ALKMAARSCHE COURANT
N°. 51.
Vijfenzestigste J aargang.
1863.
Zondag
20 December.
Bij deze Courant behoort een Bijblad.
(Pfficiccl ©cbccltc.
Politi ck ©ocvzigt.
25Td»clijf»0che fiertgten.
-
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en. is verkrijg
baar op Zondag morgentusschen 8 en 9 ure. Prijs per
jaar ƒ3,40, enkele Nos. 7 Cents, franco per post/4,—.
Brieven franco aan de Ditgevers
ft E R M». COSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 15 regels/ 0,75, voor
elke regel meer 15 Cents, behalve 35 Cents zegelregt
voor elke plaatsing. Zij worden uiterlijk aangenomen tot
Zaturdag namiddag 1 ure; ingezonden berigten een dag
vroeger.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
breimen ter kennis van de belanghebbenden:
Dat het suppletoir kohier der directe belasting en dat der
belasting op de honden, beide over de dienst 1863, op heden
door hen voorloopig zijn vastgesteld en gedurende de eerst
volgende 14 dagen ter secretarie dezer gemeente ter lezing
zullen ziju nedergelegd.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
den 9 Vee. 1863. Vc Secretarie.
SPANJ AARDT.
PATENTEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen bij deze ter algemeene kennis:
Dat, de patenten, aangevraagd in de maanden Augustus.
September en October 1863. bij den Rijks ontvanger alhier,
ter secretarie dezer gemeente verkrijgbaar zijn gesteldvan
Maandag, den 14, tot Donderdag, den 24 Decembet aan
staande van des voormiddags 10 tot des namiddags 2 ure
teo-en overgifte van het bij de beschrijving ontvangen refu.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
Alkmaar. A. MACLAINE PONT.
den 10 Dec. 1S63. De Secretaris,
SPANJ AARDT.
Het GEMEENTE BESTUUR van ALKMAAR roept mits
deze. tegen de daartoe staande jaarwedde, op: sollicitanten
voor'de"betrekking van 1" HELPSTER in het onderwijs van
vrouwelijke handwerken aan de openbare armenschool aldaar.
De onderstaande personen worden verzocht zich in de
eerstvolgende acht dagenter gemeente secretarie aantemelden
(afdeeling bevolking1: PETRUS PAULUS van ROSEN
DAEL laatste woonplaats Leeuwarden ANNA CLARA
LIJBERING, 1. w. Groningen: J01I\NNES HENDR1CUS
MUHREN I. w. Hoorn; JAN3JE KLE1MEER. 1. w. Koe
dijk; MARIA PETRONELLA GRUNE. I. w. Amsterdam;
GRIETJE KLAZEN um BOER. I. w. Ameland: ELISA
BETH VALKENSTIJN. I. w. Helder: GERRIT LEKS-
MOND, 1. w Helder, en GERARD OLTHUS. 1. w. Hoorn.
Bij de afdeeling militie en schutterij: JACOB HOOIJ
en ROELOF de HAAN.
De ware bedoelingen der Duitschers ten opzigte van de
Hertogdommen Sleeswijk en Holstein worden meer en meer
openbaar na het Bonds-besluit van 7 December 1.1. en de
concession van deu nieuwen Deenschei, Koning. De Bonds
vergadering heeft namelijk besloten, zich voor 's hands met
in te laten met de kwestie der erfopvolging, maar alleen
over te "aan tot, de Bonds-executie in Holstein. Daarmede
heeft zij "den Erfprins van Augustenburg, den zich noemenden
Hertog van Sleeswijk-Holstein. aan zijn lot overgelaten en
er zich alleen toe bepaald, de Deensche regering te dwingen
tot nakoming der verpligtingen die zij volgens de Bouds-
vero-aderiti" ten opzigte der beide Hertogdommen heeft te
vervullen. Dit besluit is blijkbaar tot stand gekomen door
den invloed der Oostenrijksehe en Pruissisehe regering, die
beide kracht,!" weerstand bieden aan het, streven van bijna
al wat Duitsch spreekt. Geheele afscheiding der heide Her
togdommen van Denemarken, Sleeswijk zo owel als Holstein,
erkenning en handhaving van den Erfprins van Augustenburg
als Herto" dier landen dat is de leuze der Duitschers,
dat de leer der Nationale Vereeniging het eindbesluit der
volksvergaderingen, de vrij duidelijk uitgesproken wensch
van verschillende Wetgevende Ligchameu.
