Het Burger-Weeshuis te Alkmaar.
Jugezonbcit .Slufckeu.
8. G. V. Cl., te Egmond aan ieeovertreding als boven
Straf als boven benevens 5 dagen gevangenisstraf.
4. J. H. S„ te Egmond aan zee, als boven in de duinen
Tan Egmond binnen. Straf als n°. 1.
5. W. K., A. K., T. Z., te Egmond aan zeepoging tot
enkele diefstalin vereenigingvan helmieder 6 dagen
gevangenisstraf en de kosten.
6. C. S., te Oterleeklaten losloopen van vee op eens
anders in den oogst staanden grondzonder schriftelijke
toestemming van den eigenaar, f 3 boete en de kosten, met
subsidiaire gevangenisstraf van 1 dag.
7. H. G., te Schermeer, buiten noodzaak berijden van den
berm van den straatweg. Straf als n*. 6.
8. M. G., te Sciiermerhorn. Als n°. 7.
9. G M„ te Wieringerwaard op straat voldoen aan eeue
natuurlijke behoefte buiten daartoe bestemde plaatsente
Alkmaar, 1 boete en de kosten met subsidiaire gevange
nisstraf van 1 dag.
BUBGERLIJKE 8TAKI».
ON DERTROU WD.
8 Feb. Jacobus Boersen wedr. van Catharma Stammes en
Geertje Halff. Klaas van Dam, te Oterleek, en
Grietje Hareman te Alkmaar, onl te Egmond bin
nen. Simon Johannes Bakker, te Helder, en Neeltje
Knaapte Alkmaar.
GETROUWD.
3 Feb. Hendrik Klasing en Barbara Margaretha Agatha van
Brongelen, beide alhier, laatstgen.onl. te Amsterdam.
Jacobus Hendricus Amelsbeek en Alida Regina
Wiederholl.
6 h Thomas Willem van Baalhoff, te Alkmaar, en Marva
Antoinetta Hcnstermante Leyden.
GEBOREN,
3 Feb. Johanna Geertrui, D. van Adrianus Jacobus Robbers
en Aleida Kiesebrink. Engehna Maria D. van
Johannes Hofstee en Maria Johanna Halsema.
Pieter Z. vau Simon Does en Jaantje de Goede.
Simon, Z. Jan Dik en Agatha Johanna Barendina
van Kek
4 Maria Elisabeth AfraD. van Petrus Adrianus van
der Drift en Maria Anna Brantjes. Cornelia, D.
van Nicolaas Adrianus Hoekmeijer en Sijtje Blom.
5 Dirk Jacobus, Z. van Johannes Jacobus Tesselaar
en Aafie Koorn. n-
6 v Jannetje Catharina en AdriaanD. en Z. van Dirk
de Wit Jz. en Anna Bloem. Johannes Petrus,
Z. van Nicolaas Stuijf bergen en Antje van den Berg.
Angenitha, D. van Jan Metz en Aaltje KruijL
7 Cornelius Bubertus Maria, Z. van Jan Leonard Peters
en Geertruida Theodora Heijtveldt.
OVERLEDEN.
6Feb. Maria, D. van Arie de Jong en Antje Molenaar,
9 m. Catharina Joanna Maria Justina, U. van
Didericus Dorbeck en Maria Johanna Feije, 8 en
4 m. Johannes BernardusZ. van Bernardus Dan-
kelman en van wijlen Susanna de Klerk ruim
7 Grietje, D. van Cornells Vuist Verdwaald en Cor
nelia Koorn ruim 10 m.
stelden regenten de uitschrijving van een prijsvraag
voor. Onze schrijver bekommert zich daarom weinig,
en redeneert aldus voort:
Wii stellen ons voor, dat regenten aan hun plan
dat niet bestaat zullen blijven hechtenen dat van
de andere zijde welke andere zijde. ook waarde
aan eigen denkbeeld zal gehecht wordende denk-
beelden zijn alle van den gemeen te-architect. dat
daardoor bij de bespreking partijdigheid in de plaats
van overtuiging zal treden, en eindelijk zal de partij
(cotterie)lees coterie die het sterkste is (dus met
altijd het beste plan) het winnen."
