ALKMAARSCHE COURANT Negenenzestigste J aargang. 186" No. 23. Zondag 2 Juni. politiek cDuuraicht. ZlZUckelijkschc Berichten. Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijg baar op Zondag morgentusschen 8 en 9 ure. Prijs per jaar 3,40, enkele Nos. 7 Cents, franco per post f 4, Brieven franco aan de Uitgevers EER M«. COSTER ZOON. De Advertentiën kosten van 1—5 regels0,75, voor elke regel meer 15 Cents, behalve 35 Cents zegelrecht voor elke plaatsing. Zij worden uiterlijk aangenomen tot Zaturdag namiddag 1 uuringezonden berichten een dag POLITIE. Onbeheerd op straat gevonden: een lam, alsmede gevon den een portemonnaie. De daarop rechthebbenden worden ver zocht, zich ten spoedigste aantemeiden aan het commissa riaat van politie. //Het jaar 1866 is de botsing der volken geweest; het jaar 1867 zal hunne samenkomst zijn. //Samenkomsten zijn openbaringen. Waar samenkomst is, daar is verstandhouding aantrekking wrijvingvruchtbare en nuttige aanrakingopwekking tot voorgaan samenloop der verschillende richtingen verwijzing der afdwalingen naar het doelsamensmelting der verscheidenheden tot eenheid dat is de verdienste der samenkomsten. Er gaat verlichting van uit. Eeu viersprong van paden met zijn wegwijzer ontraad selt een woud, een samenvloeiing van rivieren wijst de land- ontginning terecht, een ontmoeting van planeten licht de sterrekunde voor. Wat is een algemeene tentoonstelling? De buurschap-houdende wereld. Men gaat wat samen praten. Men komt zijn idealen vergelijken. In schijn monstering van voortbrengselen iu waarheid monstering van droombeelden. Elk voortbrengsel is begonnen met een droombeeld te zijn Ziet ge die graankorrel Zij is voor ons eikels-etend voor geslacht een dwaasheid geweest." Aldus spreekt Victor Hugo ter inleiding van den //Gids in Parijs (Paris-Guide), waar thans Europa samenkomt; en hij geeft zijne droombeelden voor de toekomst, ter goeder trouw, zonder aarzeling, niet terugdeinzend voor het schou derophalen van den twijfel, niet zwichtend voor den spot des ongeloofs aat zijn tentoonstelling van idealen een dwaas heid noemt. Zal een later geslacht er eenmaal getuige van zijn, dat ook dit droombeeld een werkelijkheid is geworden Hoort: //Iu de twintigste eeuw zal er een buitengewoon volk zijn. Dit volk zal groot zijn, wat het niet zal beletten vrij te zijn. Het zal beroemd zyn rijk denkend vreedzaam vriend schappelijk jegens de rest der menschheid. Het zal den zachten ernst eener oudere zuster hebben. Het zal zich ver wonderen over den roem der puutkogels, en het zal eenige moeite hebben om onderscheid te maken tusschen een leger bevelhebber en een slachter; het purper van den één zal aan dit volk niet zeer verschillend toeschijnen van het rood van den ander. Een oorlog tusschen Italianen en Duitschers tusschen Engelschen en Russentusschen Pruisen en Eran- schen zal dit volk voorkomen zooals ons een oorlog zou voorkomen tusschen Picardiërs en Bourgondiërs" (tusschen Hollanders en Friezen zouden wij zeggen). Zoo droomt Victor Hugo bij de beschouwing met de oogeu des geest.es, want vooralsnog vergunt dit groote volk der toekomst zijn grootsten dichter geen aanschouwing met de oogen des vleesches van de tentoonstelling te Parijs. Zullen wij zijn droom gelooven Wat. ons betreft, bestaat er maar een groot bezwaar. Als Victor Hugo over de ge schiedenis der menschheid spreekt, ziet hij, en te recht,"op geen tien of twintig eeuwen. En hij, die het jaar onzes Ileeren 1866 de botsing der volken noemtplaatst 'zijn vreed zaam volk der toekomst reeds in de twintigste eeuw Toch is ook deze bestrijder van doodstraf en oorlog niet blind voor de veroazende voortbrengselen van menschelijke vinding op het gebied der vernieling maar