Tweecnzevenligste J aar gang.
1870.
No. 13.
ZONDAG
27 NI A A IS T.
<5>fftciccl ©cbccltc
MMv t/roole Voorjaar#- Veemarkt
te Alkmaar tcordt gehouden op
33 i nt/sdag 39 April 3 S3 O.
Voorjaarskermis te Alkmaar,
Politiek (Ppcrzicht.
ALKMAARSCHE CO I
ANT
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag
avond te 7 uren. Prijs per kwartaal O.G&, franco per post f O.SO,
afzonderlijke nommers 5 Cents.
Brieven franco aan de Uitgevers 11ERMv COSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 1—5 regels 0,75, voor elke regel meer 15
Cents; groote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag
1 uur, wordt voor de plaatsing in het eerstvolgend nommer ingestaan;
ingezonden berichten een dag vroeger.
Hij deze Courant behoort een bijblad.
STATEN DER PROVINCIE
GEDEPUTEERDE
NOORDHOLLAND,
Gelet op art. 15 der wet van 7 April 1809 (Staatblad n°. 57)
en op het Koninkl. besluit van den O1™ Januarij 1870, n". 5;
Gelet op bun besluit van den 9d"> Eebruarij 1870 n». 39
(prov. blad n°. 10);
Hebben goedgevonden
I. te bepalen, dat de berijk in de hierna te vermelden ge
meenten zal plaats hebben als volgt
voor de bewoners van den Amsteldijk, de Paden en de
Weesper zijde (gemeente Nieuweramstel), te Amsterdam op 2 en
3 Mei
in de gemeente Watergraafsmeer op 1 Mei
hu u Piemen *5
voor de bewoners van O ver-Ouderkerk (gemeente Nieuwer
amstel), aldaar op den 6d«> Mei;
in de gemeente Ouderamtel op 9 en 10 Mei
voor de bewoners van Amstelveen (gemeente Nieuweramstel)
te Amstelveen op 11 Mei;
voor de bewoners van den Overtoom (gemeente Aieuwer-
amstel) te Amsterdam op 12 en 13 Mei
voor de bewoners van den Overtoom (gemeente Sloten) aan
dien Overtoom op 14 Mei;
voor de bewoners van het dorp Sloten (gemeente Sloten
aldaar op 16 Mei;
voor ae bewoners van het dorp Sloterdijk (gemeente Sloten)
aldaar op 17 Mei
in de gemeente Uithoorn op 18 en 19 Mei;
n h u Aalsmeer u 20, 21 en 23 Mei
Egmond aan Zee (mede voor de ingezetenen
van Egmond binnen, welke gemeente met Egmond aan Zee voor
den herijk wordt zamengevoegd) op den 124"1 April des voorin
van 912 en des nam. van 15 ure;
in de gemeente Schermerhorn (mede voor de ingezetenen
van Zuid- en Noordschermer, welke gemeente met Schermer
horn wordt zamengevoegd) op den 13d=" April des voorm,
van 8—12 en des nam. van 16 ure;
in de gemeente Zuidscharwoude (mede voor de ingezetenen
van NoordscharwoudeOudkarspel en Broek op langedijk
welke gemeenten met Zuidscharwoude worden zamengevoegd)
op de volgende dagen
voor de ingezetenen van Zuid- en van Noordscharwoude op
14 April des voorm. van 912 en des nam. van 15 ure
voor de ingezetenen van Oudkarspel en Broek op Langedijk
op 15 April des voorm. van 9—12 en des nam. van 1—5 ure;
in de gemeente Uitgeest (mede voor de ingezetenen van
Heemskerk en Castricum, welke gemeenten men Uitgeest worden
zamengevoegd) op 19 April des voorm. van 9—12 en des
nam. van 14 ure en op 20 April des voorm. van 9—12 ure;
in de gemeente Beverwijk (mede voor de ingezetenen van
W ijk aan Zee en Duin, welke gemeente met Beverwijk wordt
zamengevoegd) op 20 April des nam. van 25 ure en op
21 April des voorm. van 9—12 en des nam. van 14 ure;