Wat hebben het raadzaam geacht, de dwaling die
door de inlichting van het Weekblad bij Alkmaars
ingezetenen had kunnen ontstaan, tegen te gaan.
Maar inmiddels is door den gemeenteraad omtrent
het weeshuis een zoo belangrijk besluit genomen,
dat wij niet mogen nalaten ook daarvan mededeehng
te doen aan onze lezers, opdat zij niet op nieuw in
dwaling vervallen.
De gemeenteraad is namelijk eensklaps terugge
keerd van den weg dien hij sedert 1863 had bewandeld.
Na den 144,u October 1863 aangenomen te hebben
dat het Burger-Wees-en huisarmenhuis is een gemeen
te-instelling van weldadigheid, bedoeld bij art. 2 letter
a der Armenwetbestemd tot verpleging van weezen
zonder onderscheid van godsdienstige gezindheid,
werd op 30 December 1863 met 14 stemmen tegen eene
stem het eerste lid van art. 4 van het voorgestelde re
glement aangenomen waarbij werd bepaald - de weezen
worden te zamen in één gesticht verpleegd. Het tweede
lid van art. 4 bevatte evenwel een allerbelangrijkste
uitzondering op dit algemeene beginseldaaromtrent
werd evenwel toen geen beslissing genomen, maar
de geheele zaak werd weer in banden gesteld van
een commissie, wier rapport van 10 bladzijden druks,
vol verschillende inzichten en wisselende meerder
heden en minderheden, een jaar later, op 14 De
cember 1864, bij den gemeenteraad inkwam en alleen
het tweede lid van art. 4 betrof
toegestaan. Er was bij den raad een verzoek in
gekomen van bet R. K. Parochiaal arm- en wees-
bestuur, om Burgemeester en Wethouders te mach
tigenmet dat bestuur in overleg te treden omtrent
een overeenkomst, later aan de beslissing van den
raad te onderwerpen, waarbij zou worden bepaald,
dat uit de fondsen van bet Burger-Weeshuis aan bet
R. K. Parochiaal arm- en weesbestuur 40, 'sjaars
zal worden uitgekeerd voor iederen tot het R. K.
Weeshuis behoorenden wees, die volgens bet regle
ment op het Burger-Weeshuis in de termen zou
vallen om voor rekening van deze instelling verzorgd
te wordeu. Dit verzoek nu werd, na alles wat vroeger
was besloten ongetwijfeld tot veler bevreemding, in
de raadsvergadering van 6 Februari toegestaan met
9 stemmen, van de beeren de Sonnavillede Lange,
J. C. Koornvan den BergHellingBruinvis de Ljunge
Verhoeff, van der Drift en T. L. Koorn, tegen 6 stem
men, van de beeren Verschuif, Auhout van der Veen,
van der Kaag, Cohen Stuart, Vonk en den Voorzitter.
Door dit besluit is do zaak van het Burger-Wees
huis weer op een geheel ander standpunt gebracht.
Wij zullen ons niet verdiepen in beschouwingen en
beoordeelingen van bet gebeurde naar onze meening
stond er slechts één wettige weg voor de Katholie
ken open om ook genot te hebben van de fondsen
van het Burger-Weeshuis, namelijk: aanbieding van
hunne weezen aan regenten van het Burger Wees
huis. Men zegtdat zij dit niet willen en niet
kunnen doen. Daarover voegt ons het oordeel
niet. De raad heeft hun willen te gemoet komen.
Maar mocht dit geschieden door den rechten, den
naar onze meening eenigen wettigen weg te verlaten?
Wat wij nu zouden wenschen Voor alles, dat er
spoedig een weeshuis verrijze, zij het dan ook alleen
voor niet-Roomsche weezen. De kinderen der 19de
eeuw schijnenhelaas nog niet als zonen van één
huis samen te kunnen wonen.