Het Oostenrijksehe Huis van Afgevaardigden verlangt meer
dan het Bonds-'besloit; er moet vooral gewigt gehecht worden
aan de aloude betrekking der b e i d e Hertogdommen met
Duitschland. Daarvan moesten ook de volksvergaderingen
in de Oostenrijksehe steden getuigen; maar dat. wilde de
redering niet. 'en verbood die bijeenkomsten. Zij meende
en waaï'lijk niet, tenonregte dit het nationaliteits-heginsel
in den Öostenrijkschen Keizerstaat niet. al te luide mogt,
verkondigd worden. Er mogt. een weerklank op volgen uit,
Venetië, uit Hongarije, uit Galicië, die niet in overeen
stemming was met, de eenheidsleer van de regering en de
Duitseh-Oostenriiksche Kroonlanden. Echter opent de ge
meenteraad van Weenen een collecte ten behoeve van Sleeswijk-
Holstein met. 10.000 fl. en zendt een commissie naar den
Keizer om Z. M. beleefdelijk tot wat meer ijver voor do
Duitsche broeders aan te sporen. De Keizer is echter zoo
vrij op te merken, dat de raad wel zou doen met. zteh een
weini" minder met de staatkunde in te laten en zijne zorgen
zoo veel te meer aan de behartiging der gemeente-belangen
te wijden.
De Wurtembenrsche Kamer besluit met algemeene stem
men om de redering te verzoekenaan te dringen op de
pnmiddelijke bezetting niet van Holsteindat spreekt,
van zelf maar van Sleeswijk en het erkennen der reg-
ten van den nieuwen Hertog Frederik Fill. De Saksi
sche Tweede Kamer betuigt haar leedwezen over het besluit
der Bondsvergaderiugen wenscht dat de executie moge
uitgebreid worden tot een volledige bezetting. De Ham-
burgsche Volksraad noodigt den Senaat uit om de volkomen
afscheiding van Sleeswijk en Holstein van Denemarken te
bewerken en verklaart zich hij voorraad bereid daartoe de
noodige gelden ter beschikking van den Senaat, te stellen,
En ook de regeringen der meeste Duilsche staten koesteren
dezelfde gezindheid; behalve de kleinere staten zijn de vier
Koninkrijken Beijeren Wurtemburg, Hanover en Saksen vrij
sterk op de hand van den jïrfprlns vau Augustenburg. Het
Pruissisehe Huis der Afgevaardigden is zeer ontevreden over
de houding der Pruissisehe regering. Tegen de aanvrage
om 12 miliioen thaler tot, dekking van Pruissens aandeel in
de kosten der Bonds-executie, heeft de commissiebenoemd
om daaromtrent verslag uit te brengen, een tegenvoorstel
ingediend in den vorm van een adres aan den Koning.
Daarin wordt betoogd dat de regering niet genoeg doet, en
verzoekt men den Konipg zich geheel los te maken van het
Londeusche tractaat van» 1852, deu Erfprins van Augustenburg
te erkennen als Hertog van Sleeswijk-Holstein en te bewer
ken dat. de Duitsche Bond dien Vorst, krachtdadig oudersteune
bij de bevrijding en inbezitneming zijner erfstaten. De gron
den waarop dit verzoek wordt ondersteund zijn merkwaardig.
Aran de bevolking der Hertogdommen zelve schijnt geen
gewag gemaakt te worden. Echter zouden haar toestand
en hare vvenschen in elk geval hier wel het eerst in aan
merking dienen te komen. Maar neen: het Huis herinnert aan
hetgeen er vóór 1850 met het Pruissisehe leger in Holstein
is voorgevallen, wat het niet, zeer eervol voor Pruissen schijnt
te vinden. Het verklaart dan ook dat de eer der Pruissi
sehe wapenen met de Sleeswijk Holsteinsche zaak gemoeid
;3 alzoo niet. in de eerste plaats het heil der Duitsche
hroedereu dat Pruissens avloed en aanzien in Duitsch
land zeer geleden hebben door het, Vorsten-cougres te Frank
fort, waarbij Oostenrijk zoo zeer op den voorgrond trad. Al
dit nadeel kan alleen worden uitgewischt door het bewerken
van de bevrijding der Hertogdommen. De zaak schijnt
dus vooral iu 't belang geacht te worden van Pnnssens in
vloed en Pruissens verheffing.
