ALKMAARSCHE COURANT
N#. 49.
Zevenenzestigste J aargang.
Zondag
3 December.
(JDfftciëcl ©cbceltc.
politiek ©ocvzielit.
i io
I 5
1 5
glSilckglijfegchc ijcrtchtcn.
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijg
baar op Zondag morgentusschen 8 en 9 ure. Prijs per
jaar 3,40, enkele Nos. 7 Cents, franco per post 4,—.
Brieven franco aan de Uitgevers
HE HM». COSTER ZOON.
-5 regels0,75, voor
behalve 35 Cents zegelrecht
De Advertentiën kosten van 1
elke regel meer 15 Cents
voor elke plaatsing. Zij worden uiterlijk aangenomen tot
Zaturdag namiddag! uuringezonden berichten een dag
vroeger.
GEDEPUTEERDE STATEN der provincie NOORD
HOLLAND doen te weten, dat in hunne vergadering van
heden is vastgesteld hetgeen volgt:
Gedeputeerde Staten der provincie Noord-Holland;
Gelet op 's Konings besluit van den SO5"" Maart 1827
(Staatsblad n°. 13) houdende nadere bepalingen omtrent den
jaarlijkschen herijk der malen en gewigten;
Gelezen do brief van de arrondissements-ijkers der maten
en gewigten te Amsterdamstrekkendedat de tarieven van
ijk- en justeerloon ter openbare kennis worden gebragt;
Gelet op het Koninklijk besluit van 18 December 1819
(Staatsblad n°. 58) en op het besluit van Gedeputeerde Staten
van 31 Januarij 1822 n°. 42 (Provinciaal blad n°. 8);
Gelet op Zr. M5. besluit van 20 Januarij 1861 (Staatsblad
n". 4) en op dat van 29 Mei 1861 (Staatsblad n°. 48)
Hebben goedgevonden
L te bepalen
a. dat in de gemeente Amsterdam voor het jaar 1866
de herijk der lengtematen en der gewigten, met uitzon
dering van het medicinaal gewigt en van het goud-gewigt,
zal beginnen den 4d"1 Januarij en eindigen den 30ten April
aanstaande; dat die van de medicinale gewigten uitslui
tend zal geschieden gedurende de maand Januarij; die
van het goud-gewigt en van de inhoudsmaten van drooge
waren inde maand Mei, en eindelijk die der vochtmaten
voor den handel in het groot en in het klein in de maand
Junij aanstaande
b. dat de herijk van al de maten en gewigten in het
arrondissement Amsterdam (met uitzondering van de
gemeente Amsterdam) en in de arrondissementen Haar
lem, Alkmaar en Hoorn zal beginnen met den l'ten April
en eindigen den 30>tol Julij 1866.
II. ter kennis van de belanghebbenden te brengen:
a. dat tot den ijk en herijk gedurende het jaar 1866
is bestemd de letter ID van het Gothische alphabet.
b. dat bij de bovengemelde Koninklijke besluiten het
volgende algemeen tarief van het ijk- en justeerloon der
gewigten is vastgesteld
//openbaren weg worden opgelaten bij overtreding is behalve
//de boete, de vlieger of luchtbal verbeurd."
Met herinnering tevens, dat het der politie is opgedragen,
daarop naauwkeurig toe te zien en elke overtreding daarvan
naar den letter der wet te vervolgen.
Burgemeester en Wethouders vleijen zich dat deze waat-
schuwing vooral door ouders en andere over kinderen opzigt
hebbende personen zal worden ter harte genomen en pogingen
zullen worden tewerk gesteld om dit misbruik te voorkomen.
Burqemeester en Wethouders voornoemd
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
den 25 Nov. 1865. He Secretaris.
SP ANJ AARDT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kenuis van de belanghebbenden
Dat het suppletoir kohier der directe belasting en dat dei-
hondenbeide over de dienst van 1865, den 28 November
j 1. door hen voorloopig zijn vastgesteld en gedurende 14
dagen na heden Ier secretarie der gemeente voor een ieder
ter inzage zijn nedergelegd.
Burqemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
den 2 Dec.. 1865. De Secretaris,
SPANJAARDT.
POLITIE.
Onbeheerd gevonden te Alkmaar op den 20 November
een Schaap en op den 25 daaraanvolgende eene Hoe: de
daarop reglhebbenden gelieven zich ten spoedigste aantemelden
aan het Commissariaat van politie a'.dasr, waar tevens gede
poneerd is het navolgende gevoudene alseene parapluie en
ziloeren ring.
NAMEN DER STUKKEN.
Justeerloon bij
enkel dubbel
remedie.) remedie.
IJZEREN GEWIGTEN. I
Voor een stuk van 1 tot 4 Ned.pond. j
Cent 1 Cent
5
6
//ll
»2L
//2G
10
20
25
50
12*
121
121
15
15
5
71
10
10
15
Cent
10
10
15
20
20
30
21
71
71
181
221
15
5
21
15
15
15
371
45
5
30
I 2'
I V
5
10
10
Justeer
loon.
Cent
10
20
20
20
5
KOPEREN GEWIGTEN.
Vooreenstuk ben. het Ned. pond.,
n //van 1 u a 71 5 10
a n a 2 tot 4 71 10 20
li n n u 5 20 u a 184 10 20
n n 21 50 u 221 10 20
Verdeeld N.Pdaaronder begrepen
al de stukken waaruit liet bestaat.;
MEDICINAAL GEWIGT.
Poud
Afzonderlijke stukken, per stuk
Verdeeld M.P., daaronder begrepen;
al de stukken waaruit het bestaat.!
GEWIGTEN voor den GOUD- 1
en ZILVERHANDEL.
Voor een stuk van 1 Ned.pond
n n n n 2 tot 4 j
u n n 5 u 2 0
n n n 21 n 50 n
Afzonderlijke stukken per stak
Verdeeld NP., daaronder begrepen;
al de stukken waaruit het bestaat.
c. dat voorts bij de genoemde Koninklijke besluiten
van 20 Januarij 1861 (Staatsblad n°. 4) en 29 Mei 1861
(Staatsblad n». 48) de volgende bepalingen zijn gemaakt:
1°. De arrondissements -ijkers der maten en gewigten zijn
bevoegd de hun ter ijking aangeboden gewigten te
repareren en te justeren, ten ware hun door de ijk-
pligtigen worde te kennen gegevendat zij een en
ander elders willen laten doen
2°. Voor deze werkzaamheden mogen de arrondissements
ijkers geen hooger loon in rekening brengendan bij
het tarief is vastgesteld
8«. Zij zijn bevoegdzoo dikwerf hun hetzelfde gewigt
nadat het elders gejusteerd is. ten onderzoek wordt
aangebo ieneen verifieatieloon t.ot hetzelfde bedrag
als het gewone ijkloon te vorderen.
IIl.de gemeentebesturen uittenoodigenhunne ingezetenen
met het bepaalde sub I vermeld, voor zooveel hunne
gemeente betreft, en met liet tarief sub II letter b voor
komeodebekend te makeu en om voorts te zorgen
dat de belanghebbenden aan het tijdstip vau den herijk
tijdig worden herinnerd en alzoo aan hunne verpligtingen
behoorlijk kunnen voldoen.
Gegeven te Haarlem, den 8 November 1865.
Gedeputeerde Staten voornoemd,
RöELL Voorzitter.
van VLADERACKEN Griffier.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
Herhaaldelijk klagten ontvangen hebbende over het oplaten
van vliegers aan den openbaren weg en de gevaren waaraan
daardoor de voorbijgaande personen eu vooral rijtuigen en
paarden zijn blootgesteld.
