ALKMAARSCHE COURANT
N». 15.
Zevenenzestigste
186
Zondag
9 April.
.■V' fev
m 4.
I j.4}
©fficiëcl (Scbccltc.
tfDucrsigt
®2>tcïiclijk0clic ficrtgtcu.
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijg
baar op Zondag morgentussehen 8 en 9 ure. Prijs per
jaar 3,40, enkele Nos. 7 Cents, franco per post/4,—.
Brieven franco aan de Uitgevers
EER M». COSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 15 regels 0,75, voor
elke regel meer 15 Cents, behalve 35 Cents zegelregt
voor elke plaatsing. Zij worden uiterlijk aangenomen tot
Zaturdag namiddag 1 ure; ingezonden herigten een dag
vroeger.
PROVINCIE NOORDHOLLAND.
AASBESXEBISC.
Op Donderdag den 20»w April 18G5 der namiddags ten
half drie ure zal aan het lokaal van het Provinciaal Bestuur
van Noord-Holland, te Haarlem, bij enkele inschrijving worden
aanbesteed
Het leveren van brik, zet en stortsteen en
bet doen van bestortingen en eenige andere
werkzaamheden tot onderhoud en verbetering
der Heldersche Zeeweringin twee perceelen.
Het bestek is tegen betaling van 10 Cents per exemplaar,
te bekomen aan het lokaal van het Provinciaal Bestuur
voornoemdaan het bureau voor Buitenlandsche Paspoorten
te Amsterdam en bij den opzigter van den provincialen water
staat C. van der Sterr, te Helder.
Inlichtingen zijn te bekomen bij den Ingenieur J. t. IV.
Conrad, te Alkmaar en bij den opzigter C. van der Sterr,
te Helder.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR.
Gelet op de ervaringdat vele leden tot het personeel der
brandweer behoorendein het dwaalbegrip verkeeren als of
door de aanstelling van korporaals bij de onderscheidene brand
spuiten, hunne verpligting zich tpt niets anders dan tot enkel
pompen en lantaarndragen Gij den brand zoude bepalen
Wenschende dat verkeerde denkbeeld, dat tot, verwarring
en nadeel voor de dienst bij het brandwezen leiden moet,
te doen ophouden
Brengen bij deze ter algemeene kennisse:
Dat bij artikel 24 der verordening op het beheer en be-
handelender brandbluschmiddelen van den 17 September 1856
(Gem. blad n°. 53), uitdrukkelijk is bepaald, dat de man
schappen van de brandweer zich dadelijk op het kleppen der
klokken bij gelegenheid van brand moeten begeven naar de
bergplaats van de spuit, waartoe zij behoor enot zoo despuit
reeds is weggevoerdnaar de plaats van den brand
Dat bij artikel 19 de straffen zijn bepaald van I tot Z20
boetemet of zonder gevangenis van één tot drie dagen
voor de verschillende gevallen van overtreding of verzet tegen
de bestaande voorschriftenon eindelijk dat, bij art. 24 aan
heeren brandmeesters of die hen vervangen, de verpligting
is opgelegd, om van elke overtreding proces-verbaal op te
makeu en ter vervolging intezenden;
Datnaar aanleiding van deze laatste bepalingliet, col-
legie van brandmeesters met allen aandrang is uitgenoodigd,
om de naleving der bestaande voorschriften door een naauw-
lettend toezigt en strikte toepassing der verordening te
verzekeren.
Burgemeester en Wethouders brengen naar aanleiding
daarvan deze voorschriften bij vernieuwing ouder de aandacht
van het personeel der brandweer, met uitnoodiging daaraan
stipt te voldoen, ten einde de toepassing der strafbepaling,
ingeval van nalatigheid, te voorkomen, met openbare mede-
deelinfdathoezeer de wettigheid van die verordening
onlangs door een der dienstpligtigeu in regteu is bestreden,
die wettigheid nogthans bij arrest, van den Hoogen Raad
der Nederlanden van den 28 Februarij 1865 is gehan haafd
en bevestigd met veroordeeling van den opposant overeen
komstig de strafbepalingen bij de verordening vastgesteld en
in de kosten.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
AlkmaarA. MACLAINE PON l.
28 Maart 1865. De Secretaris.
SPANJAARDT.
JAGT en VISSCHERU.
De BURGEMEESTER vau ALKMAAR brengt ter kennis
van belanghebbenden dat de blanco aanvragen ter bekomiug
van jagt- en visehakten voor het jaar 18£f, ter secretarie
der gemeente verkrijgbaar Zijn gesteld.
Alkmaar, De Burgemeester voornoemd
den 8 April 1865. A. MACLAINE PONT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennis van de belanghebbenden:
Dat het kohier der plaatselijke directe belasting over 1865,
op den 5 dezer door lien voorloopig is vastgesteld en gedu
rende 14 dagen na hedenter secretarie der gemeente voor
een ieder ter inzage is nedergelegd.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
AlkmaarA. MACLAINE PONT.