in de gemeente Leizen op 22 April des voorm. van 9 12
en des nam. van 14 ure
in de gemeente Spaarndam op 23 April des voorm. van
91 ure
in de gemeente Haarlem (mede voor de ingezetenen van
Schoten en Raarlemmerliede en Spaarmcoudewelke gemeenten
met Haarlem worden zamengevoegd) van 2 Mei tot en met
18 Junij, op alle werkdagen van des voorm. 912 en van des
nam. 1 4 ure en wel van 2 Mei tot en met 28 Mei voor
alle gewigten van de ingezetenen van Haarlem, en van 30
Mei tot en met 18 Juni voor alle lengte- en inhoudsmaten
van de ingezetenen van Haarlem en tevens voor alle maten
en gewigten van de ingezetenen der bij Haarlem gevoegde
gemeenten
in de gemeente Avenhorn op 20 April van des voorm. 8
tot des nam. 1 en van des nam. 25 ure (tevens voor de
ingezetenen van Beets, Oudendijk en Ursem) en op 21 April
van des voorm. 8 tot des nam. 2 ure (tevens voor de inge
zetenen van Berkhout), wordende de gemeenten Beets, Ouden
dijk, Ursem en Berkhout, voor den herijk met de gemeente
Avenhorn zamengevoegd;
te Schagerbrug (gemeente Zijpe) op 25 April van des voorm.
912 ure voor de bewoners van den Anna-Patdownapolder
(gemeente Zijpe) en van des nam. 14 ure voor de bewoners
van Burgerbrug (gemeente Zijpe); op 26 April des morgens
van 812 ure voor de bewoners van St. Maartensbrug (ge
meente Zijpe) en des nam. van 14 ure voor de bewoners
van het Zand (gemeente Zijpe); op 27 April van des morgens
8 tot des nam. 3 ure voor de bewoners van Oude Sluis (ge
meente Zijpe) en voor de ingezetenen der gemeente Wierin-
gerwaardop 28 April van 's morgens 812 ure voor de
Oewoners van Schagerbrug (gemeente Zijpe) en van 's nam.
13 ure voor de ingezetenen van Callantsoog wordende de
gemeenten Wieringerwaard en Callantsoog voor den herijk met
de gemeente Zijpe zamengevoegd;
in de gemeente Schagen op 29 April des voorm. van 8—12
en des nam. van 1—4 ure en op 30 April des voorm. van
810 ure voor de ingezetenen van Schagen eu op 30 April
van des voorm. 10 tot des nam. 1 ure, voor de ingezetenen
van St. Maarten, welke gemeente met Schagen wordt zamen
gevoegd
in de gemeente Barsingerhorn op 2 Mei van des voorm.
9—12 en van des nam. 14 ure en op 3 Mei des voorm.
van 8—12 ure;
in de gemeente Winkel op 4 Mei, van des voorm o tot
des nam. 2 ure;
in de gemeente Nieuwe Niedorp op 5 Mei, des voorm. van
812 ure voor de ingezetenen van Nieuwe Niedorp en op
5 Mei des nam. van 1—4 ure voor de ingezetenen van Oude
Niedorp, welke gemeente met Nieuwe Niedorp wordt zamen-
gevoegd j
in Se gemeente Harenkarspel en wel te Dirkshorn op 6 Mei
van des voorm. 9 tot des nam. 2 ure;
in de gemeente Warmenhuizen op 7 Mei des voorm. van
12 ure;
in de gemeente Hoogwoud op 9 Mei van des voorm. J tot
nam i en 's nam. van 25 ure (mede voor de ingezetenen
van OpmeerSpanbroek en Obdam) en op 10 Mei van des
voorm. 8 tot des nam. 1 ure (mede voor de ingezetenen van
Hensbroek); wordende de gemeenten Opmeer, Spanbroek, Obdam
en Hensbroek met de gemeente Hoogwoud zamengevoegd
in de gemeente Wognum (mede voor de ingezetenen v
Sijbekarspel en Nibbikswondwelke gemeenten met W ognum
worden zamengevoegd) op 11 Mei van des voorm.
