ALKMAARSCHE COURANT
iV# I. Vijfenzestigste J aar gang.
lx Januarij.
Zondag
Politiek ©oerzigt.
(DlBciccl (Bcbecltc.
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijg
baar op Zondag morgen, tussehen 8 en 9 ure. Prijs per
jaar 3,40, enkele Nos. 7 Cents, iranco per post/4,—.
Brieven franco aan de Uitgevers.
EERM". COSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 15 regels0,75, voor
elke regel meer 15 Cents, behalve 35 Cents zegelregt
voor elke plaatsing. Zij worden uiterlijk aangenomen tot
Zaturdag namiddag 1 ure; ingezonden berigten een dag
vroeger.
gemeen alles wat dezelve zoude kunnen hinderlijk zijn
.te voorkomen of te doen ophouden.
6. Dat. de overtredingen tegen de bepalingen van dit be
sluit, naar gelang van personen en omstandigheden, zullen
gestraft worden met eene boete van niet hooger dan vijf en
twintig gulden of met eene gevangenis van niet langer dan
drie dagen voor de overtreders, die buiten staat mogtenzijn
deze boete te betalen.
7. Dat bij eene tweede overtreding de boete of straf zal
verdubbeld worden en wijders alle de te koop gelegde of
uitgestalde goederen verbeurd verklaard en de herbergen of
andere publieke plaatsen voor ééne maand gesloten.
En dat door deze algemeene verordeningen alle daarmede
niet overeenkomende provinciale of plaatselijke reglementen
en inrigtingen zullen gehouden worden voor vervallen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
AlkmaarA. MACLAINE PONT.
den 2 Jan. 1863. De Secretaris,
SPANJAARDT.
De navolgende personen worden opgeroepen om zich in
de eerstvolgende acht dagen tussehen 9 en 2 ure aantemel-
den ter Secretarie dezer gemeente
ANNA MARIA KOOPEN. laatste woonplaats Rnkhuizen;
MAARTJE FRAIJ1. w. WestlaanVROUWTJE DA
VIDS TROMPETTER, 1. w. Helder; JOHs. HAGEDOORN,
1. w. Amsterdam; JOHANNA VLAANDEREN, l.w. Utrecht;
MARIA de JONG, 1. w. Sahagen; ANNA MARIA ROG,
1. w. de Rijf.
Het jaar 1862 behoort tot het verledene. Vergelijken wij
den toestand van Europa bij het einde van dat jaar met dien.
waarin het zich bij den aanvang bevonddan is daarin
weinig verandering op te merken. De groote Europesehe
kwestiën zijn kwestiën gebleven toch weten wij er meer
van dan een jaar geleden; 1862 is niet voorbij gegaan zon
der ons daaromtrent iets geleerd te hebben. Het is: datde
oplossing dezer kwestiën oneindig moeijelijker is dan iemand
het zich aanvankelijk had voorgesteld. Wij hebben geleerd,
dat er zelfs van geen eigenlijke oplossing sprake kan
zijn; slechts de overwinning van een der tegenover elkander
staande partijen is mogelijk; alleen de oppermagtige beslissing
van iemand, die zich tevens sterk genoeg gevoelt om haar ook
ten uitvoer te leggen, kan den wankelenden evenaar doen
overslaan. Alexander is niet in staat den Gordiaauschen
knoop te ontwarren, maar klieft hem door met. zijn zwaard.
