ALKMAARSCHE COURANT
Eenenzeven tigste
O, 35,
Zondag
20 Juni.
Mma
Vcrkiezingiinanoeuvres.
Een ander Noortl-IIollamlsch
neeneen Nederlnndseli belang.
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijg
baar op Zaterdag avond te 7 uren. Prijs per jaar f 3,40
franco per post f 4,
Brieven franco aan de Uitgevers
HERM». COSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 15 regels f 0,75, voor
elke regel meer 15 Cents, behalve 35 Cents zegelrecht
voor elke plaatsing. Zij worden uiterlijk aangenomen tot
Zaturdag namiddag 1 uur; ingezonden berichten een dag
vroeger.
POSTER IJ EN.
De Directeur van het Postkantoor te Alkmaar
maakt bij
deze bekend, dat voortaan door tusschenkomst van liet
hulpkantoor te Burgervlotbrug aangeteekende brieven en post
wissels kunnen worden ontvangen en verzonden, waartoe de
brievengaarder aldaar van de vereisehte registers is voorzien.
Alkmaar, m Virectvur voornoemd,
16 Junij 1869. CARBASIUb.
Lijst van brieven waarvan de geadresseerden onbekend zijn,
verzonden gedurende de 1" helft der .ï!'™?!61,r q
MENDES DA COSTA, J. BRUIöKENb, BLCXl, S.
P KELDER, J. N. KLAUSING en C. de BOER te
Amsterdam- J W v. d. VELDE, Anna Paulownapo der
D. MUIL,'Heer Hugo Waard; C. SWARTZ, den Helder;
J. JAKOBS. Workum.
Van het hulpkantoor Burgervlotbrug:
J. KLINKENBERGde Lemmer.
Van het hulpkantoor Heilo:
N EELT JE MEIJER, Heemstee.
Van het hulpkantoor Wognum
BRANDENBURG, Voorburg.
Nog zijn ten Postkantore Alkmaar aanwezig als onbestelbaar
de navolgende brieven:
Van Paramaribo:
H. SWAAD, in de Dirk v. Hasselaarssteeg te Amsterdam,
vertrokken naar Alkmaar.
Van Alkmaar:
ANTHONY DALME1JER, te Carthagena, retour Alkmaar;
JACOB DUPE, te Valparaiso (moet worden gefrankeerd);
GERRIT WEILAND, 4e reg. Inf., zonder plaats van
stemming, doch volgens berigt uit Haarlem voor
afgekeurd; C. van VUIGT, metselaar, zonder
bestemming. T
Expeditie per landmail naar Oost-Indie, 1, 7, 15, Za July.
De KAMER van KOOPHANDEL en PABRIEKEN te
ALKMAAR maakt bekend, dat van Maandag 2i tot
Zaturdag 26 Junij e.k., van 's voormiddags 10 tot s na
middags 2 ure, in haar gewoon lokaal op het Stadhuis, ter
lezing zullen liggen:
1. Statistiek van het Koningrijk der Nederlanden, behelzende
de staten van de in-, uit- en doorgevoerde voornaamste
handelsartikelen gedurende de maand Maart 1869.
Een opgaaf van den handel en de scheepvaart van Groot-
Brittanje en Ieriand, gedurende de maand December en
de overige maanden van 1869.
Verzameling van konsulaire en andere bengten en verslagen
over nijverheid, handel en scheepvaart. 1869. I. 3 5.
Verslagen van den president en de commissarissen der
Nederlandsche Bank over 1868.
l)e Kamer van Koophandel en Fabrieken voornoemd
Alkmaar E. M. AGHINA, Voorzitter.
Junij 1869. J. P- KRAAKMANSecretaris.
be
de dienst
plaats van
2.
3.
4.
18
Gelijk de oppervlakte van de zee na den storm, hebben ook
de gemoederen na den verkiezingsstrijd tijd noodig om zich
van hun fel bewogen toestand te herstellen en tot de gewone
kalmte terug te keeren. Alle partijen hebben er belang bij
den uitslag van den kamp met juistheid te leeren kennen en
zich rekenschap te geven van de oorzaken van overwinning
of nederlaag. Zulk een nabetrachting zou ongetwijfeld uiterst
leerzaam kunnen zijnindien elke partij met den bij zelfon
derzoek passenden ernst haar eigen handelingen overwoog,
en zich afvroeg waaraan zij waarschijnlijk de overwinning ol
de nederlaag te danken heeft. Doch dit is gewoonlijk niet
het geval. Althans in het openbaar houdt men zich groot;
men juicht over de overwinningontveinst zich zooveel mo
gelijk de nederlaag, en verwijt aan de tegenpartij dat zij door
misleiding en oneerlijke middelen gezegevierd, een tweeden
kamp noodig gemaaktof ten minste haar nederlaag minder
verpletterend gemaakt heeft. Zoo ook in dit district.
