ALKMAARSCHE COURANT N\ 31. Achtenzestigste J aargang. Zondag 5 Augustus. ©fficiccl (öcbecUe. Deventer plannen. !e politick ©uerzieftt. Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijg baar op Zondag morgentuaschen 8 en 9 ure. Prijs per jaar/ 3,40, enkele Nos. 7 Cents, franco per post/4, Brieven franco aan de Uitgevers HERM'. COSTER ZOON. De Advertentiën kosten vaD VS regels0,75, voor elke regel meer 15 Cents, behalve 35 Cents zegelrecht voor elke plaatsing. Zij worden uiterlijk aangenomen tot Zaturdag namiddag 1 uuringezonden berichten een dag vroeger. PUBLICATIE. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR aoodigen de ingezetenen dringend uit, natelaten het gebruik van garnalenkomkommers en augurkenzoo versehe als in zuur gelegdekruis- en aalbessen meloenen cn eindelijk van afle onrijpe vruchten. Tevens worden de ingezetenen opmerkzaam gemaaktdat het drinken van slecht water voor de gezondheid zeer scha delijk iszoodat het gebruik van het water uit de pomp bij deGrooteKerk iedereen wordt aanbevolen, als het zuiverste drinkwater, binnen deze gemeente verkrijgbaar. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. den 29 Julij 1865. De Secretaris, SPANJ AARDT. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter kennisse van belanghebbendendat de Raad dezer gemeente met den Raad der gemeente Amsterdam en Haarlem, bij gemeenschappelijke besluiten, goedgekeurd door H.H. Gedeputeerde Staten van Noord-Holland heeft opge heven het tusschen die gemeenten bestaande beurtveer, on der intrekking van alle reglemententarieveninstructiën of verdere bepalingenwelke voor die beurtveren mogten zijn gemaaktzoodat het ten gevolge van die opheffing van het regt van uitsluitende vaarteen ieder vrijstaat tusschen Alkmaar, Amsterdam en Haarlem als beurtschipper te gaan Alkmaar, den 26 Julij 1866. Burgemeester en Wethouders voornoemd, A. MACLAINE PONT. De Secretaris SPANJAARDT. In den loop dezer week zijn door de cholera aangetast 27 en overleden 18 personen; eeue gelukkige verhouding tegen de vorige week toen het getal aangetasten 54 en dat der overledenen 34 beliep. De dagen van Tromp en de Ruijitr, van Mostrits en Ure- denk Hendrik zijn voorbij en zullen wel nooit wederkeeren. Onze rol als groote mogendheid is voor goed afgespeeld, de oude acteurs zijn begraven, en het tooneel is ongeschikt ge worden voor hunne opvolgers. Nederland heeft weinig meer iutebrengen in den raad vau Europa. Niets in te brengen zeggen velen. Prof. Fruin laat drukken dat ons land alleen bestaat door den naijver onzer burenen telken jare kunt gij in 't Bijblad de meest ontmoedigende ontboezemingen onzer Kamerleden lezen over onze geringe weerbaarheid. De Roo van Aldencereldt, Knoop en een menigte minder be kende schrijvers doen in tal van boeken en brochuren nieuwe klagten hoorenen wijzen op treurige leemten op reusach tige gebreken in ons verdedigingsstelselin materieel en per soneel. Er is een licht opgegaaneen helder en schitterend lichten wij mogen de oogen niet sluitenomdat bet slechts voorwerpen van angst en bekommering beschijnt. Dertig jaren geleden waren wij een weerbaar volk. Wat zijn wjj thans? Wij willen niet antwoorden; laat ons liever zien hoe wij zoo ver gekomen zijn. De Romeinen hadden een spreekwoord: Si vis pacem para heliumdie den vrede wil moet steeds bereid zijn tot den oorlog. De wijsheid des volks woont in zijne spreekwoorden. Deze wijsheid echter hebben de vorsten steeds beter dan de volken begrepen. De staande legers werden steeds vergroot en wat de eene mogendheid deed kon