k( k«;b:ki.!!.iks: staivis. Jugczcuibcw Stukken. De verbinding van Holland en Friesland. de beslissing daarop aantehoudentot na den afloop .van den onderhoudstermijn van de loopende aanbesteding. 8. Rapport van de commissie betreffende de regeling van het middelbaar onderwijs binnen deze gemeentemet een conceptadres aan Z. M., om het genot van eene Rijks hoogere burgerschoolte Alkmaar gevestigd te zien. Ingevolge de conclusie van het rapport besloten en het voorgedragen adres gearresteerdmet benoeming van eene commissie bestaande uit de Heeren Mr. P. A.de Lange, J. G. A. Verhoef en Mr. IV. van der Kaag, tot persoonlijke aanbeveling van het belang der gemeente bij ZExc. den Minister van Binnenlandsohe Zaken. 9. Rapport van de commissie betrekkelijk de voorgestelde regtsvervolging van verschillende gemeentebesturen tot vol doening der achterstallige restitutien van ten hunnen laste loopende verplegingskosten van behoeftigen. In overeenstemming met het rapport der commissie en op het daarbij gevoegd regtskuudig adviesis tot de instelling van regtsvorderingaanvankelijk tegen de gemeentebesturen van Bergen en Egmond aan Zee besloten. 10. Missive van het burgerlijk Armbestuur, ten geleide van zijne rekening van den jare 1862. Besloten tot verzending aan de commissie van financien tot onderzoek en om berigtmet bijvoeging van 11. Het jaarlijksch verslag van datzelfde Armbestuur, om trent den loop en toestand van het Armwezen, gedurende 1862. Hetwelk voor kennisgeving is aangenomen 12. Missive van den Schuttersraad der dienstdoende schut terij ten geleide van deszelfs rekening over den jare 1862. Verzonden aan de commissie van financiën om berigt en raad. 13. Missive van Burg. en Weth., geleidende de rekening der gemeente 1862. Tot onderzoek en om berigt gesteld in handen eener speciale commissie van 5 leden, waartoe zijn benoemd de Hoeren JG. A. Verlweff, Jonkhr. D. C. de Dieu Fontein Verschmr, J.C.Vonk, J. C. Koorn en Mr. P. A. de Lange. 11. Voorstel van dezelfden, tot overschrijving van den post groot f 21000,van de begrooting van 1863, voor den aan leg van schoolgebouwen, op die van 1861. De gevraagde magtiging aan Burg. en Wetli. verleend. 15. Berigt van dezelfden, op het verzoek van P. Ttcisk om overschrijving len zijnen name van grond, die naar zijn oordeel bij het kadaster abusivelijk ten name der gemeente voorkomt, Verzonden aan de commissie van financiën om berigt en raad. 16. Missive vanjden heer L. R. Wentholtcontroleur der plaatselijke middelen, waarbij dezelve met den laatsten dezer maand, een eervol ontslag uit genoemde betrekking verzoekt. Naar aanleiding van het verzoek is het ontslag eervol en onder dankzegging voor de door den titularis in die betrekking aan de gemeente bewezen diensten verleend. 17. Verzoek van Jonkh'. Mr. J. J. F. de Jong van Beek en Bonk, om toegang tot het gemeentelijk archief en om gebruik te mogen maken van de aanteekeniugen welke de lieer archi varis Scheltemamet de rangschikking daarvan belast hem zal willen mededeelen. Aan Burg. en Weth. ter beschikking. 18. Verzoek van H. van Lonom ontheffing van haren aanslag in de plaatselijke directe belasting voor 1863. Aan Burg. en Weth. om berigt en raad. 19. Is in behandeling genomen liet verzoek van den twee den hulponderwijzer aan de openbare tusschensehool C. Fehris, om met den 1 October aanstaandeuit die betrekking te worden ontslagen. Het verzochte ontslag eervol verleend. 