Die de candidatuur van den heer van Foreest hebben voor
gestaan, beklagen zich over de middelen die in het werk zijn
gesteld om den heer Knoop in zijne plaats te doen verkiezen
en schrijven den uitslag der stemming alleen of althans groo-
tendeels toe aan bedrog en misleiding der kiezers.
Hebben zij daartoe het recht?
Op beweringen van bijzondere personen kan hier geen
acht worden geslagen. Hier mag alleen ter sprake komen
wat de erkende organen van de verschillende staatkundige
partijen beweren. Daarenboven verbiedt de billijkheid, de
handelingen van een enkele aan de geheele partij toe te
schrijven. In dit opzicht onderscheidde zich aanvankelijk de
Nieuwe Alkmaarsche Courant gunstig van de Nieuwe Noord-
Hollander. Sprekende van het bekende strooibiljet dat zich
meer bepaald richt tot de Catholiekenen waaronder staat
//een onderwijzer in Noord-Holland," zegt de Nieuwe Alk
maarsche: //Wij mogen die manoeuvre niet op rekening van
onze tegenpartij plaatsen." De Nieuwe Noord-Hollander daar
entegen schrijft het biljet //aan de liberalen" toe. De geheele
liberale partij wordt dus aansprakelijk gesteld voor het drukken
en verspreiden
cedeerd
van dit biljet. Dat is inderdaad vlug gepro- in
Allereerst komt hier in aanmerking het Dagblad van Zuid-
Holland en 's Gravenhage. het erkende orgaan der conservatieve
partij in Nederland. In het nummer van Zondag 13 en
Maandag 14 Juni 1.1. staat onder anderen het volgende te lezen
//De heer van Foreest viel niet door de macht van een
//beginsel, maar door de brutale en afschuwelijke kracht van
//de leugen en het bedrog.
//Ilct berucht vliegend blaadje van den quasi-Katholioken
//kiezer, waarin de verkiezing van den heer var. Foreest werd
//aangeradenuitsluitend tot heil der Katholieke kerkheeft
//een groot deel der Protestantsehe kiezers, bij wie de reli-
//gie-angst op zoo lage wijze was wakker geschud, zich tegen
//hem doen keeren, en daaruit vooral moet de niet-lierkiezing
//worden verklaard."
En verder
//Neen, niet door een frisschen geest, maar door een helschen
geestden geest der misleidingder verguizingder ver
dachtmaking en der beginselvervalsching viel een volksver
tegenwoordiger, wiens herbenoeming alle eerlijke kiezers die
//'t belang des lands boven die eener partij stelden, zich tot
//een eer hadden moeten rekenen."
En eindelijk
//De heer van Foreest is dus niet enkel de martelaar ge-
worden zijner vaderlandslievende beginselen, maar ook het
//slagtoffer eener zamenspanning, welke wij met volle over
tuiging een schande voor ons vaderland mogen heeten."
Tegenover al die verontwaardiging alleen de vraag: is het
niet bespottelijk, den uitslag van de stemming in een geheel
district, zoo niet uitsluitend dan toeh voor een groot deel
toe te schrij ven aan een ongeteekend strooibilj et Hoe nu!
zou dit ongeteekend stuk de meening der kiezers in dit dis
trict eensklaps hebben veranderd En nog wel omtrent den
heer van Foreestinwoner van het district, gedurende 16
jaren afgevaardigde ter Tweede Kamer? Was die candidaat
niet genoegzaam bekend Zijn dan de pogingen van het
Dagblad zelfvan de Nieuwe Alkmaarschevan de Nieuwe
Noord-Hollander, van de Algemeene Kiesvereeniging voor
Nederland en van de Kiezersvereeniging //Vaderland en Ko
ning" te Alkmaar, om den heer van Foreest te doen kennen
en waardeeren, geheel vruchteloos geweest Was dat on-
geteekende blaadje alleen voldoende om al dat werk omver
te werpen? Is misschien het blaadje zoo kort voor den
verkiezingsdag verspreiddat er geen tijd meer was om de
kiezers er tegen te waarschuwen Och neen den 5a™ Juni
kwamen de Nieuwe Noord-Hollander in een buitengewoon,
en de Nieuwe Alkmaarsche in haar gewoon nummer er tegen
op, en waarschuwden de kiezers. Was dat alles te vergeefs?