2 ure
8 tot des I en
in de gemeente Blokker (mede voor de ingezetenen van
Ik estwoud, welke gemeente met Blokker wordt zamengevoegd)
op 12 Mei, van 's morgens 8 tot 's nam. 1 ure;
in de gemeente Twisk op 17 Mei van 's morgens 8 tot
nam. 3, (mede, van 8 tot 12 ure, voor de ingezetenen van
Abbekerk en Midwoudwelke gemeenten met Twisk worden
zamengevoegd);
in de gemeente Medemblik op 18 en 19 Mei, des morgens
n 812 en des nam. van 25 ure c*n op 20 Mei des voorm.
van 912 ure (mede voor de ingezetenen van Opperdoes,
wordende die gemeente met Medemblik zamengevoegd);
in de gemeente Wervershoof (mede voor de bewoners van
het aangrenzende gedeelte van Andijk, welke gemeente voor
dat gedeelte met W ervershoof wordt zamengevoegd) op 21
Mei van des voorm. 8 tot des nam. 2 ure
in de gemeente Grootebroek op 23 Mei van s morgeus
tot 's nam. 1 en des nam. van 25 ure (mede voor de in
gezetenen van Bovenkarspel) en op 21 Mei van s morgens
8 tot 's nam. 1 ure (mede voor de ingezetenen van Hoog-
karspel); wordende de gemeenten Bovenkarspel en Hoogkarspel
met de gemeente Grootebroek zamengevoegd;
in de gemeente Enkhuizen, op 30 en 3l Mei en 1 Junij
des morgens van 912 en des nam. van 25 ure (mede
voor de bewoners van het aangrenzende gedeelte van Andijk
welke gemeente voor dat gedeelte met Enkhuizen wordt za
mengevoegd) en op 2 Junij des voorm. van 9 12 ure
in de gemeente Venhuizen op 3 Junij vau des voorm. 8 tot
des nam. 1 ure
in de gemeente Schellinkhout (mede voor de ingezetenen
van Wijdenes, welke gemeente met Schellinkhout wordt za
mengevoegd) op 8 Junij des voorm. vau 811 ure;
iu de gemeente Zwaag op 8 Junij des nam. van 2 j 5 ure;
II. De besturen der hiervoren genoemde gemeenten uitte
noodigen, hunne ingezetenen met het bepaalde sub. I, voor
zooveel hunne gemeente betreftbekend te maken en om voorts
te zorgen, dat de belanghebbenden aan het tijdstip van den
herijk "tijdig worden herinnerd en alzoo aan hunne verplif
tingen behoorlijk kunnen voldoen.
Gegeven te Haarlem, den J3®" Maart 1870.
Gedeputeerde Staten voornoemd
R O E L L, Voorzitter.
van Vladeracken, Griffier.
op Woensdag 20 April 1S70.
KOSTELOOZE HERIJK
VAN MATEN, GEWIGTEN en WEEG WERKTUIGEN,
in het IJk-kantoor te Alkmaar, van 14 Maart tot en met 9
April 1870, op alle werkdagen, van des voormiddags 9 tot
12 uur en van des namiddags 1 tot 4 uur, Vrijdag en Zaturdag
alleen voor de buitengemeenten.
BU RGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennis der ingezetenendat het primitief kohier
der plaatselijke directe belasting, voor de dienst van 18/0,
heden door hen voorloopig is vastgesteld en ter gemeente
secretarie ter lezing ligt tot en met 5 April 1870, gedurende
welken tijd bezwaarschriften daartegen op ongezegeld papier
kunnen worden ingediend bij den gemeenteraad.
Burgemeester en Wethouders vccrr.cemd,
AlkmaarA. MACLAINE BON T.
22 Maart 1870. De Secretaris
NUHOUT van der VEEN.
