2 No, 52. Zeventigste Jaargang- Km oj Zondag 27 December. ?W' Sentimentaliteit, $t£!ckclij!tisdu Berichten. B*i'uisen. Oostenrijk-fllongarijc. 91i a I i e. Kerkelijke Staat. Spa n j e. Frankrijk. alkMaarsche courant Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijg baar op Zaterdag avond te 7 uren. Prijs per jaar f 3,40 franco per post f 4,—. Brieven franco aan de Uitgevers HERM'. COSTER ZOON. De Advertcntiën kosten van 1—5 regels f 0,75, voor elke regel meer 15 Cents, behalve 35 Cents zegelrecht voor elke plaatsing. Zij worden uiterlijk aangenomen tot Zaturdag namiddag 1 uur; ingezonden berichten een dag vroeger. Rij cleze Courant behoort een Bijblad. Aan de openbare tusschenschool te Alkmaar wordt op eenc jaarwedde van 380,— gevraagd een HULPON DERWIJZER. Sollicitanten worden verzocht lmnne sollicitatiestukken franco vóór 15 Januarij 1869 aau den Burgemeester van Alkmaar intezenden. lil. waarloosden met wier verzorging de staat zich belast een goede opvoeding wordt gegeven, - 't is sentimentaliteit. Wees van gevoelen dat de doodstraf ongeoorloofdondoelmatig of onnoodig is, 't is alweer sentimentaliteit. Zou het niet Is het niet een ongezonde, een ziekelijke richting, vragen som mige menschen, die zieh veel laten voorstaan op hun nuch ter gezond versland en practisclien zin, dat het medelijden zich uitsluitend of bij voorkeur wendt tot dieven en moor denaars, tot schurken en loszinnigen, die immers zeiven oorzaak zijn van hun ongeluk, die de wrange vruchten pluk ken van hun eigen wangedrag of hun eigen dwaasheden Hebben dan de brave armen en de eerlijke ongeiukkigen niet in de eerste plaats aanspraak op onze belangstelling en onze hulp Ongetwijfeld. Wie ontkent dit? Maar wat deze verstan dige en bezadigde lieden beweren is onwaar. Zij smokkelen met zekere goochelaarsbehendigheid in hunne besehuldiging een paar woorden binnen, waar men aanvankelijk geen erg in heeft, maar die juist van zeer veel belang zijn. Dat er belangstelling en veel belangstelling gevraagd wordt in het lot van den gevallen en misdadigen medemensch, is geen uiting van sentimentaliteit. Of moet juist niet gezocht wor den wat verloren is En wie hebben den geneesheer meer hoodig, de gezonden of de zieken? Maar als de belang stelling zich uitsluitend bij deze ongeiukkigen bepaalde of ook maar hun lot zich met bijzondere voorliefde aantrok ja dan zou dat medelijden ziekelijk genoemd, dan zou die richting bestreden moeten worden, dan zou het verwijt van sen timentaliteit verdiend zijn. Zijn dan de voorstanders van de verbetering onzer gevangenissen en de afschaffing van de doodstraf blind voor de behoeften van den ijverig zwoegenden, zuinig sparenden, maar niettemin moeilijk rondkomenden werk man? Zijn ze ongezind om den met tegenspoed kampenden natuurgenoot de hand te reiken en hulp te bieden? Zijn ze doof voor de klacht der eerlijke armoede en der onverdiende ellende? Men zie rond en onderzoeke wat daarvan is. Ik voor mij geloof dat dan zal blijkendat het hun die deelneming toonen in het lot der gevallenen, allerminst ont breekt aan belangstelling in het lot van die anderen die in de beproeving zijn staande gebleven, en in den strijd met de moeilijkheden des levens de handen niet moedeloos hebben laten hangen niet gewanhoopt hebbenen niet van den rechten weg zijn afgeweken. Menige nuttige instelling, die den behoeftige ondersteunt, den onvermogende te gemoet komt, of den met arbeid en zorg overladene zijn taak helpt verlichtenzal blijken haar aanzijn verschuldigd te zijn aan dezelfde mannen die zich het lot aantrekken van verwaarloosdengevallenen en ver oordeelden. Dat deze laatste de meeste zorg