ALKMAARSCHE COURANT No. 29. Zeventigste Jaargang. 184 19 Juli. Zondag (JDfficiccl (öcbcletc. kïn¥ iïg e v i n g. IJk van nieuwe maten en gewigten te Alkmaar. JDoIiticfc <?)ucrzichf "02aekdijkscïtc iScricfttctu re r i w k i*. Deze Courant wurdt-wekelijks uitgegeven eu is verkrijg baar op Zondag morgentusschen 8 en 9 ure. Prijs per jaar f 3,40, enkele Nos. 7 Cents, franco per post j 4, Brieven franco aan de Uitgevers BERM'. COSTER ZOON. De Advertentiën kosten van 15 regels 0,75, voor elke regel meer 15 Cents, behalve 35 Cents zegelrecht voor elke plaatsing. Zij worden uiterlijk aangenomen tot Zaturdag namiddag 1 uuringezonden berichten een dag vroeger. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen Ier kennis van helanahebbendeu 1°. dat bij Kon. besluit van 10 Mei 1.1. No. 11, aan den lieer P. Spanjaardt op zijn verzoek eervol ontslag is verleend uit de betrekking van Arrondissements-IJ ker der malen en gewigten te Aikmaar, met ingang van 1 Julij 1.1., 2°. dat. bij beschikking van den Minister van Binnenl. Ziken van 11 Junij No. 184 2e afd., de Arr. IJker te Hoorn, de heer E.G. Staal gedurende hei laatste halfjaar van 1808 tevens belast is met de waarneming der functie van Arr.-IJker Ie Alkmaar, die. blijkens ont vangen kennisgeving, ten behoeve der ijkpligtigeudie niet aan de verpligting van den herijk hebben voldaan daartoe alsnog zitting zal houden Donderdag 30 Julij a.s., van 9 tot 12 en van 2 tot 5 uur en Vrijdag 31 Julij 's morgen? van 8 tot 12 uur. Burgemeester en Wethouders voornoemd Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 17 Julij 1868. lie Secretaris, SPANJAARDT. Het HOOFD van het Plaatselijk Bestuur te ALKMAAR brengt, ten gevolge van art. 1 der wet van 22 Mei 1845 (Staatsblad No. 22), bij deze ter kennis van de ingezetenen der gemeente, dat het voljaarsch kohier van de belasting op het Personeel, dienst 18§f op den 14 Julij 1868 door den Heer Commissaris des Konings in de Provincie Noord- Holland executoir verklaard op heden aan den Heer Ont vanger der directe belastingen binnen deze gemeente ter invordering is overgegeven. Ieder ingezeten, die daarbij belang heeft, wordt vermaand op de voldoening van zijnen aanslag behoorlyk acht te geven, ten einde alle geregtelijke vervo'giugen welke uit nalatigheid zouden voortvloeijen te voorkomen. Alkmaar. Het Hoofd van het Bestuur voorn.. 17 Julij 1867. A. MACLAINE PONT. DINGSDAG 21 JULIJ 1868 in het gewone lokaal. De Arrondissements Ijker. tijdelijk met de dienst belast, E. G. STAAL. Ouders of voogden, die verlangen hunne zonen of pupillen het onderwijs op de Latijnsche School met den aanvant van den nieuwen cursus, 7 September 1868, te doen bijwo nen, gelieven zich vóór den 15 Augustus bij den onder geteekeoden aautemelden bij wien de noodige inlichtingen te bekomen zijn, omtrent het admissie examen van hei gevorderd die vroeger op geeue Latijnsche School of Gym nasium wettig zijn toegelaten of geen getuigschrift kunnen overleggen, dat het onderwijs op de eerste klasse eeuei openbare middelbare school ten einde toe met gevolg is bij gewoond. Belanghebbenden worden ditmaal nog her innerd, dat slechts eenmaal in het jaar, bij het begin van den nieuwen cursus, leerlingen mogeu worden toegelaten, met uitzondering van hen die tusschentijd- binnen of inden omtrek der gemeente komen wonen of verblijf houden. De Rector der Latijnsche school, Dr. J. J. de GELDER. De KAMER van KOOPHANDEL en FABRIEKEN te ALKMAAR maakt bekend, dat. van Maandag 20 to Zaturdag 25 Julij e.k., van 's voormiddags 10 tot 's namid dags 2 uren in haar gewoon lokaal op het Stadhuister lezing zullen liggen 1. Statistiek van het Koningrijk der Nederlanden behelzende de staten van de in- uit- en doorgevoerde voornaamste handelsartikelen gedurende de maand April 1868. 