20. Op de rondvraag van den Voorzitter, wordt a. door den heer Vonkde tijdelijke waarneming der con trole voor de plaatselijke middelen ter sprake gebragt. Waarin door Burg. en Weth. zal worden voorzien. b. herinnerd aan de benoeming van eeuen hulponderwijzer voor de openbare jongensschool. Waaraan ten spoedigste gevolg zal worden gegeven. c.door den heer van der Kaag, de attentie van Burg. en Weth. gevestigd op eene hem medegedeelde wijziging, welke er zoude hebben plaats gegrepen in de oorspronkelijke bepalingen omtrent de afsijding van het. N. Holl. Kanaal. Waaromtrent door den Voorzitter de hem bekende toe lichtingen worden gegeven en waarna De vergadering is opgeheven. ONDERTROUWD. 24 Julij. Pieter Schrijver en Johanna Maria Boogh.Petrus Jansen, te Alkmaar, onlangs te Purmerende, en Antje Hosmus, te Purmerende. 31 Joannes Adolphus Ilaaselaatst wedr. van Engelina de Waijen Geertje Groen, wed. van Antonie Jans sen, beide te Alkmaar, laatstgen. onl. te Amsterdam. GETROUWD. 26 Julij. Arnold Antonie Keijzer, wedr. van Aafje Baafjes Groen, en Uilkje van den Berg.*- Pieter van Akenwedr. van Efie van Zaünge, en Maria Elisabeth van Zwa nenburg, wed. van IJeme de Groot.Evert Johannes Porck en Aaltje Wagenaar. - Hendrik Huijbers en Adri- ana -Josepha Pielerse, wed. van Antonie Winkelaar. GEBOREN. 25 Julij. WillemZ. van Louis Lehmkuhl en Elisabeth Porck. 26 Johannes, Z. van Jan de Groot en Elisabeth Alleman. 27 Anthonius Bernardus. Z. van Johannes Authonius van Geenhuijsen en Sophia Margaret.ha Gottmer.Calha- rina Elisabeth, D van Jli'. Boldewiju Arend Engelen van Pijlsweert en Johanna Catharina Weijerman. OVERLEDEN. 20 JulijWilhelmina D. van Johannes van der Haagen en Wilhelmina Kamper, 5 m. 25 Anna Blom, echtgen. van Willem Hoek, 64 j. 27 Hendrik Wisman39 j., wonende te Zijpe. 29 Adriana Banning, wed. van Willem Inja, bijna 56 j. Catharina, D. van Jan Spijkerman en Sietske Teel, 8 j. en 6 m AlberdinaD. van Machiel Willems en Neeltje Hoogeboom15 ra. KEWAAKSCHttOL van het Departement der Maatschappij s „Tot Nut van 't Algemeen." Zitting van Commissarissen op- Maandag den 3 Au gustus 1863des avonds ten 8 ure. Ouders, die hunne kinderen op de bewaarschool wenschen toegelaten te zienkunnen zich ten genoemden tijde aan het locaal der school aan de Doelenstraat vervoegen, voorzien van de geboorte- en inëntingsbewijzen der kinderen. Uit naam der Commissie A. MEETER Pz„ L. S. Voor ongeveer anderhalf jaar deelde ik aan eenige per sonen mijn" plan medede verbinding van Holland en Eriesland' tot gemeenschappelijke ontwikkeling op materieel en intellectueel gebied;en. als een der middelen daartoe, eene spoorwegverbinding tuSschen beide provinciën. Voorzeker mag ik den sedert aan de uitvoering besteedden tijd en mijn aandeel in de onvèrmijdelijke kosten reeds meer dan vergoed rekenen door het aanvankelijk gelukkig slagen mijner pogingen. Wel is het oog van het algemeen natuurlijk bijzonder ge vestigd op de spoorwegverbinding en ziet men, om het mid del, vaak het doel over het hoofd doch ik vermeen in de warme belangstelling der Hooge Regering, der provinciale en plaatselijke besturenautoriteiten en personenen het zieh gaande weg vestigen van de overtuiging, dat die spoor wegverbinding eene wenscheljjke en voordeelige onderneming zijn zal,— het bewijs te mogen zien voor de waarheid van het geen ik vroeger schreef: 1) //Thans is het, zoo wij ons niet //bedriegende tijd om bij eenheid van rigting en streven //in stede der vroegere vervreemding en der thans bestaande //afzondering eene heilzame aansluiting aantekweeken." Reeds isdoor liet bespreken van den