hij weet. zich te troosten. //De dood zegt hij is op de tentoonstelling toege laten. Hij treedt binnen in de gedaante van een kanon met in de gedaante van een guillotine. Dit is een kieschheid. //Een heel mooi schavot is aangeboden en geweigerd. //Laat ons deze kuren der welvoegelijkheid opteekenen. De schaamte redeneert niet. //Wat daarvan ook zij, knotsen (van de Caraïbische eilan- den ingezonden) en kanonnen zullen ongelijk hebben. De moordwerktuigen zyn hier alleen om schaduw aan te brengen. Men ziet het hun aan. dat ze zich schamen. De tentoon stelling, een verheerlijking voor alle andere werktuigen des menschen, is voor de moordwerktuigen de kaak." lot zoover Victor Hugo. Wij vreezen, dat niet allen een even sterk geloof in de algemeene veroordeeling van den oorlog hebben als hij. Yelen zelfs schijnen zich nog niet te durven overgeven aan de geruststellende gedachte, dat de vrede voor goed gevestigd is. De aanleidi ng tot den oorlog, zeggen zij is door de Londensche conferentie wel voor het oogenblik weggenomen maar de verbittering:, de naijver het beleedigd eergevoel, de krenkinc, die eenmaal noodza kelijk tot een oorlog moeten leiden, zijn gebleven; Frankrijk was nog niet gereed maar als het. met zijn nieuwe leger- innchting en zijn nieuwe geweren gereed zal zijn, dan%al het ook niet aan een nieuwe-aanleiding ontbreken, en de groote worsteling zal niet uitblijven. Wij voor ons hebben van den beginne af niet zoo sterk aan bet: uitbreken van den oorlog geloofd als vele anderen. Wel bestond er naar onze meening groote reden tot bezorgdheid, en was het plicht op bet ergste voorbereid te zijn, maar er bleef onzes inziens nog altijd veel over dat eeu oorlog minder waarschijn lijk maakte. Het, kwam ons voor, dat de geheimzinnige man te Darijs wei de kunst verstond om het Fransche volk van strijdlust te doen blakenmaar dat hij van deze kunst, geen gebruik maakte dan wanneer het met zijne oogmerken over eenkwam en verder, dat hij niet tot den oorlog besloot dan wanneer hij tamelijk zeker kon zijn van den uitsla"-. Den oorlog in de Knm voerde hij in bondgenootschap met En geland en Sardinië; in den oorlog tegen Oostenrijk stond bij Sardinië ter zij, en ofschoon bij zijn Keizerlijk 'woord had gegeven dat Italië vrij zon zijn lot aan de Adriat.ische zee, sloot hij onverwachts vrede, toen hem de Venetiaansche vierhoek in den weg kwam. Omtrent Mexico heeft hij zich schromelijk vergist: maar wie kon ook vermoeden, dat de Mexicaansche republikeinen een zoo krachtigen en hardnek- NnnrH ^gens'and zl°"den b'edenen dat de oorlog in de Noord-Amerikaansche staten zoo spoedig met de geheeleon- e werping van jet, zuiden zou eindigen, zoodat, de Unie weer met nadruk haar ..Amerika behoort aan de Amerika nen kan doen hooren Zoo iets was inderdaad niet, te voorzien en evenals Keizer Napoleon heeft de uitkomst hier bijna iedereen verrast. loen de Keizer zijn leger naar Mexico zond scheen er geen reden te bestaan om aan den gunsti- gen uitslag van den tocht, te twijfelen. Naar onze meening kan de verkondiger van «het Keizerrijk is de vrede" van tijd tot lijd reden hebben om Frankrijk een korten en roemrijken oorlog te doen voeren maar ook de ./parvenu onder de vorsten" is niet meerde avonturier van Straatsburg en Boulogne, zelfs niet meer de troonoverweldiger die zich door stoute daden die hooge plaats waardig moet maken die des noods voor den onmisbaren glans van den oorlogs roem iets wagen moet. He', Keizerrijk te bestendigen zijn zoon de kroon na te laten een Napoleontische dynas tie te vestige-i op den Franschen troondat is thaus zijn strevenhet doel van zijn denkeu en werken. Nu moge ook nog de zegepraal der wapenen daartoe kunnen mede werken die