vereisehen is natuurlijk. Die tot den hals in den modder is weggezonken heeft meer en spoediger hulp noodig dan die er slechts tot aan de knieën in zit. Maar is het lot van dien ongelukkige, die zooveel hulp noodig heeftdaarom benijdbaar? Zou iemand het voor zich zeiven begeerendat hij als zoo el lendig werd beschouwddat anderen zieh gedrongen ge voelden om de gcheele zorg voor hem en zijn gezin op zich te nemen? Dat is zeker wel heel gemakkelijk, maar zou het daarom begeerlijk, zou het aangenaam zijn? Neen. Ieder die eenig eergevoel bezit, die nog eenige kracht in zijn armen en nog eenige helderheid in zijn hoofd gevoeltzal niet verlangen van die zorg ontslagen te wordenzal niet begeeren dat de staat hem zijn kinderen ontneemt om ze in zijne plaats op te voedenzal niet wenschen dat hij door anderen gevoed en verzorgden onder voogdij van anderen gesteld wordt. Wat hij daarentegen wel zal ver langen en waarvan hij gaarne gebruik zal willen maken is gelegenheid om zich voor zijn werk te bekwamengelegen heid om de noodige middelen te bekomen om zijn werk te beginnen of uit te breiden, gelegenheid om zijn spaarpennin gen veilig en voordeelig te plaatsengelegenheid om voor net weinige dat hij missen kan zijn kinderen goed onderwijs te bezorgenopdat zij later in de maatschappij zich zullen kunnen redden en vooruitkomen. Naast hot verwijt dat de eerlijken en oppassenden worden vergeten ter wille van de afgedwaalden en misdadigenstaat de beschuldiging dat er wel deernis wordt gevonden met het dikwijls denkbeeldige leed van zwarten en kleurlingen in andere werelddeelenmaar niet met de ellende van den blan ken slaaf in onze nabijheid. Vóór de afschaffing der slaver nij in de Europeesche koloniën werd deze soort van senti mentaliteit niet zelden in een bespottelijk daglicht gesteld, 't Is zeker ook niet te ontkennen dat sommigenmet veel goeden wil bezielddoch geheel onbekend met den waren toestand hunner beschermelingen, zich meermalen op inder daad kluchtige wijze vergisten; maar ondanks deze dwalin gen van onkundigen bleef toch het hoofddenkbeeld waar, dat de eene mensch niet willekeurig mag beschikken over de geestelijke en lichamelijke vermogens van den ander, over zijn arbeid, zijn levenswijze, zijn huwelijk, zijn vrouw en zijn kinderen. De slavernij is een onrechteen gruwelijk onrecht, en dat onrecht kan men doen ophouden. Waarom zou men het niet doen Omdat men te gelijker tijd niet het lot van onzen Europeeschen arbeidersstand kan verbete ren? Omdat de behoeftige daglooner en de gebrek lijdende, ontzenuwdekwijnende fabriekarbeider evenzeer onze hulp noodig heeft? Maar is dat een reden om de slavernij niet af te schaffen P Men kan immers het eene doen en hot an dere niet laten. Daarbij ligt het buiten het menschelijk ver mogen, armoede en ellende weg te nemen; helpen, hinfjer- lpalen wegnemenhier en daar bijstancl tópdon en dop nood tenigen, daartoe bepaalt zich onze macht'tjiaar ceij onrtefiti èp e heffen daartoe zijn wij in staatdaartójs zijn wij verplicht, hier en overal waar wij kunnen. Do slavery is een onieeht, en daarom mag zij niet bestaan. Ongeveer hetzelfde kan gezegd worden sjmnt rent het cul- tuurstelsal in Oost-Indië. Ook hier treft «Me tegenstanders van het bestaande stelsel het verjrijf va| sentimentaliteit. Moet dan Nederland opgeofferd warden aim. dfudië vraagt men, of moeten de koloniën be4uu^ ivorfien in 't belang van het moederland? Mogen dc JWjen niet aan geregeklen arbeid worden gewend Is het gr,?/ dwaze tcfHui.