ALKMAARSCHE COURANT
No. 5. Negenenzestigste Jaargang1
4J/C
Zondag
3 Februari.
(Officieel (0cbccltc.
politiek (Dwcrsichl.
3 if
ii'/lr-
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijg
baar op Zondag morgentusschen 8 en 9 ure. Prijs per
jaar/3,40, enkele Nos. 7 Cents, franco per post f 4,
Brieven franco aan de Uitgevers
E E R M». COSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 5 regels 0,75, voor
elke regel meer 15 Cents, behalve 35 Cents zegelrecht
voor elke plaatsing. Zij worden uiterlijk aangenomen tot
Zaturdag namiddag 1 uuringezonden berichten een dag
vroeger.
Bij deze Courant behoort een bijbladbevat
tende advertentiën enz.
De geldleening van f 45000ten behoeve der
gemeente Alkmaar, tegen 5% 's jaarsmet aan-
deelen van f 1000 of f 500, blijft nog opengesteld.
VERJARING VAN PRETENTIEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennis van de belanghebbenden
Dat, ingevolge de wet van 8 November 1815 (Staatsblad
n". 51), in verband met art. 228 der gemeentewet, de pre-
tenlieu, wegens leverantien enz. aan de gemeente iu het jaar
1866 gedaan, met ultimo Junij 1867 niet meer geldende zijn.
Zij noodigen mitsdien degenendie alsnog van deze ge
meente iets te vorderen mogten hebbendringend uithunne
rekeningen bij den gemeente architect of ter gemeente-secre
tarie alhier vóór 15 Februarij e.k. intelevereu.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
den 4 Jan. 1867, üe Secretaris
SPANJAAllDT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennisse der ingezetenen
dat de openbare burgerschool voor gewoon en uitgebreid
lager onderwijs, welke den 15 Pebruarij 1867 zal worden
geopend toegankelijk is voor jongens en meisjesdie den
ouderdom van zes jaren hebben bereikt
dat aan die school onderwijs zal worden gegeven in a het,
ezen b het schrijvenc het rekenend de beginselen der
vormleer, e die der Nederlandsche taalf die der aardrijks
kunde, g die der geschiedenis, h die der kennis van de
natuur, t het zingen, k de beginselen der Pransche taal, l
die der wiskunde, n de gymnastiek en o het teekenen;
dat de schooluren zijn geregeld als volgt
dagelijksuitgezonderd des Zondags's voormiddags van
9 12 uren; op Maandag, Dingsdag, Donderdag en Vrijdag
's namiddags van 1—3 uren en voor de twee hoogste klassen
op die dagen bovendien van 57 uren; waaronder niet be
grepen zijn de uren voor het onderwijs in het teekenen en
de gymnastiek
dat het schoolgeld bedraagt per 3 maanden:
Iu de hoogste klasse
tevens dienende tot voorbereiding voorde hoogere burgerschool,
5,—
3,—
2,-
4,
2,25
1,75
3,—
voor een leerling
n den tweeden leerling uit hetzelfde gezin
den derden en meer leerlingen uit hetzelfde gezin
In de middelste klasse'eder
ff een leerling
den tweeden leerling uit hetzelfde gezin
ff den derden en meer leerlingen uit hetzelfde gezin
In de laagste klasse'eder
ff een leerling
den tweeden leerling uit hetzelfde gezin -
ff derden en meer leerlingen uithetzelfdegezin ieder ff 1,—
terwijl wanneer één leerling uit een geziu in de hoogste
en een of meer in de middelste of laagste klasse onderwijs
genieten, de vermindering van schoolgeld ook voor laatst
genoemden toepasselijk is.
Burgemeester en Wethouders voornoemd noodigen ouders
of verzorgers, die hunne kinderen of pupillen wenschen Ge
bruik te laten makeu van het aan die school te geven onderwïjs,
uit, zich daartoe aan te melden bij den hoofdonderwijzer dier
school den heer C. J. Reiziger alhier, bij wien tevens nadere
inlichtingen zijn te bekomen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
den 17 Jan. 1867. Be Secretaris
SPANJ AARDT.
LOTING VOOR ÜE NATIONALE MILITIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente
ALKMAAR brengen ter kennis van de belanghebbenden
Dat de LOTING der llet vor'Se Jaar in deze gemeente
voor de Militie ingeschrevenen zal geschieden op Maan
dag den 11 Februarij aanstaandeten raadhuize der
gemeente Alkmaar.
Zij worden mitsdien opgeroepenom op dien dagdes
voormiddags ten 9j ure, zich aldaar te bevinden, 'om te
toten en opgave te doen van de redenen van vrijstelling die
zij ter zake van de Militie vermeenen te moeten inbrengen.