On 25 Januari 1865 werd naar aanleiding van dit rap
uort een voorstel behandeld van den volgenden inhoud:
Burgemeester en Wethouders te machtigen, met de
regenten van het Roomsch-Kathohek Weeshuis m on
derhandeling te treden om tegen een vaste jaarlijk-
sche uitkeermg uit de gemeentekas -500)
stichting te brengen tot de gemengde instellingen
an weldadigheid, welke instelling zich zal verbinden
- ij v u-optoii wier Homici ie van
Het Weekblad van Alkmaar en Omstreken heeft in
zijn nummer van 30 Januari 1.1. Alkmaars
willen inlichten omtrent den icsenwoordigtnsfand
der zaken van het Burger-A\ et sliuis.
ongetwijfeld loffelijk. Alkmaars burgerij is doorgaans
al zeer slecht op de hoogte van hetgeen in den ge
meenteraad voorvalt, ofschoon liet toch haar mgen
belangen zijn die daar behandeld worden. Maar
hoe loffelijk ook het doel moge geweestzip ^wyze
waarop het Weekblad onze burgerij heeft ingedicht^is
allertreurigst. Het blijkt duidelijk dat de erslag-
gever zich niet bekend heeft gemaakt met de zaken
waarover hij schrijft, en zoo werd het mogelijk dat
hii een samenhangsel van onwaarheden leverde.
Met Te tijdrekenkunde is het bij den schrijver
slecht gesteld. De regenten van het Weeshuis vol
gens het nieuwe reglement zijn benoemd inOctoher
1865 en hunne plannen voor eengest'chtzijnbij
den gemeenteraad ingekomen m Novembernpn de
Nogtans verklaart de schrijver, dat deze p annen de
vrucht ziin van twee jaren overdenkens. ie
meer mag men zich over deze misrekening verwon
deren daar het Weekblad juist een week te voren
in ziin verslag van de raadsvergadering van 16 Ja
nuari vermeldt, dat de Voorzitter met kon beS"JPen
dat regenten een jaar noodig hadden om tot het
besluit te komen van een prijsvraag uit te schrijven.
De twee jaren krimpen alzoo reeds tot éen jaar- Maa
.reenid ie bet taJnbo,,». d.t bet m tj,
versla" van die raadsvergadering vermeldt dat de
heer de Lange aan den Voorzitter opheldering heeft
gegeven, en de schrijver van het opstel van 30 Ja-
nuarimet geen enkel woord van die ophelderingen
spreekt. Daaruit toch zou gebleken zijndat het
maken van bouwplannen alles behalve het eenrg
werk was dat regenten in dat jaar hadden ter doen.
Al verder verzekert de schrijver van 30 Januari,
dat regenten zeer ingenomen waren met hun o
plan van 120,000. De waarheid isdat rf?ent,enfc
in 't geheel geen bouwplan hebben voorgestek
zij den gemeente-architect hebben verzocht een plan
te ontwerpen van een weeshuis voor 120 kinderen,
en dat daarop een plan is ingekomen waarvan de
kosten werden geraamd op 120,000. Regen en
den dit veel te duur en om zoo mogelijk jet be
plan voor de minste kosten te verkrijgen, steld^zij
voor het uitschrijven van een prijsvraagnadat de
raad eerst zou bepaald hebben waar het weeshuis
zou moeten staan, en voor hoeveel kinderen het zon
worden ingericht. Dit bleek van regenten met on-
verstandig gehandeld te zijn; want hun plan was
het weeshuis niet achter de Groote Kerk tedoen
herbouwen en het voor 120 kinderen in te nchten
terwijl de raad bepaaldedat het op dezelfde plaats
zon verrijzen en 150 kinderen moest kunnen bevat
ten Als de schrijver van 30 Januari alzoo verhaalt,
dat beide plannen in den gemeenteraad warme ver
dedigers hadden, dwaalt hij eemgszms want het plan
van f 120.000 had geen enkelen verdiger. Juist om
een goed en tevens niet te duur plan te bekomen
tot verzorging van R. K. weezen wier domicilie van
onderstand te Alkmaar gevestigd is." Het voorstel
werd verworpen met 8 tegen 7 stemmen legen
stemden de heeren Nuhout van der keen, van der Slugs
Veer Vonk, van der Kaag, de Dieu Fontein Verschuif
van den BergHelling en de Voorzitter Voor stem
den de heeren Bruinvis de LangeVerhoeff, 1. L. Koorn,
van der Drift, de Sonnaville, J. C. Koorn en de Lange.