-'. igheid, geen bespottelijke ziekelijke gevoeligheidte beweren dat de regeering geen recht heeftin plaats van belasting' in geldhun gedwongen arbeid op te leggen Of komen wij hier in Nederland misschien zonder arbeid door de wereld? Wat wil toch die maatschappij tot Nut van den Javaan? vraagt een andermij dunkt, er is in onze nabijheid nog zooveel te verbeteren, en er kan ten nutte onzer eigene land- genooten nog zooveel gedaan wordendat wij het verbete ren van het lot van den Javaan nog wel een veertien dagen kunnen uitstellen. Maar het is tegenwoordig mode, tranen te storten om de //arme Javanen," en inmiddels ziet men de ellende om ons heen voorbij. Is dat laatste noodig? Moet de belangstelling in het lot onzer eigene landgenooten verflauwenomdat men zich dat van den Javaan aantrekt Kan het niet gepaard gaan Ziedaar vragen met welker beantwoording men zich eerst zou moeten bezig houdenvóór men met het verwijt van sentimentaliteit voor den dag kwam. Er is hier geen sprake van het uitreiken van aalmoezen, van bedeeling of hulpbe toon, maar van de opheffing van een stelsel, dat volgens de meening der hervormingsgezinden noodlottig heeft gewerkt op den ondernemingsgeest en den handel van Nederland datofschoon aanvankelijk wellicht niet ondoelmatig, later de ontwikkeling van Java heeft belemmerden een milde bron van willekeur, om-echt en ongelijkmatigen druk voor de be volking is geworden. Volgens hunne meening zijn deze on gerechtigheden onvermijdelijke gevolgen van het stelsel zelf, zijn zij daarvan onafscheidelijkzoodat langzamerhand (niet terstond, want zulk een plotselinge omwenteling in den ge- heelen maatsckappelijken toestand zou niet anders dan hoogst noodlottig kunnen zijn) het goheele stelsel moet worden verlaten. Zij willen daarom naast het cultuurstelsel plaats geven aan par ticuliere ondernemingen, die den Javanen gelegenheid geven om te arbeiden voor een vooraf bedongen loon. Zoo willen zij een toestand van overgang in het leven roepen, waarin de gedwongen arbeid allengs door vnjwilligen wordt vervangenom later geen anderen dan vrijen arbeid te vero'orloven,Tevens zijn zij overtuigd dat het onrechtvaardig is, van Indië een zoo buitensporige bijdrage te vorderen ter bestrijding van de kosten onzer eigene huishouding, dat het trekken van zoovele millioenen uit de Oost verlammend werkt op onze eigene krachten, op den duur onhoudbaar, altijd hoogst wisselvallig is, en ons in den be- denkelijken toestand plaatst van verwende kinderendie ge woon zijn te rekenen op de schijnbaar onuitputtelijkemaar zeker eenmaal tekortschietende beurs van papa. Eindelijk nog zijn zij van gevoelen, dat Nederland, als souverein van Indië voor het bestuur en de behandeling der bewoners door hunne in - landsche vorsten en hoofden aansprakelijk is, en er niet mee af kan. deze zaak eenvoudig aan die vorsten en hoofden zeiven over te laten. Indië wordt door Nederland en in naam van Neerlands Koning geregeerd, Nederland ziet jaarlijks eenige millioenen uit Indië in zijn schatkist vloeienen ontleent aan Indië een groot deel van zijn aanzien onder de Euro peesche statenmaar dan kan Nederland ook niet volstaan met te zeggenik laat de bevolking over aan hare eigene hoofden, die haar mogen regccren volgens de iulandsche wet en de zeden en gebruiken des lands. Niet de invoering van westersche begrippen onder een oostersch volk wordt hier verlangdmaar willekeur en onrecht zijn evenzeer volgens oostersehe als westersche begrippen ongeoorloofd; en Ne derland moet toezienof soms de bevolking niet door haar hoofden wordt mishandeld en uitgeperst. Is dit het geval dan moet het met zijn gezag tusschen beide treden. Waar zulke ernstige kwestiën bestaanzal er wel geen sprake kunnen zijn van overdreven gevoelstheoriën of senti mentaliteit. W. v. n. K. Het