De COMMISSARIS van POLITIE te ALKMAAR
acht zich verpligt te waarschuwen tegen twee personenthans
in deze provincie rondreizende, de eene zich voordoende als
koopman, sprekende gebroken Duitsck, zijnde kort van ge
stalte mager en bleekdragende een baard onder de kin op-
loopende in een knevelde ander als knecht van den koopman
zijnde eenigzins langer van gestalte, zwart van haar en uit-
zïgt, dragende een knevel.
Deze personen melden zich aan en doen allerlei leugenach
tige verhalen, zij bieden alsdan tegen spotprijzen karpetten,
tafelkleeden, katoenen stoffen en linnen aan, zeggende de ver
kochte kleeden den volgenden dag te zullen leveren en over
den koopprijs te zullen disponeren; later blijkt, dat men bij den
koop van het linnen, hetwelk zij bij zich hebben en waarvan
de levering en betaling onmiddelijk plaats vindt, veel minder
ellewaar heeftdan waarvoor is betaalden dat bet gekochte
linnen in het midden katoen bevat.
De begeerte om aan bet Keizerrijk duurzaamheid te ver
zekeren en den Branschen troon als een onbetwist erfdeel
na te laten aan zijn zoon, zal wel voor bet grootste gedeelte
de beweegreden zijn, waardoor Napoleon III tot de belang
rijke hervormingen genoopt wordt die thans de aandacht in
en buiten Erankrijk bezig houden. De Keizer is te verstandig
om niet te begrijpen, dat de tegenwoordige toestand onhoud
baar is. Nog bij zijn leven moet hij trachten Erankrijk met
bet Keizerrijk te verzoenen, opdat hij althans eenige hoop
moge voeden dat zijn werk hem zal overleven, en dat zijn
opvolger niet, gelijk de zoon des eersten Keizersde denk
beeldige Napoleon II, alleen in naam een Napoleon IV zal
zijn. "l)at bet hem mot de toegezegde hervormingen ernst is,
bewijst "op nieuw de brief dien bij den 21 Maart 1.1. aan den
Minister Ollivier schreef.
In dezen merkwaardigen brief verklaart de Keizer, dat
het oogenblik is gekomen om de hervormingen in te voeren
die door het constitutioneeleregeeriugsstelsel gevorderd worden,
dat die hervormingen in de eerste plaats de grondwet
en de voorrechten van den Senaat moeten treffen. De be
staande grondwet van 1852 zegt bij moest vóór alles
aan de Regeering het middel geven om bet gezag en de
orde te herstellen; maar daarmee was zij niet volmaakt.
Zij moest wel voor volmaking vatbaar, en dus onvolmaakt
blijven, zoolang de toestand des lands niet toeliet de open
bare vrijheden op een hechten grondslag te vestigen. Thans
aldus vervolgt de Keizer nu eer. constitutioneel regeerings-
stelsel in het leven is geroepen, is bet noodig
alles bij de wet te regelen wat eigenaardig tot bet gebied
der wetgeving behoort
aan de jongste hervormiugen een blijvend karakter te geven,
de grondwet zoo te hervormen dat zij boven allen strijd
en alle verschil van meening is verheven,
den Senaat uit te noodigen tot krachtige medewerking
aan het nieuwe regeeringsstelsel.
Daarom verzoekt eindelijk de Keizer zijn Ministers hem
een ontwerp van een Senaatsbesluit aan te bieden, waarbij
nvoor altijd" de grondwettige bepalingen worden vastgesteld
die voortvloeien uit de volksstemming van 1852 de wetge
vende macht tusschen de beide Kamers verdeeld, en aan het
volk zijn aandeel in de constitueerende macht teruggegeven
wordt waarvan bet afstand had gedaan.
Men ziet, bet is geen kleinigheid geen onbeduidende wij
ziging die de Keizer wenscht, maar een diep ingrijpende her
vorming, een geheele omkeering in 's lands regeeringsstelsel.