Op 8 Februari 1865 kwam het tweede lid van art
4 zelf in behandeling. Het was van den volgenden
inhoud: „Bijaldien een kerkelijke gemeente te Alk
maar zich verlangt te belasten met de verpleging
harer weezen in een afzonderlijk gesticht, van wege
die kerkelijke gemeente wettig geregeld en bestuurd,
kunnen regenten worden gemachtigd, voor de ver
pleging van eiken zoodanigen wees aan het a zon-
derlijk wees- of armbestuur der betrokkene kerkelij
ke gemeente, uit te keeren een som jaarlijks in De
cember voor het dan volgende jaar door den raad te
regelen Het werd met 9 tegen 6 stemmen ver
worpen. Tegen stemden de heeren Bruinvis de Lange,
Helling van der Slugs Veer, de Dieu Fontein Verschuif,
de Lange, Vonk, van der Kaag, Nuhout van der Veen
en de Voorzitter. Vóór stemden de heeren van den
Berg, van der Drift, J. C. Koorn, T. L. Koorn, Verhoeff
en de Sonnaville,
Inmiddels had het R. K. Parochiaal armbestuur zich
bij herhaling tot den raad gewend met het verzoek, dat,
zoolang er nog geen gesticht bestaat tot opname van de
Burgerweezen, uit de fondsen van het Burger-Weeshuis
aan het Parochiaal armbestuur maandelijks zou worden
uitgekeerd f 375,— tot tegemoetkoming voor de ver
pleging der R. K. weezen in het daarvoor bestaande
gesticht. De commissie in welker handen dit verzoe
was gesteld, verklaarde zich eenstemmig tegen de
inwilliging. Zij merkte op, „dat zeer zeker ook
Katholieke weezen zich kunnen aanmelden om voor
rekening van het Burger-Weeshuis verpleegd te
wordendat er echter niet de minste aanleiding be
staat om van de fondsen dezer instelling een gedeelte
uit te keeren tot verpleging van weezeu die niet bij
haar, maar bij een andere instelling van weldadigheid
ter verpleging zijn aangeboden en door deze zijn
aangenomen; te minder, omdat de inkomsten van het
Burger-Weeshuis tot nog toe waarschijnlijk onvol
doende zullen zijn om de weezen wier verpleging
van deze instelling zelve gevraagd kan worden, be
hoorlijk naar den uitgedrukten wensch van den ge
meenteraad, in een gesticht te verzorgen en op te
voeden. Waar alzoo een instelling hare inkomsten
zelve dringend noodig heeft, kan er geen sprake zijn
van uitkeering van een gedeelte dier inkomsten aan
een andere instelling."- Ter raadsvergadering van
13 Juli 1865 waren 14 leden tegenwoordig, alleen de
heer T. L. Koorn ontbrak en er werd met eenpa
righeid van stemmenzonder dat daarover eenige
bedenkingen werden gewisseld, in overeenstemming
met de conclusie van het rapport besloten „aan het
R K. Parochiaal armbestuur te kennen te geven
dat er geene gronden bestaan tot inwilliging van
^Ei^eufk'werd in dezelfde raadsvergadering aan
het eerste lid van art. 4: „De weezen worden te
zamen in een gesticht verpleegd, het volgende tweede
lid toegevoegd: „Regenten hebben echter de bevoegd
heid zoo daartoe bijzondere aanleiding bestaat om,
onder goedkeuring van Burgemeester en Wethouders,
weezen ook buiten het gesticht te doen verplegen.
Van dezen weg is de gemeenteraad in zijn verga
dering van 6 februari 1.1. eensklaps teruggekeerd.
De eenheid van het Burger-Weeshuis, zoolang gehand
haafd, heeft hij eindelijk prys gegeven. W at hij
herhaaldelijk had geweigerd heeft hij ter elfder
YOLKS-ALMANAK voor Nederland-
sche Katholieken in O. H. jaar 1867.