Een gelijke geest openbaart zich in de vrijere taal der
verschillende vereenigingen en der dagbladen. De uitbreiding
de grootheid van het Duitsche Vaderland is steeds het doel;
daartoe moet alles medewerken. Duitschland moet eens flink
voor den dag komen; het moet Europa eens toonen wat het
vermag; en daartoe is een oorlog zeer noodigen gewenscht.
Men verlangt dan ook geen toegevendheid van de zijde van
Denemarken integendeel men hoopt, verzet en daarop deu
oorlog. Het National-Ferein ziet, een Duitsche vloot eu
Duitsche oorlogshavens in 't verschiet. Het Turn- Zerem oor
deelt. dat men zich reeds zoo lang heeft geoefend dat liet,
nu eens in erust op een vechten moet. gaan om Duitsehlands
eer te wreken. De Spenersche Zetlung zegtEen botsing is
volstrekt noodzakelijken wel een bloedige botsing, een
oorlog op groote schaal. Komt, het Duitsche Verbond dit
maal voor de zaak van Sleeswijk-Holstein op dan zal het niet
langer een regtens wel bestaand maar feitelijk magteloos
ligchaam zijndat zich tot hiertoe nooit, wist te verhellen
boven zinledige formulen en onbeduidende woorden. Neen,
het Duitsche Verhond zal een levende en indrukwekkeuue
magt tzijn. Het wordt gesteund door de geheele Duitsche
natie," die met hare innigste sympathie en hare levendigste
verwachtingen op Sleeswijk Holstein staart als op het palla
dium van hare toekomst". Bravo palladium van hare
toekomst,, dat zijn de echte termen. - "Er is een ge
weldige oorlog aan de lucht vervolgt het, blad de
Deensche erfopvolging is het vraagstuk van Duitschlands
toekomst, en Duitschland zeifis het, hart van Europa." En
verder. «Holstein met zijn onvergelijkelijke havenstad is het
n a t tl u r 1 ij k e bruggehoofd van Duitschland" daar krij
gen wij waarachtig de leer der natuurlijke grenzen o Duitsch
land denk aan den Rijn «Duitschlands toekomst hangt
af van het bezit dier plaats, cn daarom is het voor Pruissen
van onberekenbaar groot gewigt, nimmer te gedoogen dat,
Holstein verbonde worde met een rijk, dat naar alle men-
thaler afstand deed van zijne goederen in Holstein, en daarbij
beloofdedat noch hij zelf, noch zijne familie aan de Deen
sche erfopvolging ooit iets in den weg zouden leggen. Nu
vindt het genoemde blad daarin volstrekt geen bezwaar tegen
den tegenwoordigen Erfprins. Het woord familie toch acht
het zoo onbepaald, dat daarmede bezwaarlijk de toen reeds
meerderjarige zonen van den Hertog konden bedoeld zijn.
Die zonen schijnen dus niet tot de familie van den Hertog
te behooren. Wij erkennen gaarne te weinig met de
familiegeheimen van dezen Arorst bekend te zijn om hierover
een oordeel te kunnen uitspreken. Evenzoo meent het
blad, dat de uitdrukking «niets inden weg leggen" in 't ge
heel niet gelijk staat met een acte van afstand. Het schijnt;
alzoo te meenendat de Erfprins van Augustenburg door
zich op te werpen tot Hertog van Sleeswijk-Holstein niet
gezegd kan worden «iets in den weg te leggen aan de
Deensche erfopvolging. Hier weten wij waarlijk niets op
te zeggen't is ons te sterk.
Denemarken heeft inmiddels groote inwilligingen gedaan.
De verordening van 30 Maart, waarbij Sleeswijk onvoor
waardelijk bij het Deensche Koninkrijk werd ingelijfd en
geheel van iiolstein gescheiden is buiten werking gesteld
de constitutie van November, die de staatseenheid tot be
ginsel had. is geschorst, en aan de Deeiische troepen in
Holstein is bevel gezonden om zich van alle vijandelijkheden te
onthouden zoolang zij niet regtstreeks door het Bondsleger
worden aangevallen. Maar al deze toegevendheid schijnt
geen invloed te hebben op de besluiten der Bonds-vergadering,
noch op de oorlogstoerustingen van Oostenrijk en Pruissen.
