ALKMAARSCHE COURANT
V. O.
Vijfenzestigste,
18t»3.
Zondag
8 Februarij.
©fltciccl 05cbccltc.
Politiek (TH'cvrujt.
g®lcfccli}k0cïte Berigten.
I
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijg
baar op Zondag morgentusschen 8 en 9 ure. Prijs per
jaar/3,40, enkele Nos. 7 Cents, franco per post/4,—.
Brieven franco aan de Ditgevers.
HERM». COSTER ZOON.
NATIONALE MILITIE.
LOTING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR;
Voldoende aan art. 282® lidder wet van 19 Augustus
1861 (Staatsblad No. 72).
Brengen ter algetneeue kennis:
Dat de loting van de in 1862 alhier voor de Nationale
Militie ingeschreven personen zal plaats hebben ten raadhuize
dezer gemeente, op Maandag, den 9 Eebruarij aanstaande,
's voormiddags ten 9^ ure. i
Burgemeester en Wethouders voornoemdgeiasten de
belanghebbende lotelingen daarbij tegenwoordig te zijnde
redenen van vrijstelling die zij mogten hebbenaan den
Militieraad optegeven en binnnen drie dagen na de loting
hunne vrijstellingen ter secretarie alhier inteleveren.
Alkmaar Burgemeester en Wethouders voornoemd,
den 19 Jan. 1863. A. MACLAINE PONT.
De Secretaris
SP ANJ AARDT.
NATIONALE MILITIE.
KENNISGEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR;
Gezien art, 1 2° lid der wet op de Nationale Militie van
19 Augustus 1861 (Staatsblad n». 72) houdende «De militie
wordt zooveel mogelijk uit vrijwilligers zamengasteld."
Gelet op de artikeien 11, 12, 13 en 14 der opgenoemde
wet alsmede op art. 9 van het Koninklijk besluit, van 17
December 1861 (Staatsblad n°. 127), waarbij de wijze van
indiensttreding wordt geregeld.
Brengen bij deze ter kennis van de belanghebbenden de
navolgende bij opgenoemde wet gemaakte bepalingenlui
dende als volgt,ii
Om vrijwilliger bij de militie te zijn, moet men ongehuwd
of kinderloos weduwnaar en ingezeteu wezen voorts tigcha-
meliik voor de dienst geschikt., ten minste 1,56 el lang op
den 1 January van het jaar der optreding als vrijwilliger het
"O® iaar ingetreden en het 35® [aar met volbragt hebben
(mitsdien de geboornen van 1828-1843) tot op het. tijdstip
der optreding' aan zijne verpligtingen ten aanzien der militie
voldaan en een goed zedelijk gedrag hebben geleid
Hij die voor de militie is ingeschreven, wordt slechts
als vrijwilliger toegelaten voor de gemeente, in welke hij
ingeschreven istenzij hij geene verpligtingen ten aanzien
van de militie meer te vervullen hebbe. t
Hijdie bij de zeemagtbij het, leger hier te landeof
lui het krijgsvolk in 's Rijks overzeesche bezittingen heelt
"ediendwordt niet als vrijwilliger bij de militie toegelaten,
tenzij hij bij het verlaten van de dienst, behalve een bewijs
van ontslag van den bevelhebber, onder wien hij laatstelijk
heeft gediendeen getuigschrift hebbe ontvangeninhoudende
dat hij zich gedurende zijn diensttijd goed heeft gedragen.
Hii kan heeft hij dit ontvangen, tot dat zijn veer ïgste
jaar volbragt is, als vrijwilliger bij de militie worden toegelaten.
Burgemeester en Wethouders voornoemd hebben de voor-
deelen voor deze vrijwillige dienstneming bepaald op 5U
en noodigen de belanghebbenden uitzich ter bekoming
van verdere inlichtingente vervoegen ter secretarie dezer
gemeenteop alle gewone werkdagenvan des 'voormid
dags 9 tot des namiddags 2 ure. gedurende welken tijd de
aanbieding van vrijwilligers tevens kan geschieden.
Bur a erne est er en IFethouders voornoemd
AlkmaarA. MACLAINE PONT.
k fcw, lRfiS De Secretaris,
den 5 Feb. 1863. SPANJAARDT.
zwarte pet en een
POLITIE.
Te Alkmaar gevondeneene nieuwe
zwarte wandelstok.