de andere niet nalaten zij wilden immers allen den vrede, en moesten zij zich dan niet pp den oorlog wapenen En het geheele geslacht dat aan den ploeg en den arbeid was onttrokken de officieren die niets te doen hadden dan zich aan- en uitkleedensoms met de heerlijke afwisseling eener stijve parade, begonnen te vergetendat de vrede het doel was en waren bereid te vechten zonder veel te vragen voor wie en waarom. Toen kwamen de oorlogen van de kabinettenwaarvan de volken niets wisten als alleen dat het hun geld en hun bloed kostte. En iedere oorlog gaf gelegenheid de wreede werk tuigen van den dood te verbeteren. De chemische en metal lurgische ontdekkingen, de reusachtige uitvindingen op het ebied der industrie wachtten slechts op hare toepassing. Jn lang behoefden zij niet te wachten! Getrokkenkanuon- nen en enfieldgeweren die met kulaslading en naaldgeweren, armstrongkanonnen die zooveel kostten als vroeger eene ge heele batterijallerlei wapenen kwamen te voorschijn om den vijand spoediger en in grooter hoopen te slachten. De schepen werden bedekt met ijzeren platen om bestand te zijn tegen de nieuwe kogelsmonitors gebouwd, ram- en toren schepen, van allerlei wonderlijke vormen zamengestelden 't zeegevecht ternggebragt tot zijn eenvoudigsten vormde schok van twee massa's ijzer tegen elkanderwat vroeger honderdduizenden kosttekostte nu millioenenen de rege ringen groot en kleinzwak cn maglignamen proeven kochten en bouwden zooveel het hun budget toeliet; de meesten tot ver boven hun budget. Alleen Nederland keerde het spreekwoord onl: zoo gij den vrede wilt, veronachtzaam nw leger en uwe marineWij hadden ministers van oorlog en marine van allerlei kleur, ook fusie-ministers in 't grijs zonder bepaalde kleur, maar op een punt waren zij verwon derlijk homogeen: de minister van oorlog gaf een nieuwe jas of vond een uitstekend fraaije pet uit, die volgens zijne bere kening bijna niets en volgens die van de officierendie 't be taalden heel veel kostte en de minister van marine bouwde schepen, die zijn opvolger telkens weêr afkeurde. De een maakte knilschepen en de andere drijvende batterijen, allen even ongelukkig, omdat ze alles te gelijk moesten doen, dienst in Indiënkustenverdediging en des noods nog een zeeslag leveren ook. Dat er niets gedaan werd is eigenlijk niet waarwij had den eene enquête. Dat er geen gevolg aan gegeven isver hindert niet dat wij er eene hadden Zoo zijn wij geworden wat wij nn zijn. Wij hebben inundatiendie men niet of slechts by hooge watersts'den zetten kan, wij hebben de IJssellinie en de Grebbelinie die met ons tegenwoordig leger niet te verdedigen zijn wij hebben nog zeer veel dingen maar het is eigenlijk de moeite niet waardom er over te spreken. Daar leggen wij dan open en bloot voor den vijand aan alle kanten. Tegen eene landmogendheid als Pruisen kunnen wij onze kusten niet verdedigenzij hebben zwaar gepant serde schepen onze eenige hoop staat in Engeland op stapel. En dat alles uit zuinigheid! Want de redeneering was: laat Engeland laat Frankrijklaat America proeven nemen wij hebben geen geldZij namen proeven Denemarken Turkije en andere kleine mogendheden kochten. Wij wilden zeker gaan eerst de kat uit den boom zien. Het beste was immers nog niet gevonden? 