ALRMAARSCHE COURANT
lV. 40.
Vierenzestigste J aar gang.
1862.
Zondag
5 October.
(*3ct>cclte.
S?ANJAASm.
Politiek $)»crsigt.
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijg
baar op Zondag morgentusschen 8 en 9 ure. Prijs per
jaar ƒ3,40, enkele Nos. 7 Cents, franco per post/4,—.
Brieven franco aan de Uitgevers.
HERM-. CO STEP ZOON.
De Advertentiën kosten van 15 regels/ 0,75, voor
elke regel meer 15 Cents, behalve 35 Cents zegelregt
voor elke plaatsing. Zij worden uiterlijk aangenomen tot
Zaturdag namiddag 1 ureingezonden berigten een dag
vroeger.
PROVINCIE NOORD-HOLLAND.
AANBESTEDING.
Op Donderdag den 9leD October 1862des namiddags ten
half drie urezalaan het lokaal van het Provinciaal Be
stuur te Haarlem, bij enkele inschrijving worden aanbesteed:
Het driejarig onderhoud, tot 1" October 1885,
van de Heldersche zeewering en van de ge
bouwen en toestellen in het Landshok aan
den Helder.
Het bestek is, tegen betaling van 10 Cents per exemplaar,
1e verkrijgen aan het lokaal van het Provinciaal bestuur
voornoemd aan het bureau van buitenlandsche paspoorten
op den Dam, te Amsterdam; en bij den provincialen opzig-
ter van den Waterstaat C. van der Stefr aan den Helder
bij wien, even als bij den Ingenieur van den Waterstaat
J. F. IF. Conrad, te Alkmaar, nadere inlichtingen te be
komen zijn. 7
De aanwijzing in loco zal geschieden op Zaturdag vóór
de besteding des morgens om 10 urete beginnen met liet
Landshok aan den Helder.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
noodigen bij deze ouders en voogden uitdie hunne kinde
ren of pupillen met 1". November e.k. op eeue der Openbare
Scholen der Gemeente wenschen geplaatst te zienzich
daartoevddr of op den 15 dezer maandaantemeiden bij
de Hoofdonderwijzers of Hoofdonderwijzeres van de school
door hen verlangdvoorzien van de bewijzen van geboorte
en koepokinënting der kinderen.
Aikm„ar Burgemeester en Wethouders voornoemd,
den lOct. 1862. A. MACLAINE PONT.
Ue Secretaris,
S P AN J AARDT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR;
ln ervaring gekomen, dat door vele ingezetenen niet wor
den nageleefd de bepalingenten aanzien van het aan den
publieken teegna zons ondergangbuiten de deur laten staan
van verschillende voorwerpen, met name sekreetemmers, alsmede
op het houden van varkens binnen de gemeente, voorgeschreven
bij de Art. 15 en 67 der algemeene Policieverordemng van
den 19 Junij 1862 (Gemeenteblad N°. 2) die. na aan H.H. Gede
puteerde Staten volgens de. wet te zijn medegedeeld, op den
9 Julij daaraanvolgende behoorlijk is afgekondigd.
Hebben gemeend om tot voorkoming van vervolgingen
die het niet nakomen dier verordening na zich zoudesiepen,
den letterlijken inhoud dier beide artikelen ter kennis van
de ingezetenen te brengen, luidende dezelve aldus:
Art. 15.
Het is verbodenzonder vergunning van den Commissaris
van politie, na zons ondergang, wagens, emmers vaten
balen kistenrij- en voertuigen of eemge andere voorwer
pen 'geheel of gedeeltelijk op straat neder te zetten of te
laten staan.
Zonder schriftelijke vergunning van Burgemeester en Wet
houders mo"en geene runder- paarden- of schapenstallen of
varkenshokkenbinnen de stads buitengrachten, poorten en
barrières gemaakt of vergrootnoch runderenpaarden
schapen of varkens gestald of gehokt worden.
Terwijl tevens bij dezelfde verordening nog is vastgesteld,
dat de overtredingen in deze bedoeld zullen worden gestraft:
die van art. 15 met eene boete van een tot drie Gulden
67 <lrie viW
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
KENNISGEVING.