Reathebbenden worden verzocht, ter terugbekoming dier
voorwierpenzich aantemelden aan het bureau van Politie
aldaar.
De Koning van Prnissen had zijn volk uitgenoodigd om
den 17de» Maart, het. halve eeuwfeest te vieren van Pruissens
verlossing van de Eransohe overheersching. Gelijk wij in
ons vorig nummer herinnerden verscheen op dien dag in
1813 de Koninklijke oproeping «aan mijn vo.k, nadat daags
te voren de ooriog aan Frankrijk was verklaard. Maar
daarom was de verheffing van het Pruissisehe volk niet op
17 Maart begonnen. Dat was reeds strijdvaardig. Nadat
York den 30tón December 1812 zijn hoofd had gewaagd door,
niettegenstaande het Fransch-Pruissisehe verbond en de be
velen des Koniugs, met, zijne troepen de Franschen te ver
laten. was liet volk opgestaan ten strijde. Wel nep ook reeds
de Koning den 3den Februarij 1813 de vrijwilligers te wapen,
ffoch dit geschiedde slechts schoorvoetendegedrongen door
zijn volk door de mannen die aan de kracht des volks ge
loofden. Er moest iets gedaan worden; nog altijd vleide de
Koning zich met onzijdigheid en bemiddelingtusschen Rus
land en Frankrijk, dóch ook om die rol te vervullen moest
men zich wapenenen alzoo kon de oproeping van 3 Fe
bruarij geschieden zonder een beslissenden stap te regter ol
te linkerzijde te doen. zonder met Frankrijk te breken. Het
volk begreep echter, dat het daartoe onvermijdelijk, en wel
spoedigkomen moest. De Koning werd dan ook doorden
loop der omstandigheden bijna dagelijks tot stappen genoopt,
die hem steeds verder en verder van Frankrijk verwijderden
en met een oorlogsverklaring moesten eindigen. Eu zoo
geschiedde het. Wij willen hiermede in t minst uiet be
weren dat Koning Frederik Willem onwillig was om zijn
land van de Fransehen te verlosseumisschien verlangde
niemand dit inniger dan hij. Alleen hij geloofde niet
hij geloofde noch aan zich zeiven noch aan zijn volken
hem, die niet gelooft, zijn groote dingen onmogelijk. Hij
moest, als Thomaszien en tasten om te kunnen geiooven.
Het volk echter twijfelde niethet geloofde aan zich zelf,
aan zijn moed, aan zijn alles opofferenden, tot het einde vol
hardenden moed en daarom aan zijne onoverwinnelijkheid.
«Eene erustige en gloeijeude godsdienstigheid zegt von
Sybel werd de algemeene stemmingdie toch niets
sombers en dweepaclitigs had, juist omdat zij echt en tot
blijmoedige opoffering bereid was. Thans was de tijd geko
men, om dien moed tot opoffering te tooncu; men ging ten
oorlog als naar de kerkmet diepe en vrome aandacht, met
het beeld van het groote vaderland voor ougendat uitliet
bloed der gesneuvelden tot de oude heerlijkheid inoest op
wassen." Den 2dm Mei 1813 streden de vrijwilligers van
Februarij en Maart tegen de Franschen onder Napoleon bij
Luizen. Zij hadden de minderheid; toch waren zij de aan
vallers. De Franschen behielden het veldmaar liet groot
ste verlies was aan hunne zijde, en Napoleon had gelegen
heid gehad niet alleen om den onwederstaanbaren aanval
maar bovenal den rustigeugeordendei/ teruglogt der vroe
ger verachte Prnissen op te merken. Er was niets dat op
een vlu»t geleek, en ofschoon Napoleon het berigt eener
overwinning naar Parijs zond, had hij geene gevangenen
ceen enkel veroverd vaandel, geen enkel genomen stuk ge
schut te vermelden. Hij had met meer met huifrlingenhij
had met een volkshger gestreden. Toen den lSd™ Octo
ber de driedaagsche volkenslag bij Leipzig was gestreden
vroeff de Koning van Pruissen een oud officier, die vier zo
nen naar het leger had gebragthoe het hem en zijne zonen
ging «Het gaat ons goed was het antwoord mijne
zonen zijn allen voor Uwe Majesteit gevallen." «Niet voor
mij riep de Koning met voor mij wie zou dat kun
nen verdragen? maar voor het vaderland.