Z1j,ver™ee'jen vrijstelling te kunnen erlangen wegens
nZ fr'l, °f ,°P gr,°?d Vaa te ZÜQ weltfge zoon en
dne-pn nt tïZ f'!- moe,e" ziJ zlch binnen drie
dagen na de loting ter secretarie vervoeger., om de
4°Mo!rtPgai!en doen en b°vendieu op Maandag, den
ver^hitnen deSlPamidda8s ten 6 ,ire' iQ llet badhuis
keririo l TerSeze'd van twee bij den Burgemeester be-
inopvot n §oeder naam en faam staande meerderjarige
hef aW0Uen' f6 vereisob'e getuigenis kunnen afleggen en
het a daar optemaken getuigschrift onderteekenen.
den 2fW°ar'iQarr Burgemeester en Wethouders voornoemd,
"en 20 Jan. 1867. A. MACLAINE PONT.
Be Secretaris,
SPANJAARDT.
breÏÏeÏÏ^EpE^Ll^ ^ÏII0UDERS ™n ALKMAAR
Ldefon L ®rSSeatl£'lebbenden> dat blijkens eene
den Heer Provincialen Direc-
fm r a unlive van aen
den 2^JanuariJ 1867 No86'' '"dl Noord-HoHandvan
tooruren van liet t. jTTV nteuwe regeling der kan
alleen de in- en ui/ J directe belastingen enz. alhier.
de vorige re"elins? óTr t/'Slen en accVnsen betreft, zoodat
ge reselmS der «tdagen en der kantooruren voor de
ontvangst der directe belastingen voortdurend van kracht blijft.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
25 Januarij 1867. Be Secretaris,
SPANJAARDT.
De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR brengt
ter kennisse der veehouders binnen d"i gemeente, dat de
kreosootolie tegen betaling van f 0.18 de kan is te verkrij
gen bij deu heer J. J. Molenaar, apotheker, bij wien tevens
zal zijn te verkrijgen carboolzuur.
Zij, die onvermogend zijn tot het betalen dier kosten,
kunnen die stof om niet bekomen, wanneer zij zich tot het
bekomen van een bon daarvoor ter gemeente-secretarie aan
melden.
Alkmaar, Be Burgemeester voornoemd
26 Januarij 1867. A. MACLAINE PONT.
De VOORZITTER van den GEMEENTERAAD te ALK
MAAR.
Gezien art. 7, 2» lid van de wet van 4 Julij 1850 (Staats
blad No. 37).
R,oept bij deze op al degenendie elders in de Rijks be
lasting zijn aangeslagen en verlangen dat die aanslag worde
vermeld op de kiezerslijsten dezer gemeente voor deu Ge
meenteraad, de Provinciale Staten en de Staten-G ener aal
zich daartoe aantemelden ter secretarie dezer gemeente vóór
den 15 Februarij e.k., voorzien van de aanslagbilletten van
de grondbelasting voor de dienst van 1867, benevens van de
belasting op het •personeel en het patent over de dienst 18J|.
Alkmaar, Be Voorzitter voornoemd,
27 Januarij 1867.A. MACLAINE PONT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen, naar aauleidiug eener ontvangen circulare van den
heer Commissaris des Konings in deze provincie, ter kennis
van belanghebbenden
Dat op den 4 Maart a.s., des middags ten 12 uredoor
de hoofdadministratien van het 1«, 2", 3» en 4e regiment
djagondersvan het regiment veldartillerie en rijdende ar
tilleriede aanbesteding zal plaats hebben van 440 remont-
paarden de helft van de te leveren paarden moet vóór of
op den 1 Mei a.s. den ouderdom van 48 maanden hebben
bereikt (wordende het evenwel aan den aannemer vergund
daaronder 5 en 6 jarige paarden te begrijpen), terwijl voor
de wederhelftpaarden tusschen de 60 en 72 maanden zul
len moeten worden geleverd.
De voorwaarden dier aanbesteding, waarin weder de be
paling is opgenomen dat een derde gedeelte der te leveren
paarden van inlandschen oorsprong zal moeten zijn liggen
ter lezing in de bureaux der kwartiermeesters bij genoemde
corpsen te Deventer, 's Gravenhage HaarlemZutphen
Utrecht en Arnhem en bij het Departement van Oorlog.
Burgemeester en WHhouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT
den 31 Jas. 1867. Be Secretaris,
SPANJAARDT.
ren».