Merkwaardig i"s het, dat de Keizer het wil doen voor komen,
alsof het constitutioneel stelsel een uitvloeisel is van de volks
stemming van 1852, een plant waarvan de kiem reeds besloten
lag in die stemmingwaarbij het volk verklaarde goed te
vinden dat alle macht hem in banden werd gegeven, de
geleidelijke ontwikkeling van een toen reeds met ruim zeven mil-
lioen stemmen aangenomen beginsel. Verklaarbaar is het
dat de Keizer aau die voorstelling hechtbij kan moeilijk
erkennen, dat het tot nog toe door hem gevolgde stelsel on
houdbaar is geblekendoch niet velen zullen er gevonden
worden die zijn voorstelling zonder bedenking aannemen
De meest verdedigbare voorstelling van de zaak ligt nog in
deze redeneering in den brief des Keizers voorkomendein
1852 beeft het volk afstand gedaan van zijn aandeel in de
regeling van bet staatsgezag, om mij in de gelegenheid te
stellen de orde en het gezag der wet te herstellen en o
vaste grondslagen te vestigen. Thans, nu dit werk behoorlij
is verricht, geef ik aan bet volk zijn rechtmatig aandeel terug,
opdat de openbare vrijheden het gebouw mogen kroonen.
De grondwetde wetgeving en den Senaat moeten de her
vormingen in de eerste plaats gelden. Volgens de grondwet
van 14 Januari 1852 wordeu de wetten ontworpen door den
Staatsraad, waarvan de leden door den President (later Keizer)
worden benoemd en ontslagen. Die wetsontwerpen worden
vervolgens onderworpen aan de goedkeuring van den Senaat
en bet Wetgevend Lichaam, waar zij verdedigd worden
niet door de Ministersmaar door leden van den Staatsraad
daartoe door den President (Keizer) aangewezen. De leden
van het Wetgevend Lichaam wordeu door bet volk gekozen,
maar de invloed van deze vergadering is al tamelijk onbe
duidend. Zij beraadslaagt en stemt over de wetsontwerpen
en belastingen. Wordt een wijziging in bet ontwerp voor-
esteld, en wordt die wijziging goedgekeurd door de leden
ie de commissie tot onderzoek van de wetsontwerpen uit
maken, dan zendt de voorzitter dit amendement, zonder dat
er verder over gesproken mag worden, naar den Staatsraad
en deze beslist of het in behandeling zal komen of niet. Er mogen
geen adressen of verzoekschriften aan bet Wetgevend Lichaam
worden gezonden. Hoe beperkt de invloed van deze verga
dering ook moge zijn, heeft de Regeering door bet stellen en
aanbevelen van regeeringscandidaten en door de velerlei mid
delen waarmee zij hunne verkiezing bevordert en die van
andere candidaten bestrijdt en tegenwerktsteeds al bare
krachten ingespannen om zich een verpletterende meerder
heid te verzekeren.
De Senaat daarentegen is bet machthebbend lichaam bij
uitnemendheid. Hij is de beschermer der grondwet. Geen
wet mag worden afgekondigd zonder zijn bekrachtiging. In
vereeniging met den President (Keizer) stelt hij de constituties
der Koloniën en van Algiers vast, regelt alles wat niet bij
de grondwet geregeld is en regeling behoeft, en doet uit
spraak over bepalingen van de grondwet waarover verschil
van gevoelen bestaat. Hij kan zelfs in overeenstemming met
de Regeering veranderingen in de grondwet brengen. Wan
neer die veranderingen echter afwijkingen bevatten van de
beginselen der proclamatie van 2 December 1851 bij gele
genheid van den staatsgreep uitgevaardigd en door de daarop
gevolgde volksstemming bekrachtigdmoeten zij op nieuw aan
een volksstemming worden onderworpen. Zoo werd dan ook
bet Senaatsbesluit van 19 October 1852, waarbij de President
tot Keizer werd verbeven, door een volksstemming met
bijna acht millioen stemmen bekrachtigd. Deze bepaling
van de grondwet omtrent de volksstemming alleen is reeds
voldoende om te verklaren, waarom de Keizer verkondigt,
dat bet constitutioneele stelsel in overeenstemming is met
de volksstemming van 1852, en een Senaatsbesluit wenscht
waarbij de grondbepalingen uit die stemming voortvloeiende
voor goed worden vastgesteld. Door dit aan te nemen heeft
bij met den Senaat alleen te doen, terwijl bij een andere
beschouwing de nieuwe grondwettige bepalingen de goed
keuring des volks zouden behoeven.