Voor het vaderland was de strijd van 1813. Daarom
riepen Rusland en Pruissen niet alleen de Vorsten maar ook
de volken op; ja. de volken werden aangespoord om zich
van hunne Vorsten te ontslaan, wanneer deze zich nog
langer aan de Franschen zouden houden En in de oproe
pin* des Pruissisehen Koniugs van 17 Maart werd verklaard,
dat'deze oorlog geen gewone oorlog was; dat daarom
het eeheele volk in de wapenen werd geroepen en alle
standen voortaan ook de vrijheid en het regt zouden ge
nieten, om in alle staatsbelangen stem te henben. Dat was
een ongewone taal in 1813, en het duurde dan ook geen
twee iarenof Rusland en Pruissen gevoelden berouw over
hunne democratische manifesten. Metternich ergerde er zich
over. en sprak met verachting over de Duitsehe Jacobijnen en
de raadgevers van Alexander en Frederik H illem die verdien-
den in°Robespierre's commissie voor het algemeen welzijn
te zitten.
En Metternich had juist gezien, en van zijn standpunt
gelijk «De geestdrift werd zoo algemeen zegt Schlatter
dat haar invloed tot ergernis der aristocraten nog lieden
voortduurt." En von Sybel getuigt van het Pruissische volks
eer «een leger, zoo als er geen tweede in de geschie
denis geweest is:" «Dit bevatte de kiemen voor alle echte
vorderingen die sedert in het staatkundige even van I mis
sen hebben plaats gegrepen tot het, onuitdelgbare streven
naar de wedergeboorte des vaderlands, dat van daar uit. in
alle Duitsehe dalen gedragen is, tot de dweepende uit wassen
dezer denkbeelden in gezelschappen voor lichaamsoefenin
gen lurnverein en in jongelingsvereemgingen. In
het Pruissische volk van 1813 was bruisende vrijheidsliefde
met stren" pligtgevoel en trouwe liefde voor hunnen Koning
vereenigd Deze heginselen leven voort tot op den huldigen
da"-, en openbaren zicli in die Afgevaardigden des volks die
bijna eenstemmig alle verdenking van ontrouw van yyandige
gezindheid jegens den Konmg voor ellendige lastertaal ver-
k'areu. maar te gelijk moedig en standvastig de grondslagen
verdedigen waarop de volksvrijheid rust. Die beginselen
hebben sedert 1813 een zwareu strijd te strijden gehad, en
wederom hebben zij een feilen kamp te voeren om de naauw-
lijks behaalde zegepraal tegen de feodalen en de voorstanders
De Advertentiën kosten van 15 regels/ 0,75, voor
elke regel meer 15 Cents, behalve 35 Cents zegelregt
voor elke plaatsing. Zij worden uiterlijk aangenomen tot
Zaturdag namiddag 1 ure; ingezonden berigten een dag
vroeger.
van het oude stelsel te verdedigen. Toen in 1815 het. gevaar
geweken was, zegevierde weer de politiek van Metternich
de beloften in 1813 aan het volk gegeven bleven onvervuld,
de «Duitsehe Jacobijnen" en geestverwanten van Robespierre,
moesten onderdrukt worden. Eu zij werden onderdrukt
maar nu ook ontstonden die «dweepende uitwassen in turn-
vereenigmgen en jougelingsgeuootschappentoen trok men
in bedevaart naar den Wartburg, toen werden er dweepers
als Sand mogelijk, door het, volk als heiligen en martelaren
vereerddoor de Metternichs als afschuwelijke gedrochten
gebrandmerkternstig van geestzachtmoedig van gemoed
doch bezield door geestdrift" voor de vrijheid, brandende van
ijver, doch dwaselijk meenendedat het mogelijk was in een
énkelen Kotzebue de reactie te dooden en in blinde dweep
zucht geloovende dat dit goeddat dit heilige pligt was.