Was de kracht van het ongeteekende strooibiljet onweder-
s1 aan baar i1
Was eindelijk de niet-herkiezing van den heer van Foreest
zoo onverwacht, lag die zoo geheel buiten alle berekening,
dat men aan buitengewone oorzaken moet denken om zulk
een plotselinge omkeering te verklaren? Integendeel. Bij
de verkiezingen in Januari van het vorige jaar werd reeds
bij de eerste stemming de heer de Bruyn Kops met 1060 stem
men verkozen, terwijl het aftredend lid de heer 's Jacob slechts
930 stemmen bekwam. Tegenover den heer van Foreest ston
den toen twee liberale candidatendie 994 en 104 stemmen,
te zamen alzoo 1098 stemmen bekwamen, terwijl de heer
van Foreest 998 stemmen op zich vereenigde. Had er toen
geen verdeeldheid bestaan, dan was toen reeds bij de eerste
stemming een liberale candidaat in plaats van den heer van
Foreest gekozen met een meerderheid van 100 stemmen.
Wat nu gebeurd iswas te voorzien. Het was bekenddat
vele kiezers die gewoon waren hunne stem aan den heer van
Foreest te gevengeenszins met hem instemden in de onder
wijskwestie. Na de rede van den heer van Foreest in De
cember 1868, waarin hij rond en duidelijk zijn gevoelen
ontwikkeldebleek dit meer dan ooit. Het was alzoo te
voorzien, dat bij een verkiezing waarbij de onderwijskwestie
op den voorgrond tradde heer van Foreest in het district
Alkmaar niet herkozen zou worden. De Nieuwe Alkmaarsche
Courant is dan ook zoo beleefdden uitslag der stemming
toe te schrijven aan de kracht van de wekelijks herhaalde
logen. Maar met een blad, dat haar tegenstander met zulk
een naam aanduidt, is natuurlijk de discussie gesloten.
Doch welken invloed het bedoelde strooibiljet ook moge
gehad hebbende voorstanders van den heer van Foreest
hebben het recht verbeurd zich daarover te verontwaardigen.
Of is er niet een circulaire tegen den hèer Knoop verspreid
die voor het minst tegen dit strooibiljet opweegt? Die cir
culaire mag niet op rekening gesteld worden van de conser
vatieve partij. Het bestuur der Algemeene Kiezersvereeniging
het district Alkmaar heeft zich gehaast de kiezers te
waarschuwen tegen het misbruik hunner namen.
die men in
De
Laat ons dan zien wat de dagbladen beweren omtrent de den vorm eener onderteekening er onder geplaatst had.
oorzaken waaraan de uitslag der stemming in dit district; circulaire was alzoo evenals het bedoelde strooibiljet eenon-
wi'ten zijn geteekend stuk van een onbekende. Daarin wordt gezegd
dat de macht des Konings door de roode of radicale partij
wordt bedreigd en belaagddat de radicale partij openlijk
in de Kamer heeft verklaarddat Mr. Thorbecke en niet
Z. M. het hoofd der Regeering isdat men de jeugd wil
opvoeden zonder kennis van God en Zijn gebod dat de ra
dicalen 's lands bezittingen willen weggeven aan goede
vrienden, enz. Wat dunkt u, overtreft dit niet verreweg
het strooibiljet
Neemt dan de Alkmaarsche Courant het strooibiljet in be
scherming? Tracht zij het te verdedigen? Geenszins. Zij
beroept zich op haar verleden, op hare houding bij vorige
verkiezingen zoowel als bij de laatste. Altijd heeft zij open
baarheid aanbevolen, anonymiteit bij de voorlichting der
kiezers veroordeeld. Zij heeft het bedoelde strooibiljet
niet willen opnemen, zelfs niet willen vermelden eenvoudig
als een feit. Maar waarom heeft zij er niet tegen gewaar
schuwd? kan men vragen. Inderdaad, kak men dat vragen?