't Koste zooveel geld, als 't eens niet deugde Denemarken heeft niet gewachten heeft niet zijn eenigen monitor de Rolf Krake de gealliëerden meer kwaad gedaan dan zijne geheele overige marine te zamen Dat is ons materieel. Het moet verbeterd wordende soldaten moeten bruikbare gewerende zeemagt moet gepant serde batterijen en schepen hebben. Dat is de taak der regeeriug. Dan het personeel. Blijkens eene onlangs verschenen ver gelijkende statistiek is de militie-druk in geen land van Europa zoo ligt ais in Nederland. Van het grondwettig vrijwilliger- leger is geen spoor te vinden. Onze schutters Brave men- schendie zich eens in de veertien dagen zeer warm cn zeer onbehagelijk voelen in een soldatenpakbuitendien hoogst onvoldoende gewapend. Geen mensch zal in ernst beweerendat wij daarmede in staat zijn een militaire macht ook maar zoolang op te houden tol er hulp komt. Wat moeten wij doen? Stil zitten, en wachten wat de eene of andere conferentie, wat eenige diplomaten op eenig congres besluiten zullen Wachten tot Pruisendat nu misschien onze buurman wordtons annexeert Of iets an ders Neen zeker iets andersHet oude vrije Nederland moet ons land blijvenvrijheid van denken en spreken zijn hier te huiswij willen niet dat zij verdreven worden uit haar grijze woonsteeE. dat zouden zijwanneer wij vasallen, onderdanen werden van een grooten europeschen staat. Wij zullen onze lieve gasten de handen boven 't hoofd houden, want wij kunnen hel! Eene indische marinedoor Indiën te bekostigen en hier voldoende verdediging van kusten en gatenkunnen wij dan geene schepen betalen om de vlag te vertoonen in vreemde havenslaat die vlag dan in Gods naam te huis blijven waar zij hoog en veilig wappert. Zijn wij dan in onzen rug gedektdan is het onze taak de taak van het volkom den vijand af te weren van de landzijde. Wij zijn niet in staat een geregelden slag te winnen, dit is een geconstateerd feit. Maar volgens de meest be voegde autoriteiten dringt geen vijand in een land door, waar ieder man hem weerstaaten waar ieder man een goed scherpschutter is. Als er oorlog komt trekt alles uit, en volwassen mannen, denkende burgers zijn in een oogwenk soldatenzoo zegt men omdat zij weten waarvoor zij strijden voor vrouw en kind, voor huis en haardGoed, soldaten maar geene scherp schutters Dat vereischt geoefendheid van handvastheid van oogniet goeden wil alleen. Ons daarin te oefenen in vredestijd zij onze opvatting van den Latijnschen spreuk. Van Deventer is de oproeping uitgegaanaan dr. Vloten komt de eer daarvan grootendeels toe. Wij willen niet sol daatje spelen geene vrijwillige schutterij deze dingen liggen niet in den aard van ons volkwij houden niet van unifor men en wij laten ons niet gaarne commandeeren. Maar wij willen niet, dat wij als de nood komt daar staan, met niets dan met onzen goeden wil gewapend. Wij willen voor ons vaderland strijdenniet ons als lammeren laten slachten daarmee helpen wij noch ons zelf noch Nederland. Dan zullen wij ons kleine geliefde plekje verdedigenzoo als eens de Oostenrijksche boeren hun Tyrol. Dan loert de dood achter iederen hoorn en eiken heg, dan mist geen enkele kogel het doel Zoo moge dan het volk zich wapenen De scherpschut- tersvereenigingen koopen zich de beste wapenen de verst dragende gewerenGod geve dat zij nooit noodig mogen zijnmaar zijn ze noodigdan moeten wij ze ook weten te gebruiken De vredes-voorwaarden zijn thans officiëel bekend gewor den en stemmen grootendeels overeen met hetgeen daarom trent vroeger gemeld is. Het blijkt thans een feit te zijn dat Oostenrijk heeft toegestemd geen lid meer van den duit- schen bond uit te makenterwijl het in de reorganisatie van Duilschland zonder zijn medewerking berust. Oostenrijk belooft den Noord-Duitschen bond te zullen erkennenbe nevens den Bond der Zuidelijke Staten en neemt genoegen met