•I
ALRMAARSCHE COURANT
No. 48.
Zeven t ig.sfeJ aar gang.
186!
W
mm
Zondag
29 November.
lr>
A feS
©fficiccl (öcbccltc.
i )e armen-bewaarsehool
te Alkma.ir.
&2ücfeclijfi0cïtc Berichten
Pruisen.
Oostenrijk-Hongarlie.
Italië.
Kerkelijke Slaat.
Spanj e.
nie
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijg
baar op Zaterdag avond te 7 uren. Prijs per jaar f 3,40
franco per post f 4,—
Brieven franco aan de Uitgevers
HEK M". CO STEK ZOON.
De Advertentiën kosten van 15 regels f 0,75, voor
elke regel meer 15 Cents, behalve 35 Cents zegelrecht
voor elke plaatsing. Zij worden uiterlijk aangenomen tot
Zaturdag namiddag 1 uur; ingezonden berichten een dag
vroeger.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennisse der ingezetenennaar aanleiding eener
daartoe ontvangene uitnoodiging van den heer Commissaris
des Konings in deze provincie, dat door liet kootdbestuur
der vereeniging ter bevordering van fabriek- en liandwerks-
nijverheid in Nederland besloten is tot het houden eener
internationale tentoonstelling in 1809 te Utrechtvan
voorwerpen voor de h.v ishouding en het edrijt
van den handwerksman.
Burqemeester en Wethouders voornoemd,
AlkmaarA. MACLAINE PONT.
94November 1868. Be Secretaris,
SPANJAAKDT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAA11
brengen ter kennis der ingezetenen: dat het suppletoir kohier
der plaatselijke directe belasting over 1868, den 25 November
1868 door 'Gedeputeerde Staten dez.-r provincie is goedge
keurd en op heden ter invordering aan den gemeente-ontvanger
is uitgereikt. Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
28 November 1868. Be Secretaris,
SPANJAARDT.
VERGADERING van den RAAD der gemeente ALK
MAAR, op Woensdag, den 2 December 1868, des namiddags
ten 12'- uur. Namens den P oor zit ter van den Raad,
SPANJAARDT.
Twintig jaren lang heeft zij bestaan. In 1818 werd zij
opgericht, in 1868 werd het besluit genomen tot hare op-
heiing. Hare geschiedenis kan in weinige woorden worden
vermeld. Getrouw aan het doel dat de Maatschappij tot
Nut van 't Algemeen zich voorschreef, riep het Alkmaarsclie
departement ook deze inrichting in het leven, om Alkmaars
ingezetenen door aanschouwing en eigen bevinding van het
nut eener bewaarschool te overtuigen. Redeneeringen zijn
dikwijls onvermogend om een nuttige instelling te doen
waardeeren. Men wil met eigen oogen aanschouwen, men
wil hare werking zien, men wil de vruchten door eigen
ondervinding leeren kennen; maar wie zal de proef wagen
die toch immers mislukken kan!1 Wie wil zich blootstellen
aan teleurstelling, aan tijd- en geldverlies'f Dat wil de
Maatschappij tot Nut van 't Algemeen; dat is hare roeping,
haar plicht. En evenals zij de proef nam met een volks-
leesbibliotheek, met een spaarbank en een hulpbank, meteen
naai- en breischool, nam zij de proef met een armen-bewaarsehool.
