij
dit zal kunnen volbrengen." Men zou kunnen vragenof
Becker ook liet plan had om dien anderen, waarschijnlijk
den opvolger de3 Koningsook te doodenindien ook hij
de eenheid van Duitschland niet kon bewerken, en of hij
oordeeldedat hiermede moest worden voortgegaan totdat
er een geschikt persoon aan het hoofd der zaken zou geko
men zijn.
Even als Sand schijnt Becker overtuigd te zijn, dat hij een
goed werk ging verrigten//ik moet de daad volbrengen
zegt hij in de genoemde verklaring, //om het Duitsche va
derland gelukkig te maken." Even als Sand is hij tijdens
den aanslag en later bij zijne in-heehtenis-ncming volkomen
bedaard gebleven, en legt hij de grootste tegenwoordigheid
van gee3t aan den dag. Hij heeft zich zelf als den dader
van het misdrijf bekend gemaakt, is in zijne antwoorden zeer
eenvoudig, en vermijdt alle woordenpraal. Volgens de inge
wonnen berigten was Becker een zeer vlijtig student, en
heeft hij een paar academische prijzen behaaldwaarvan een
voor een verhandeling over den constitutioneelen regerings-
im.
Ofschoon alleen een dweeper de daad kan goedkeuren
waarbij een enkel menseh de rol der Voorzienigheid op zich
meent te moeten nemenonthouden wij aan dergelijke geest
drijverij ons medelijden nietwij vorschen naar de oorzaak
ervan, en komen als van zelf tot de vraag: heeft de houding
der Pruissische regering ook, zonder het te willenaanleiding
kunnen geven om de opgewonden en altijd wat dweepzieke
Duitsche patriotten met de hoop op de verwezenlijking van hun
geliefkoosd droombeeldde Duitsche eenheid te vervullen?
Was er eenige schijn vau grond voor die hoopwaarvan de
bittere teleurstelling eeu dweepend student tot een aanslag
op 's Konings leven bragt Moeijelijk zal hierop een geheel
ontkennend antwoord kunnen gegeven worden.
De Pruissische staatkunde heeft zich in de laatste jaren
alleen onderscheiden door een sterk weifelende houding. Bij
den oorlog tusschen Frankrijk en Oostenrijk wilde het gaarne
iets voor den laatstgenoemden staat doenen daardoor tevens
het dreigende militaire overwigt van Erankrijk tegengaan
maar het wenschte te gelijk een oorlog aan den Rijn te ver
mijden, die er het noodzakelijk gevolg van moest zijn, cn
zich van alles te onthouden wat tot nadeel van Italië kon
uitloopen. Het gevolg daarvan wasdat het zich het mis
noegen van beide partijen op den hals haaldena den vrede
van Villafranca verklaarde Napoleondat de houding vair
Pruissen hem er toe genoopt haddaar deze hem sleohts de
keuze had gelateu om óf zijn doel niet dan ten halve te
bereikenóf den oorlog te gelijk aan de Etseh en aan den
Rijn voort te zettenterwijl Oostenrijk hoezeer dan ook
ten onregtebeweerdedat de schuld van dezen voor Frans
Jozef zoo nadeeligen vrede aan Pruissen te wijten was. Door
dien vrede was de goede verstandhouding tusschen Erankrijk
en Sardinië gebrokenNapoleon had Italië niet vrij gemaakt
tot aan de Adriatische Zee, en kon daarom Savoye en Nizza
niet vorderende Keizer had zich daarenboven verbonden
om de verdreven Italiaansclie vorsten op hunne troonen
te herstellencn de Sardinische minister Cavour traf af.
Nu hadden Pruissen en Engeland Sardinië kunnen steunen
zonder tevens de bedoelingen des Eranschen Keizers te be
vorderen. Zij deden het nietzoodat Sardinië wederom ge
noodzaakt was zich in de armen van Frankrijk te werpen
toen de zaak der gevlugte Italiaansche vorsten onherstelbaar
bleekwist Napoleon zich aan de verdragen van Villafranca
te onttrekkenCavour kwam weer aan het bewindhet En-
gelsch-Fransche handelsverdrag werd gesloten, Savoye en
Nizza werden bij Frankrijk ingelijfd, en Pruissen? protes
teerde.
