fJoliticf» ©ucuzigt.
SSÜcikcïijiköcltc ücvtgtcn.
dat bij bereid was zich terug te trekkenzoo een meer
geschikt persoon uit dit gewest de plaats van vertegen
woordiger wilde vervullendaar het hem alleen te
doen is om liet algemeen belang te bevorde-
r e n." Wat belieft u dat heet ik logica! Nog wordt
bekend gemaakt, dat Mr. Visser //daarenboven heeft te kennen
gegeven, dat de plaatselijke belangen van dit
district bijzonder moeten worden behartigdomdat die
gedurende een aantal jaren in zoo vele opzigten zijn te kort
gedaan."
Het schijnt dus dat Noord-Hol lauden meer bepaald het
district Hoorn een landstreek is van geheel bijzonderen aard,
met. zeer eigenaardige belangen, die meestal in strijd schijnen
te zijn met die van het overig Nederland; een gewest, dat
volgens een bijzonder stelselafwijkende van de gewone
regelen der staathuishoudkunde en der handels-en nijverheids-
wetenschappen moet bestuurd worden; een soort van win
gewest. dat, jaren lang ten behoeve van het overig Nederland
werd veronachtzaamden dus een bijzoudere voorziening
eischt, waar een geheel eigenaardige bevolking wordt gevon
den vreemd aan de rest der Nederlandsche natie, van een
ganscli eigenaardige Noord-Hollandse he rig ting
en bezield met Noord -11 ollandsche gevoelens,
buiten die provincie weinig bekend, en die alleen gewaardeerd
kunnen worden door iemand die lang in de provincie heeft
gewoond maar eigenlijk eerst volkomen gekend en op den
regten prijs geschat door een inboorling, die daarenboven i n
hare gevoelens is opgevoed.
Terwijl de vredesonderhandelingen tusschen het afgestreden
Denemarken en de Duitsche bondgenooten te Weenen worden
gevoerd, blijkt het weder duidelijk, hoe weinig Pruissen er
nan denkt om nu het doel van den oorlog bereikt blijkt te
zijn, zich met Oostenrijk terug te trekken en de regeling der
Duitsche zaak aan Duitschland over te laten. Het bezetten
van Rcndsburg laat daaromtrent g-^en twijfel over. Pruissen
wil op den voorgrond blijvenzelf de zaak geheel tot een
einde brengen, zonder den Duitschen Bond er meer in te moeijen
dan het volstrekt noodig acht, des noods met terugstooting
van den Bond. En nu beslaat er ook zeker wel niet de
rrvnste grond meer voor het vermoeden, dat het dit alles
zou doen ten behoeve van den Bond, tot grootmaking
van het Duitsche vaderland. Waar de handelingen zeiven
zoo eigenmagtig en willekeurig zijn, moet het einddoel wel
zelfzuchtig wezen.
Ilendsburg, op zich zelve reeds een der gewigtigste steden
van Holstein. wordt om hare ligging als vesting de sleutel
vau Sleeswijk geacht. Tot Holstein behoorende, was zij door
Bonrls-troepén Saksers en Hanoveranen, bezet. De bevel
hebber dezer troepen de generaal von llakeontvangt op
een goeden dag een schrijven van den bevelhebber der Pruis-
sische troepen in Sleeswijk, Prins Karei Frederik, waarin
wordt gewaagd van buitensporigheden die de Bq^ids-troepen
zich in die stad hadden veroorloofd tegen de Pruissiche
troepen, daar aanwezig om in de dienst der dagelijksche
transporten en der hospitalen te voorzien. Daarna wordt ge
wezen op de noodzakelijkheid om een waarborg te bekomen
tegen dergelijke beleedigingen in een hoofd-wissel- en depot-
plaats van het leger der Bondgenooten.
