ALKMAARSCHE COURANT A ch tenzestigste Zondag 22 April. #fficiëcl (öcbccltc. Kesa Iwcedc wcksleisi. ;l4n CLSUckclijkscftc ficHchlcti. Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijg baar op Zondag morgentusschen 8 en 9 ure. Prijs per jaar ƒ3,40, enkele Nos. 7 Cents, franco per post,/ 4, Brieven franco aan de Uitgevers HER M'. COSTER ZO'ON. De Advertentiën kosten van 15 regels0,75, voor elke regel meer 15 Cents, behalve. 35 Cents zegelrecht voor elke plaatsing. Zij worden uiterlijk aangenomen tot Zaturdag namiddag 1 uuringezonden berichten een dag vroeger. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter kennis van de belanghebbenden de volgende door den Gemeenteraad, den 28 Februari) 18f>6 vastgestelde Verordeningregelende de teruggave van betaalde plaatselijke belasting op het gedistilleerdop het tijd stip der afschafing. De Gemeenteraad van Alkmaar, Overwegende dat krachtens de wet van 7 July 1865 (Staats blad n°. 79), ingaande den 1 Mei 1866, geene plaatselijke belastingen op voorwerpen van verbruik langer mogen worden geheven, dat derhalve op dat tijdstip vervalt de verordening op het heffen eener plaatselijke belasting op het binnen- en buitenlandsch gedistilleerd, van 22, November 1864, n°. 22, goedgekeurd bij Kon. besluit van 10 December 1864, n°. 39, en dat volgens art. 13 der wet van 7 Juhj 1865 (Staatsblad n°. 80), houdende nadere bepalingen nopens den accijns op het gedistilleerd, in deze gemeentewaar de plaatselijke be lasting meer dan f 15 per vat a 50 °/o bedraagtgeen bijbe taling is verschuldigd van den Rijks-accijns bij die wet op vijftig gulden per vat bepaald van den voorraad dan voor handen. Gehoord de vaste Commissie van Financiën op het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 21 February 1866. Besluit Art. 1. Aan handelaren en neringdoenden in gedistilleerd waar door worden verstaan, grossiers, tappers, slijters, logement houders en herbergiers wordt voor hoeveelheden van 50 kan a 50 pet. en daarboven die zij op 30 April 1866 in voorraad hebben, mits door geldige documenten de wettige herkomst bewijzenderestitutie verleendvolgens het resultaat der pei ling tegen gemeld tijdstip aan den st.edelijken roeijer opge dragen, tot een bedrag van zes gulden per vat gedistilleerd a 50 pet. sterktevan eenen voorraad van minder dan 50 kan wordt geen restitutie verleend. Art. 2. Ter bepaling van de hoeveelheid gedistilleerd waarvoor de art. 1 opgenoemde handelaren, enz., ten kantore van den ge meente ontvanger, op den 30 April 1866 uiterlijk vóór ne gen ure des avondsbehoorlijk aangifte doen van de hoe veelheid gedistilleerd, herleid tot 50 pet., dien zij voorhan den hebben met opgave van de ligging der pakhuizen waar dat gedistilleerd zich bevindt. Er zal in de bergplaatswaar zich de voorraad bevindt geen nieuwen inslag tusschen den dag der aangifte en dien van de opneming van de juistheid derzelvewaartoe twee dagen gesteld worden toegelaten worden. De lot die op neming te commiteren stedelijke roeijer, doet aanteekening van zijne bevinding in dorso der aangifle en geeft verslag aan genoemden gemeente ontvanger. Bij onjuiste aangiften van meer dan 5 pet, verschil met de bevinding, wordt de aanspraak op restitutie verbeurd. Art. 3. De aangifte moet worden onderteekend en de verklaring inhoudendat zy naar waarheid is opgemaakt en over geen anderen voorraad looptdati die het eigendom is van den declarant. Art. 4. Na 30 April 1866 wordt geen restitutie wegens uitvoer verleend. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. den 29 Maart 1866. De Secretaris SPANJAARDT. Yan wege BURGEMEESTER en WETHOUDERS wordt mits deze ter kennisse van de ingezetenen gebragt Dat de schilderijvoorstellende eene episode uit het beleg van Alkmaar in 1573, door J. W. A. Hilverdinckgedurende de maand April aanstaandedes MaandagsDonderdags en Vrijdags van elke week, van 11 ure des voormiddags tot 2 ure des namiddagsop het Raadhuis der gemeenteter bezigtiging toegankelijk is gesteld. Alkmaar. De Secretaris, 31 Maart 1866. SPANJAARDT. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter kennis van de belanghebbenden Dat in den loop dezer maand bij den gemeente-ontvanger alhier de jaarlijksche contributie van zes gulden tot afkoop van de dienst bij de brandweer, kan gestort worden. Burgemeester en Wethouders voornoemd Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 4/fnn71866. De Secretaris. SPANJAARDT. JAGT en V1SSCHERIJ. De BURGEMEESTER van ALKMAAR brengt ter ken nis van de belanghebbenden Dat de aanvragen, ter bekoming van jagt- en visohakten voor het jaar 18|4, ter secretarie dezer gemeente verkrijg baar zijn. Alkmaar, De Burgemeester voornoemd, 20 April 1866. A. MACLAINE PONT. VEEZIEKTE. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter kennis van de belanghebbenden, den inhoud der circulaire van den Heer Commissaris des Konings in deze provincie, dato 16 April j.L, 6' afd„ n°. 909, verz. H<>. 27, betreffende ministerieële beschikkingenvoorkomende in de Staatscouranten van 12, 13, 15 en 16 dezer, en van den volgenden inhoud 1°. Bij de eerste is de ministerieële beschikking van 29 No vember 1865 (verz. gedr. circ. 1S65 n°. 62) in zooverre gewijzigddat de dispensatie-bewijzen voor den aanvoer van sl&gtvee van buiten de lijn van afsluiting naar bin nen, voortaan zullen moeten worden goedgekeurd door den Commissaris des Konings der provinciewaarin de plaats van besteraming is gelegen. 2°. //Vervoer van vee buiten de lijn van afsluiting naar bin nen is toegestaan van den 16d!n tot den 30sten April e.k. ingesloten onder de volgende bepalingen //Binnen de lijn gekomen, zal het vee vry mogen ver voerd worden naar de plaats van bestemming, behalve naar weiden hoeven of stallen met hunne aanhoorigheden waar de veetypluis heersoht:r.ii de. laatste maand ge- heerscht heeft," En 3°. *Onder de vergunning lot vervoer van vee geplaatst in de Staatscourant van deu IS11"1 April j.l„ is begrepen die om van den 16den tot den 30 "ten April e.k. het vee dat binnen de lijn van afsluiting aanwezig is, vrij binnen die lijn te vervoeren, behalve van of naar weiden, hoeven of stallen met, hunne aanhoorigheden, waar de veelyphus heerscht of in de laatste maand geheerscht heeft." Alkmaar, Burgemeester en Wethouders voornoemd den 20 April 1866. A. MACLAINE PONT. De Secretaris SPANJAARDT. Dat eene openbare meemngdie werkelijk dien naam ver dient zich slechts langzaam vestigtzooais in een vroeger nummer van dit blad bij de bespreking der brochure van den heer Bosch //Ik wil barmhartigheid en geen offerhande" werd aangemerktondervindt de schrijver van die brochure in ruimen mate. Gloeiende van ijver voor de verbetering van het lot der Javanen en verontwaardigd over den ellendigen toestand waartoe dat volk onder het nederlandsche gezag bracht is, tracht hij zijne landgenooten optewekken om met vereende krachten te velde ie trekken legen een kwaad, dat een schande voor Nederland is, tegen onderdrukking, hebzucht en willekeur, door niets gerechtvaardigd, maar ge grond op de behoefte onzer hongerige schatkist en van onze weelderige huishouding van staat. Hij zoekt zijne overtui ging daaromtrent ingang ie doen vinden bij het algemeen hij'roept allen op tot meegevoel, tot medewerking, bij ver spreidt kosteloos een geschrift, dat vreemd aan de hartstoch telijke opgewondenheid en daardoor schijnbare overdrijving van een Multatulide zaak met bedaardheid beschouwt, maar tevens met den hoogen ernst welke zij verdient. Hij verzoekt allen //die geen deel willen hebben aan hetgeen op Java, in strijd met rechtvaardigheid en christenzin met Neerlands roem en eer geschiedt," hunne hav.dtcekening onder zoodanige verklaring te willen plaatsen en hem eene jaarlijkseh bijdrage vau sleehls f 2 tot bevordering zijner oogmerken te willen toevertrouwen en nu wat heeft zijn pogen gehaat Te Rotterdam heeft een aantal eensdenkenden de handen ineengeslagen, maar elders, in onze overige groote en bloeiende stedeu Slechts een tachtigtal verklaringen zijn tot hem ge komen. Komt dan zooveel als reeds over het ongelukkige iudische stelsel geschreven isslechts onder de oqgen van zoo weinigen, of is het zoo vaak met volkomen instemming gelezene zoo spoedig weer vergeten Doet men zich terug houden door de verlangde bijdrage van f 2 'sjaars, of vreest men verhooging van belastingen bij vermindering van het zoo hegeerlijke //batig slot Is onze natie zoodanig door eigenbelang, door gemakzucht bevangen, dat zij wil lens de oogen sluitvoor hetgeen zij oprecht moest ver foeien Mag zij zieli nog verschuilen achter onbekendheid met hetgeen in ginsche verre geweslen gebeurt, na al hetgeen