Er is een tijd geweest, dat men meende, dat de beheerscher
van Prankrijk op dezelfde wijze zou handelen met het groot
ste aller vraagstukken van onzen tijd de Romeinsche kwes
tie, de handhaving of vernietiging ven 's Pausen wereldlijk
gezag. Meermalen sloeg lnj de hand aan 't gevest van den
de"eu, eukele malen trok hij het lemmer half uit de schede:
doch aarzelend en onvast was zijne handen weldra stond
hij daar weder in de houding der besluiteloosheid. En hoe
vertoont hij zich aan ons bij het einde van 1862 Luste
loos heeft hij zich afgewend van de lastige en vermoeijende
kwestie. Tartend staat daar nog altijd het groote vraag-
teekeumaar hij schijnt het niet te zien. Hij heeft afgezien
van elke poging om het te doen verdwijnen, en laat het aan
anderen over daartoe middelen te beramen (In de nota van
den Minister Drouyn de Lhnys wordt Erankrijks bereidwillig
heid betuigd om alle voorstellendie het Kabinet van Tu
rijn zou willen doen oin tot een oplossing te geraken, te
overwegen).
En de oplossing met het zwaard Zoo daaraan ooit door
den Eranschen Keizer in ernst is gedachtdan is alle lust
daartoe zeker reeds bij liern vergaan. Hij begrijptdat de
slagdie dien knoop zou doorhakken, Europa zou doen da
veren dat wanueer het zwaard tot dat doel de lucht door
kliefde', het daardoor veroorzaakte, aanvankelijk zwakke,
sissende geluid zou aangroeijen tot een donder, die zich
door de geheele wereld zou doen hooreu. Hij ziet om naar
zijn eigen troon, beschouwt de verschillende grondslagen,
die hem steunen moeten en waarvan welligtde een of ander
door dien schok zou bezwijken, enzoo hij al lust ge
voelt, hij heeft den moed niet om den slag te wagen.
Door velen is die slag gevreesddoor velen gewenscht
en bij elk der partijen waren de beweegredenen, die of tot
vreezen öf tot wenschen voerden, oneindig verscheiden: bij
sommigen meer of minder edel, bij anderen meer of minder
laa<*; bij sommigen met eerlijke bedoelingen verbonden bij
gemoedelijke overtuiging van het algemeen welzijn te willen,
bij anderen in heerschzucht en eigenbelang wortelende. Zoo
is het met het Romeinschezoo met alle andere vraagstuk
ken. En het edele of onedele der beweegredenenhet edel
moedige of zelfzuchtige der bedoelingen is geen uitsluitend
bezit Van één der partijen. Doch beide zijn meestal onedel
ongeduldig, kortzigtigbekrompen genoeg om te wenschen,
KENNISGEVING
NATIONALE MILITIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR.
Gezien de circulaire van den Heer Commissaris des Koninars
in de Provincie Noord-Hollaml, dato 30 November 1861
No. 2-tVt MyS (Provinciaalblad No. 91).
Roepen ter voldoening aan art, 19 der wet van 19 Au
gustus 1861 (Staatsbl. No. 72) bij deze op:
Alle mannelijke ingezetenen, die op den 1 Januarij 1863
hun negentiende jaar zijn ingetreden (mitsdien alle manne
lijke geboornen van 1844)om zichingevolge art. 15 en
20 der voorsz. wet, in het daartoe gereedgemaakte register
tot de loting voor de Nationale Militie te doen inschrijven.
De inschrijving begint op 1 Januarij 1863 en moet afge-
loopen zijn den 31 dier maandbehoudens de uitzondering
hij art, 20 der opgemelde wet omschreven.
Tot de inschrijving zal worden overgegaan in een 'der
vertrekken van het raadhuis alhier, op alle Maandagen
Woensdagen en Vrijdagen in de maand Januarijtot en met
den 30 dier maand, des avonds van 5 tot 7 ure.
De verpligting tot het doen der aangifte berust op den
militiepligtige zeiven; bij ongesteldheid, afwezigheid of
ontstentenis op zijn' vader; is'deze overleden, op de moe
der. en, zijn beide overleden, op den voogd.