Heerenhuis heeft den 18, met 72 tegen 41 st., ver worpen het door het Huis der Afgevaardigden aangenomen voorstel van den heer Guerard, strekkende om aan de Afge vaardigden volkomen vrijheid van spreken te verzekeren, en zulks in weerwil dat graaf Bismarck de goedkeuring aanried met opgaaf der redenen waarom hij zijn vroegeren tegenstand had laten varen. Het Huis der Afgevaardigden heeft besloten de regeering te verzoeken om tegen 1870 de belasting op het gemaal en het geslagt afteschaffen en te doen vervangen door eene inkomsten-belasting. Oostenrijk. Het Heerenhuis heeftnagenoeg zonder dis cussie goedgekeurd de wet om de belast ingen voorloopig op den bestaanden voet te blijven heffendie tot regeling van de bevoegdheid der regeering om sommige grondwettelijke bepalingen tijdelijk buiten werking te stellenen die betref fende het sluiten van huwelijken tusschen personen van ver schillende christelijke gezindten. Het Huis der Afgevaardigden heeft den 18 afgewezen het verzoek van de rechtbank te Innsbrück, om den Afgevaar digde, prof. Greater, wegens majesteitsschennis en het storen der openbare orde door eene te Hippach gehouden redevoe ring, onmiddelijk (d. i. tijdens het Huis zitting houdt) te mogen vervolgen. De commissie der Kamer voor de begrooting heeft niet 4 tegen 3 st. een amendement aangenomenom het betalen der rente van de pauselijke schuld te schorsen. Den 21 is daarover in de Kamer beraadslaagd en hef amendement door verscheidene leden verdedigdmaar feestje-den door den pre sident-minister en den minister Van finSi^ciën en verworpen met 211 tegen 111 st. De cr-ediétwet \tcird daarna aange nomen met 201 tegen 58 st. Eene deputatie van romoinsche uitgewekenenmet den hertog Lunte aan het hoofdheeft in plechtigen optocht eene petitie naar de Kamer en naar den Senaat gebracht, waarbijverzocht werd de tusschenkomst, der regeering inte- roepen, teil behoeve der te Rome ter dood veroordeelde staat kundige misdadigers Ajani én Imzzi. De èpinmissie vóór de verzoekschriften adviseerde tot mededeeling aan de regeering. waarin de minister Menabrea verklaarde teberustenterwijl hij tevens te kennen gaf, dat hooge invloeden reeds werkzaam waren om eene verzachting van het vonnis te verwerven. Het, gerechtshof der H. Consulta heeft 2 der personendie ten vorigen jare in een door de zouaven in de transteve- rijnsehe wijk stormenderhand ingenomen huis gevangengenomen zijn, schuldig verklaard aan hoog verraad en ter dood ver oordeeld. De eerste strijd te Cadix tusschen het gezag en de insur- genten heeft 60 uren geduurd en den troepen 350 dooden en gekwetsten gekost. Het verlies der door barricaden be schutte insurgenten was veel minder aanzienlijk. De kern hunner macht bestond uit 2 bataljons vrijwilligers, die de gouverneur had willen ontwapenen. Het loslaten en wapenen der veroordeelden uit het bagno wordt tegengesproken. De bezittingen der burgens zijn niet gedeerd: op al de barricaden waren borden geplaatst met het opschrift: //Diefstal zal met den dood worden gestraft." De burgerlijke gouverneur van Cadix, de heer Zamora, en de genl. Peralta militair bevelhebber aldaar, zijn uit hunne betrekkingen ontslagenwegens hunne houding bij de voor gevallen onlusten. De kolonel Miramon, een der aanvoerders van de opstan delingen te Cadixis gearresteerd te Medina-Sidonia. Den 15 heeft zich eene kleine bende car listen uit Mi randa te Rio Losa vertoond en is zij van daar met verlies van een paar gevangenen verdreven. In Leon is eene carlistische samenzweering ontdekt. Na 5 weken opengestaan te hebben is de inschrijving voor de leening gesloten; er is voor weinig meer dan het vierde van