De Prins is zoo gelukkig geweest een afdoenden waarborg
te vinden. Hij gaat aldus voort
//Z. M. de Koning en mijn heer heeft daarin aanleiding
gevonden tot het mij toegezonden besluit, om mij in het
bezit, van Rendsburg te stellen en mij van die plaats meester
te maken. De generaal von Goeben zal daarom met 6000 man
en 2 batterijen artillerie die plaats bezetten en de wachtposten
overnemen." Het slot van den brief is, dat het van de
bekcDde gematigdheid en welberadenheid van den generaal
von llake zal afhangen, of deze «niet te verhoeden en voor
de eer der Pruissische wapenen onvermijdelijke maatregel"
zal kunnen plaats hebben op zoodanige wijze, dat deze zaak
later bij diplomatieke onderhandelingen geregeld zal kunnen
worden.
De Bonds generaal heeft geprotesteerd, den maatregel vol
strekt niet onvermijdelijk verklaard, den bedrijver er verant
woordelijk voor gesteld te kennen gegeven dat hij met
zijn vier compagniën niet bij magte was om er zich tegen te
verzetten en daarop Rendsburg ontruimd.
Rendsburg is toen door de Pruissen bezet.
De aanleiding tot dezen maatregel, waarin Pruissen tevens
den grond meent te vinden voor zijn regt tot de daad, wordt
in den brief den beleefden brief, zeggen de Pruisen
van Prins Karei Frederik vermeld: buitensporigheden door
de Bonds-troepen tegen de Pruisen gepleegd. Rendsburg
was namelijk de plaats waarover de toevoeren uit Pruissen
naar liet leger in Sleeswijk plaats hadden en waar tevens
in de hospitalen zieken en gekwetsten werden verpleegd. Tot
deze dienst waren in de stad eenige Pruissische militairen
aanwezigdie reeds sinds lang op niet zeer vriendschappe-
lijken voet met de Bondstroepen schijnen gestaan te hebben.
De Pruisen beweren dat de schuld bij de Bonds-troepen lag,
die aan de Pruisen hunne in den strijd tegen de Denen
verworven lauweren benijdden en dat zij de aanleggers
waren der ongeregeldheden en beleedigingen der Pruissische
soldaten waarbij deze laatsten zelfs ernstige maatregelen zou
den hebben moeten nemen om hun lijf en leven te verdedigen.
De Pruisen zouden niet alleen op de straat maar zelfs op
de wachtposten zijn aangevallen en gekwetst, en in de hos
pitalen zijn verwond zoodat zij den ganschen nacht onder
de wapenen hadden moeten blijven. De veiligheid der hos
pitalen en van de gemeenschap van Pruissen met het, leger
in Sleeswijk zouden het alzoo noodzakelijk gemaakt hebben
»cen wijziging te brengen in de zamenstelling der bezetting
van Rendsburg," zooals de Pruissische gevolmagtigde bij de
Bonds-vergadering zich uitdrukt. Zoowel krijgsbeleid als
staatsbeleid zouden niet hebben kunnen toelaten dat een zoo
belangrijke stad als Rendsburg, meteen zoo vijandig gestemde
bezetting, in den rug der oorlogvoerende troepen bleef; voor
onderhandelingen was natuurlijk geen tijd, daar de maatregel
geen uitstel gedoogdeen daar is later nog wel gelegen
heid voor te vinden.