Is de proef gelukt Schier algemeen wordt die vraag toe
stemmend beantwoord. Hoeveel verschil van gevoelen er ook
omtrent andere punten moge bestaan, het nut eener armen-
bewaarsehool in deze gemeentehare wenschelijkheid wordt
niet betwijfeld. Zeker, de ouders zeiven zijn in de eerste
plaats geroepen om voor de opvoeding hunner kinderen te
zorgenen het huisgezin mag nooit door de school worden
vervangen. Maar aan de ouders mag wel bijstand wordeu
verleend in hunne moeilijke taaken de school mag het huis
gezin wel te hulp komen. Vooral waar de zorg voor de eerste
levensbehoeften man en vrouw beide tot den arbeid dwingt,
waar zij gedurende vele uren van den dag worden verhinderd
zich aan hunne kinderen te wijden, daar mag de bewaarschool
hun de taak verlichten, daar verricht zij een goed, een nut
tig werkwanneer zij die taak voor een gedeelte overneemt
en de kinderen in een ruim en luchtig iokaalen zooveel
mogelijk in de open lucht, met geschikte spelen en doelmatige
lichaamsbewegingenmet gepaste kinderverhalen en aardige
liederen hezig houdt, waar zij hen aan orde, netheid en zin
delijkheid gewentruwheid en stugheid tegengaaten door
hun eigen onderling verkeer hun inschikkelijkheid, vriendelijk
heid verdraagzaamheidsamenwerking leertwaaraan onze
maatschappelijke samenleving zoo groote behoefte heeft. Ligt
er in den aard van ons volk niet een zekere stugheiddie
aanleiding geeft tot botsingen en twist waar de menschen
met elkander in aanraking komendie het tegendeel is van
voorkomendheid, die eer afstuit dan aantrekt., en dikwijls de
vriendelijke zon der gezelligheid buiten hunne woningen
sluit En zal niet het samenzijn van die vele kinderen in
de bewaarschool op hunne jeugdige harten in dit opzicht een
gunstigen invloed hebben Zullen niet die gemeenschappelijke
spelenliederen en lichaamsoefeningen in het kinderlijk ge
moed de kiemen leggen van zekere vriendelijke vrijmoedig
heid en onderlinge welwillendheiddie hen later tot vreed
zame en gezellige burgers, tot goede en hulpvaardige buren
zullen maken? Meer nog dan de school waar later het on
derwijs hoofdzaak -wordtis in dit opzicht de bewaarschool
met hare kinderspelletjes en kinderliedjesjuist door haar
gezelligheid en de vrijere beweging die zij veroorlooftde
kweekplaats dier algemeene beschavingdie wij zoo gaarne
tot alle klassen der maatschappij zien doordringendie de
ruwheid en de eigenzinnigheid verbant, de menschen vat
baarder maakt voor reine genietingen en goede indrukken
en hun levensgeluk verhoogt.
Kan het anders, of de bewaarschool moet tevens een ge
schikte voorbereiding zijn voor de gewone lagere school?
Worden daar niet de verstandelijke vermogens ontwikkeld?
Wordt lietjgelieugen niet geoefend Wordt het kind niet lang
zamerhand gewend te luisteren, zijn aandacht bij iets te bepalen,
antwoorden te geven en te spreken? En wordt het daardoor
niet geschikt gemaakt om later op de gewone school het
onderwijs te genieten Jammer slechts, dat door de gebrekkige
inriohting der meeste schoollokalen de overgang van de be
waarschool naar de lagere school voor de kinderen te groot
wordt, en men genoodzaakt is de zesjarige kleinen, die zoo
even de vrije bewaarschool met haar speelplaats hebben ver
laten, terstond drie uren achtereen op een bank te plakken
Doch dit is een gebrek van de lagere school en niet van de
bewaarschool.
liet departement der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen
had zijne taak afgedaan, toen het de school had opgericht en
zoolang in stand had gehouden, dat men hare werking had
kunnen zien en hare vruchten had leeren kennen. Meer te
doen lag niet op zijn weg, meer kon het ook niet doen. Een
armen-bewaarsehool heeft bij vele uitgaven slechts zeer geringe
ontvangsten. Vond nu die school geen bijval, men kon haar
aan haar lot overlatenen spoedig zou zij opgehouden hebben
te bestaan. Bleek zij nut te stichten, misschien zou het ge
meentebestuur, misschien de eene of andere vereeniging,
misschien zouden particulieren haar overnemen. Het depar
tement dat haar oprichtte, was van den beginne af aan van
oordeel, dat die overneming op den weg lag van het gemeente
bestuur. Het had zijn school geschoeid op de lee3t van de
openbare lagere school, zonder kerkelijke kleur, en haar
opengesteld voor alle kinderen zonder onderscheid van gods
dienstige gezindheid. Zulk een school alleen kon door de
gemeente ondersteund en overgenomen worden. Reeds in
het //plan der bewaarschool," dat de oprichting voorafging,
werd van een latere overneming door het gemeentebestuur
als van een niet onwaarschijnlijke gebeurtenis gesproken.