Hoe mer. ook van den heer Alberdinglc Thijm moge
verschillen in kerkelijke en staatkundige begrippen
niet ligt zal men hem den roem ontzeggen van een
geestig schrijver, een uitstekend stylist en een scherp
zinnig maar ook bevoegd kunstrechter te zijn. Ook
zij, die in hem een tegenstander zien, achten hem
zulk eenen waarmede men rekening moet houden
zulk een die verdient gehoord te worden. Al maken
wij ons somwijlen warm als hij tegen onze alkmaarsche
Ontzetviering tegen onzen opstand tegen Spanje en
de reuzengestalte die er de ziel van was te velde
trekt, toch lezen wij gaarne wat van hem ot onder
zijne leiding het licht ziet, met name zijne Dielsc/ie
Warande en zijne Volks-Almanak voor Nederl, Katholieken,
Behandelt de eerste geschiedeniskunst en letteren
en is zij voor katholieken en protestanten beide,
maar dan ook alleen voor de meer ontwikkelden, be
stemd, de laatste richt zich meer uitsluitend tot
Alberdingk's gelopfsgenooten maar tot deze in uitge
breider kring, 't Is een goedkoop en aardigjaarboekj'e
waaraan de degelijkheid niet ontbreekt en dat, niet
het minst om de pennevruchten van den redacteur
(men leze slechts m een der vorige jaargangen zijn
bezoek van Vondel aan Tesseltje te Alkmaar), onze be
langstelling verdient. Even als vele provinciale alma
nakken waardige bijdragen bevatten voor de geschie
denis van ons vaderland, zoo hoopenzich in Alberdingk's
almanak de bouwstoffen op voor eene nog onbeschre
ven maar gewichtige geschiedenis: die der r. c. kerk
in Nederland, na de afzweering van Spanje Voor
dit onderwerp kan niemand, die in de r. c. kerk de
talrijkste afdeeling der algemeene christelijke gemeen
schap en in de nederlandsehe katholieken een aan
zienlijk o-edeelte zijner landgenooten zietonverschillig
blijven te meer als dat onderwerp betreft eene
minderheid, die door eene bovendrijvende meerder
heid teruggezet, met teedere bezorgdheid het voor
vaderlijk geloof, de dierbaar geworden overleveringen
en voorwerpen van vereering in stilte zoekt te bewaren
en te vergaderen, en, uit alle gezag geweerd en aan
eigen geringe hulpmiddelen overgelatenzich te vaster
aaneensluit en zich te ijveriger wijdt aan handel en
nijverheid, om, na een langdurig tijdperk van beproe
ving, van hare boeien bevrijd, weder glansrijk en
krachtig te voorschijn te treden. Ook voor den ijverig-
sten protestant is zoodanig schouwspel grootsch en
belangwekkend.
't Was evenwel niet uitsluitend hierom dat wij
de aandacht wilden vestigen op den laatsten jaargang
van genoemde almanak, 't Is wijl zij een artikel
bevat van een voormaligen stadgenoot, den heer M.
J A. Wittethans te Vegheldat een geheel alkmaarsch
onderwerp behandelt, onder het nederig opschrift:
Lets over de Statie der Eerie. P. P. Predikheer en te Alk
maar. Grootendeels ontleend aan een handschrift
van Petrus le Rog, die alhier van 1707 tot 1735 mis
sionaris was, geeft het een uitvoerig verhaal van de
vestiging en uitbreiding derstalie, van de moeilijk
heden waarmede hare bedienaren te worstelen hadden
on van het eindelijke welslagen hunner pogingen,
't Komt in hoofdzaken overeen met hetgeen wij, uit
andere bronnen, ten vorigen jare in dit blad kortelijk
mededeelden, maar treedt in meer, en wij voegen er
gaarne bij interessante, bijzonderheden. Bovendien
is het na le Rog tot omstreeks 1830 voortgezet en
in aangenamen, onderhoudenden trant geschreven.
Wij behoeven dus niet te zeggen, dat wij het aan
gekondigde boekje wenschen in handen van onze
katholieke medeburgers en van al zulke protestanten,
die iets willen weten van het godsdienstig leven der
vroegere alkmaardors. De laatstbedoelde lezers er
geren zich niet aan de uitdrukking „alkmaarsche
optrommelaarszij is, dit weten wij, niet van den.
hooggeaehten schrijver. G. W. B.
I Snelpersdruk van HF.RM'. COSTER ZOON te Alkmaar.