reeds van de dakeu verkondigd is Of willen wij onze duitsche naburen gelijken en het steeds bij praten laten zonder te doen wat noodig is Gaat Dr. Bosch inderdaad ploegen op een steenrots zooals een vriend hem na de le- zing'zijner eerste //Wekstem" toevoegde? tik heb betere ge dachten van ons volk," was zijn antwoord ten laat mij niet ontmoedigen wel is er veel egoïsme hebzucht en demora lisatiemaar bij het groolste deel woont nog veel goeds." Door de weinige ondersteuning en aanvankelijk teleurstel lende ervaring is hij niet ontmoedigd; hij ook weet dat eene krachtige overtuiging niet spoedig algemeen wordt; hij weet dat hij een goed werk onderneemtdat hij eene schoone zaak verdedigt, en wederom ontvloeit een warm woord aan zijne pendat de lezers het schaamrood op de kaken moet jagen en dat niet missen kan hem nieuwe bondgenooten toetevoegen. «Ik heb goede verwachting" roept hij uit. //Het beeld vau de steenrots zal het onze niet zijn. Met veel meer dan slechts 50 leden zal de Vereeniging zich constitueren." De dagbladpers kan voorzeker .veel doen om hem in zijne onderneming, die eene volksonderneming behoort te worden, te onderschragen door zijne denkbeelden in ruimer kring te verspreidende slapenden wakker te schudden en te zorgen dat de ontwaakten niet weder insluimeren, en in dit blad is reeds geloond dat het geenszins wil achterblijven. Zullen wij daartoe de //Tweede Wekstem aan Nederland" in onze kolommen overnemen en slechls nadrukken wat voor alle belangstellenden gratis verkrijgbaar is 't Zou onge twijfeld goed zijn want wat Dr. Bosch zegt verdient ten volle gehoord en overwogen te worden. Toch lust het ons, zij het met minder welversneden pen iets anders te geven en eene vergelijking optcwerpen Stel eens dat eene der groote mogendheden, b.v. het op uitbreiding beluste Pruisen zich ongeroepen in onze zaken meugde cm door overmacht, door omkooping, list en geweld, ons gansche land vermeesterde en daarvan het zelfstandig bestaan ophief. Dat deze mogendheidin vele opzichten onze gebruiken eerbiedigende, ook" onze vrijheid van gods dienst onaangetast liet en oas door onze eigen hoofden maar deze gecontroleerd door op bajonetten steunende dwarskijkersdeed regeeren en dat zijons vrijstellende van "Be opbrengst vau directe belastingen ons verplichtte tot het aanleggen en onderhouden van vestingwerken, brug gen wegen en vaartenieder een uur of wat van huis en 1 a 2 dagen per week, alsmede tot het aankoopen van het benoodigde zout in 's Rijks magazijnen voor een prijs die de waarde vele malen overtrof. Hoe zou dat alles smaken en wie zou met den ruil van gebieder ingenomen zijn? Ze ker zeer weinigen. Maar stel dan dat diezelfde mogend heid een stap verder ging en oordeelde //de pruisische paar. hebben veel haver noodig. de pruisische marine veel de pruisische fabrieken veel meekrap derhalve gelas ten wij, Koning bij Gods genade, dat in Nederland over zooveel duizend bunders niet anders verbouwd mag worden dan haver, vlas en meekrap dat de inwoners verplicht zijn die bundertallen te bewerken er. de afkomende producten te leveren aan onze pakhuizen tegen zoodanige betaling dat wie Ihans gewoon is voor zijn wekelijksch onderhoud f 12 te behoeven, kan rekenen op niet meer dan f2, zul lende de inlandsche ambtenaren van de opbreugst eenige percenten genieten om hen aantesporen tot het krachtig in werking houden dezer verordening, en het niemand ver oorloofd zijn een partijtje haver voor zijn eigen paard tegen den ontvangeD prijs ierug te koopen, maar moetende hij daarvan het dubbele betalen bij geen minder hoeveelheid dan van 50 mudden." Wat zou men daarvan zeggen zou het onze boeren bevallen om slechts te teelen wat het hoog gezag behaagde en niet te markten waar de beste prijzen te bedingen zijn maar daar waar slechts spotprijs, een loon buiten alle verhouding tot den verrichten arbeid en onvol doende tot, het noodzakelijk onderhoud vau huu gezin, te bekomen was Men zou spreken van gruwelijke dwinge landij Maar stel nu verder, dat door de voorgeschreven beslemmiug van den grond geen genoegzame ruimte overbleef tot het houwen van koren van aardappelen, erwten enz. en datdoor het lage loon de armoede zoo groot en de geld circulatie zoo gering werddat men buiten staat was de noodige voedingsmiddelen van elders le ontbieden en er alzoo