Als men die voorstelling van het gebeurde, zooals zij van
de Pruissische zijde gegeven wordtleestdan is het of
de Pruisen in het Bonds-leger een vijandelijke magt in den
rug haddendie wel eens de wapenen tegen hen zou kunnen
keeren en hen afsnijden van hun vaderland. Het is echter
onaannemelijk, dat werkelijk de toestand zoo zou geweest zijn;
onaannemelijk, datjde generaal von llake, met al den goeden wil
dien de Pruisen zeiven hem toeschrijven, niet bij magte zou
geweest zijn om verdere ongeregeldheden te voorkomenal
moge dan de spanning niet alleen bij de soldaten maar
zelfs bij de officieren zijn waargenomen. Zou een ver
andering der bezetting daarin niet reeds veel verbeterd hebben
Wij kunnen ons niet voorstellen, dat bij een ernstig beklag
van Pruissen de Bonds-generaal niet, bij magte zon geweest
zijn om botsingen te voorkomen. Wij meenen daarom veilig
te mogen aannemendat de geheele zaak niet veel meer zal
geweest zijn dan een vechtpartij tusschen de verschillende
militairen die door Pruissen gretig is aangenomen als voor
wendsel om zich van Rendsburg meester te maken. Wie zag
toeh ooit, dat twee bevriende mogendheden, daarenboven beide
werkzaam tot één doel en dat is immers met Pruissen en
den Duitschen Bond het geval? niet in staat waren
om botsingen tusschen de soldaten van weerszijde te ver
hinderen zoodat de eene partij genoodzaakt was zich van
een stad meester te maken die reeds door de andere was
bezet De maatregel is voor de eer der aftrekkende partij
zoo krenkenddat er zeker niet dan in den uitersten nood
toe zou worden overgegaanindien de partijen werkelijk be
vriend konden genoemd worden. Niets is dan ook te verge
lijken bij de krenkende hooghartigheid, waarmee de Pruissische
minister von Bismarck zijn weg gaatterwijl hij vriend en
vijand even ruw en minachtend op zijde duwt. Wat wil hij
met den Duitschen Boud Niemand kent beter den hoogen
graad van prikkelbaarheid waartoe dit ongelukkige ligehaam
door het zelfstandig optreden van Pruissen en Oostenrijk in
de zoo geheel Duitsche kwestie der Hertogdommen reeds
gebragt is. Bekend waren de klagten over Pruissens willekeur,
en toch gaat von Bismarck tot een stap over die volstrekt
niet noodzakelijk of onvermijdelijk blijkt, en waarvan hij te
voren weet dat de Bonds-vergadering en de midden- en kleine
staten van Duitschland er zich diep gekrenkt en beleedigd
door zullen gevoelen. Wat is zijn doel Wil hij opzettelijk
beleedigen en een openbare breuk met den Duitschen Bond
uitlokken opdat hij geheel eigenmagtig zal kunnen handelen
en zich niet meer zal hebben te storen aan zoogenaamde
bevriende, zamenwerkende en verwante magten die, ofschoon
op zich zeiven magteloos, nog wel zoo belemmerend kunnen
zijn als een openbare vijand Wil hij met den Boud tot een
eind komen enwetende dat er niet het minste gevaar voor
eenig geweld van die zijde bestaat, tot een botsing geraken,
die althans gemeenschappelijke beraadslaging over de bestem
ming van Sleeswijk en Holstein onmogelijk maakten hem
en Oostenrijk vrij spel geeft? Wij weten het niet; maar als
Pruissen nog eenigen prijs stelt op een goede verstandhouding
met den Bonddan moet het wel veel gewigt hechten aan
het bezit van Rendsburg, dat het zich een zoo krenkende
daad veroorlooft. Ongetwijfeld wil het meester blijven van
den toestand, zoo veel mogelijk in beide Hertogdommen, en
daarom een stelling innemen die het instaat stelt des noods
Holstein zoowel als Sleeswijk te bezettenin spijt van den
Bond of van welke andere magt ook. Ook in Kiel zou reeds
een sterkere Pruissische bezetting liggen, en van welke be-
teekenis de Hertog van Augusteziburg deze maatregelen acht,
kan blijken uit het besluit van dezen pretendent, om zjch uit
de landen, waarvan hij de kroon hoopt te dragen, te verwijderen
en naar Gotha te gaan. De Wurtembergsche Kamer van
Afgevaardigden heeft reeds tegen de bezetting van Rendsburg
geprotesteerden de Saksische minister van Oorlog is zelf
naar die stad vertrokken om de zaak te onderzoeken.
En welke is de houding van Oostenrijk in deze zaak
Daarvan blijkt nog niets. Wel wordt gevraagd of Oostenrijk
zijn soldaten ten offer moet brengen om Duitschland in de
oogen van Europa te vernederen en Pruissen tot heer en
meester Nan het Duitsche vaderland te makenmaar een
antwoord op die vragen wordt nog niet gegeven. Pruissen
heeft hier alleen gehandeld, en Oostenrijk zwijgtduldt deze
daad in den bondgenoot met wien het tot één doel zamen-
werkten wordt daardoor zedelijk medepligtig. Zal het op
helderingen vragen aan zijn bondgenoot Hoe zal het zich
verantwoorden voor de Bondsvergadering? Tot nog toe is er
van de houding der Oostenrijksche regering niets bekend.