8 April 1865. De Secretaris,
SPANJAARDT.
De onderstaande personen worden verzocht zich in de
eerstvolgende acht dagen aantemelden ter gemeente-secretarie
afdeeling Bevolking
CATHARINA ZEEVAT, laatste woonplaats Amsterdam.;
GERHARD ANTON HEMELT, 1. wN. NiedorpGUUR-
TJE v. d. DAM, 1. w. SchagenSUSANNA MARIA
ELISABETH LAMB RECHT. 1. w. Aalsmeer; WILHEL-
MINA PETRONELLA VENDRIK, 1. w. Maarssen ,- WIL
LEM CORNELIS VERSEPUT, 1. w.Aalsmeer; WILLEM
NICOLAAS VLEESCHMAN, 1. w. IVijde Wormer.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennis
Dat, de VOÖRJAARSKERMIS den 19 April a.s. zal
aanvangen, terwijl de loting voor plaatsen s middags ten
12 ure "van dien dag zal aanvangen.
Burgemeester en IVethouders voornoemd.
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
den 1 April 1865. De Secretaris
SPANJAARDT.
KENNISGEVING.
Het HOOFD van het Plaatselijk Bestuur te ALKMAAR
brengtten gevolge van art. 1 der wet van 22 Mei 1845
(Staatsblad No. 22) bij deze ter kennis van de ingezetenen
der gemeentedat het kohier van het Patentregt over het
3e kwartaal der dienst 18j}4, op den 28 Maart, 1865 door den
Heer Commissaris des Konings in de Provincie Noord-Holland
executoir verklaardop heden aan den Heer Ontvanger der
directe belastingen binnen deze gemeente ter invordering is
overgegeven.
Ieder ingezetendie daarbij belang heeft, wordt vermaand
op-de voldoening van zijnen aanslag behoorlijk achtte geven
ten einde alle geregtelijke vervolgingenweike uit nalatigheid
zouden voortvloeijente voorkomen.
Alkmaar, Het Hoofd van het Bestuur voorn.,
den 4 April 1865. A. MACLAINE PONT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennis van de belanghebbenden
Dat het kohier der gemeentebelasting op de bonden over
1865, den 5 dezer door hen voorloopig is vastgesteld en ge
durende 14 dagen na hedenop de secretarie der gemeente
is nedergelegd.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
den 8 April 1865. De Secretaris.
SPANJAARDT.
De personen binnen deze gemeente woonachtigdie ver
langen geplaatst te worden op de lijst voor de maritieme
oldijen ,C worden uitgenoodigd zich vóór den 15 April 1865
aan de gemeente-secretarie te vervoegen.
In het, Fransclie Wetgevend Ligchaam worden, naar ge
woonte bij de behandeling "an het ontwerp-adres ter be
antwoording der troonrede verschillende regering-beginselen
ter sprake gebragt, en vorderen de bekende tegenstanders
van het tegenwoordig stelsel de vrijheid op allerlei gebied.
De lieer Thiers heeft de politieke vrijheid verdedigden
haar voorgesteld als de oorsprong van alle andere vrijheden;
hij vroeg ministeriëele verantwoordelijkheid en regtspraak
over de "dagbladpers door den gewonen regter, iu plaats van
de onbeperkte magt, der regering. Het lid van den Staatsraad
de heer Thuillier heeft den spreker beantwoord en natuurlijk
bet tegenwoordig regeringstelsel verdedigd; en terwijl Prins
Napoleon den beer Thiers levendig toejuichtschrijft de Keizer
aau den heer Thuillier een brief waarin hij hem geluk weuscht
met, zijn gehouden redevoering.
Tot nog toe ging alles echter rustig en ordelijk voort;
maar toen de Afgevaardigden Havre en Picard aan het woord
kwamen, werd "de toon "heftiger. Eerstgenoemde heeft aan
de vordering om vermeerdering der politieke vrijheid klem
bijgezet door een geschiedkundige beschouwing van de op
vatting der vrijheid in de zeventiende eeuw, tijdens de revolutie
en onder het eerste Keizerrijk. Zoo voortgaande en tot het
tegenwoordige komende begaf hij zich op zeer geleidelijke
en natuurlijke wijze in een beschouwing vau de denkbeelden
des tegenwoordigen Keizers omtrent de vrijheid, zooals die
in zijne vroegere werken voorkomeu. Maar dit was verboden
terrein; en er verhieven zieh zoovele stemmen tegen den
spreker, ofschoon hij verklaarde niet anders te doen dan
aanhalen en zich van alle toelichting te ontbonden, dat bij
zijn rede eensklaps afbrak, liever zwijgende dan van een
'halve of kwart-vrijheid van spreken gebruik makende. De
Keizer zelf zou intusschen zijn misnoegen hebben te kennen
gegeven over deze handelwijze der meerderheidhijdie
altijd beeft verklaard een voorstander van de vrijheid te zijn,
mahr alleen met sommigen te verschillen omtrent het geschikte
tijdstip voor hare invoeringheeft ook nu weder verzexerd
dat door den spreker niets is gezegd waardoor hij zich
eeniger mate beleedigd zou kunnen gevoelen, en dat hij
de tegenwoordige Keizer, nog geheel blijft volharden bij de
gevoelens die hij in zijne geschriften beeft geopenbaard.