Herinneren mits deze de ingezetenen aan het bepaalde bij
art. 83 der politieverordening van den 19 Junij 1862 (Ge
meenteblad n". 2, 3" Serie), luidende aldus:
//Geena vliegers, luchtballons of dergelijken mogen op den
Welk een heerlijk schouwspel van politiek leven biedt
ous de opening der verschillende Oostenrijksche Landdagen
aan! Zoo juichen welgemoed de voorstanders van de richting
die thans te Weeuen zegeviert. En gewisliet is niet te
ontkennen dat. er in den Duitschen Keizefstaat aan politiek
leven geen gebrek is, althans in den vorm van beraadsla
gende vergaderingen. Niet alle toeschouwers van dit. leven
dig tooneel schijnen echter even rustig de ontwikkeling van
het drama te volgen, noch even vaste hoop te hebben op
een algemeen bevredigende ontknooping Er zijn er die meenen
dat hier blijkbaar een regisseur ontbreekt, die voor eenheid
of verhand zorg draagt. Het komt hun voor, dat men eens
de proef heeft willen nemen met eenige improvisatoren te
doen optreden, in de hoop dat het vrije spel van elk hunner
nogtans door vurige ingenomenheid met het voorgestelde
doei, door de alles" overwinnende begeerte om tot bereiking
daarvan mede te werken en de wel geheime doch krachtige
en verrassende werking van goede verstandhouding en on
derlinge overeenstemming, noodwendig een schoon geheel in
liet leven zal roepen. Die poging is in hun oog te gewaagd.
Zij beweeren, dat zelfs een wel geoefend orchestwaarvan
de leden sinds lang gewoon zijn met elkander te spelen
den dirigeerstok niet kan missen, en voorspellen dat er door
de vele liefhebbersaan wie met weinige meesters de uit
voering der verschillende partijen in dit meer internationaal
dan nationaal concert, is toevertrouwd, een muziekstuk ten
gelioore zal gebracht worden dal ongeveer het tegenoverge
stelde zal zijn van een symphonie, en door verschil van
maat eu strijd van tonen de ooren van het. publiek op er
barmelijke wijze zal verscheuren. Zij verzekeren dat de ouver
ture niet ten einde gebracht zal kunnen worden zonder dat
het mateloos wangeluid ondraaglijk zal zijn geworden en
ziet, daar maken de Croatische liefhebbers liet zoo bont,
dat 'de directeur eensklaps voor den dag springt en door
hevi* tikken met zijn stok het orchest tot zwijgen brengt.
Met andere woorden: de regeering zou er reeds aan denken
den Croatischen Landdag te sluiten.
Inderdaad is de onderneming der Oostenrijksche reg-eermg
een stout stuk. Zij opent de Landdagen der verschillende
Kroonlanden en laat hen met. de meest mogelijke vrijheid
spreken en besluiten om te zien of deze zelfstandige en
geheel onafhankelijke regeeringen nog in voldoende mate
zullen overeenstemmen om er ecu ondeelbare Oostenrijksche
Monarchie uit samen te stellen. De aanvankelijke uitslag
is niet bemoedigend. De Kroonlanden hebben zich in twee
hoofdgroepen verdeeld aan de eénc zijde staan de Duilsche,
aan de andere zijde de niet-Duitschede Hongaarsche
Slavonische enz. ïn de Duilsche Kroonlanden verklarende
Landdagen zich algemeen tegen de richting der tegenwoor
dige regeering tegen de proef om de onafhankelijkheid der
deelen "te beveiligen tegen de overweldigende eenheid van
't. geheel. De Duitsehe' landen zijn tot nog toe de over-
heerschende bestanddeelende voorzittendeleidende cn
toongevende leden der vergadering de besturende vennoo-
ten der maatschapde klinkers in het Oostenrijksche al
phabet geweest, 't Is daarom zoo vreemd niet, dat zij on
gaarne dit bevoorrecht standpunt verlaten om zich gelijk te
stellen met hunne niet-Duitsche broeders. Zij ziju in de
eerste plaats voorstanders der eenheidomdat zij bovenaan
willen staan, en de toetreding van de overige deelen niet
anders is dan het aanbrengen van even zoovele steenen om
hun voetstuk te verhoogen. Zij ziju in her middelpunt ge
plaatst, en verbreiden daarom den lof der middelpuntzoe
kende kracht. Doch even begrijpelijk is hetdat de aan
de grenzen gelegen niet-Duitsche stammenbevreesd voor
den dwang van "het overheerschend middelpunt, hun heil
meenen ie vinden in de middelpuntvliedende kracht en
liever een eigen vrij, zij 't ook min verheven standpunt in
nemen dan de onderste lagen te vormen van de kunstig te
zamengemetselde zuildie den naam van Oostenrijk in top
moet voeren.