Wat wil Oostenrijk toeh? vraagt men tevens bij het ver
nemen der vredesvoorwaarden waarover men het eens zou
zijn geworden en die geheel in het voordeel van Pruissen
zijn. Geheele afscheiding 'namelijk van SleeswijkHolstein
en Lauenburgvereeniging dezer gewesten tot éénen staat
onder een vorst wiens regten door een Bonds-commissie zul
len worden erkend; beaetting van Sleeswijk door Pruissische
troepen en beheering der geldmiddelen van dit Hertogdom
door Pruissische ambtenaren, totdat de door Denemarken te
betalen oorlogskosten zullen voldaan zijneindelijk Rends
burg een Bondsvesting met Pruissische bezetting en Kiel een
Pruissische oorlogshaven. En wat krijgt Oostenrijk Ver
goeding van oorlogskosten.
En met deze voorwaarden zou Denemarken genoegen
hebben genomen daar zij aan de Deensche Regering waren
bekend gemaakt vóór zij haren gemagtigde naar Weenen
zond om te onderhandelenen de komst van dien gemag
tigde dus met een aanneming dier voorwaarden in hoofdzaak
gelijk staat.
Doch al is deze vrede geslotenfdan zal misschien het
Sleeswijk-Holsteinsche vraagstuk nog niet opgelost zijn maar
welligt tot belangrijke verwikkelingen aanleiding geven tus
schen Pruissen Oostenrijk den Duitschen Bond de bevol
king van Holstein en Sleeswijk zelve en de pretendenten naar
den nieuwen troon, mogelijk ook zelfs met inmenging van
andere Europesche Staten, als de Bond of Pruissen zijne
grenzen te ver wil uitbreiden. En het tweede vraagstuk zal
grooter zijn dan het eerste.
SLEESWÏJM-IIDLSTEENSCSIE KWESTIE.
De gevangenneming van kapt.ein Hammer, die zoolang de
westkust van Sleeswijk heeft verontrust,is volgender wijze
wijze geschied tusschen het eiland Eöhr en den vasten wal
door de stoomschepen der geallieerden bewaakt, had hij
herhaaldelijk gepoogd te ontsnappen; eindelijk genoodzaakt
de ruimte te kiezen ontmoette hij het pruissische stoomschip
Blitz en gewapende sloepen van het oostenrijksche stoomschip
Seelmnd, zooda.t hij verpligt was zich overtegeven. Met hem
vielen 2 stoomschepen10 tolkotters, 7 kustvaarders, 8 offi
cieren rn 210 schepelingen in handen der duitschers.
De op Euuen bevelvoerende genl. Steinmann heeft aan de
dagbladen verboden melding te maken van de bewegingen
zijner troepenop straffe van verbod der uitgave.
Tegen den 17 was de menigte te Kopenhage opgeroepen
tot, eene volksdemonstratie op het plein voor het paleis des
Koningsmaar niemand verscheen er. Den Koning zijn
uit andere plaatsen adressen toegezonden, waarin geprotes
teerd wordt tegen den invloed door een deel van de bevol
king der hoofdstad op de regering uitgeoefendmet de ver
klaring dat door dat gedeeLte niet de meening der natie
wordt uitgedrukt.
In het Volkshuis van den Rijksraad heeft de heer Jagd
voorgesteld het adres aan den Koning ter zijde te leggen
ten einde de regering niet te belemmerenmaar is zijn voor
stel in weerwil van den raad der ministersverworpen en
met 60 tegen 21 st. tot de indiening besloten.