spoorweg door autoriteiten, personen en dagbladen, in beide provinciën de grondslag voor eene naauwere verbinding in hoogeren zin gelegd en heeft het wederzijdsch kennen en waarderen waarop ik destijdsals een der middelen tot verbinding, wees, een'aanvang genomen, ja zijn er reeds teekeneu aan wezig, dat ik mij niet bedroog, toen ik beide provinciën dp meest gunstigste resultaten voorspelde. Hindeloopen is aangevangen met ferme teekenen van leven. De brochure 2) onlangs uitgegeven ten betooge dat de verlangde spoorweg niet van Sneek op Stavorenmaar op Hindeloopen moet worden aangelegd, en Sneek regtstreeks door een kanaal langs den spoorweg (met droogmaking van ongeveer 600 bunders), met een te Hindeloopen aanteleggen zeehaven moet worden verbondenis zóó fiks opgevat en uitgewerktdat inderdaadna dat pleidooial mogt ook om den korterea zeeweg, de lijn op Stavoren moeten worden doorgetrokken, minstens een zijtak op Hindeloppeij„en, het aanleggen van eene haven, aldaar, als van zelve uit de feiten volgeu zalonverschillig door wiewanneer en hoe ook de spoorwegverbinding zal worden tot stand gebragt. Een ander plan 3) met warmte voorgesteld, maar, zoo ik mij niet bedrieg, thans nog te groot van omvang, is dat om- een dijk te leggen van Enkliuizen op Stavorenwaardoor bet. bezwaar van den zeeweg zou worden overwonnen. Thans is weder een plan op het punt van in behan deling te worden genomen. Bij circulaire van 25 Julij j.L, is door de Heeren H. G.ter Haar en S. Loke te Medemblik tegen den 3en dezereen twintigtal personen opgeroepen om te beraadslagen over eene spoorwegverbinding tusschen beide provinciën in eenigziuts andere rigting, voor zooveel Noord-Holland betreft, dan waarvoor door mij met eenige Heeren uit beide gewesten concessie is aangevraagd. Voor zoo ver de lijn door Noord-Holland zou loopen heb ben wij concessie gevraagd voor: Alknmar langs Hoorn naar Enkhuizen; terwijl genoemde Heeren voorstellen die lijn te leggen van het Niedorper Verlaat naar Medemblik en vol gens de circulaire, vangevoeleu schijnen te zijn aan hunne eveu- tueele vraag om concessie niet, als wij deden, de voorwaarde te verbindendat de Staats-spoorweg langs de Zaanstreken naar Amsterdam worde gelegd. Ik zal mij eenige aanmerkingen op het plan van die heeren veroorlovendoch ik wil beginnen met. hulde te brengen aan hunne belangstellingen te verzekerendat ik van hen vertrouwhetgeen ik hoop, dat zij ook van mij zullen ge- loovendat de strijd wordt gevoerd niet ter wille van ei genbelang of verlangen naar concessie maar alleen en uit sluitend ter wille vau het algemeen belang. De voorstellers vangen aan met te beweren t //Onder de //vraagstukken van den dagbehoort het daarstellen eener //communicatie zoo gemakkelijk en zoo goedkoop mogelijk, tus- «schen Amsterdam eenerzijds en de provinciën Friesland en //Groiiiugen benevens de Hanoversche sirenzen anderzijds." Aan dat vraagstuk isbeweren zijwel ééne, maar niet de oplossing bij uitnemendheid gegeven en ten onregte de door hen bedoelde streek voorbij gezien, door de concessie die door ons werd aangevraagd. Het zij mij vergund optemerkendat dat vraagstuk niet in behandeling is genomen en dus hunne geheel daarop ge gronde redenering en het regt om van verongelijking te spreken van zelve vervallen moet. In eene onzer vergaderingen drukte de heer van Swinde- ren de bedoeling onzer onderneming kernachtig op de na volgende wijze uit//Eene verbinding van de beide Fries landen op de voor beide gewesten meest voordeelige wijze," en reeds voor eenige maanden schreef ik aan den voorzitter van ons comité (den burgemeester van Sneek), bij de behan- 1) Alkmaarsche Courant van 23 November 1862. 