zegepraal moet althans zeker zijn en niet te duur gekocht worden; want het. is reeds duidelijk gebleken, dat het Fransche volk naar eigen oordeel gedurende het tweede Keizerrijk reeds genoeg mensohenlevens en geld in den oorlog heeft opgeofferd. De strijdlust is zoo groot niet meer als na den bijna veertigjarigen vrede in Europa die eerst door den Krim-ooriog werd afgebroken. En nu vragen wij: zou de Frausche Keizer ouder al deze omstandigheden zonder noodzaak geheel alleen een oorlog wagen -want een waagstuk zou het inderdaad zijn tegen Pruisen Wij hebben het niet kunnen gelooven en wij gelooven het. nog niet. Alleen wanneer er op een bondgenoot in zulk een oorlog gerekend zou kunnen worden of onder geheel ".ndere tijdsomstandigheden als Pruisen bij voorbeeld alleen -.-nwy UUl UOV.m aiICGI en verlaten stond in het midden van Duitschlaud zou de Fran sche Keizer misschien tot den krijg kunnen besluiten maar vooreerst bestaat er op het een en ander weinig uitzicht. Pruisen heeft door het Noord-Duitsch-Verbond geheel Noord Duitschland vast aan zich verbonden de Zuidüuitsche staten zoeken evenzeer in zijn bondgenootschap bescherming, en Oostenrijk zal in de eerste jaren wel geen lust gevoelen om met Pruisen in oorlog te komen. Wij voor ons zien dus inderdaad geen reden om een oor log te verwachten. Daarbij mogen wij niet nalaten op een geheel eigenaardig verschijnsel te wijzen, dat zich tijdens het laatste oorlogsgevaar heeft voorgedaan. Het zijn de adressen in 't belang des vredes, door kooplieden, arbeiders en studenten van beide zijden elkander toegezonden. Of is het, geen merkwaardig verschijnseldat niet alleen de stu denten van Straatsburg maar ook die van Parijs, terwijl een oorlog met Pruisen op het punt, schijnt van uit te breken in plaats van zich op te winden en zich bij voorraad te be dwelmen en dronken te maken door den geur des roems een adres van vrede en broederschap zenden aan de studenten van Berlijn Is liet geen merkwaardig verschijnsel, dat de arbeidende klasse, tot, nog toe zoo gemakkelijk met eenige holle klanken en wat opwekkende muziek naar het slagveld te voeren zich tegen den oorlog verklaartomdat zij haar welvaart er door bedreigd ziet? Onze verwachting van het allengs verminderen en ophouden der oorlogen berust op deze gronden: meer en meer zullen de volken zeiven meester worden van hun loten hunne huiselijke zaken inrichten naar eigen goedvinden. Meer en meer zal de arbeidende klasse inziendat de oorlog haar welvaart vernietigt, en onwillig bevonden worden om bet. kanonnenvoeder te leveren. Meer en meer zullen de regeeringen op de wenschen en inzichten der volken ook in dit, opzicht moeten acht geven. Indien samenkomsten van vorsten den vrede bevorderen zal de Parijsche tentoonstelling ongetwijfeld krachtig medi werken o-n^ ons zijn genot te verzekeren. Behalve de ver schillende Kroonprinsen die haar bezochten heeft reeds de Koning van België zijn hulde gebracht, aan dit feest der nij verheid en zal dit voorbeeld ouder anderen gevolgd worden door den Keizer van Rusland, den Koning van Pruisen en den Sultan van Turkije. Er wordt beweerd, dat die bijeenkomst van gekroonde hoofden voor zekeren zieken man in het Oosten van Europa een consult, van geneesheeren zal zijn. Candia, zegt men, is het, kranke lid dat, het geheele lichaam dreigt, te verderven, zoo er geen zeer buitengewone maatregelen wor den genomen. En er bestaat een bloedverwant die ernstig op die buitengewone maatregelen aandringt. Rusland houdt niet op te verzekeren dat het vreemd is van alle baatzucht, maar door teedere banden van afkomst en godsdienst aan de Christen-bevolking van Turkije is gehecht, en daarom niet kan nalaten op te merken, hoe die bevolking