De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR
noodigt de veehouders binnen deze gemeente drin
gend in hun eigen belang uit, om niemand op de
plaatsen waar hun vee gestald istoetelatenten
einde daardoor te voorkomendat de besmetting-
door personendie van eene stal komenwaar
veeziekte heerscht of geheerscht heeft, op hun
vee worde overgebragt.
Alkmaar, Be Burgemeester voornoemd
1 Februarij 1867.A. MACLAINE PONT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS^van ALKMAAR
maken hij deze belanghebbenden opmerkzaam
Dat bij art. 2 der gewijzigde verordening op het beheer
en behandelen der brandbluschmiddelen gearresteerd bij den
Raad dezer gemeente den 30 December 1858 en den 22 Ja
nuarij daaraanvolgende behoorlijk afgekondigd, is bepaald:
«Ieder is bevoegd zich van de dienst bij het brandwezen
vrij te koopen tegen betaling, ten behoeve der gemeente,
//eener jaarlijksche contributie van drie gulden vóór en zes
»na de loting."
"Zijdie daarvan wensehen gebruik te makenzijn ver-
»pligt len kantore van deu Gemeente-ontvanger le storten
»de genoemde som van f 3 in de maand Februarij en die
van f 6 in de maand April,"
ffDe storting sluit niet uit de verpligtingom de betrek-
//king van brandmeester, onderbraudmeester of kommandeur,
"daartoe benoemd wordende, waartenemen."
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
den 1 Feb. 1867. Be Secretaris,
SPANJAARDT.
De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR brengt
ter kennisse der veehouders dat, ten einde de oplossing der
kreosootolie in het water te vergemakkelijken, men b.v. op
1 kan kreosootolie 1 kan brandewijn moet nemen en dit met
elkander vermengen, en dooreengemengd zijnde, te zamen
in water moet oplossen, terwijl, daar de wasschinesa-^g;
koeijen op te ruime schaal plaats 'nebbenhetgeen ounoodi"
is en op den duur te kostbaar wordtzij zich tot den veearts
M. Hobré alhier moeten wenden, om te dien aanzieu inlich
tingen te bekomen.
Alkmaar, Be Burgemeester voornoemd
2 Februarij 1867.A. MACLAINE PONT.
VERGADERING van den RAAD der Gemeente ALK
MAAR, op Woensdag, den 6 Eeb. 1866, des middags
ten 12 uur. Nameu3 den Voorzitter van den Raad
SPANJAARDT.
Hoofd der Gemeenle-Politie te
ALKMAAR, orengtiu voldoening aan de uitnoodiging
van den Heer Commissaris des Konings in deze Provincie,
vervat, in zijne circulaire missive van den 28 September 1.1.'
u°. 1985 6' afd. (verzameling n°. 70), ter kennisse der vee-
houders
1». De navolgende bepalingen van het wetboek van strafregt,
van toepassing op de besmettelijke ziekte van vee enz., als
Art. 459. Ieder houder of oppasser van dieren of van
melk- of slagtbeestendie verdacht zijn van aangedaan
te zijn van besmettelijke ziekte, die niet dadelijk "kennis
daarvan gegeven zal hebben aan den maire der gemeente,
waar zij gevonden worden en die zelfs voor dat de maire
op die keuisgeving geantwoord heeft, deze dieren of
melk- of slagtbeesten niet opgesloten gehouden zal heb
ben zal gestraft worden met eene gevangenis van zes
dagen tot twee maanden en eene geldboete van zestien
tot twee honderd franken.
Art. 460. Desgelijks zullen gestraft worden met eene
gevangenis van twee tot zes maanden en eene geldboete
van honderd tot vijfhonderd franken, diegenen, die, in
weerwil bet verbod der regeering, hunne besmette dieren
of beesten onder anderen zullen hebben laten loopen.
Art. 461. Ingeval uit dit laten loopen onder andere
beesten, eene besmetting ouder ander vee ontstaan is,
zullen diegenen welke het verbod der regeering overtre-'
den zullen hebben gestraft worden met eene gevajigenis
van twee tot vijf jaren en eene geldboete van honderd
tot duizend frankenalles onverminderd de uitvoering
der wetten en verordeningen betreffende de veeziekten"
en de oplegging der straffen daarbij gesteld.
Art. 462. Ingeval de boetstraffelijke wanbedrijven,
waarvan in dit hoofdstuk gesproken wordt, door veld
of boschwachters of polieie-ambtenarenonder welke be
naming liet ook zijn moge, begaan zijn geworden, zal
de straf van gevangenis ten minste van ééne maand zijn
en ten hoogste van nog een derde boven de zwaarste
straf, die eenen anderen schuldigen om hetzelfde wan
bedrijf opgelegd zon worden.