Nog erger dan de heer Favre heeft de heer Picard zich
naar het gevoelen der meerderheid gedragen; hy heeft den
staatsgreip van 2 December rondweg een //misdaad" genoemd.
Dat was natuurlijk al te ergdat mogt niet gebeurenen
daarom is bet dan ook maar niet gebeurd. Althans in het,
officiëele verslag der zitting in den Moniteur komt dit, woord
niet voor, maar wordt alleen vermeld dat de lieer Picard te
midden van bet gedruisch eenige woorden heeft gesproken
die slechts door een deel der Kamer zijn gehoord. Zoo
wordt het ongeoorloofde woord in de officiëele geschiedenis
niet toegelaten en er eenvoudig uit geweerd. Sommige Af
gevaardigden mogen zich verbeelden iets van dien aard ge
hoord te hebben maar op de juistheid van hun gehoor »te
midden van het gedruisch" is niet met zekerheid te vertrou
wen. Het blijft dus eenvoudig als niet gezegd.
Zoowel ten aanzien der vrijheid van drukpers als der vrij
heid van verkiezing waren amendementen op het ontwerp-
adres voorgesteld de tegenstanders der regering vorderden
uitbreiding en waarborg van beide, maar die vordering werd
slechts door 63 stemmen gesteund. Nog minder genade vond
de vrijheid der verkiezingen zij telde slechts 17 voorstanders.
Waaraan dit verschil is toe te schrijven is ons niet gebleken
en blijft, ons duister. Bij deze uiting ten vooröeele eener
werkelijke vrijheid van kiezen werd natuurlijk het regtsgeding
in herinnering gebragt, waarbij dertien personen zjjjn veroor
deeld wegens ongeoorloofde deelneming aan een bijeenkomst
van meer dan twintig personen. Voorde honderd-en-zooveelste
maal werd aangemerkt dat, er inderdaad geen vrijheid van
kiezen bestaat, wanneer de kiezers zich met mogen veree-
nigen tot onderling overleg omtrent den candidaat t.e ver
geefs de regering verklaarde uitdrukkelijkdat zij nooit en
in geen geval gevestigde kiezers-vereenigingen zou dulden.
Deze verklaring werd door de meerderheid luide toegejuicht
en niet, meer dan 17 stemmen maakten eene uitzondering.
Wij bekenden daar even ons onvermogen om het verschil
te verklaren van het aantal voorstanders der drukpers-vryheid
met dat der voorstanders van onbelemmerde verkiezingen.
Oppervlakkig zou men toch zeggen dat een vrije pers en
vrijheid van vereeniging en vergadering dermate zaken zijn
van dezelfde soort, dat, wie een voorstander van de eene is
onmogelijk de andere kan bestrijden. Ééne opmerking beeft
ons getroffen, en bij gebreke van een andere en een betere
verklaringmeenen wij werkelijk voor 's hands deze te
mogen aannemen. Was hier ookvraagt deze opmerker, een
zekere verklaarbare zucht tot zelfbehoud in liet spel Het,
is toch onbetwistbaar, dat, slechts zeer weinige Afgevaardigden
van hunne plaats in de Kamer zeker zouden kunnen zijn
wanneer de regering op hield een handje meê te keipen bij
de verkiezingen en alles zijn vrijen en natuurlijken gang liet
gaan. Zouden er mogelijk niet meer dan zeventien zijn die
zieh veilig achten bij deze verandering van zaken?