2) Beschouwingen over den ontworpen spoorweg tot ver binding van Friesland met Noord-Holland, hoofdzakelijk over het gedeelte van Sneek tot de Zuiderzeete Sneek bij van Bruten 8p Bleeker. 3) Wat nu eene vraag in zake de doorgraving van Hol land op zijn smalst in verband met den Noord-Hollandsch Friesehen spoorwegte 's Gravenhage hij Gebr. van Langenhdjzgn 1863. deling der bezwaren'door-Hoorn tegen eene lijn op Alkmaar, ,in stede, eener. aansluiting oji Wbrmerveer gemaakt: dat ik een' goedkooper en misschien kortereuweg zon hebben kunnen voor stellen: uit den polder "de Heer .HugoWaard (de heeren uit, Medemblik stellen, in hun sysjeem verkeerdelijk, van Nie dorper Verlaat) overMedémfriik; 'met beter haven, naar Sta voren:- //doch voegde ik daarbij mijn- wensch is het //algemeen bévoórdeelen door de spoedige gemeenschap, doch //het algemeen iets omrijden voor Noord-Hollandsch oosthoek." Een gevolg van het behandejen der zaak in dien ziu was. ook de door ons gestelde voorwaardedat de staatslijn van Alkmaar langs de Zaan naar Amsterdam worde aangelegd immers, zoo dat plaats heeft, kan het versmallen van den Hollandscheu spoorweg en het doortrekken van de lijn Haarlem -Castricum nipt uitblijven in het algemeen belang en dat van onze. provincie een hoogst-twenschelijk voordeel I Hadden wij alleen de goedkoopste verbinding op het oog gehaddan had natuurlijk Heer Hugo Waard Medemblik de voorkeur moeten erlangenbij onze beschouwing daaren tegen moest de weg,-djehet meeste nul aanbrengtboven den minst kostbare worden verkozennaar dat beginsel is inderdaad de door ons aangegeven, rigting boven alle ver denking verheven. Van hoe veelzijdig nut. toch zou eene halt te Rustenburg voor een gedeelte van den Waard, de Wogmeer en Schermeer met omliggende plaatsen zijn welke voordeelen voor aan- en afvoer van personen en goederen uit do Beemster, zou eene halt bij Avenhorn niet opleveren, even als op een paar plaatsen in de streek tusschen Hoorn en Enkhuizenom van die beide steden niet eens te gewa gen. Zijn de kosten van ons plan, wij erkennen het gaarne, veel grooterhet zal de vraag zijn of het. grootere kapitaal niet gelijke renten zal afwerpen en ontwijfelbaar zeker is hetdat het niet slechts voor het te doorloopen gedeelte maar voor het algemeen oneindig nuttiger zal zijn besteed dan een kleiner kapitaal voor het weinig opleverend gedeelte Niedorper Verlaat—Medemblik. Het verschil in tijd waarop de voorstellers uit Medemblik zich met zooveel vertrouwen beroepen schijnt niet te bestaan: Zij be weren: //de afstand van het Niedorper Verlaat.tot, Medemblik is //even groot als die van Hoorn tot Enkhuizen." Volgens .de zeer accurate kaart van de provincie Noord-Holland in 1855 bij Buffa en Zoonen te Amsterdam uitgegeven, is de eerste af stand grooter; volgens hen: //de afstand van he.t Nie dorper Verlaat naar Alkmaar iets meer dan de jielft van Hoorn naar Alkmaar," volgens de kaart i3 ljet ver schil A meer, en staat, zoo wij ons niet bedri.egeu., het geheele traject Alkmaar Niedorper -Verlaat Medem blik tot dat Alkmaar Hoorn de «Ven, als-ongeveer 13 tot 16. Aangenomen, gelijk wij sfeljendat-de afstand van het laatste traject per sneltrein in 1 uur zou worden doórloopendan zou het verschil ongeveer 11 minuten, be dragen en dus zelfs nog iets minder zijn, dan de langere zee reis van Medemblik naar Stavoren. Hoe