Het HOOED van liet Plaatselijk Bestuur te ALKMAAR
bren"t ten gevolge van art. 1 der wet van 22 Mei 1845
(Staatsblad N«. 22), bij deze ter kennis van de ingezetenen
der gemeentedat het voljaarsch suppletoir kohier No. 3
der belasting op het Personeel, dienst 18|j, op den 30 Sep
1 ember 1862 door den Heer Commissaris des Komngs m de
Provincie Noord-Holland executoir verklaardop heden aan
den Heer Ontvanger der directe belastingen binnen deze
gemeente ter invordering is overgegeven.'
Ieder ingezeten die daarbij belang heeftwordt vermaand
op de voldoening van zijnen aanslag behoorlijk acht te geven
ten einde alle geregtelijke vervolgingen welke uit nalatigheid
zouden voortvloeijente ontgaan.
Alkmaar Het Hoofd van het Bestuur veorn.,
defl October 1862.A. MACLAINE PONT.
VERGADERING van den RAAD der Gemeente ALK
MAAR, op Dingsdag, den 7 October 1862, des middags ten
f2 ure. Namens den Voorzitter van den Raad,
De Secretaris
SPANJAARD!'.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen, naar aanleiding eener circulaire van den Heer Com
missaris des Konings in deze provincie, dato 13 September
11. No. nli-s' le **er kennis van de ingezetenen
Dat geene stoomtuigen in werking mogen worden gebragt,
zonder dat de belanghebbenden in het bezit zijn van eene
voorloopige vergunning van den Ingenieur voor het stoomwe
zen of van eene definitive vergunnuing van wege liet Depar
tement van biunenlandsclie zakenalsmede dat de Ingenieurs
voor het stoomwezen geene stoomtuigen mogen onderzoeken
en bij gevolg ook geene voorloopige vergunningen voor het
gebruik daarvan kunnen afgevendan na van wege het De
partement van binnenlandsche zaken de vereischte lastgeving
tot dat onderzoek ontvangen te hebben, en liet alzoo
aan ieder, die van stoomtuigen gebruik weuscht te maken,
is aantebeveleuom de aangifte, voorgeschreven bij het Ko
ninklijk besluit van 26 September 1833 (Staatsblad No. 58)
dadelijk te doen en daarmede niet te vertragen tot liet tijd
stip dat de stoomtoestellen reeds voor het in werking bren
gen gereed zijn.
Alkmaar, Burgemeester en Wethouders voornoemd,
den 20 Sept. 1862. A. MACLAINE PONT.
De Secretaris,
SPANJ AARDT.
De Moniteur heeft vrij wat te lezen gegeven over Erank-
rijks houding in de Romeinsche kwestie. In een zekeren zin
bevatten die mededeelingen nieuws, want de inhoud was tot
nog toe aan het publiek onbekend; 't is echter vrij oud
nieuwswant 't bevat een mededeeling van stukkendie in
de maanden Mei en J uuij van dit jaar in deze zaak zijn gewisseld.
Vooreerst: een brief van den Keizer aan zijn Minister van
Buitenlandsche Zakenwaarin de beginselendoor hem ten
aanzien van Rome gevolgd, worden blootgelegd. Da Keizer
heeft volgens zijn schrijven steeds getracht het verbond tus
schen de godsdienst en de vrijheid te bekrachtigen; hij wenschte,
dat de Paus zich zou vereenigea met wat er waarlijk grootsch
is gelegen in het denkbeeld van een volk dat een natie wil
wordenterwijl daarentegen het volk het heilzame zou erken
nen van een gezagwelks invoed zich door de gebeele wereld
doet gevoelen. Reeds aan deze woorden van 's Keizers
brief zou een kleine toelichting geen kwaad doen. Welk is
het gezag, welks invloed zich door de geheele wereld doet ge
voelen?, Natuurlijk bet Pauselijk gezag; maar alweder welk:
het wereldlijk of het geestelijk? Volgens de omschrijving
die er van gegeven wordt, zou het ongetwijfeld het geeste
lijk gezag moeten zijn; maar wij wisten nietdat het Italiaan-
sche volk het heilzame van dat gezag niet erkende. Van
het wereldlijk gezag toch kan moeijelijk gezegd worden, dat
zijn invloed zich door de geheele wereld doet gevoelen.