En deze alvermogende Senaat bestaat uit de r ransene
Kardinalen, Maarschalken en Admiralen en uit die burgers
die de Keizer oorbaar acht tot de waardigheid van Senateur
te verheffen." Eenmaal benoemd, hebben zij echter zekere
onafhankelijkheid, want zij worden voor het leven benoemd
en zijn onafzetbaar; maar terwijl zij evenmin als de
leden van het Wetgevend Lichaam eenige jaarwedde of gel
delijke schadeloosstelling genieten, kan echter de Keizer
aan Senatoren, naar gelang van de door ben be
wezen diensten en den staat van bun fortuin,
lersoonlijke schenkingen toekennen die niet
lovende dertigduizend francs mogen gaan.
Van die bevoegdheid beeft de Keizer nog al eens gebruik
gemaakt, zoodat het niet onverklaarbaar is, dat vele Senatoren
zich gaarne verdienstelijk, dat is: in de oogen des Kei
zers verdienstelijk maken.
Het is niet te verwachtendat de Senaat onwillig zal be
vonden worden om te besluiten wat de Keizerlijke Regeering
verlangt, en bij gevolg kan weldra een nieuwe Eransclie
staatsregeling worden te gemoet gezien. Daarmede, meent
de Keizer, zal het werk voltooid zijn; alles zal voor goed,
zal onveranderlijk geregeld worden. Nu, dat zal de toekomst
leeren. Is eenmaal de nieuwe toestand aangenomen en het
nieuwe stelsel in werking, dan zal moeten wegvallen of ge
wijzigd worden wat er mee in strijd is. De Keizer zelf,
al heet bij Napoleon, zal het niet kunnen en niet willen in
stand houden. Nu reeds kondigt de Keizer aan. dat de
wetgevende macht tusschen de beide Kamers verdeeld, en
vele van de bijzondere rechten en bevoegdheden van den
Senaat afgeschaft bebooren te worden. Maar met recht
wordt ook nu reeds de vraag gedaan, of een Senaatsamenge
steld uit de Kardinalen, Maarschalken en Admiralen van
Erankrijk en uit door den Keizer benoemde leden, zelf wel
past in bet nieuwe stelsel, en of een Wetgevend Lichaam,
gekozen onder de oude bedeeling der regeeringscandidaten,
wel geschikt is te achten tot inwijding van bet nieuwe tijd
perk der vestiging van de //openbare vrijheden." Over de
veranderingen in de grondwet lieeft bet Wetgevend Lichaam
echter niet te oordeelen; en worden de leden uit het tijd
perk der herstelling vau de orde en bet gezag onwillig be
vonden om tot de bekrooning van het gebouw over te gaan,
welnu, het Ministerie heeft bet reeds gezegd, dan zou er
tot ontbinding moeten worden overgegaan, en dan zou zeker
de kans van herkiezing voor de vroegere regeeringscandida
ten uiterst gering zijn. Arma regeeringscandidaten!