De gehouden beraadslaging heeft ons weer duidelijk doen
zien van welk gehalte de" volksvertegenwoordiging in Frank
rijk is. Hoe die van Pruisen behandeld wordt, en hoeveel
gewigt zij in de schaal kan leggen kan dagelijks worden
opgemerkt,. Tot nog toe had de parlementaire regering in
Oostenrijk een (beteren naam doch wat moet men van de
gezindheid dezer regering denken wanneer men den Minis
ter von Schmerling in het, openbaar, hij de algemeene beraad
slagingen over de staatsbegrooting voor I860 in het Huis
der Afgevaardigden in ernst hoort betwijfelen of een par
lementaire regering, strikt genomenwel tot de bestaanbare
zaken behoort., en of een ministerie, door de meerderheid
van liet Huis gesteund in Oostenrijk wel zou kunnen rege
ren Een parlementaire regering, strikt genomenin Oos
tenrijk geen bestaanbare zaak! Alzoo was er geen bezwaar
om Afgevaardigden bij een te doen komen even als in an
dere staten, en hen te laten spreken en stemmen, zoo dat
ieder Oostenrijker met, regtmatigen trots zou kunnen zeggen
ziet, wij hebben ook een Parlement, net, als in Engeland -
maar verder moest, men dan ook niet gaan bij deze vei too
ning moest het blijven. Als men de zaak ernstig opneemt
verandert het. Een parlementaire regering s t. r i k t geno
men is iu Oostenrijk niet bestaanbaarAlzoo voor de leus,
een parlementaire regering voor de leus. Het komt ous
voor, dat die Oostetirijksciie Afgevaardigden al zeer ondank
baar moeten schijnen in de oogen van den heer von Schmer
ling, dat zij met zoo iets nog niet tevreden zijn.
DUIXSCHLAB1D.
Het saksisch-beijersche voorstel is door de Bondsvergade
ring met 9 stemmen aangenomen. Lauenburg heeft niet me-
degestemd. Vóór het uiteengaan der vergadering verklaarde
Oostenrijk bereid te zijn afstand te doen van zijne eigen-
domsregten ten behoeve van den augustenburgschen preten
dent, ingeval Pruisen er genoegen in neemt, en die regten
te zullen^laten gelden tot er eene oplossing van het vraagstuk
gevonden isdie aan de duitsche belangen beantwoordt. Ook
Prinsen toonde zieh bereid in eene schikking te treden
maar wenscht het, te Berlijn gevoerde onderzoek der erfreg-
ten tot, hoofdvoorwaarde van elk vergelijk te maken. Het
zal mede zijne eigendomsregten handhaven tot het vinden
eener schikking "die aan de overtuiging van het berlijnsche
bewind en aan de gemeenschappelijke belangen voldoet. Het
kon evenwel geen gunstig uitzigt openen op de verwachtingen,
waarvan het Bonds-besluit de uitdrukking was.
ES«KIAS1B.
Het parlementslid Richard Cobden de bewerker van de
groote beweging tot liberale hervorming der graanwetten en
ijveri" voorstander van den vredeis den 2 te Midhurst
in 61° jarigen ouderdom overleden. Hij was zijn loopbaan
als winkeljongen begonnen. Hij heeft evenzeer geweigerd
om in hét kabinet, te tredenals om na het sluiten van
het handelstractaat, met Frankrijkin den adelstand verheven
te worden. Den 3 werd zijne nagedachtenis in het Lagerhuis
gehuldigd door lord Palmerston en de heeren Disraeli en Bright.
De arbeiders in de ijzerfabrieken in Noord-Staffordslnre
hebben besloten het werk te hervattenin afwachting der
uitspraak van scheidsmannen over het loon. Daarentegen
hebben de patroons in Zuid-Staffordshire hunne werkplaatsen
weder geopend.
FRANKRIJK.
Bij de beraadslaging van het Wetg. Ligchaam over het
adres van antwoordheeft de heer Picard den coup d etst
van 2 Dec, een misdaad genoemdde meerderheid is daarover
in misnoegen ontstoken en de lieer Granier de Cassagnac en
anderen hebben geëischt dat hij zijn gezegde zou intrekken
hetgeen hij niet heeft gewild.
Ia de zitting van den 29 heeft de heer Ollivier zich zeer
bedachtzaam uitgelaten; de heer Thiers deed zich als een
tegenstander van het gouvernement kennen maar lag daarbij
zooveel taet aan den dag. dat hij alles heeft kunnen zeggen
wat hij wilde, zonder iemand te kwetsen. De heer Thuillier
beantwoordde hem en wekte daardoor den hartstogt op van
den heer Favredie krachtig aandrong op het verleenen van
politieke vrijheid en daartoe aanhalingen deed uit, vroegere
geschriften des Keizers. De meerderheid verdroot dit en
viel hem herhaaldelijk in de reden, waarop hij weigerde
voorttegaan en de zitting in verwarring is verdaagd.
Den 31 is het amendement tot het verleenen van meerdere
vrijheid aan de drukpers en het onttrekken van de dagbladen
aan de jurisdictie der administratie krachtig verdedigd door
den heer Pellet anmaar verworpen met 187 tegen b3 at.
Dat over de electorale vrijheid werd den 1 April toegelicht
door den lieer Gamier Pages, die zich vooral beklaagde
over het zoogenaamde proces der dertienen. De heer Granier
de Cassagnac sprak er tegen en Favre er voor waarna de
heer Vuitry voorzitter van den Staatsraad verklaaide dat
de regering nooit en in geen geval permanente kiezer»-