2. Een opgaaf van den handel en de scheepvaart van Groot- Brittanje en Ierland gedurende de maand February en de overiee maanden van 1868. 3. Verzameling van consulaire en andere berigten en verslagen over nijverheid handel en scheepvaart. 1868. Deel I 10 en II, 1. 4. Verslag van den toestand der provincie Noord-Holiand over het jaar 1867. De Kamer van Koophandel en Fabrieken voorn.. Alkmaar, F. M. AGHINA, Voorz. 18 Julij 1868.J. P. KRAAKMAN. Secret. POLITIE." Ter terugbekoming voor jde eigenaars is aan het com missariaat van politie voorhanden het navolgende gevondene, alseen zilveren signetversierd met haarwerkeen kinder rinkelbel, alsmede een servet, gemerkt A.H.M (dit laatste voorwerp, volgens opgave, vroeg voorjaar gevonden). In Spanje zijn dezer dagen weder eenige generaals in hechtenis genomen en naar de Caiiarische eilanden ingescheept,. Wat er eigenlijk gebeurd is wat de generaals hebben ge daan of getracht te doen Is tot nog toe achter een sluier verborgen, dien de Spaansche regeerine het nog niet raad zaam schijnt te achten op te heffen. Evenmin heeft zij hel noodig geacht, de gevangenen door de bevoegde rechtbank ie doen vonnissen. Zij heeft hen eenvoudig in hechtenis doen nemen en in ballingschap wegvoeren. Een regeering die op deze wijze te werk gaat, gevoelt zich zeker niet sterk, of is niet overtuigd van haar goed recht. Waarom anders de gelegenheid versmaad om aan de wereld te toonen dat de veriannenen hunne straf hebben verdiend en dat er paar billijkheid en rechtvaardigheid is gehandeld Ook de N. H. courant de Tijd keurt, deze handelwijze af, maar r°i^l et 'Q ®^neu adpm bij, dat, zoo de generaals inderdaad schuldig zijn aan samenzwering tegen de bestaande regeering, on straf veel te licht is zij hadden onmiddellijk gefusilleerd moeten worden Nu wordt er verschillend gedacht over de noodzakelijkheid 01 de wenschelijkheid van de toepassing der doodstraf bij staatsmisdaden, bij pogingen tot gewelddadige omverwerping van ministeriëele zetels en vorstelijke tronen enz. Dat de Tijd dus in het algemeen een voorstander is van de dood straf in dergelijke gevallen, hehoeft niemand te verwonderen. Het ongelukkige Spanje heeft daarenboven van de soldaten- oproeren reeds zooveel geleden dat zij die van gestrenge straffen heil verwachten wel geneigd moeten zijn om met de uiterste gestrengheid te werk te gaan. Maar vreemd is het toch, deze aanbeveling van het fusilleeren te lezen in een blad dat zich vroeger zoo sterk verontwaardigd heeft over het doodschieten van den Oosteurijkschen Aartshertog Maxi- nnhaan in Mexico, die jaren lang de aldaar gevestigde re- geering had beoorloogd, en zijne tegenstanders, zoo zij met de wapenen in de hand gevangen werden genomenzonder vorm van proces evenzeer had laten ter neder schieten. Men kan vóór of tegeu het fusilleeren zijn maar het gaat. niet aan, bij de ééue gelegenheid zijn verontwaardiging over een doodvonnis luide te doen weergalmen, en bij een andere dood bedaard het fusilleeren aan te bevelen als de eenig doelmatige straf. Men komt dan licht in verdenking van met twee maten te meten. De beweging, die in Spanje volgens de tot ons gekomen berichten en geruchten dreigde uit te breken, en die door de inhechtenisneming van een aantal generaals nog tijdig voor komen zou zijn, scheen niet, zooals gewoonlijk, een veran dering vau Ministerie te bedoelen, maar tegen de Koningin zelve gericht, te