ALKMAARSCHE COURANT
N°. 50.
Drieenzestigste Jaar gang*
Zondag
15 December.
\i
VERTREK DER DILIGENCE S EN STOOMB POTEN.
(fMTiciccl (öcbccÜc.
flolitick ©uersigt.
nationale militie.
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijg
baar op Zondag morgentusschen 8 en 9 ure. Prijs per
jaar ƒ3,40, enkele Nos. 7 Cents, franco per post/4,—.
Brieven franco aan de Uitgevers.
HE HM». COSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 1—5 regels/ 0,75, voor
elke regel meer 15 Cents, behalve 35 Cents zegelregt
voor elke plaatsing. Zij worden uiterlijk aangenomen tot
Zaturdag namiddag 1 ure ingezonden berigten een dag
vroeger.
Diligence
J. v. d. Uaagen.
Diligence
I G.v.d. Haugen (in de Burg.)
Diligence
S. N ij m a n.
Raderstoombooten
Zaanstroom No. 1 I
iSchroefstoombooten
Zur muhlen en C'.
Sehroefstoomboo
Stad Alkmaar.
Naar Haarlem.
's Morgens circa 5£ ure.
's Namiddags circa li ure.
Naar Haarlem.
Naar Haarlem over Uitgeest.
's Morgens 5£ ure. (Alleen
Maand., Woensd. en Yrijd.)
Naar Amsterd. Naar N. Diep.
'sMorgens5|ure. 's Avonds 6Jure.
'sNamidd.liure.
Naar Amsterd.
Voorm. '11 ure.
Voormiddag 11 ure. \Unml Woensd en Vriid.) sJNamiaa. iiure.i
:ure' Maand., woensa. en vriju j s i Zaturda„ g, Slingerland. Zondag J. Engelsman.
Beurtschepen naar Amsterdam: Dmgsdag G. de Vriesmmm
Naar N. Diep. Naar Amsterd. Naar N. Diep.
'sNam.circ. 12|u. s Morg. 10£ ure. 'sNamidd.3*ure.
Uitgezonderd Donderdag.
PROVINCIE NOORD-HOLLAND.
AANBESTEDING.
Op Donderdag den 194en December 1861 des namiddags
ten half drie ure zalaan het lokaal van het Provinciaal
Bestuur van Noord-llolland. te Haarlem, worden overgegaan
tot de aanbesteding bij inschrijving en opbod, namens Kerk
voogden der Hervormde gemeente van eenhuizenvan
Het bouwen van eene Kerk met toren voor de
Hervormde gemeente te Veenhuizen (Noord-
Holland) en van eene Kapel voor het monu
ment van Beinout van Brederodealdaar.
Het bestek is, tegen betaling van tien Cents per exemplaar,
te verkrijgen aan het lokaal van het Provinciaal bestuur bo
vengemeld aau het bureau voor Buitenlandsche Paspoorten
te Amsterdam en aau de Gemeente-Secretarie van Heer Hugo
IVaard.
Aanwijzing in loco zal worden gedaanZaturdag vooi de
besteding, des middags ten 12 ure.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brep<ren bij deze ter kennis van de belanghebbenden, dat bij
den Gemeenteraad is ontvangen
«Een verzoek van eenige Kooplieden in laarden, om ue
„Paardenmarkt die invalt op den 1"° Maandag van de maand
Septembervoortaan, uit hoofde van de wekelijksche Maan-
,/dagsche Veemarktdie op den Dijk gehouden wordtop
"Woensdag van diezelfde week te stellen."
Burgemeester en Wethouders noodigsn de zoodamgen die
daartegen bezwaren hebben uitom die vóór den 1 Januarij
1S62, schriftelijk aan hen intezenden.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar. A. MACLAINE PONT.
SPANJAARDT.
AMELSBEEK, JACOBUS MEÏNDERT SPIJKERMAN
ALBERTUS AN DRIES WE BE R, JOHANNES CH Is l
AAN vanMALSEN. PREDRIK HENDRIK de LORME,
HERMANUS STEEMAN, JACOBUS TABERNAL.