Burgemeester en Wethouders voornoemd hebben het noo-
dig geoordeeldtot regt verstand van het voorgaande de
ingezetenen opmerkzaam te makenop de navolgende bij
voorsz. wet gemaakte bepalingen, als:
Voor ingezeten wordt gehouden
1°. hijwiens vaderof, is deze overledenwiens moeder
of, zijn beide overleden, wiens voogd ingezeten is volgens
de wet. van den 28 Julij 1850 (Staatsblad n°. 44);
2°. hij diegeen ouders of voogd hebbendegedurende de
laatste IS maanden voor 1». Januarij 1803 binuen Neder
land verblijf hield
3». hijvan wiens ouders de langstlevende ingezeten was
al is zijn voogd geen ingezetenmits hij binnen het
Rijk verblijf houde.
Voor ingezeten wordt niet gehouden de vreemdelingbe-
hoorende 'tot een Staat, waar de Nederlander niet aan
de verpligte krijgsdienst is onderworpenofwaar ten
aanzien der dienstpligtigheid, het beginsel van wederkee-
righeid is aangenomen.
De inschrijving geschiedt
1". van een ongehuwde in de gemeente, waar de vader, of,
is deze overledende moederofzijn beide overleden
de voogd woont
2°. van eeii gehuwde en van een weduwnaar in de gemeente
waar hij woont
3°. van hem, die geen vader, moeder of voogd heeft of door
dezen is achtergelatenof wiens voogd buiten 's lands
gevestigd isin de gemeente waar hij woont
4° van den buiten 's lands wonenden zoon van een Neder
lander. die. ter zake van 's lands dienst, in een vreemd
land woont, in de gemeente, waar zijn vader of voogd
het laatst in Nederland gewoond heeft.
Voor de Militie wordt niet ingeschreven:
1°. de in een vreemd Rijk achtergebleven zoon van een in
gezeten die geen Nederlander is
2°. de in een vreemd Rijk verblijf houdende ouderlooze zoon
vair een vreemdeling al is zijn voogd ingezeten.
Burgemeester en Wet,houders voornoemd vermanen al de
ingezetenen dezer gemeente, wieu dit mogt aangaan, om,
roorzien van een extract uit het geboorteregistervoor zooveel
zij elders zijn geborenen eene nota van de wijk en het nummer
der woonplaatszoo mogelijk in eigen persoon de aangifte te
doen en herinneren voorts aan de straf waarmede de nala-
t.igen ter inschrijving bij de art, 183 en 188 der wet bedreigd
worden. Burgemeester en Wethouders voornoemd
Alkmgar, A. MACLAINE PONT.
den 6 Dec. 1862. De Secretaris,
SP ANJ AARDT.
BRANDWEER.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR:
Gelet, op de bepalingen vau het Reglement op het beheer
cn het behandelen der braudblusohmiddelen. gearresteerd bij
besluit van den Gemeenteraadde dato 17 September 1856
(Gemeenteblad No. 53), en later gewijzigd bij besluit van
denzelfden Raad van den 28 Maart 1859 (Gemeentebl. No. 34.)
Roepen bij deze op
K, allo mannelijke ingezetenen, die op den 1 JaDuarij 1863
hun 20» jaar hebben bereikt en alzoo geberen zijn in den
jare 1842.
5. alle manspersonen tussehen den ouderdom van 20 en 60
jaren, die zich sedert de laatst gehoudene inschrijving
binnen deze gemeente hebben gevestigd
om zich voor of uiterlijk op den 31 Januarij 1863 voor de
dienst van het brandwezen te doen inschrijven, waartoe ge
vaceerd zal worden ter Secretarie dezer gemeente, op Maan
dag, Woensdag en Vrijdag van iedere week, van des voor
middags 10 tot 's namiddags 2 ure.