Even weifelend was de houding van Pruissen in de Duit
sche zaken. In het Keurvorstendom Hessen werd de
grondwet van 1831 ten gevolge der gebeurtenissen van 1848
in democratischen zin gewijzigd; de Keurvorst riep echter
later do hulp der Duitsche Bondsvergadering inom de dwa
lingen zijner onderdanen te bestrijdenwat ten gevolge had
dat hij in 1852 een nieuwe staatsregeling liet afkondigen
die aan den volksinvloed nog veel minder overlaat dan de
oude grondwet van 1831. De volksvertegenwoordiging heeft
echter niet opgehouden pogingen aan te wendenom die grond
wet wederom terug te erlangenhij herhaling heeft zij zich
onbevoegd verklaard om in de openbare aangelegenheden te
voorzien, en is daarop ontbonden. Pruissen trok zich de
belangen des volks aan, en de openbare meening in ganseh
Duitschland schaarde zich aan zijne zijdein 1800 trad
Pruissen op vrijzinnige en kloekmoedige wijze op den Bonds
dag te Frankfort voor de grondwet van 1831 op maar trachtte
ook al weder een middenweg in te slaan dadingen te treffen,
enz., waardoor het uit begeerte om met allen op een goeden
voet te blijven, zelf in een valsche stelling geraakte, en
de nederlaag leed. In de Bondsvergadering is nu onlangs,
den 4 Julij, door den vertegenwoordiger van Baden voorge
steld te verklarendat de bondsbesiuiten van 1852 en 1860
de herstelling der Keur-Iiessische constitutie van 1831 niet
verhinderen.
In Holsteiu tracht de Duitsche bevolking zich te onttrek
ken aan de overheersching der Denendie dit gewest met
verkrachting zijner betrekking tot den Duitsehen Bond met
het eigenlijk Denemarken hebben vereenigd. Pruissen trok
zieh ook de belangen dezer bevolking aan, roemde hare voor
treffelijke houding, en betuigde hart, voor haar te hebben,
maar hielp haar slechts met diplomatieke nota's en voorstel
len. Zoo hield het de spanning gaande, maar gaf geen op
lossing het sprak voelmaar deed niets.
Ook omtrent de hervorming van het bondsleger heeft
Pruissen denzelfden langwijligen weg van onderhandelen,
voorstellen en nevenvoorstellen gevolgden de zaak is nog
niet tot een beslissing gekomen.
In den Italiaansehen oorlog was ten duidelijkste gebleken,
dat Duitschland niet dat standpunt inneemtwaarop het
zou kunnen staan de Duitsche patriotten vestigden daarom
het oog op Pruissen, en stelden te Eisenach het volgende
programma vast1. vervanging van de Bondsvergadering
door een krachtig centraal gezag2. bijeenroeping eener na
tionale vergadering; 3. opdragt van het initiatief ter verwe
zenlijking dezer wenschen aan Pruissendatin geval er
inmiddels gevaar mogt oprijzentevens de leiding der diplo
matieke en militaire aangelegenheden zou aanvaarden. Pruis
sen kon zeker dit programma moeijelijk aannemenmaar het
verwierp het ook niethet koos alweer een middenweg. Men
wilde de nationale vereeniging niet voor het hoofd stooten,
en gaf hoopdoor de beweging in beginsel goed te keuren
maar de verwezenlijking harer plannen aan den tijd over te laten.
De Hertog van Saksen-Coburg liet zich gunstig over de be
weging uit, en haalde zich een teregtwijzing van Oostenrijk
op den hals, die echter weder door Pruissen scherp werd
afgekeurd. Zoo vond Pruissen het niet onaangenaamden.
schijn eener Duitsoh-nationale staatkunde aan te nemen, maar
was te angstvallig om er iets beslissends voor te doen. Daar
toe zou het eenigermate do rol van Sardinië in Duitschland
hebben moeten spelenen wie zal het er een verwijt van
makendat het dit niet gedaan heeft Niemand zal de
regtschapenheid cn de goede bedoelingen der Pruissische rege
ring in twijfel trekken. Wij hebben achting voor de waardige
houding van den toenmaligen Prins-Regent, den tegenwoor-
digen Koningop het vorstencongres te Badenwaar hij
op edele wijze de aanbiedingen vaa Frankrijk en Rusland
weerstond, om de trouwe handhaver te zijn der onschend
baarheid van het Duitsche vaderland.
Hulde brengende aan de goede trouw en de eerlijkheid der
Pruissische regeringschromen wij echter niet te wijzen r p
het gevaar van door een weifelende houding, lango
onderhandelingen en de begeerte om allen genoegen te doen
in een valsche stelling te geraken, enzonder het te willen.
verwachtingen op te wekken die niet vervuld kunnen worden.