zijn. Nadere berichten zijn echter nog al leszins noodig om met, eenige zekerheid te weten, welke plan nen er eigenlijk gevormd waren. Merkwaardig is het intusschen, dat de Frausclie regeering haar Spaansche zuster voor het gevaar heeft gewaarschuwd, en dat. ook de hertog de Monl- pensier een uitnoodiging heeft ontvangen om het land te verlaten waaraan dan ook bereids door hem gevolg is ge geven. Voor zoover hekend is, leefde deze vorst uit het geslacht van Orleans huiten de woelingen der partijen, en bestaat er niet de minste reden om te gelooven, dat hij zich zou hebhen ingelaten met eeu samenspanning tegen de Ko ningin of zelfs tegen haar Ministers. Waarom moet hij Spanje dan verlaten Hadden de verbondenen misschien buiten zijn weten zijn naam aan hunne onderneming ver bonden en had de beweging de verheffing ten doel van dezen echtgenoot van de zuster der Koningin Was zij tegeu Isabella zelve gericht? Op al deze vragen kuunen eerst latere berichten het antwoord geven. Die verwachtten, dat. de H. Stoel eenige inschikkelijkheid jegens de Oostenrijksche regeermg zou aan den dag leggen, zullen zich in die meening bedrogen zien. Zulk een open- njke en strenge veroordeeling van de nieuwe wetten hadden weinigen verwacht. Wel wist. men, dat het Hof van Rome Ie daarin gehuldigde beginselen verwierp, maar die begin- -elen waren reeds sedert lang in de Fransche wetten opge nomen. Bij de laalste Pauselijke encycliek waren zij uitdruk kelyk veroordeeld, en men vermoedde niet, dat er een ifzonderlijk vonnis over de Oostenrijksche wetten zou geveld worden, nu zij ook daarin werden toegepast. De Siècle vr agt daarom dan ook, hoe het mogelijk is, dat de H Stoel het concordaat met Frankrijk heeft kunnen sluiten en haudhaven, waar toch omtrent het onderwijs en het. huwelijk dezelfde wetlen bestaan, die nu ook in Oostenrijk gelden. De Fransche Moniteur maakt dezelfde opmerking in de volgende woordenvDaar die wetten niet anders bevatten dan de beginselen welker toepassing in andere rijken der Christen heid door den H. Stoel niet meer bestreden wordt,, meent het Kabinet van Weenen grond te hebben om te verwachten dat het thans bestaande geschil zich van de practische zijde bij een eenvoudig protest zal bepalen." Dal overigens de thans in Oostenrijk afgekondigde wetten, die op het huwelijk en het openbaar onderwijs betrekking hebbendoor het, Hoofd der Katholieke Kerk veroordeeld worden, mag wel niemand verwonderen, evenmin als iemand zich daaraan mag ergeren. Moet het aan de Kerk niet vrijstaan, te veroordeelen wat zij verderfelijk vindt? Als de Slaat van zijn standpunt geen ander huwelijk erkent dan het nurgerlijk huwelijk magdande Kerk haar leden niet voorhou den, dat zij met. zulk een huwelijk geen vrede kan hebben, dat zij het niet kan erkennenmaar het veroordeelt als een onzedelijke verbintenis? Die deze vrijheid aan het Hoofd der Katholieke Kerk betwist, of zich aan zulk een openlijke en gestrenge veroordeeling ergert, is geen oprecht voorstan der van de vrijheid van godsdiensten geeft, blijken van groote onverdraagzaamheid. De vrije Kerk iu den vrijen S!aat heeft het recht te beoordeelen coed- en af te keuren, aan te bevelen en t.e veroordeelen. Of zou de Paus, als Hoofd der Katholieke Kerk niet evenzeer bevoegd zijoom bij voorbeeld het doemvonnis over onze schoolwet uit te spreken als de heet Groen van Prinsterer en zoo menig ander orthodox-protes tant of katholiek? Ergerlijk alleen is het, de conservatieve partij, wier werk deze wet is, die haar altijd heeft verdedigd en de gemengde school als eeu kostbaar kleinood heeft ge handhaafd