Burgemeester en Wethouders herinneren bij deze de belang
hebbenden dat ingevolge de bestaande voorschriften
1°. verzuim dier inschrijving in dienst stelling zonder loting
ten gevolge heeft
2». dat 'iederdie vermeent redenen tot vrijstelling te hebben
de bevoegdheid heeftdaarvan in de maand Januarij
schriftelijke opgave te doen aan den presidentbrandmeester,
terwijl zonder zoodanige opgavenhet er voor gehouden
zal worden, dat er geene redenen van vrijstelling bestaan
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
den 6 Dec. 1862. De Secretaris,
SPANJAARDT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennis van de belanghebbenden
Dat het suppletoir kohier der directe gemeentebelasting
henevens dat van de belasting op de honden beide over de
loopende dienstop heden door hen voorloopig zijn gearres
teerd en van af den 5 Januarij 1863, gedurende 14 dagen,
ter Secretarie dezer gemeente voor een ieder ter lezing zullen
liggen.
AlkmaarBurgemeester en Wethouders voornoemd,
den 30 Dec. 1862. A. MACLAINE PONT.
De Secretaris.
SPANJAARDT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen bij deze ter kennis van de belanghebbenden
Dat de PASSAGE met RIJTUIGEN van het gedeelte
der Nieuweslootgelegen tussehen de brug bij de Doelen
straat en de brug 'bij het Hof, tot nadere aankondiging is
GESLOTEN
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
den 31 Dec. 1862. De Secretaris,
SPANJAARDT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
noodigen bij deze ouders en voogden uitdie hunne kinde
ren of pupillen met 1». Eebruarij op eene der Openbare Scho
len der Gemeente wenschen geplaatst te zienzich daartoe,
vóór of op den 15 dezer maand, aantemelden bij de Hoofd
onderwijzers of de Hoofdonderwijzeres van de sehooldoor hen
verlangd, voorzien van de bewijzen van geboorte en koe
pokinenting der kinderen.
Alkmaar. Burgemeester en Wethouders voornoemd,
31 Dec. 1862. A. MACLAINE PONT.
De Secretaris,
SPANJAARDT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
voldoende aan den inhoud der circulaire van Heeren Gede
puteerde Staten der provincie Noord-Hollandvan den 11
Julij 1844 N°. 73 (Prov. blad N». 61).
Brengen mits deze ter kennis van de ingezetenen hunner
gemeente de bepalingen der wet van 1 Maart 1815 (Staatsbl.
No. 21), luidende als volgt:
1. Dat op Zondagen en op zoodanige godsdienstige Feest
dagen, als door de kerkgenootschappen van de Christelijke
godsdienst dezer lauden algemeen erkend en gevierd worden,
niet alleen geene beroepsbezigheden zullen mogen verrigt
worden, welke de godsdienst zouden kunnen storen, maar
dat in het algemeen geen openbare arbeid zal mogen plaats
hebben, dan ingeval van noodzakelijkheid, als wanneer de
plaatselijke regering daartoe schriftelijke toestemmingzal geven.
2. Dat op deze dagenmet uitzondering van geringe eet
waren geene koopwaren hoegenaamd op marktenstraten
of openbare plaatsen zullen mogen worden uitgestald of
verkocht, en dat de kooplieden en winkeliers hunne waren niet
zullen mogen uitstallen, noch met open deuren verkoopeu.
3. Dat gedurende den tijd voor de openbare godsdienstoe
fening bestemdde deuren der herbergen en andere plaatsen
alwaar drank verkocht wordtvoor zooverre dezelve binnen
den besloten kring der gemeente liggende zijn, zullen gesloten
zijn, en dat ook gedurende dienzelfden tijd, geenerhande spelen,
hetzij kolven balslaan of dergelijke mogen plaats Hebben.
4. Dat geene openbare vermakelijkhedenzoo als schouw
burgen. publieke danspartijen, concerten en harddraverijen,
op de Zon- en algemeene feestdagen zullen gedoogd wordeu
zullende het aan de plaatselijke besturen worden vrijgelaten,
hieromtrent eene uitzondering toetest aan, mits met dan na
het volkomen eindigen van alle godsdienstoefeningen.
5. Dat de plaatselijke polieie zorg zal dragen, ten einde
alle hinderlijke bewegingen en gerucht ia de nabijheid der
gebouwen tot de openbare eeredienst bestemd en in het al-