Dat,, art. 5 der wét van 15 September 1866 (Staatsblad
n°. 150), bovendien bepaaltdat de eigenaar van vee
die bij bet bestaan van veetyphus onder zijn vee, in
strijd met wettelijke verordeningen, het doen van aan
gifte verzuimd of de afzondering beeft nagelaten geene
aanspraak heeft op vergoeding van het veeten aanzien
waarvan hij iu overtreding is bevonden.
De burgemeester voornoemd noodigt de veehouders in hun
eigen belang uit, om de krachtens vorenstaande bepalin"en
op hen rustende verpligtingen stiptelijk natekomenten
einde alle geregtelijke vervolgingen welke uit ualatiglieid
zouden voortvloeijente voorkomen.
Alkmaar, Be Burgemeester voornoemd
31 Januarij 1867. A. MACLAINE PONT.
Dat de rampspoedige geen vrienden heeft, en de opgaan
de zou daarentegen zich steeds in tal van vereerders ma"
verheugen leeren Oostenrijk en Pruisen ons nog bi|na da-
gelvjks. Al moge in Sleeswijk-liolstein een liedje eenigen
opgang maken waarin Weenen de eenige Duitsche Keizer
staden Berlijn een rooversnest wordt genoemd, om een
enkelen pruttelaar in een of ander verscli aan"ehecht ge
west behoeft Pruisen zich weinig te bekreunen. Men zal
zich aan den toestaud gewennen, zich leeren schikken naar
de veranderde omstandigheden, en het vrncliteloos klagen
vervelend gaan vinden. De vroegere mededingster van Ber
lijn lieert daarenboven tegenwoordig zoo weini" van een
Duitsche Keizerstad, dat het inderdaad een wreede bespot
ting mag genoemd worden, haar dien naam te geven. Prui-
seus zon daarentegen staat thans zoo hoog aan den Duit-
selien hemeldat niet alleen de Noordelijke staten zich
voor haar buigen maar ook de Zuidelijke zich be"eeri"
betoonen om zich te koesteren in hare stralen. Wel°verre
van haar gebied tot benoorden de Main te bepalenschijnt
veeleer de Main-linie de evenaar te worden, die de gansche
uitgestrektheid waarboven zij zich gaat verheffenin een
noordelijk en een zuidelijk halfrond zal verdeelen.
Van de Zuid-Duitsche staten is Beieren voorgegaan, en
schijnen de overige te volgen. De nieuwe Minister, Prins
Hohenlohe, heeft in de Kamer de richting der Regeering in
dit opzicht medegedeeld. Beieren, zeide hij, verlangde noch
een Zuid-Duitsch Verbond onder bescherming van een vreemde
mogendheid, noch onder de hoede van Öoslenrijk, maar
aansluiting bij Pruisen en een staatkundig verbond met de
overige Duitsche statenonder voorbehoud zijner souverei-
mteit. Beieren moet zioh verheffen tot een eerbied «boe
zemenden staat, door hervorming van bet leger en vrijzin-
nige ontwikkeling der staatsinstellingen. Wat er van dat
eerbied inboezemen zal komen, moge de toekomst leeren'
voor het tegenwoordige willen wij ons alleen tot de over-
helling naar Pruisen bepalen die tot nog toe aan niemand
eenigen eerbied schijnt m te boezemen, maaralleen bewijst,
dat de Zuid-Duitsehe staten behoefte gevoelen aan een kraoh-
iigen steun, dien Öoslenrijk hun niet meer kan aanbieden,
dien zij in geen geval buiten Duitscliland willen zoeken
maar dien zij bij Pruisen meenen te zullen vinden. Vrij
algemeen schijnt men daarom in Beieren gezindaltijd in
afwachting van het geschikte oogenblik om tot het Noord-
Duitsch Verbond toe te tredenom de leiding van Pruisen
aan te nemen en de strijdkrachten des lands ter beschikking
van deze mogendheid te stellen want vereeniging van alle
Duitsche leners ouder het bevel van Pruisens Konin" is do
onvermijdelijke voorwaarde, waarop de held van het"naa!d-
geweer bereid is zijn beschermende armen te openen voor
eiken hulpbehoevenden Duitschen broeder die tot hem vlucht.
Dat men in Oostenrijk met bittere spijt vervuld is over
dezen stap van Beieren, is begrijpelijk. 'Alleen hierin meent
men zich te mogen verheugendal Oostenrijk veel heeft
geleerd, zij het dan ook met schade eu schande. En iuder-
daad, aan gelegenheid om le leeren heeft het, deze mogend
heid in de laatste jaren niet outbroken. Moge zij werkelijk
geleerd hebbenen daarvan blijken gevenwant alleen