thans te hooren instemmen met dit koor van afkeuring en veroordeeling, om zich den steun van ortho doxen en katholieken te verzekeren, en haar uit partijbelang eigen geschiedenis en beginselen te zien verloochenen, Maar al heeft elk kerkgenootschap het recht om zijne le den te vermanen geen vrede te hebben met sommige wetten en instellingen van den staat, het, mag van den staat niet eischeu dat. hij zich richte naar de lessen en voorschriften van een kerkgenootschap. De staat behoort dezelfde te zijn voor al hare onderdanen, zonder onderscheid van godsdienstige richting. De burgerlijke wet. mag voor de geldigheid van etn huwelijk geeu eischen stellen zooals een of ander kerk genootschap die verlangt en zoo de staat het noodig acht zelf voor het onderwijs te zorgenhet godsdienstig onder wijs ligt buiten den kring zijner bemoeiingen, en wordt aan de kerkgenootschappen overgelaten. De staat mag niet de dienaar zijn van een of ander kerkgenootschap; hij behoort zich op een onzijdig standpunt te plaatsen en te zeggen ik vraag niet naar uwe godsdienstige overtuiging, ik treed in geen geloofskwesties, maar laat. ieder vrij; voor de gel digheid van een huwelijk doe ik enkele eischen en bepaal ik sommige formaliteiten die onafhankelijk zijn van de gods dienstige geziudhiid der ingezetenen. M-ent nu eeu of ander kerkgenontsch ipdat de door mij gestelde eischen en Toorgeschreven formaliteiten onvoldoende zijn, weluuj het meer te eischen. Noemt een sacramenten acht priesterlijke wijding aan is vrij om van zijn leden nog iets de Katholieke Kerk het huwelijk zij het niet geldig wanneer er de ontbreekt, zij moge dit, aan hare leden ouder het oog bren gen en van hen eischendat zij in deze aangelegenheid niet alleen de voorschriften van den staatmaar ook die van de kerk opvolgen. Is dit niet voldoende Moet de staat zelf tusschen beide treden, en van den katholiek eischen, dat aan zijn huwelijk de priesterlijke wijding niet ontbreekt? Moet hij ook hen die deze wijding niet noodig achtendaartoe verplichten door anders hun huwelijk niet te erkennen? Of moet de staat weer andere voorschriften maken voor protestanten en joden Maar dan was het met de vrijheid van godsdienst gedaan. In gewetenszaken mag geen dwang worden uitge oefenden dwang is het, indien de staat geen huwelijk als wettig erkent, dat niet overeeukomstig de voorschriften van een of ander kerkgenootschap is gesloten. De staat wordt op deze wijze de dienaar der kerk hij dwingt de leden der kerk hare voorschriften op te volgen. En juist dien weg mag de staat niet betreden daarin moet hij volle vrijheid laten. Eigen vrije overtuiging, eigen godsdienstig geloof moet daarin voor ieder beslissen. Men zou kunnen vragen, of dan de kerk in dit opzicht zoo zwak is, dat zij de hulp van den staat noodig heeft. Haar trouwe zonen zullen zich immers niet tevreden stellen met het burgerlijk huwelijk, maar daarenboven de kerkelijke wijding verlangen en zoo sommigen dit niet begeeren zou de kerk dan willen dat de staat hen daartoe dwong De ondervinding schijnt te leeren, dat inderdaad alles het beste gaat, als staat en kerk vrij blijven en zich niet met elkanders zaken bemoeien. In Nederland kent de wet al leen liet burgerlijk huwelijk; elk heeft natuurlijk de vrijheid daaraan die kerkelijke wijding te geven die hjj begeert. Geeft deze regeling aanleiding tot klachten van de zijde der katholieken? Er wordt nooit iets van dien aard gehoord. Scheiding van kerk en staat met vrijheid van heide is ook hier het beste. W v d K BELGIË. De Koning heeft voor de uitnoodiging der kamer van koophandel te