Aanvankelijk vroeg men echter ondersteuning, subsidie uit
de gemeentekas. En het gemeentebestuur ondersteunde en
stond subsidie toe, ja. scheen ook niet vreemd van het denk
beeld om de school te eeniger tijd over te nemen of wel zelf
een openbare armen-bewaarsehool te stichten. Het schijnt
echter, dat hier niet zoozeer de overtuiging van het gemeente
belang als wel de vrees dat weldra een algemeene wet de
gemeenten tot de oprichting van openbare bewaarscholen zou
verplichten, den gemeenteraad beheerschte.
Het subsidie-stelsel had zijn gewone treurige gevolgen.
De belangstelling der ingezetenen verflauwde, de vrijwillige
bijdragen verminderden, daar nu toch de algemeene kashouder
en gemachtigde van de burgerij, de gemeenteraad namelijk,
zich de school had aangetrokken. Het lange ziekteproces
had een aanvang genomendat nu geëindigd is. De gemeen
teraad heeft zich eindelijk duidelijk verklaard, en besloten
deze zaak aan de ingezetenen zeiven te moeten overlaten.
Het departement heeft geoordeeld, dat het reeds veel te lang
allerlei kunstmiddelen had gebruikt om de school in liet leven
te houden, en besloot tot opheffing der school tegen den eersten
Mei van het volgende jaar, het voortaan aan Alkmaars in
gezetenen overlatende, of zij een gemengde voor allen open
staande armen-bewaarsehool wilden hebben of niet.
Wat zal het antwoord zijn van Alkmaars burgerij Zal
er hier weldra geen algemeene armen-bewaarsehool meer be
staan Zullen meer dan honderd kinderen weldra van die
schooue gelegenheid tot verstandsontwikkeling en beschaving,
van die gezellige voor ziel en lichaam heilzame verblijfplaats
verstoken worden? Zullen zoovele vlijtige armen de hulp
der bewaarschool missen Dat moge zoo niet zijnDat
verhoede de belangstelling van den meer gegoede in het lot
van den arme, dat verhoede de liefde tot den naaste, die
zich openbaart in werken van weldadigheid
Maar is dan de armen-bewaarsehool geen gemeentebelang
en is de gemeenteraad niet geroepen om voor een goede be
waarschool te zorgen? Gij weet, ingezetenen van Alkmaar,
dat omtrent de beantwoording dezer vraag verschil van ge
voelen bestaat. Nog niet lang geleden zijn de gronden voor
bevestigend antwoord op uitmuntende wi;ze uiteenge
zet (1). Als lid van deu gemeenteraad heeft ook de schrijver dezer
regelen met volle overtuiging de raeening verdedigd dat het
algemeen belang van een armen-bewaarsehool zoo duidelijk
isdat de raad er voor behoort te zorgen, als de burgerij
het zelve niet doet. Veel schooner echter, veel flinker, veelmeer
jassend voor een vrij, zelf denkend en zich zelf besturend volk is
iet, wanneer de burgers niet alles aan den staat overlaten, niet
alles van den staat verlangen, maar liefst zeiven tot stand bren
gen wat zij wensclielijk achten, uit eigen beweging de han
den ineenslaan, in het leven roepen wat zij nuttig achten en
zóó inrichten als hun het beste voorkomt. Een //dood volk"
alleen ziet steeds naar de regeering om redding uit, en neemt
zijn toevlucht tot smeekschriften, adressen en rekesten, maar
een waarlijk elevend" volk slaat zelf de handen aan het werk.
Zoo doe Alkmaars burgerij! Vijftien ingezetenen hebben
zich vereenigd om een vereeniging te stichten tot oprichting
instandhouding eener algemeene armen-bewaarsehool
Binnen weinige dagen zullen zij hunne medeburgers oproe
pen om tegen een jaarlijksche contributie van die vereeniging
leden te worden. Het zou een schande voor Alkmaar zijn
als hun stem geen gehoor vond. Laat ons alle overige kwes-
t.iën ter zijde stellen. Immers, of het gemeentebestuur de school
opricht, dan wel of de burgers het zeiven doen, is toch altijd
van ondergeschikt belang, als er maar een bewaarschool komt.