jaar op jaar, dan hier dan daar hongersnood ontstond, dat er honderden van gebrek omkwamen. Dat zou onmen- schel ijkafschuwelijk zijn! roept men gewis uit en men walgt van zoodanig ^steem of wel men lacht en zegt: uwe veronderstelling is te dwaas om opgeworpen te worden, zoo iets zou voor ouze eeuw, zou voor een mogendheid die zich eene christelijke wil noemen onmogelijk zijn! Onmogelijk? Toch niet, wat wij hier als onderstelling gaven bestaat, bestaat in onzen lijd, het onderdrukte uit gezogen land is Java en het overheerschende het zoo bij uitstek godsdienstige en liefdadige Nederland Nederland dat de slavernij in West-Indië afschafte, «is de grootste slavenhouder der wereld want het houdt een geheel volk in slavernij," en zulks in lijnrechten strijd met de plechtige belofte bij de wederaanvaarding van het gezag in Indië af gelegd waarbij ieder de vrije beschikking over zijne gron den en arbeid werd verzekerd. Het heeft, zich in lange jaren van vrede en ongekende welvaart niet weten los te maken van het «batig slot," iot behoud waarvan zoo erger lijke dingen geschieden. Het heeft zich niet ontzien om in de instructie der iudische opper-landvoogden liet voorschrift te voegen dat zij zich zooveel mogelijk hebben le onthou den van het inwilligen van behoeften en wenschan, welke vau invloed kunnen zijn op het cijfer van liet batig slot, het heeft gezwelgd van het zweet en bloed der javanen, het heeft rustig genoten bij den arbeid van audereD, het heeft zijn gevoel van recht en zedelijkheid in slaap ge wiegd eigen werkzaamheid en krachtsontwikkeling verlamd. Schande, driewerf schande over Nederland F Moet liet zoo blijven, of moet er verandering, verbete ring komen? Het antwoord kan dunkt ons niet twijfelach tig zijn. Eene plotselinge omkeering van zaken zou zeker eene schromelijke botsing en verwarring veroorzaken en in het nadeel van moederland' en kolonie beide zijnmaar maatregelen om geleidelijk lot een beter toestand te geraken mogen niet langer uitblijvenmoeten met oordeel op het touw gezet en met beraden veerkracht doorgezet worden,. Een volk waarvan de ontwikkeling lange jaren is onderdrukt en de beschaving nog in een staat van kindsheid verkeert vooral een oostersch volkkan niet uaar onze westersche begrippen bestuurd worden en eene belasting in arbeid kan alzoo niet onredelijk geacht worden maar de overdrijving van het cultuurstelsel moet beteugeld en de droevige gevolgen waartoe het leidt moeten voorkomen worden. De dag is meer dan aangebroken om aan Java le vergel den waf Nederland er aan verschuldigd is, om zooveel be dreven kwaad weder goed te maken, om een goed en lijdzaam volk niet langer van ons le vervreemden maar door eene rechtvaardige behandeling aan ons te verbinden en alzoo het duurzaam bezit van het schoonste eiland der wereld aan het moederland te verzekeren. Ons gouvernement heeft in de laatste jaren reeds eenige loffelijke blijken gegeven van daartoe, met behoedzamen gang, te willen medewerken en onze te genwoordige minister van koloniën heeft op dien weg reeds veel verricht of voorbereid. Tocb wordt elk zijner maatregelen door zekere partij hardnekkig bestreden en de naam van slooper ligt voor hem en zijnsgelijken steeds gereed. Alles wat het batig slot. kan verminderen wordt met wantrouwen ontvangen en tegengewerkt met een ijver, alsof dat batig slot niet een zee van gruwelen bedekte, alsof rechtvaardig heid en mensehelijkheid niet meer zijn dan millioenen en handelsbelang. «Slooper" wordt vaak in afkeurenden zin gebezigd, maar waar hot de slooping van een willekeurig, ondragelijk systeem geldt, moge het als een eernaam aangemerkt worden. Slooper van het kwadewie zou 't -niet willen zijnal ware het met opoffering van eigen voordeel. Slooper in dien zin is ook Dr. Bosch en wie 't mede wezen wilsluite zich bij hem aanopdat eendracht macht maakt.. Ieder onderzoeke en oordeele en doe zonder ommezien wat plicht en mensehe lijkheid gebieden. DUITMCHI/AIV». Men verzekertdat Beieren, Wnrtemberg, Saksen, Badeu en Hessen-Darmstadt met elkander övereengekomen zijn om ingeval van een oorlogzich aan de zijde vau Oostenrijk te scharen. Iti de luxemburgsche stad Diekirch en de omliggende dor pen heeft de cholera zeer vele slachtoffers gemaakt.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1866 | | pagina 1