Ter secretarie der gemeente istegen betaling der kosten
verkrijgbaar het GEMEENTEBLAD No. 53, houdende
Verordening regelende het onderwijs op de openbare tusschenschool
en Instructie voor het onderwijzend personeel op die school.
De KAMER van KOOPHANDEL en FABRIEKEN te
Alksiaae maakt bekend, dat van Maandag 16 tot op Don
derdag 19 December e.k. in haar gewoon lokaal op het stad
huis ter lezing zullen liggen
1». Een tabellarisch overzigt van den handel te Hamburg
gedurende het jaar 1860.
2°. Idem dito van den handel te Lubeck.
3». Een verslag van den staat en de uitkomsten der Britscne
visscherijen gedurende het jaar 1860.
De Kamer voornoemd
E. M. van de VELDE, Voorzitter.
W. van der KAAY, Secretarii
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen mits deze ter algemeene kennis
Dat het suppletoir kohier der plaatselijke directe belasting
over de dienst van 1861 op heden is invorderbaar gesteld
en aan den gemeente ontvanger uitgereikt.
Alkmaar Burgemeester en Wethouders voornoemd,
den VA Dec. 1861. A. MACLAINE PONT.
De Secretaris
SPANJAARDT.
KENNISGEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR;
Gezien het Koninklijk besluit van den 30 November 1861
(Staatsblad n°. 103).
Brengen ter kennis van de belanghebbenden
De bij de militie ingelijfde lotelingen dezer gemeente,
welke, Irrachtens de artikelen '21 en 110 der wet van 8 Ja
nuarij 1817 (Staatsbl. n". 1) en art. 3 der wet van den 27
April 1820 (Staatsbl. n». 11), in verband met de artt. 91 en
94 der eerstgenoemde wet, in den loop van het jaar 1861
veert op vrijstelling hebben verkregen en verlangen uit de
dienst te worden ontslagenbehooren daartoe tusschen den
1 en den 5 Januarij aanstaande, scliriftelijk aanvraag inte-
dienen bij Burgemeester en Wethouders voornoemd.
Alkmaar, Burgemeester en Wethouders voornoemd
den 14 Dec. 1861. A. MACLAINE PONT.
De Secretaris
SPANJAARDT.
De onderstaande personen worden opgeroepen om zich in
den loop dezer weekvan des voormiddags 10 tot 2 ure
aantemelden op de secretarie:
WILHELMINA van der VORST laatste woonplaats
Amsterdam, HERMANUS WILLEMS, 1. w. Graft, JAN
ROOS 1. w. Zijne, JAN BOUKES van de REE l.wPur-
merende MARIJTJE ALDERS. 1. w. Oterleek, GERRIT
ELS1NGER, CORNELIS ALBERTUS BOOTS, PIETER
VOLKERS, JOHANNES PRUIM, WILLEM VISSCHER,
TOHAN NES MATTHIAS VAESEN, DIRK van den BURG,
JOH AN FREDRIK KOELMAN, JACOBUS ÏÏENDRICUS
Nog altijd wordt de gevangenneming van de Commissarissen
der Zuidelijke Amerikaansche Confederatie met ijver door de
dagbladen besprokenzonder dat er echter veel nieuws over
gezegd wordt. De Noord-Amerikaansche bladen staan vrij
wel alleen in hunne bewering dat de aanhouding wettig was,
en zijn niet zeer gelukkig in het verdedigen van deze stel
ling. Zij veranderen telkens van standpunt, nu eens de Zui-
dehjke Staten beschouwende als oorlogvoerende partij, dan
weder als oproerlingen. Nu is het openbaar dat Engeland
van den beginne af aan. even als Frankrijk, de Confederatie
als oorlogvoerende partij heeft beschouwden liet is dus
niet te verwachten dat het gemakkelijk een andere zienswijze
zal omhelzen. Wil men echter den krijg in liet Zuiden als
een opstand beschouwen, dan zou naar onze meening het
regt der Unie nog moeijelijker te verdedigen zijnnaar er
alsdan schending van het regt van asijl zou hebben plaats geliact;
in dit opzigt zouden wij het met de beschouwing van den
President Davis in zijne boodschap aan het Congres der Se
paratisten eens zijn, dat de Commissarissen met evenveel regt
in de straten van Londen als aan boord van de Trent konden zij n
"evangen genomen; want aan boord van een sclnp wordt
geacht te zijn op het grondgebied van den Staat waar-
i 1 _r„A. rr„A- A^\ nan Aa -ronrlinrr r\r*T flomiTIlSSa
men geacni» ic zyu ujj ucu
aan bet toebehoort. Het doel van de zending der Commissa
rissen zou volgens dezelfde boodschap ook niet geweest zyn
liet vragen van hulp in Europa de President beweert dat
de Confederatie geen hulp noodig heeft maar alleen net
leveren van het bewijs dat de blokkade der kusten onvoldoende
is, en bij gevolg door de Europesche Staten ook niet behoeft
geëerbiedigd te worden.