De meerderheid van den gemeenteraad heeft gemeend, dat bij
de vele andere uitgaven die de gemeente heeft te doen en
de reeds verhoogde belastingen de zorg voor bewaarscholen
aan de ingezetenen zeiven behoorde overgelaten te worden,
Nu mogen sommigen een andere meening zijn toegedaan
maar waar velen moeten samenwerken als iu onze maatschap
pelijke samenleving, behoort men zich niet te onttrekken
als men zijn meening in ondergeschikte punten niet ziet vol
gen. Anders zal men onmachtig zijn om ooit iets met ver
eende krachten tot stand te brengen. Ter wille van de
hoofdzaak moeten alle andere kwestiën wijkenen de hoofd
zaak is hier de oprichting eener algemeene armen-bewaarsehool,
Zoo iets ondersteunt, men niet met een aalmoes, maar
daartoe vereenigt men zich met, bijdragen waaruit de warme
belangstelling blijkt. W. v. d. K.
(1) //Een Alkmaarsch belang" door van Heijst.
Bij het Huis der Afgevaardigden is een ontwerp van wet
op de volksscholende pensioneering van onderwijzers en de
ondersteuningskassen voor weduwen en weezen van leeraren
bij het lager onderwijs ingediend. Alle gemeentendekleine
en behoeftige iii vereeniging' met anderezullen op hare
kosten het noodige getal volksscholen moeten oprichten en
onderhouden, doch het onderwijs behoeft daarop niet koste
loos verleend te wordenwaartoe de opheffing van art. 24
der grondwet wordt voorgesteld.
Het Huis heeft den 20, met nagenoeg eenparige stemmen.
het voorste]dat geen lid wegens hetgeen hij in het, Huis
zou zeggen daarbuiten ter verantwoording kan geroepen wor
den aangenomén. De minister van binn. zaken verklaarde,
dat de regeering, hoewel zij ernstige bezwaren tegen het
voorstel hadzich ter wille van den vrede daarbij zou ne-
derleggen.
Den 23 is de herziene acte op de Rijnvaart zonder dis
cussie goedgekeurd.
Oostenrijk. De heer Zelinka, burgemeester van Weenen,
is den 21 overleden.
Indien het gemeenschappelijk budjetzooals het thans door
de regeering is voorgesteld wordt aangenomenzal het cis-
leithaansche budjet een tekort van 12} miljoen aanwijzen
waarin voorzien kan worden door het verkoopen van staats
domeinen en het uitgeven van schatkistbiljetten.
Hongarije. De Afgevaardigden uit Croatie zijn den 24
in den Rijksdag verschenen en met geestdrift ontvangen. Zij
hebben uit naam van het croatische volk broederlijke gezind
heid en handhaving van de eenheid der Kroon van den
U. Stefanus toegezegd. Er zijn onmiddelijk leden voor de
Delegatie uit hun midden gekozen.
De Keizer en de Keizerin zijn den 24 te Ofen aangekomen.
De verkoop der kerkelijke goederen heeft gedurende één
jaar 69} miljoen fr. opgebracht.
De baronnen Luigi en Pietro Compagni, te Cosensa, hebben
ten behoeve van het gewest hunner inwoning, afstand ge
daan van eene schadevergoeding van 800000 fr., waarop zij
aanspraak hadden ter zake van de onteigening hunner goe
deren voor den aanleg van den weg van S. Mauro naar
Rossano.
De regeering heeft bepaald, dat de Staat de kosten zal
betalen der begrafenis van Rossini, en dat eene inschrijving
zal worden geopend om te zijner eer een monument opterichten.
De werking van de Vesuvius neemt in hevigheid toe. De
lavastroom is 20 ellen breed en 10 a 12 ellen diep. Een
bosch kastanjebóomen is verbrand; vele woningen en akkers
zijn overstroomd. Het dorp S. Giorgio, dat bedreigd wordt,
door de inwoners verlaten.