Bestond daarvoor de minste aanleiding? Hier was geen
misbruik gemaakt van namenwaaraan de vorm was gegeven
eener onderteekening. Waartegen moest dan gewaarschuwd
worden? Er was niet het minste vermoeden, dat ooit iemand
dit biljet in eenig verband zou brengen met de Alkmaarsche
Courant. Niemand heeft er op gewezen of slechts in de
verste verte op gedoeld, dat de Alkmaarsche Ct. er iets mee
te maken had. Niemand wist met eenige zekerheid wie het
had laten drukken of verspreiden. De oorsprong was en is
nog onbekend.
De Alkmaarsche Courant keurt zoo streng mogelijk alle
ongeteekende aanbevelingen en bestrijdingen bij verkiezingen
af. Openbaarheid en strijd met open vizier is en blijft hare
leus. Zij zal, zooals zij steeds heeft gedaan, haren invloed
blijven aanwenden om bij de kiezers te bewerkendat zij
alle ongeteekende stukken bij de verkiezingen okgelezen
VERSCHEUREN.
Haar doel met dit schrijven was alleen te betoogendat
het zeer onwaarschijnlijk is dat het bedoelde strooibiljet be
langrijken invloed op de stemming heeft uitgeoefenddat er in
elk geval van de andere zijde evenzeer is gezondigd, dat
geen partij aansprakelijk is voor de handelingen van een on
bekende, en dat de niet-herkiezing van den heer van Foreest
zeer verklaarbaar is zonder het zoo dikwijls genoemde strooi
biljet. W. v. d. K.
Een niet onaangename afwisseling te midden van den ver
kiezingsstrijd en zijn gewonen nasleep is ongetwijfeld de ken
nismaking met een plan tot uitbreiding onzer grenzen op de
Nederlandsche manier, tot herovering van verloren grondge
bied op onzen vijand //de zee," tot aanhechting van nieuwe
landstrekenniet door middel van het getrokken kanon
maar van het stoomgemaal. Uit goede bronnen kan omtrent
dit plan het volgende worden medegedeeld.
Het geldt hier weder de aanwinst van een 15 a 16 dui
zend bunders landgelegen tusschen het eiland Wieringen
en den vasten wal van Noord-Hollandtot aan Medemblik.
Aangemoedigd door de steeds toenemende vruchtbaarheid
der vóór een vijfentwintigtal jaren ingedijkte polders in
Noord-Holland en door de ondervinding geleerd hebbende
wat moet worden vermeden en wat moet worden gedaan om
de bezwaren en misrekeningenwaarmede die indijkingen te
kampen hadden, te voorkomenhebben zij door wie die pol
ders tot stand kwamenen zij die ze thans voltooiende
handen ineengeslagenom te trachten den grooten plas, die
hunne eigendommen omgeeft, tot land te maken.
Daartoe hebben zij de hulp en medewerking ingeroepen
van allen die aan de bedoelde oppervlakte //de Wieringer-
meer" genaamd grenzenen de voorlichting gevraagd van
onze met roem bekende ingenieurs.
Een voorloopig onderzoek der in te dijken grondenvoor
eenigen tijd in het bijzijn van vele belangstellenden gedaan(
is zeer naar genoegen uitgevallen, en daardoor is dewensch
bij allen die daarbij tegenwoordig waren bevestigd of verle
vendigd dat het moge gelukken dit werk tot stand te bren
gen. En wie zou zich niet verheugenindien het aan hen
die aldus op nieuw aan den oceaan den oorlog willen ver
klaren mocht gelukken hun voornemen uit te voeren
Zulk een echt nationale onderneming heeft aanspraak op de
belangstelling van eiken Nederlander, op de medewerking
van allen die daartoe in staat zijn.
Het plan tot droogmaking van de Wieringermeer biedt
daarenboven meer waarborgen van slagen aan dan de vroe
gere indijkingen voor een vierde eeuw in Noord-Holland tot
stand gebracht. Daarbij immers werd de ondervinding bij
vroegere indijkingen opgedaan gemist.
De Zijpede Wieringerwaard enz. werden voor ruim twee
eeuwen ingedijktmen heeft in onzen leeftijd het voetspoor