Overigons tracht de President Engeland en Frankrijk te
verleiden door de katoenzijn stelling iskatoen moet gij
hebben zonder katoen kunt gij niet levenik heb katoen
en daarom moet gij mij erkennen en bevrijden om ze te
krijgen. De President vergeet echter er bij te voegendat
die katoen wordt geteeld met behulp van de slaven en dat
de moeijelijkhedendie het Zuiden met zijn katoen onder-
vindt, het gevolg zijn van een strijd, dien het zelf neett
aangevangenten behoeve van de oumenschelijke en lang
veroordeelde instelling der slavernijdie het door het Noor
den bedreigd zag.
De slavernij is de schaduwzijde en wel een zeer donkere
schaduwzijde, van de zaak der Zuidelijke Staten maar zelfs
de slavernij wensehten wij niet door de kracht van het zwaard
onderdrukt 1e zien. Daarom hebben wij steeds gewenscht
dat er een schikking tusschen Noord en Zuid tot stand mogt
komen; daarom hebben wij ééne hope bij al de bezorgdheid
omtrent mogelijke verwikkelingen tusschen Engeland en de
Unie en weldat zoowel de burgeroorlog er door geëin
digd als de slavernij er door gefnuikt moge worden. En
o-eland toont dat het de zaak ernstig opneemthet maakt
Iroote toebereidselen tot een oorlogdien wij hopen met te
zullen zien uitbreken. Zoo de Unie weigert ae gevangen
Commissarissen uit te leveren en voldoening te geven,
zal Engelandmeent mende Zuidelijke Confederatie er
kennenenkomt het daardoor in moeijelijkheden met de
Unie met het Zuiden een hondgenootschap sluiten. Maar
Engeland kan en mag geen onbepaald bondgenootschap aan
gaan met een staat, die een strijd voert ten gunste der
slavernijhet mag zijne dadenzijne beginselen met ver
loochenen. Hoe menigmaal heeft het door strenge toepassing
van het regt van onderzoek der schepen tot wering van den
slavenhandel den algemeenen vrede in gevaar gebragt! Zal
bot nu de bondgenoot worden van een slavenstaat Nim
mer; het mag niet onvoorwaardelijk erkenuen, geen bond
genootschap aangaan zonder belangrijke bedingen ten gunste
van de afschaffing of althans van de wijziging der slavernij.
No" is er niets bekend omtrent de zienswijze en de plan
nen van den Keizer der Fanschenbijna dagelijks vergade
ren de Ministers met den Geheimen Raad, maar alles blijft
dan ook geheim. De vertoogen der dagbladen, die meer of
min geacht kunnen worden de zienswijze der regering uit te
drukkendoen echter vermoedendat Frankrijk met tus
schen beide zal treden dan wanneer een oorlog is uitgebro
ken of althans onvermijdelijk schijnt. Napoleon de Voorspoedige
zou alsdan de gelegenheid hebben om de sclioone roeping te
vervullen van den algemeenen vrede te handhavenentevens
aan zijne bemiddeling voorwaarden kunnen verbiuden tot
beteugeling der slavernij.