Zoo men den oorlog wilde vermijdenzon nu waarlijk een
ouderhaudeling met den nieuwen Koning van Denemarken
wieu toch bij zijne komst op den troon wel eenige tijd van
beraad kon gegeven wordenniet vruchteloos zijn. De
algemeene geest in Duitschland verlangt echter blijkbaar
de"i oorlog. Toch geven wij de hoop niet op, dat het aan
de Europesche diplomatiejzal gelukken, dien onvoorzigtigeu
stap Ie verhoeden.
schelijke berekening ochhoe zoo
steeds vijandig
ten opzigte van Duitschland gezind zal zijn. Wij kunnen
het niet "helpen maar bij deze vrecselijke opgewondenheid
stellen wij ons de sprekers onwillekeurig voor in het bier
huis, half schor gezongen van Sein Vaterland musz gr'ószer
sein en Schleswig-HolsteinMeermuschlungen Stammverwandt
eu steeds onder ein gutes Bier.
Mannen van de vooruitgangspartij en van de Nationale
Vereeniging prediken de ieer der legitimiteit, zoo goed als
de beste discipelen van Metternichen verdiepen zich met,
echt Duitsche geleerdheid in de leer der agnatisohe erfop
volging. Er worden te dezer zake vraagstukken geopperd
en "fijne onderscheidingen gemaaktwaarvoor een gewoon
menschenverstand stil staat. Zoo verdedigde de Allgemeine
Zeitung het regt van den Erfprins van Augustenburgen
behandelde daarbij ook het feit, dat de vader van dien vorst
tegen een schadeloosstelling van twee en een half miliioen
DENEMARKEN!
heeft besloten zich niet tegen de Bondsexecutie te verzetten:
SUITMCHLAN».
In het Beijersche regeringsorgaan wordt verklaard, dat
namens het Koningrijk in de Bondsvergadering wel gestemd
is voor de executie, maar onder voorbehoud om de kwestie
der erfopvolging aan een nader onderzoek te onderwerpen.
De Saksische" Kamer heeft den 15 een voorstel van den
ondervoorzitter en 43 leden eenstemmig aangenomen hou
dende betuiging van leedwezen over het besluit van de
Bondsvergaderinggoedkeuring van de houding van het be
wind en aanbeveling om bet, Bondsbesluit uittebreiden tot
volledige inbezitneming van Sleeswijk-Holsteintot niet er
kenning van den deenschen Koning als souvereiu der her
togdommen en tot onmiddelijke erkenning van den wettigen
Vorst.
De Wurtembergsche Kamer heeft den 11 met alg. st. be
sloten de regering te verzoekenom de Bondsvergadering
aantesporen tot eene spoedige bezetting van Sleeswijk-Hol
stein tot terugroeping van het Holstein-Lauënburgsche
B.md'sconthjgent, tot, dadelijke erkenning van den prins van
Augustenburg en tot, handhaving zijner regten. Op voorstel
van den heer Seeger is eeu piestig protest tegen het Lon-
densche protocol met 78 tegeu 3 st. aangenomen.
De Bondsvergadering heeft den matriculairen omslag van
17 miliioen vastgesteld.
Den 11 heeft de Volksraad te Hamburg, onder aanbieding
van de. benoodigde gelden, den Senaat uitgeuoodigdom de
eenheid van Sleeswijk en Holstein te besehermen, hunne
afscheiding van Denemarken en de wettige erfopvolging te
bevorderen.
De werklieden der ijzergieterij van Cramer en Klett te
Neuremberg hebben het, van hunne patroons, bij de opening
der spoorwegbrug over de Rijn bij Maintz ontvangen ge
schenk van"4000 fl. aan het Sleeswijk-ïïolsteinschc fonds
afsestaande eigenaars der fabriek hebben daarbij 5000 fl.
gevoegd.
ES GEL. AND.
De Onderkoning van Indielord Elgin James Bruce), is
den '0 Nov na' eene kortstondige ziekteoverleden. Hij
was "eboren te Londen in 1811. Als zijn opvolger vertrekt
naar "indie sir John Lawrence. Aan de noordwestelijke gren
zen daar te lande zijn de bergbewoners in algemeenen op
stand tegen het britsche gezag. 1
FRANKRIJK. r*
De Pans heeft bij zijn toestemmend antwoc
noodi"ing voor liet Congres verklaard, cMJtlj vm
de goedmaking van het gepleegde onregtl e^df/h
stelling van de godsdienst verlangt. Oostè&qjibv-l
SICII1US fa«-»
omtrent sommige punten inlichtingen had gev
thans eene bepaalde afwijzing gezonden. De n -
gevraagd
Rujtsc'e'