die wijzigingen van grondgebied welke Pruisen in zijn belang zal noodig oordeelen. Het zal bovendien 40 millioen thaler oorlogskosten betalenwaarbij echter de kosten voor Sleeswijk-Holstein benevens andere doeleinden in mindering zullen komenwaardoor het bedrag met de helft zal ver minderd worden. De vergoeding van oorlogskosten is dus op zich zelve billijk gesteld vooral als men in vergelijking treedt met de schattingen die andere steden b.v. Frankfort zijn opgelegd, welke alleen 25 millioen gulden bedraagt. Het schijnt echter dat de prujssen na de rechtmatige ver ontwaardigingdie deze willekeurige maatregel in geheel Europa heeft opgewekt, op de invordering dier som niet zullen blijven aandringen te meer daar zij voornemens zijn Frank fort in te lijven zoodat men in dat geval in eigen ingewand zoude wroeten. Het blijkt nu uit de vredes-voorwaarden, dat Oostenrijk alle eischen van Pruisen heeft bewilligd zoodat nu spoedig de annexatie der bezette landen kan wor den te gemoet gezien. De pruisische Staats-Anzeiger laat het vooruitzicht dier inlijving reeds doorschemeren door een artikel uit de Schlezische-Zeitung over te nemenwaarin dit denkbeeld ronduit wordt uitgesprokenterwijl het beweert dat een splitsing der veroverde rijkjes de wenschen der be-, volking niet zoude bevredigen en voor de toekomst nieuwe verwikkelingen in het leven koude roepen. Natuurlijk heeft Pruisen voor geen onrust te vreezen als het alles heeft op geslokt het middel is radicaal en probaat tevens. Dienten gevolge zullen vermoedelijk Hannover, KeurhessenNassau en een deel van het Groothertogdom Hessen pruisisch wor den. Alleen voor Saksen schijut een uitzondering gemaakt te worden. Waaraan dit moet worden toegeschreven is niet duidelijk geblekente meer daar het bezit van Saksen voor Pruisen uit een strategisch oogpunt zeer gewenscht zijn moet. Of dit op voorspraak van Frankrijk of Oostenrijk of wel van beiden gelijktijdig geschied is, of dat de Koning van Pruisen den Koning van Saksen bijzonder genegen is, weet men niet. In ieder geval zal Saksen onder de militaire en diplomatieke leiding van Pruisen komen te staanwaardoor natuurlijk het zelfstandig bestaan van dien Staat bedreigd wordt, zoodat het zeer begrijpelijk is dat Koning Johann met deze regeling niet bijzonder is ingenomen. De pruisische Landdag zal eerdaags bijeenkomen en door den Koning persoonlijk geopend worden. Bij die gelegenheid zullen dus zoowel omtrent de vredes-voorwaarden als omtrent de toekomstige plannen van von Bismarck nadere bijzonder heden in het licht treden. Indien men alles nagaat blijkt het, dat von Bismarck de oostenrijkers met opzet in den deen- schen oorlog betrokken heeftom hen aldus in den val te lokken, welk doel volkomen door hem bereikt is. Men be driegt zich echter indien men meent, dat hij nu alle moeilijk heden reeds overwonnen heeft. De gewelddadige scheiding van Duitschland in tweedeelen zal een bron van nieuwe verwik kelingen wordenwaarvan het einde niet te voorzien is. Het ontbreekt nu reeds aan geen protesten om tegen deze scheiding op te komen en de éénheid van Duitschland te handhaven. De heer ron Bismarck heeft dit blijkbaar wel voorzien, en van daar dat iu de vredes-voorwaarden wordt verklaard, dat de groote nationale band van Duitschland toch zal blijven bestaan, door midddel der aaneensluiting tusschen den Noord en Zuid-Duitschen Bond. Men kan er zich van verzekerd houdendat de plannen van Bismarck verder reikten dan de Main-linie, waarmede hij voorloopig Frankrijk schijnt te hebben tevreden gesteld. Hij