Dat zijn sohoone droombeelden, zal welugt iemand zeg
gen, en wij zien reeds den goedigen maar toch wat mede
lijdenden glimlachdie deze woorden vergezelt. Ochwij
weten het wel, wij erkennen het gaarne. Wij kunnen ons
voorstellen dat Engeland door de omstandigheden genoopt
kan worden om voor een tijd één lijn te trekken met cle
verdedigers der slavernijen wij zouden het daarom mis
schien niet eens hard mogen vallen. Wij begrijpen dat het
in elk geval moeijelijk zou zijn voor Eugeland en Frankrijk
beide, om door bemiddeling het beginsel afbreuk te doen
waarvoor het Zuiden de wapenen heeft opgevat. Wij zien
duizende bezwaren die tegen ons droombeeld kunnen in ge
brast worden, maar wat zijn de verschillende gissingen
die^ er omtrent een mogelijken oorlog tusschen Engeland
en de Unie, een waarschijnlijke erkenning van de Zuidelijke
Confederatie en een vermoedelijke tusschenkomst van Frank
rijk worden gemaakt wat anders dan droombeelden? Of
zouden de onze minder aannemelijk zijn omdat zij helderder
zijn gekleurd, omdat wij onderstellen dat uit het kwade iets
goeds geboren kan worden.
Uwe gissingen berusten niet uitsluitend op stoftelijke be-
;augen, en daarom is uw droombeeld ongerijmd, zegt iemand
en misschien beeft hij gelijk.
De groote gebeurtenissen, die in het Westen vermoed,
"•ehoopt of gevreesd wordendoen de blikken zoo sterk der
waarts wendendat zeker iemand geen tijd schijnt te hebben
om eens naar het Oosten te zienondanks de pogingen van
clericalen en republiekeineu beide, om de aandacht te vesti
gen op hetgeen daar gebeurt. Jozef Karam ondervindt mie
ter sympathie dan Mason en Slidell. Ofschoon le Monde en
le Siècle beweren dat de eer en het belang van F™nkrjjk be
trokken zijn in de gevangenneming van dit Hoofd der Maro
nieten, en dat de rapporten van den commandant der 1 ran -
sclie z'eemagt in de Levant gunstig voor Karam pleiten en
de handelwijze der Europesclie commissie te Beyruth afkeu
ren verklaart de Monitcur droogwegdat de gevangenneming
met'voorkennis van die commissie heeft plaats gehad.
Grooter belangstelling echter wekken de beraadslagingen
in het Italiaansche parlement te Turijn. In plaats van de
tweespalt die men tusschen de twee invloedrijkste staatslie
den vreesde of hoopte al naar gelang van omstandighe
den heeft men Batazzi het bewind van Ricasoli zien on-
dersteunnen en verdedigenvolgens zijne verklaring eu
hij kwam pas uit Parijs is de Eransche regering stellig
voornemensom tot de ontruiming van Rome over te gaan
hij ze"t echter niet wanneer en kan men op de hulp van
Frankrijk rekenen tot het doen ophouden van de rooverijen
in het zuiden van Italië. Natuurlijk worden deze verklarin
gen vooral in Frankrijk verschillend beoordeeld. Omtrent
de eerste spreekt de Moniteur vau "aan het l1 ransche gouver
nement toegeschreven bedoelingen," waarmede naar onze be
scheiden meening niets anders wordt gezegd dan dat dit
gouvernement vooralsnog zijne bedoelingen geheim wil houden,
daar toch het blad niet verklaart, of die te regt often onregte
aan de regering worden toegeschreven de tweede verklaring
gaat het officicele blad met stilzwijgen voorbij. Om evenwel