op Candia zich krachtig blijft verzetten tegen de Turksche heerschappij, en hoe de Turksche regeering onmachtig blijkt om de orde in haar gebied te bewaren of te herstellen, en daarbij ongene gen om aan de rechtmatige klachten der bevolking te vol doen. Men voegt, er bijdat de Russische Keizer deze zaken ook te Parijs ter sprake zal brengen, en daar geen onwillig oor meer zal vinden. Maar dit kan stof geven tot een nieuwen oorlog, of lot een vergelijk dat den oorlo" voorkomt. Het Turksche rijk heeft zoo weinig aan de ver wachting voldaan, dat er niet licht weer een nieuwe Krim- oorlog om gevoerd zal worden. Het jaar 1867 zal een jaar zijn van onderlinge samenkomst en goede verstandhouding, roept de profeet uit het oord zijner ballingschap. Die ziet hoe langzaam en struikelend vaak de beschaving veld wint, zal juist van het jaar 1867 niet zooveel verwachten; maar niettemin zal hij elke schrede op den langen weg toejuichen en zal hij zich ver heugen o> er den zeer hoogen rang in onzen tijd aan de nij verheid toegekendover haar invloedrijke stem en haar klemmende eischen hij za! zieh daarover verheugen omdat zij de welvaart der menschen verhoogt, en omdat zij ver broedering verlangt en vrede gebiedt, Maar zal lnj zich ook verheugen aldus wordt van een andere zijde gevraagd over de stofvergoding onzer materialistische eeuw, over het feest, van hoogmoed, geldzucht en zingenot, zooals de tentoonstelling te Parijs zieli voordoet aan het oog van den godsdienstigen man Vijf jaren geleden was de algemeene tentoonstelling te Londen geopend. Te gelijker tijd was te Rome het Hoofd der Katholieke Kerk omringd door een schaar van priesters uit aile oorden der wereld, om te beraadslagen over de maat regelen die genomen dienden te worden tot beveiliging van s 1 ausen wereldlijke macht. De heide samenkomsten werden toen tegenover elkander gesteld als een vergadering van »de kinderen des lichts" tegenover een vergadering van »de kinderen der menschen." Londen was de stad van den Mam mon het tentoonstellingsgebouw eeu tempel tot verheerlijking van de stof. Heden juist vijf jaren geleden kwamen wij in deze courant tegen die tegenstelling op. Met genoegen mer ken wij op, dat een verdediging van de tentoonstelling thans onnoodig schijnt, terwijl de Paus zelf tot de bekroonde in zenders behoort. Wij verheugen ons van ganscher harte over dit heuglijk verschijnsel. Het bewijst ons, dat er in vijf jaren vooruitgang is op te merken, en dat men meeralgemeen overtuigd isdat de mensch tot hooger ontwikkeling begaafd en ge roepenjuist doordien hoogeren aanleg geschikt, en daarom ook op aarde geplaatst is ter beheersching van de stof, waarin God zelf ./beide zijn eeuwige kracht en goddelijkheid" heeft geopenbaard. Van zulk een beheersching, niet vergoding der stof, is ons de wereldtentoonstelling een schoon getuigenis. BELGIË. De raad van Gent heeftop een ingediend adres tot het slechten der citadeleenparig besloten dat verzoek bij de hooge regeering krachtig te ondersteunen. Den 24 heeft de minister Rogier in de Kamer medege deeld dat de 3 wegens de Scheldekwestie geraadpleegde ingenieurs zich hebüen verklaard, de pruisische voor Nederland en de engelsche voor Belgieterwijl de fransche oordeelt dat de afdamming der Oostersehelde Belgie niet zal bena- deelen. Hunne adviezen zijn nu gesteld in handen eener belgisohe commissie van ingenieurs. De aanvraag van .400.000 fr„ tot aankoop van geweeren werd toegestaan gelijk den 25, met 63 tegen 15 st., de nu voor openbare werken bestemde leening van 60 miljoen. De Senaat heeft de beide voordrachten spoedig goedgekeurd, na den 23 die tot het op pensioen stellen van leden der rechterlijke macht met 28 legen 24 st. Ie hebben