De saksisclie en hannoveraansehe troepen hebben Rendsburg
verlaten. Den 24 is eene groote parade der pruissische be
zetting gehouden en zijn de, op bevel van den Bonds-generaal
gestreken, pruissische en oostenrijksche vaandels, onder groot
gejuich der troepenweder ontrold. Volgens de verklaring
van den prnissischen gemagtigde bij de Bonds-vergadering,
was de wanorde te Rendsburg van veel ernstiger aard dan
het rapport van genl. Hake meidten waren de pruissen voor
hunne eigene veiligheid genoodzaakt de stad te bezetten.
De saksische minister van oorlog genl. Rabenhorst is er
hecugeg .an, om op de plaats zelf eeu onderzoek intesteüen.
Te Weenen heeft iutusschen deze bemagtiging van den sleutel
der hertogdommen een slechten indruk gemaakt en beschouwt
men haar als gewapend verzet tegen een wettig Bonds-besluit.
De Wurtembergsche Afgevaardigden nemen de zaak in den
zelfden zin op en hebbenop voorstel van den heer Oesterlin,
besloten om te protesteren tegen het geweldadig bedrijf der
pruissen te Rendsburg en om van de regering te vorderen
dat zijin vereeniging met andere Statenzich krachtdadig
daartegen zal verzetten.
Ook de pruissische bezetting van Kiel is verdubbeldtal
rijke patrouilles doorkrnissen 's nachts de straten.
De gealliëerde mogendheden hebben in tijds te Kopenhage
doen weten dat indien Denemarken niet in den afstand van
SleeswijkHolstein en Lauenburg bewilligdede reis der
deensche gemagtigden naar Weenen nutteloos zonde zijn.
Niettemin zijn de minister van buiten], zaken v. Quaade en
de kolonel Kauffmann derwaarts vertrokken en den 26 de
onderhandelingen aangevangen.
De pruissische minister v. Bismarck was reeds den 22 aldaar
aangekomenmaar vooraf was de heer v. Rechberg met on
bepaald verlof naar Ischl vertrokken, vermoedelijk om niet
met hem in aanraking te komen.
In eene bijeenkomst van afgevaardigden van 110 Sleeswijk-
holsteinsche Vereenigingen is besloten om ernstig aantedringen
op de onmiddelijke staatsregterlijke vestiging der vereenigde
hertogdommenom aftewijzen de aanspraak van Oldenburg
op de erfopvolgingeven als de ter spraak gebragte scha
deloosstelling van de groote duitsche mogenherien.
B ELISIE.
Yele liberale leden van de ontbonden Kamer der Gedepu
teerdenen daaronder eenige hoofdleiders, hebben verzocht
bij de aanstaande verkiezingen buiten aanmerking te blijven.
Van de clerikale leden heeft zich tot dus ver nog niet één
teruggetrokken,
EN IS
Als een blijk van den verbeterden toestand en de toege
nomen welvaart in Britsch-Indie wordt gemeld dat te Cal
cutta in eene zeer talrijke volksvergaderingbesloten is tot
het indienen van een adres van goedkeuring en dankbetui
ging aan de regering, hetwelk door 800 inlandersgeteekend
werd.
FRANKRIJK.
Het bestuur van Algiers is, als gevolg der jongste oproerige
bewegingen weder gereorganiseerd, waarbij het militair gezag
wordt uitgebreid, zoodat de generaals in de burgerlijke divisien
boven de prefeeten gesteld worden. De divisie generaals
zullen onder het oppertoezigt vau den gouverneur-generaal
de policie over de dagbladen uitoefenen. De algemeene raden
moeten voortaan voor minstens een vierde uit inlanders bestaan.
Naar Mexico worden schepen gezonden om een deel der
fransche krijgsmagt te gaan afhalen.
De heer Louis Veuillot heeft een werk, getiteld «het leven
van Jezus," geschreven en daarover een brief van gelukwen-
sching van den Paus ontvangen.
ITALIË.
De dagbladen melden dat Garibaldi voornemens is geweest
om toetegeven aan het verlangen der ultra's zijner partij en
eene nieuwe onderneming te beproeven, maar op den ern-
stigen raad van een zeer hoog geplaatst persoon daarvan
heeft afgezien. Gedurende zijn verblijf op Isehia werd de
kust door oorlogsvaartuigen bewaakt.
RUSLAND.