Maar wij hebben geen lust om een poging te beproeven tot
verklaring van 's Keizers orakeltaalwij vinden een massa
schoone woorden en klinkende volzinnen, doch voelen ons
volstrekt niet in staat de juiste beteekenis er van te vatten.
Wij gaan dus voort met ons verslag.
Italië schrijft de Keizer moet de gevarendie het
bedreigenzoo veel mogelijk vermijden - wie zal zoo dom
zijn dit niet te doen? -- de vijanden, die het zich overal
heeft gemaakt, bevredigen waarlijk geen gemakkelijke
taaken alles overwinnen wat zich zou stellen tegenover
de zoo regtmatige nationale eerzucht om den Staat als een
krachtige mogendheid te vestigen. Als dit laatste opregt
•esproken isbehoort de Keizer niet tot de tegenstanders
ier Italiaansche eenheid. Daarop somt de briefschrijver de
gevaren op, die Italië bedreigen: 1°. Italië beeft de revolutie
ingeroepen en boezemt daardoor wantrouwen in aan de voor
standers van orde. Ais Italië de orde wil handhaven
gelijk de Keizerlijke raadgever dit na zijne min of meer
revolutionaire aanvaarding van de regering heeft gedaan, gaat
het land een heerlijke toekomst te gemoet. 2°. Er bestaat
een geduchte vijand aan de grenzen, die rnet zijn legers en
ligtelijk te begrijpen kwade gezindheid nog lang een dreigend
gevaar zal blijven.— Deze uitval tegeu Oostenrijk herinnert
aan den liefelijken nieuwjaarsgroet, door den Keizer op 1 Ja
nuary 1859 deu Oostenr'ijksehen gezant toegevoegden kan
moeijelijk ten bewijze strekkendat de gevoelens van den
man te Parijs jegens genoemden staat veel vriendschappelijfcer
zijn geworden. 3". Het godsdienstig vraagstuk doet de ver
wikkelingen in zeer hooge mate toenemen. Dit is eigenlijk
het groote bezwaardat velen ongunstig stemt ten aanzien
van de nieuwe orde van zaken in Italië. Vroeger was dit
alleen het geval met de partij van het absolutisme zegt
de Keizer maar later hebben zich de Katholieke volken
daarbij gevoegd, zoodat zij de welwillende bedoelingen hun
ner rederingen belemmeren, en ook de gunstige gezinc.keid
der Protestantsehe of Schismatieke regeringen wordt gebon
den daar zij zich rekenschap hebben te geven van de over
tuiging van een groot aantal barer (Katholieke) onderdanen.
De verzoening van Italië met den Paus zou alzoo den te
genstand van millioenen doen ophouden.
De H. Stoel heeft echter volgens den Keizer evenzeer be
lang bi; de verzoening, omdat hij tegen zich heeft al wat
liberaal is in Europa. De geloovigen kunnen hunne politieke
overtuiging niet langer overeen brengen met godsdienstige
beginselen, die door de hedendaagsche beschaving s c h ij n e n
te worden veroordeeld, schijnende Keizer is voorzigtig.
Dit zou aanleiding kunnen geven tot tweespalt iu de Kerk.
Om deze ramp te voorkomen, moet de Paus zich verzoenen
met de hedendaagsche denkbeelden.
De Keizer geeft daarop de grondslagen aanwaarop de
verzoening zou moeten plaats hebben. Vooreerst zal het
noodig zijn, dat 's Pausen gezag vrijwillig door zijne onder
danen worden erkend. De Keizer twijfelt er niet aan of
dit zal wel gebeuren, als Italië zich daarentegen jegens
Frankrijk verbindt om de grenzen van den Kerkelijken Staat
te erkennen. Het verdient opmerking, dat dit puDt, dat
wij nog al een van de belangrijkste zonden achten, zoo
maar ter loops wordt behandeld, 't, Schijnt, dat die vrijwillige
toestemming des volks bij heeren diplomaten en wereldredders
nog altijd maar weinig bezwaar oplevert. Men schijnt de
maatregelen wel zoo te nemen, dat, wanneer de zaak onder
die heeren beslist isde toestemming van deze personen
die er toch ook nog al eenig belang bij hebben, van zelf
volgt. Getuigen Nizza en Savoye. Ook geeft dit moed voor
Mexico. Eindelijk zou van den H. Stoel gevorderd wor
den dat hij de steden en de provinciën zich zeiven zal laten
regerenopdat het Pauselijk gezag zich altijd met de ver
hevener geestelijke belangen zou kunnen bemoeijen.