aangenomen. PRUISEN. Men verzekert, dat het m Hauuuver ontdekte complot in verband stond met de omgeving van Koning George te Hietzing (Oostenrijk) en speculeerde op het verbreken van den vrede tusschen Frankrijk en Pruisen in welk geval een legioen van uitgeweken hannoveranen de omwenteling zou bevorderen. Den 22 hebben 300 studenten te Berlijn een waardig en hartelijk antwoord vastgesteld aan die van Straatsburg. Het door de Augsb. Zeilung medegedeelde hatelijk antwoord is dus een ondergeschoven stuk. Bij Kon. besluit van den 16 is volkomen vergiffenis ver leend aan de uitgeweken dienstplichtigen der ingelijfde landen, indien zij zich binnen 6 maanden bij hunne corpsen aanmelden. De aanbieding van den Vorst van Waldeck, tot afstand van zijn grondgebied, is afgewezen, naar men meent omdat zijne eischen te hoog waren. Het gouvernement heeft met Denemarken onderhandelingen aangeknoopt over de in Noord-Sleeswijk te houden volks stemming; de voornaamste voorwaarden daartoe zijn: over name van een deel der op Sleeswijk rustende schuld en bescherming der duitschers die in het overtedragen gebied blijven wonen. De bepaling dat alle vonnissen welke het verlies van adeldom medebrengen vóór de uitvoering aan het oordeel van den minister van justitie onderworpen moeten worden, is ingetrokken. De laatste pruisische troepen hebben den 27 de Saksische hoofdstad verlaten terwijl den 28 de eerste afdeeling artil lerie uit. Luxemburg vertrokken is. De Afgevaardigde Hauschleci heeft voorgesteld, om ten aanzien der mo\ie-Jssmann overtegaan tot de orde van den dag en onverwijld een wetsontwerp in behandeling te nemen waarby het verplaatsen van rechterlijke beambten uit de nieuwe naar de oude provinciën en hun recht op bevorde ring iu beginsel worden aangenomen. Dit voorstel werd den 29. nadat de minister Lippe de verplaatsing van den heer Oberg nogmaals verdedigd had, verworpen met 172 tegen 96 st., en daarop de motiz-Assmann met 171 tegen 75 st., aangenomen. Met Weimar is eene militaire conventie gesloten volgens welke dat hertogdom voortaan 169 en eerst met 1874 225 th. s jaars voor ieder soldaat aan de Bondskas betaalt en Prui sen inmiddels het tekort schietende bijpast, waarvoor het de vrije beschikking over de instructie en bevordering der weimarsche troepen bekomt. Onder het vorig Verhond betaalde het hertogdom 162 tb. per man. De Keizer van Rusland isop zijnen tocht naar Parijs den 30 te Berlijn aangekomen door den Koning aan het station ontvangen en van daar door Z. M. naar Potsdam geleid. BEIEREN. De vestingen Marienberg, Rosenberg, Wiirzburg en Oberhaus (waartoe de stad Passau behoort) zullen voortaan niet meer als versterkte plaatsen bezet worden. OOMTEMtlJK. In de eerste 3 maanden des jaars hehhen de uitgaven be dragen 102.408.263, de inkomsten 86.107.401 fl. De Aartshertogin Mathildedochter van den Aartshertog Albrechten zoogezegde verloofde van prins Humbert van Italië, heeft door het vlam vatten harer kleederen zeerern- stisre brandwonden bekomen. Te Brody, in Galieie, is den 23 een hevige brand ont staan welke eerst den volgenden morgen is bedwongen nadat 200 der schoonste huizen verwoest en 10 menschen omgekomen waren. De vestingwerken om Weenen zullen 11 miljoen kosten. Voorloopis wordt daaraan 4 miljoen besteed, afkomstig van de door Italië voor de verdedigingswerken in het venetiaan sche betaalde 35 miljoenwaarvan 30 miljoen aan Pruisen is uitgekeerd. Hongarije enz. 17 Edelvrouwen zijn tot hofdames d Keizerin benoemd. De minister Andrassy heeft aangekondigd dat Fium uitgenoodigd om afgevaardigden naar den Rijksdag te ze denmaar de croatische gemeenten nietomdat zulks

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1867 | | pagina 1