De verheffing van Pruissen in 1813 was dus voor het
minst evenzeer de zaak de volks, als des Koniugs; was
begonueu vóór de Koninklijke oproeping vau 17 Maart, was
begonnen op 3 Februarij. «'sKonings oproeping van 17 Maart
zegt de Vo&sische-Zeiiung was in zekeren zin niets anders
dan de punt op de i." Dat schijnt het Pru ssische volk
gevoeld te hebbendaarom ofschoon op de uitnoodiging
des Koniugs zich voorbereidende tot het feest van 1/ Maart,
viert het uit eigen beweging het feest van 3 Februarij. De
vrijwilligers en de vrijwillige jagers van 1813. prijkende met.
het ijzeren kruis, de gemeenteraad van Berlijn, de vertegen
woordigers der burgerij, de st.udentenvereeiiigingen de turn-
vereenigingende Akademische faculteiten enz., hebben in
de hoofdstad den gedenkwaardigen tijd feestelijk herdacht
en de Koning is op de feestmalen der vrijwilligers en vrij
willige jagers verschenen. Hij wijdde een dronk aan Koning
Frederik Willem III, en een aan het vaderland en zijn leger.
De Koning bepaalde zich geheel tot het, verledene, zonder
-1. ,/.K m h ,t t 1 nrAAl'rl IfVU I W9 Q '/.P.kPT
do minste toespeling op het tegenwoordige. Dat was zeker
goed gezien en lijn gevoeld. Er is veelwaarover moeijelijk
met goeden uitslag gesproken kan wordenmaar wat zich
onwederstaanbaar en duidelijk, duidelijker dau het in woor
den zou kunnen uitgedrukt, worden opdringt aan ons gevoel.
Er heerscht bij den Koning verwijdering en mistrouwen
er-ens zijn volk. Zoo stond liet ook ongeveer in January en
February 1813. Zal het berdenken dier dagen den Koning,
gelijk zijn vader, aan liet volk doen geiooven? En hoe zal
het den 17dm Maart 1863 gesteld zijn? Wij ontveinzen liet
niet, dat wij weinig hoop hebben op 't geen wij wenschen.
In 1813 bestonder dreigende nood, gemeenschappelijk ge
vaar, en dat vermag veel.
In Polen heerscht weder al de ellende van een hopeloozen
opstand. De ligting der Poolsche recruten voor liet Russi
sche legerwaarvan de omstandigheid dat zij bij nacht ge
schiedde reeds al het barbaarsche en hatelijke aantoont, en
die, naar gemeld wordt, niet volgens wettelijken regel maar
op geheel "willekeurige aanwijzing der Russische overheden
plaats had, heeft plotseling het vuur van den opstand doen
ontbranden, dat, naar men wil, wel reeds lang smeulde,
maar no® eenigen tijd stil had moeten voortkruipen en zich
verbreiden, opdat eensklaps het geheele land te geliik in
laaijen gloed zou staan. Hoe dit zij. talrijke verspreide
benden 'leveren met de Russische troepen gevechtendie
ontwijfelbaar met den ondergang der opstandelingen zullen
eindigendoch zoo dit al noodig was een nieuw be
wijs leveren van den onverzoenlijken haat tusschen beide
volken. Het is een jammerlijk schouwspel, een volk jaren
lan", nu eens zwijgend te zien bukken onder vreemd geweld,
dan weder de lang verkropte woede le zien lucht geven in
gewelddadig en hopeloos verzet, om eindelijk weder na Moe
digen strijd onder steeds drukkender juk gekromd te worden;
en het is' ons niet mogelijk, ons innig meegevoel aan het
lijdendeonderdrukte volk te onthouden.
Zio vorig nummer.
De ultramontaansche bisschop van Nimes Plantier heeft
den heer Guizotin het dep», du Gard geborende candi-
datuur voor het Wet.g. Ligchaam aangeboden, met toezeg-
eiug van de ondersteuning der geestelijkheid. Guizot heeft
echter voor de eer bedankt. De aartsbisschoppen van Ka-
merijlc en Toulouze hebben de heeren Thiers en de Monta-
lembert kennis gegevendat zij bereid zijn hunne verkiezing
te bevorderen.
6 Bisschoppendie tijdens de vacature van het aartsbisdom
Parijs bij voorraad tegen de benoeming van Mgr. üarboy
geprotesteerd haddenhebben zich onverwijld aan de Pau
selijke beslissing onderworpen.
De Senaat, heeft het adres van antwoord met 1~1 teDen
1 st. (van prins Napoleon) aangenomen.
De 5 democratische leden van het Wetg. L^ffkaam igt)-
ben on het daar te overwegen adres verschiIJ^h'dfr-fcme
inenten voorgesteld, het verlangen uitende/;
rijheid van drukpers; tot het bekomen
omtrent de expeditie naar Mexico, waarva
ie/ totrfieerderef
/ys$7ihjichtipgen
v'ait'de V^rïegeiv j