Dit verschil van beginsel is dadelijk krachtig op den
voorgrond getreden. Terwijl in Hongarije en Zevenbergen
in Boheme en Galicië juichtonen oprijzen over het Keizer-
lijk patent van September, waarbij tot, de grootc proefne
ming werd overgegaan veroordeelt men die verordening in
de vele kleine Duitsehe Landdagen, te Weencn, te Lintz,
te Gratz, te Salzburg, te Klagenfurt, te Brunnte Bre-
genz en te Laibach cn jammert men niet alleen over de
intrekking van liet vroegere middelpuntzoekende Eebruari-
patent, maar protesteert'zelfs plechtig tegen zijn willekeu
rige opheffing.
Toch moest men de terzijdestelling van dat Eebruan-pa-
tent niet te sterk betreuren. Het heeft aau Oostenrijk een
algemeenen Rijksraad geschonken, dat is waar, en die
Rijksraad is nu eenmaal de trotsch der voormalige regee-
riugspartij. Zij zag in die vergadering den waarborg der
coostitutioneele regeering in Oostenrijk, en verwijt daarom
aau het tegenwoordig ministerie, dat den Rijksdag schorste,
het streven naar het eenhoofdig gezag, den toeleg om den
constilutioueelen regeeriu svorm in Oostenrijk te doodeu.
Nu is het uiet te out kennen, dat het regeeringstelsel van
het Keizerrijk in een toestand van overgang, en dientenge
volge voor het oogenblik in de grootste verwarring verkeert.
Terwijl de Landdagen beraadslagen is het algemeen bestuur
door de schorsing van den Rijksraad geheel vrij geworden
en bezit dus tegenwoordig een vrijwel onbeperkte macht,
alleen eenigszins getemperd door een commissie van controle
over het geldelijk beheer en door de rechten der verschillende
Kroonlandenwaarvoor de Keizer den grootsten eerbied be
tuigt. Maar was dit wel anders mogelijk Het was gebleken
dat het hooggeroemde Eebruari-patent ongeschikt was om den
grondslag te vormen van het Oostenrijksche staatsgebouw. Dit
had het kunnen zijn, als het, door alle Kroonlanden was aan
genomen en opgevolgd. Toen meer dar. de helft van de
geheele monarchie weigerde deze Keizerlijke verordening aan
te nemen als de grondwet des rijks, en om die reden even
zeer weigerde om Afgevaardigden naar den Rijksraad te
zenden "was de poging met het Februaïi-patent mislukt.
Er zetelde te Weencn "een vergadering, waarin de meeste
plaaisen onbezet warenwaarin minder dan de helft der
monarchie was vertegenwoordigd. Te vergeefs wachtte men
op de komst der afwezige leden en het was duidelijk dat
men nog jaren te vergeefs zou kunnen wachten. Nu vragen
wij: waartoe moest dit onding, dit treurig blijk van mis
lukking, deze levende getuige van het ontbreken eener
werkelijke vertegenwoordiging nog langer gespaard blijven?