Deze denkbeelden heeft de Minister toegelicht en uitge
werkt in een brief aan den Eranschen gezant te Rome de
Lavalette, met bepaling van den Pausëlijken Staat tot liet
gedeelte, dat tot dusverre door de Franschen voor de Kerk
is bewaard. In dezen brief nu komt een uitdrukking voor
die den voorstanders der Italiaansche eenheid bij de gratie
van Napoleon III een doorn in 't oog is. Het gouvernement des
Keizers zegt de schrijver heeft nooit ééne enkele uitdruk
king gebezigd, die bij het Kabinet van Turijn de hoop zou
kuunen doeu ontstaandat de hoofdstad van cle Katholieke
wereld tevens, met goedkeuring van Frankrijk, de hoofdstad
zou worden van het Koninkrijk Italië. -Onder gewone
menschen zou een dergelijke uitdrukking zeker iets beteeke-
nenin de taal der diplomaten volgens een diplomaat
bij uitnemendheid heeft men de woorden uitgevonden om
zijn gedachten te verbergen in de taal der diplomaten
dan schuilt er gewoonlijk een adder in 't grasen zij die
Italië spoedig in 't bezit van Rome wenschenmeenen het
diertje hier reeds gevonden te hebben. Met goedkeuring van
Frankrijk staat er zeggen zij en Erankrijk heeft zoo
veel toegelaten, wat het niet goedkeurde, maar later erkende
omdat het bestonddat Rome ook wel buiten dat goedvin
den de hoofdstad van Italië kan worden.
De derde brief is van den gezant te Romewaarin bij
bermtdat bij in onderscheidene conferentiën met den Kar
dinaal Antonelli deze schikking heeft voorgesteld onder waar
borg van de mogendheden, die de slot-akte der Weener
tractaten hebben geteekendmet overdragt van de gedeel
telijke, des noods van de geheele Pauselijke schuld ten laste
vau Italiëonder uitkeering van een vast inkomen aan (ten
H. Vader, op te brengen door de Katholieke mogendheden,
en eindelijk onder voorwaardedat de Paus binnenlaudsclie
hervormingen zou invoeren. Verder meldt de gezant, dat
de H. Stoel den gepleegden roof zijner Staten nimmer kan
"■oedkeuren en dus de geheele schikking met alles wat er
op betrekking heeft ten stelligste heeft verworpen
Ziedaar de bekend gemaakte stukken. Eu wat beteekent
nu deze maatregel? Alle partijen hebben met een naauw-
keurigheid en gevatheid, een betere zaak waardig, al e min
of meer gewigtige ziuueu ontleed en gewogen cn verklaard,
en ieder baalde er uit wat hem op zijn standpunt dienstig
scheen. Te Turijn schijnt men zich gouden bergen te be
loven en als het noodzakelijk vervolg op deze mededeeliu-
een te verwachtendat de Keizer weldra moet verklaren
de H. Stoel heeft alle voorslagen tot schikking verworpen
hij w i 1 dus geen verzoeningzietik ben genoodzaakt hem
aan zich zelveu over te laten. 't Is wel mogelijk; maar'tis
ook moo-elijkdat hiertoe vooreerst nog met wordt overge
gaan De Keizer heeft geen haast; hij begrijpt, dat een
badgast zich zooveel mogelijk aan de zaken moet onttrekken;
daarom behoeft -ook de uit Rome teruggekeerde gezant de
Lavalette hem niet op te zoeken, maar kan volstaan met
's Keizers terugkomst te Parijs af te wachten. De Keizer
heeft geen haast; maar het publiek wordt wat oncedpldig.
Nu heeft het weer stof om te denken, to-iTfaten Rnv
te schrijven, 't Gebabbel in de dagbladen hepfl
zei de groote Oom 't houdt de lui bezii&.
ook dit het doe) des geheimzinnig*®, en dWfeWg W» VI
bereikt. Te .Turijn kan men zich over de
een heele poos vrolijk maken; t
weer eenigen tijd op teren. Eerst geven de dagbla^M"'