Polen. Bij den adel heerscht veel geldgebrek, zoodat de
Lands-credietinrigting genoodzaakt is om wegens betrekkelijk
geringe onbetaalde schuldvorderingen t.ot den geregtelijken
verkoop van vast goed overtegaan. Reed zijn meer dan
200 percelen ter verkoop aangeslagen.
Vermits de vrijverklaarde landlieden zich onwillig betoonen
om zelfs voor behoorlijk loon voor hunne voormalige meesters
te arbeidenheeft de militaire overheid toegestaan dat de
soldaten zich verhuren tot den veldarbeid.
VEREENK.DE staten.
Van het corps van genl. IVilson, dat bestemd was om ten
zuiden en zuidwesten van Richmond de gemeenschap met
die stad aftesnijden zijn 3000 man gevangen genomen voorts
heeft het zijn gesehut en bagage verloren en is bijna geheel
vernield. Gedurende den tegenwoordigen veldtogt in Virginia
hebben de Separatisten ruim 10000 krijgsgevangenen gemaakt..
Nadat de Zuidelijken den 9 Julij gent. IFallace verslagen
haddenhebben zij zijne vlugtende troepen tot bij Baltimore
vervolgd, de bruggen, spoorwegen en telegrafen vernield en
zelfs den 10 het één uur buiten de stad liggende paleis van
den gouverneur verbrand. In de stad heerschte groote op
schudding: de poorten waren gesloten en mogten niemand
uitlaten, de straten waren gebarricadeerdalle paarden werden
ten behoeve van het leger in beslag genomen en de gelds
waarde der banken was op schepen in veiligheid gebragt.
In Washington was de ontsteltenis niet minder groot
wijl zich ten noorden der stad en zelfs tot bij het fort, Stephen
(een der buitenwerken) eene talrijke krijgsmagt vertoonde
en de middelen van gemeenschap vernielde, gelijk weder een
andpr corps naar de zijde van Philadelphia deed. Den 11 werd
bij Magnolia ëen van Philadelphia komende spoortreinmet
voor Baltimore bestemde hulptroepen, aangehouden en alle
manschappen met den genl. Franklin gevangen genomen.
Na al deze bedrijven zijn de Zuidelijkeneen ontzaggelijk
groote hoeveelheid buitgemaakte voorwerpen, o.a. voor 3
millioen d. aan levensmiddelen door het corps van Hunter
te Martinsburg bijeengebragt. medevoerende, weder over de
Potomac afgetrokken vermoedelijk wijl hun strooptogt Grant
niet heeft, verlokt om de belegering van Petersburg optebre-
kenwelke stad hij laatstelijk, hoewel op verren afstand en
zonder belangrijke schade voor de gehouwenbombardeerde.
Evenwel heeft hij een deel zijner magt tot beveiliging van
Washington afgezonden. De milicie van Nienw-Yorkdie
onder de vanen was geroepen om naar dezelfde stad te trek
ken is den 15 op last van den President Lincoln, weder
ontslagen.
Aan den nieuwen minister van financiën Fessenden is het
nog niet gelukt om eene leening van 50 millioen dollars te
sluiten.
MEXICO.
De generaals XJraga en Doblado hebben zich aan de fran
sche onderworpen.
TUNIS.
De opstandelingen hebben eene afdeeling troepen van den
Bey bij de hoofdstad uiteen gedreven. De genl. Ismaèl is
van Beja teruggekomen, alwaar hij zijne manschap, met 12
stukken, door de Arabieren geblokkeerd, had achtergelaten.
BINNENLAND.
De Grootvorst-troonsopvolger van Rusland heeft den 27
de Koningin-Moeder te Soestdijk bezocht en is den 28 te
'sHage aangekomen, waar hij aan het station door prins Frederik
het rnssische gezantschap enz. werd opgewacht. Hij begaf
zieh dadelijk naar het paleis ten bezoeke des 'Konings en
bezocht vervolgens de Koningin en prins Frederik, Na bij
den russischen gezant te hebben gedineerdbetrok hij de
voor hem gereed gemaakte viila te Scbeveaingen.