De poging met, het Eebruari-patent was niet geslaagd de
meeste Kroonlanden weigerden hunne onafhankelijkheid ge
heel op te lossen in de" eenheid wat is redelijker dan dat
ook de hoogst gebrekkige cn onvoldoende vrucht van deze
staatsregeling, de Rijksraad, wordt verworpen Hij kon niet
blijven "bestaan, terwijl de Landdagen beraadslaagden over
een goede vervanging van het Eebruari-patent juist omdat
hij ziju beslaan aau dat Eebruari-patent had te danken en
daaraan voor't minst-door de banden eener geheel natuurlijke
kinderliefde gehecht was. De Rijksraad de vertegenwoor
diging van minder dan de helft der monarchie, de wettig
bestaande doch rechtens onbestaanbare en feitelijk iuconslitu-
tioneele Rijksraad kon nietblijven vergaderen, terwijl de Land
dagen een beteren toestand in liet leven trachtten te roe
pen. llij verdiende daarenboven niet betreurd te worden
omdat hijzooals hij was samengesteldniet de minste
waarde bezat.
Maar zijn toch de opheffing van het Eebruari-patent en de
schorsing van den Rijksraad, waardoor de bestaande toestand
wordt opgeheven zonder door iets anders vervangen te wor
den ofsehoon men moge voorgeven inmiddels iets anders
en wel iets beters te zoekenmisschien niet de middelen
waardoor de regeering zich vrij wil maken van den grond-
wettigen teugelom zich eindelijk voor goed te handhaven
in het onbeperkt gezag? Wij kunnen de geheime bedoelin
gen der Oostenrijksche regeering natuurlijk niet beoordee-
'enmaar wij zouden dan toch de middelen die zij ge
bruikte om het haar toegeschreven doel te bereiken al zeer
ongeschikt en zelfs hoogst onvoorzichtig noemen. Het is
waarer heerscht tusschen de verschillende Oostenrijksche
Kroonlanden op het oogenblik de grootst mogelijke ver
deeldheid, en ook de Oostenrijksche regeering zou wel eens
de toepassing kunnen beproeven van het middel //verdeel
en heersch." Maar op deze wijze zou het toch waarlijk al te
stout zijn. Wie zal iu alle deelen des rijks te gelijk de vertegen
woordiging oproepen eti laten beraadslagen over de beste wijze
om een algemeene rijksconstitutie samen te stellen met de
minste krenking vau de rechten en vrijheden der Kroonlan-
landenom weldra alle inmenging van de volksvertegen
woordiging in de regeering uit te sluiten? Dit zou toch min
of meer zijn de bewoners van het huis wakker maken voor
men ging inbreken. De verbittering der Duitsehe landen,
reeds^zecr ontstemd door de intrekking van hun geliefd Ee
bruari-patent, zou dan gegrond blijken cn daardoor zeker
niet minder wordenterwijl de niet-Duitsche landen door
een zoo onverwachte teleurstelling hunner hooggestemde
verwachting hevig geschokt zouden worden. Tot zulk ge
vaarlijk spel achten wij de Oostenrijksche regeering niet in
staat.
Ouder alle Kroonlanden verdient Croatië nog afzonder
lijke vermelding. Terwijl in de overige Lauddagen, althans
bij de groote meerderheid iu de hoofdzaak eenheid van wil
en richting wordt gevondenhoezeer zij overigens onder
ling mogen verschillen is de t.e Agram vergaderde Croati
sche Landdag iu zich zeiven verdeeld. De vroegere regee-
rin°-spartij heeft er een sterken aanhang, en schijnt daaren
boven een krachtigen steun te vinden in den landvoogd die
den Keizer vertegenwoordigtden Bauus. De voorstanders
der tegenwoordige richting hebben een deputatie naarWee-
nen n-èzonden om zich over den Banus te beklagen en recht
te vragen van den Keizer in persoon. Er schijnt te Weenen
aan gedacht, te worden inmiddels den Landdag te sluiten.
mJiTSVHiiANf».
Ds saksische minister v. Beust heeft aan den saksisehen