Garibaldi heeft bij brief, den 11 aan zijne spaansche vrien
den gerichthun den raad gegeven om de federale republiek
aftekondigen en onmiddelijk een dictator voor den tijd van
jaren te benoemen.
De minister van financiën heeft bij de Kamer een aan-
haugsalüèot de begrooting voor 1869 ingediendwaarbij de
uitgaven op 1011, de ontvangsten op 929}. miljoen geraamd
zijn behoudens de voordeelen der conversie en van den ver
koop der kerkelijke goederen, zoodat het tekort grootendeels
gedekt wordt.
De heer Mari is tot president, de heer Mordini tot vice-
president der Kamer verkozen. Ten gevolge van de aankon
diging eener interpellatie over de te Rome gehouden straf
oefening, heeft de minister Menabrea de smart en veront
waardiging der regeering over die executie te kennen gege
ven; een voorstel om met deze gevoelens van afkeuring in-
testemmen is met alg. st. en om voorts ten aanzien dezer zaak tot
de orde van den dag overtegaan met 147 tegen 129 st.
aangenomen.
Door een blad te Ancona is eene inschrijving voor de
geblevenen der ter dood gebrachte verordeelden geopend.
Den 24 is te Rome het doodvonnis voltrokken aan Monti
en Tognettide 2 hoofddaders van den aanslag tegen de
kazerne Serristori.
Als candidaten voor den troon worden thans ook genoemd
prins Leopold o. Hoheazollern, broeder van Vorst Karei van
Roumaniegehuwd met eene zuster van den Koning van
Portugal, en de 10 jarige, in Spanje geboren, oudste zoon
van den hertog v. Montpensier.
De minister van oorlog heeft eene commissie, onder voor
zitting van genl. Cordeba, benoemd, om een onderzoek inte-
stellen naar de wijze, waarop de inrichting en administratie
van het leger behooren te worden hervormd.
Bij besluit van den minister Figuerola is een uitgestrekt
terrein, vroeger aan de kroon behoorendeaan de stad Ma
drid geschonken, om tot begraafplaats te worden ingericht.
Voorts is een besluit uitgevaardigdinhoudende bepalingen
op de organisatie der nationale garde.
De tweede algemeene voorbereidende kiezersvergadering
is den 15 te Madrid op het plein bij het kon. paleis gehou
den en door 30000 menschen bijgewoond. De heeren S.
Olozaga, Armyo, Martos en anderen hebben het woord ge
voerd en veel bijval verworven. Na den afloop heeft de
menigte zich in 2 troepen verdeeld, die met orkesten en
vaandels door de stad getrokken zijn en elkander op het
plein voor het regeeriugshötel weder ontmoet hebben. De
leden van het Voorloopig Bewind en de onderteekenaars van
het monarchale manifest verschenen op het balcon, en na den
heer Olozaga spraken schier alle ministers het volk toe.
Van vele provinciale en stedelijke besturen zijn adheesiën
aan het manifest ontvangen.
De bevolking van Barcelona heeft, ten blijke barer inge
nomenheid met het manifest, voor 100 miljoen r. in de
leening ingeschreven.
Aan le Siècle wordt evenwel gemeld, dat de meeste in
woners dier stad zich, door middel der clubs, voor eene
federatieve republiek en tegen de coalitie der unionisten,
progressisten en democraten hebben verklaard.
Den 22 hebben aldaar eene groote monarchaal-coustituti-
oneele manifestatie, waaraan 25000 personen deelnamen, en
eene republikeinsche, die uit 9000 personen bestond, elkander
ontmoetbij welke gelegenheid in een der optochten de kreet
van //leve de vrijheid!" in de anderen die van: //leve de
verbroedering!" werd aangeheven. De republikeinen ver
klaarden, dat zij hen, die de orde verstoordenals verraders
beschouwen, en zich zeiven aan de beslissing der Cortes
onderwerpen zouden.
Te Malaga is den 21 eene bedaarde manifestatie van 15000
personen gehouden, ten gunste van de invoering der republiek.