begrijpt zeer goed dat wie te veel op éénmaal wil hebbengevaar loopt alles te ver liezen en stelt zich daarom voorloopig met het deel tevreden. Duitschland zal voortaan door Pruisen vertegenwoordigd wor den, dat naar binnen en buiten de toongever der duitsche be langen zijn zal. Het is zeer wel mogelijk, dat de Zuid-Duitsche Staten later vrijwillig hun verlangen zullen te kennen geven, met Pruisen vereeuigd te worden zooals dit nu reeds met de bewoners van Holstein het geval is. Het is stuitend om te zien hoe de vrees de gemoederen daar bevangen heeft want Holsteindat zich vroeger zoo tegen de pruisische overheersching verzet heeftis thans een der eersten om het hoofd demoedig in den schoot te leggen. Indien men daar begrepen had, dat men genoodzaakt was voor de omstandig heden te bukkenhad dit stilzwijgend behooren te geschie den en niet met verkrachting van zijn verledenzooals nu het geval is. Het is duidelijk, dat de Zuid-Duitsche Staten zullen genoodzaakt zijn zich naar Pruisens wenschen te voegen dat thans door den vrede met Oostenrijk de handen ruim heeft en zich in zijn volle kracht kan verheffen. De vijande lijkheden tegen de beierschen duren voort en de pruissen gaan voort de Zuid-Duitsche Staten te bezetten. Een bericht meldde, datWurzburg en Neurenburg reeds in hun bezit zijn en dat dit met Heidelberg en Mannheim eveneens het geval is. Dit heeft tot klachten aanleiding gegeven van de regeeringen der Zuid-Duitsche Staten die in de veronderstelling verkeerden, dat tijdens de onderhandelingen over den wapenstilstand de vijandelijkheden zouden gestaakt wordenmaar de pruisische Staats-courant heldert ons dit op door de mededeeling, dat de wapenstilstand eerst den 2den Augustus zoude ingaan zoodat tot aan dien dag de militaire bewegingen vrijelijk voortgang kouden hebben. De bedoeling daarvan is duidelijk. Pruisen wenscht van zijn gunstige positie gebruik te maken om zooveel mogelijk van het vijandelijk gebied te bezetten ten einde des te voordeeliger vredes-voorwaarden te kunnen bedingen. Het geval zoude zieh zelf kunnen voordoen dat Pruissenindien het consequent aan de Main-linie wil blijven vasthoudenook nog dat gedeelte van Beieren zal verlan gen dat door deze rivier doorsneden wordt. Inmiddels verneemt mendat de onttroonde Vorsten een*conferentie te Stuttgart zullen houden, om over hunne belangen te raadple gen. Waarschijnlijk zullen zij trachten, indien zij ook hunne kroonen en troonen moeten prijs gevenom hunne private eigendommen te verzekeren en zoo mogelijk hunne souve- reiniteits-rechten te kapitaliseeren of aan Pruisen te verkoopen hoewel wij gelooven dat daarop niet zal te rekenen vallen. Van die zijde is dan ook waarschijnlijk het bericht afkomstig dat Rusland een congres had voorgesteld om de belangen dier kleine Vorsten te regelen. Hoewel Rusland de pretensie schijnt te hebben voor het eerwaardig beginsel der legitimi teit op te komen, dat in den tegenwoordigen tijd bijna ouderwetsch is gewordengelooven wij toch niet dat die mogendheid, nu het niet de legitimiteit van zijn eigen Vorst geldt, voor die van anderen veel in de waagschaal zal stel len. Indien dit haar voornemen ware geweest had zij ver standiger gedaan zich tegen het uitbreken van den oorlog feitelijk te verzetten omdat de tegenwoordige gebeurtenissen het noodzakelijk en onvermijdelijk gevolg van den oorlog zijn. Het gaat Rusland in dit opzicht eveneens als Pruisendat ook verklaart niet de volken maar de Vorsten te beoorlogen,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1866 | | pagina 1