Een handeling van het nieuwe Eransche Ministerie die
zeer de aandacht heeft getrokken, is de poging, bet aanzoek,
de onderhandeling of boe men het noemen wil, om vooreen
vertegenwoordiger van de Eransche Regeering toegang te
verkrijgen op het Concilie. Van verschillende zijden beeft men
die handelwijze afgekeurd. Voor de Kerk werd volkomen
vrijheid geëisebten voor den Staat werd elke inmenging
in de aangelegenheden der Kerk gevaarlijk geacht en in
strijd met bet zelfstandig en onzijdig standpunt dat hem be
taamt. En te recht. Zoo behoort bet te zijn, en in elk
land waar de sebeiding tusschen Kerk en Staat is tot stand
gekomen, is geen andere houding denkbaar. Maar in Erankrijk
bestaat een geheel andere toestand. Daar zijn Kerk en Staat
niet gescheiden, daar bestaat nog bet oude huwelijk, waarvan
de voorwaarden zijn geregeld bij het Concordaat van 1802.
Daar bestaat tusschen Kerk en Staat een verdragen is liet
nu zoo dwaas geredeneerdwanneer de Eransclie regeering
verklaartik wil zelfs geen poging doen om de vrijheid der
Kerk te belemmeren, maar ik wil alleen waarschuwendat
sommige besluiten die de Kerk schjjnt te willen nemenvan
dien aard zijn, dat onze overeenkomst onhoudbaar wordt
althans dat onze verhouding onvermijdelijk moet veranderen?
Men bedenke, dat de Eransche Bisschoppen door de Regee
ring worden benoemd, onder bekrachtiging van den H. Stoel,
dat de jaarwedde der geestelijken uit de staatskas bij wet
telijke bepalingen is geregeld, dat machtiging van de regeeriug
vereiseht wordt voor de afkondiging van kerkelijke bullen
en andere aanschrijvingen, dat er bij bet Concordaat een
bepaald gebed is voorgeschreven dat bij het einde van de
dienst voor het hoofd van den staat zal worden opgezonden,
dat de geestelijken bij de aanvaarding hunner bediening iu
banden van regeeringspersonen gehoorzaamheid en trouw
zweren aan liet gouvernement door de grondwet voorge
schreven, en dat zij mededeeling aan het gouvernement zullen
doen van elke onderneming ten nadeele van den staat die
ter hunner kennisse mocht komen, enz. Waar zulke ver
dragen bestaan, deels ten gunste van de Kerk, deels ten gunste
van den Staat, is de Kerk niet vrij, en de Staat ten baren
opzichte evenmin; daar komen zij zoo dikwijls met elkander
in aanrakingen is meermalen zooveel onderling overleg
noodig, dat bet niemand kan bevreemdenwanneer eene der
partijen de andere wil waarschuwen tegen sommige besluiten,
die niet zonder invloed zouden kunnen blijven op de onder
linge verhouding.
Een andere vraag is het, of de waarschuwing van de rran-
sclie Regeering noodig was. Immers de Katholieke Kerkvoog
den in Concilie vergaderd zijn alleszins in staat de strekking
der door hen te nemen besluiten en den invloed daarvan op
de verschillende betrekkingen van de Kerk met sommige Sta
ten te doorzien; en wanneer zij antwoorden dat de belangen
der kerk veilig aan hen kunnen worden toevertrouwden dat
zij ook zonder waarschuwing geen gevaar loopen die bij hunne
beraadslagingen en besluiten uit het oog te verliezenzal wel
niemand op dit antwoord iets kunnen afdingen.
Maar waartegen wilde dan de Eransche Regeenng waar
schuwen? Tegen de afkondiging van 's Pausen onfeilbaar
heid? Dit zou zeker een zeer ongepaste inmenging zijn,
want wat beeft die Regeering te maken met vraagst ukken van
kerkleer en geloof rH) schijnt dan ook alleen toegang tot liet
Concilie gewensebt te hebben om inlichtingen te geven omtrent
de betrekking tusschen Kerk en Staat, wanneer bet Concilie een
onfeilbaarheid van den Paus wilde aannnemendie zich niet
bepaalt tot liet terrein van geloof en zedeleer, maar zich uit
strekt tot de vele maalscliappelijke vraagstukken waaromtrent
de Syllabus uitspraak doet, of wel die vraagstukken zelf
wilde behandelen en beslissen. En hiervan is immers sprake.
Althans de Tijd van 22 Maart meent, dat de Syllabus, een-