loffelijk de ijver van de voorstellers ook wezen moge, zij zijn wat te ver gegaan en roepen daarom bondgenooten te hulp, die zoo ik mij niet bedrieg, minder dan zij vermoe den belang bij de zaak hebben of niet eerlijk' in'den strijd kunnen worden gebragt. Zij roepen tot hunne vergadering op den Burgemeester van Hèusbroekdigter bij onze'lijn dan bij de door htfiV Voor- genomenc gelegen zij spréken van eetie verbinding mét het Nieuwe Diep. van eene expeditielijn Van daar op Friesland terwijl het. schier ondenkbaar mag worden geacht dat, men voor Frieslandin stede van uit Haflingen of Hindeloo pen,pver Stavoren via Medemblik en Niedórpér Verlaat goed van of naar den Helder zou willen verzenden. Zij beweren, dat hun plan den Staats-spoorweg bevoordeelt, het onze die lijn tot het Niedorper Verlaat benadeelt. Dit argument is onjuist, immers, de passagiers én goederen van het, gedeelte Enkhuizen, Hoorn en Alkmaar'zuilen bezuiden Alkmaar van den Staats-spoorweg gebruik maftèn en meerder voordeel aanbrengen dan het minder levendig vervoer ook over liet gedeelte Alkmaar Niedorper Verlaat zou opleveren. Aaangeuomeu het argument ware juist, dan zullen de voorstel les toch niet verlaugen, dat het algemeen achter stond bij den pachter van den staatsspoorweg. //Die verbindingslijn //van Holland en Eriesland is de grootste concurrent v^n de meeste staatsspoorwegen" was de uitspraak van een hoofd ingenieur van den Waterstaat. >/Dat erken ik en juist daar- //om ben ik van het belang en de weuschelijkheid van dié onder- //neming voor ons geheel spoorwegverkeer overtuigd." was ongeveer het antwoord van den Minister, toen ik Z.E., op grond van die waarheideene spoedige cofi'cëssië vroeg. Ook het eigenbelang van Alkmaar wordt inffet; vergeten. Ik betwijfel evenwel of Alkmaars belang door de voorgestelde verbinding op Medemblik wel zou worden gebaat. Men zegt: Hoorn en Enkhuizen zullen op hunne wijze hun aan deel in den Erieschen handel trachten te verkrijgen. Tegen dat argument hoop ik dat mijne stadgenooten even als ik znllen protesteren., Heeft eeuwen lang fntséhën Alkmaar én Hoorn eene vete bestaandie langs allerlei wegen het ondèrliflg verkeer be lemmerde thans en ^lat is eene der verbeteringen die ik voor ons ,gewest, vail mijn plan verwacht, thans zij die lieillooze strijd vergeten. - Alkmaar, zóó gunstig gelegen en, gaat mijn plan door, eerlang het middelpunt van vier spoor wegen behoeft den vooruitgang van HoornEnkhuizen noch andere plaatsen te schroomen en is volkomen in staat zieh krachtig en zelfstandig té ontwikkelen, ja moet daartoe zelfs de communicatie met Hoorn verlangen. Bedrieg ik mij nietdan zou het eenige voordeel van het plan der voorstellers hierin gelegen zijndat tot den aanleg belangrijk minder kapitaal zou worden vereischt; het meerdere dat wij vragen, zal evenwel naar ik vermoed, de verlangde renten en het hegeerde nut opleveren. Heb ik het, plan vau Medemblik bestredenomdat ik ver meen dat het onze daarboven de voorkeur verdient.;- ik mag niet verzwijgen, dal ik met genoegen van bet. voorstel kennis nam, ik zie er een bewijs 1e meer in dat het plan eener spoor wegverbinding van Holland en Friesland, welke dan ook, als gevestigd mag worden beschouwd en het, slechts onzeker is, door wie, hoe cnWanneer daaraan uitvoering zal worden gegeven - Mogten eerlang die vragen tot de geschiedenis behooren en de ervaring leerendat zij op de beste wijzè werden beantwoord. GOH.F.N STJT «T

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1863 | | pagina 3