hët gevraagde bedrag (2 miljarden realen) ingesehreve De republikeinsche madridsche bladen JJücvsion en ïgualdaa zijn in rechten betrokken wegens opruiende vertoogen tijdens den opstand te Cadix maar de vervolging is gestaakt nac "t die bladen een bedaarder toon hadden aangeslagen. Bij de verkiezingen voor de gemeentebesturen zijn te Ma drid leden der liberaal-monarchale partij verkozen. In de meeste plaatsen is de uitslag in denzelfden geest geweestte Sevilla en Barcelona echter ten gunste der re publikeinen. In eenige kleine dorpen der provinciën BurgosMalaga en Alicante hebben wanordelijkheden van gering belang plaats gehad. In de madridsche Correspondenciaeen der meest gelezen dagbladenis den 16 voor het eerst openlijk de candidatuur van den hertog v. Montpensier voor den Troon voorgesteld en nadrukkelijk bepleit geworden door den heer Santa-Anna. Het Voorloopig Bewind heeft, door middel van den pau selijken nunciusden Paus gratie verzocht voor de 2 te Rome ter dood veroordeelde personen. De markies de Moustier, die aan een hartkwaal lijdt, is op zijn verzoek ontslagen als minister van buitenl. zaken en vervangen door den markies de Laralette. De heer Forcade de la Roquette is minister van binn. zaken geworden en als minister van landbouw, handel en openbare werken vervangen door den Afgevaardigde Gressier. De heer de Moustier is tot Senateur benoemd. De aftreding van den heer Pinard als minister van binn. zaken wordt toegeschreven aan zijne gestrengheid omtrent de dag bladpers en aan zijne min voorzichtige handelwijze tegenover de manifestatie Baudin. Men beweertdat ook hem eene plaats in den Senaat is aangebodenmaar dat hij daarvoor bedankt heeft. Bij Keiz. besluit is eene commissie van 20 leden ingesteld tot het ontwerpen van een reglement omtrent het toezicht op den arbeid van kinderen in de fabrieken. De heer Labaumedirecteur van het lyonsche letterkundig orgaan la Marinonnetteis gelijktijdig verwezen tot 3 maan den gevangenisstraf en 2000 fr. boete, wegens het behande len van staatkundige onderwerpenenin hooger beroep, tot 6 maanden gevangenisstraf en 3000 fr. boetewegens lastering der nagedachtenis van den voormaligen prefect van de Rhöne, den heer kdisse. Het rechtskundige dagblad le Palais wordt vervolgd omdat het de geheime policic-agenten, die in het rechtsgeding wegens de manifestatie-A/w/fe als getuigen zijn opgetreden, //stille verklikkers" heeft genoemd. Het gerechtshof te Toulouse heeft le Progrès Liberal en V Independent du Tarn, die door de rechtbanken van Toulouse en Castres vrijgesproken waren ter zake der manifestatie- Baudin, tot eene geldboete van 500 en 300 fr. veroordeeld, en 1' Emancipation, die aanvankelijk tot eene boete van 200 fr. was verwezeneene van 600 fr opgelegd. tiii'iekeiiiaiid. Het helleenscke comité van bijstand heeft zich, na de on derwerping van Rethvmno en Sfakia, niet ontbonden, maar besloten geene vrijwilligers meer naar Candia te zenden en den terugkeer der uitgewekenen niet meer te belemmeren. De minister van oorlog heeft den 30 Nov. eene circulaire uitgevaardigd tegen de desertie bij het leger, door welke de expeditiën naar Candia voornamelijk gevoed werden. In weerwil hiervan verzekert mendat de regeering de tochten van 3 stoomschepen tot het brengen van hulp aan de zich in het gebergte staande houdende candioten, krach tig ondersteunde, en het turksche ultimatum somt onder de grieven tegen de grieksche regeering dan ook op, dat deze openlijk in de Wetg. Yergadering verklaard heeft, dat een gedeelte der jongste staatsleening gestrekt heeft tot aankoop

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1868 | | pagina 1