Antwerpeu, tot bijwoning der onthulling van het ruiterstandbeeld van Leopold I, tot zijn leedwezen moe ien bi dankenen zulks wegens betreurenswaardige voorval len welke voor de waardigheid der Kroon thans zijn bezoek aldaar onmogelijk maken. Bij Kun besluit, van den 13 is het vervaardigen hergen vervoeren eu gebruiken van uilru-glycerine in Bel<rie ver boden. Het slaatsgerechtshof heeft den voormaligen hannoverschen minister graaf Platen bij verstek veroordeeld tot 10 jaren tuchthuisstrafgevolgd door 10 jaren policie-toezicht. Den 5 is te Grosz Peterwiiz het op kosten van den graaf Limburg Slirum opgerichte gedenkleeken ter eere van graaf Bismarck(eea houge obelisk van graniet, met marmeren me- daljoü) plechtig onthuld geworden. De Koning is den 12 te Ems aangekomen met gejuich ontvangen en opgewacht door de civiele en militaire over heden en den bisschop van Limburg, 's Avonds werd hem door de kapel van hel Kurhuis eene serenade gebracht en waren de woonhuizen en de collonade fraai geïllumineerd. Te Posen is een boekbinder ter dood veroordeeld die in 6 jaren 4 van zijne 5 vrouwen en 2 zijner kinderen door ver gif heeft omgebracht met het. doel om in het bezit hunner nalatenschappen te komen. Bovendien wordt hij verdacht zijne eerste vrouw en een zijner patroons vergiftigd te hebben. MESSEV. Pruisen heeft ten gevolge van den tegenstand van het vorige kabinet tegen het uitvoeren der gesloten militaire conventie, aangedrongen op eene verhooging der tractemen- ten. De 2" Kamer heeft de daartoe benoodigde 80000 fl. geweigerd, hetgeen door den Koning van Prutsen, als op perbevelhebber van het Bondsleger, beantwoord is met het plaatsen van vele pruisische officieren bij het tot dus ver zuiver hessisch gebleven contingent. De 1« Kamer heeft thans eveneens, in weerwil van"den aandrang van het mi nisterie van oorloghet bedrag geweigerd. Uit Praag zijn den 4 230 ezechenwaaronder eenige voorname vrouwen, naar Coustanz vertrokken, om aldaar het, gedenkfeest van den marteldood van Johannes Husz me- delevieren. Bij hunnen tocht door Boheme hebben zij hier en daar groote geestdrift opgewekt. De gemeenteraden van Olmutz, Brünn, LeipaReichen- bergLeitmeritz enz. hebben adresseu aan de regeering ge- zoudentot betuiging van instemming met het protest van den weener gemeenteraad tegen de pauselijke allocutie, en van vertrouwen in de regeering des Keizers. Door de hongaarsche en eroatische deputatiën is bepaa'd, dat van de eroatische inkomsten (op 4)- miljoen fl. berekend) 55 p. et., zullen geslort worden iu de hongaarsche kas, als bijdrage in de gemeenschappelijke uitgaven, terwijl 45 p.ct. voor de eigen behoeften des lands bestemd blijven. Ingeval van inlijving van Dalmatie en Slavonie bij Cr'oatiezou de bijdrage in de gemeenschappelijke uitgaven nooit meer dan ongeveer 4 miljoen behoeven te bedragen. De uitlevering der op aanzoek van Servie gevangen geno men personen is geweigerd zullende zij voor het gerechtshof te Pestli terechtgesteld worden. Te Triest heeft de wrevel, welke bij een groot deel der bevolking tegen den stadhouder, bn. Bach, en tegen een aantal leden van den gemeenteraad ter zake hunner clerikale gezindheid bestaat, zich den 10 lucht gegeven in onstuimige demonstratiën. Voor de woning van den stadhouder, voor het bisschoppelijk paleis en voor het eapneijner-klooster hadden samenscholingen plaats, van het pauselijk consulaat werd het wapen afgerukt, en voor het italiaanscfie deden zich de kreeten hooren: «Weg met Bach! Weg met Pius IX,' Leve Italië!"

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1868 | | pagina 1