Turkije.
Cliin a.
Kronijk van den Oorlog.
Frankrijk.
Donau-Vorstendommen. Te Plojeschti is den 20 eene
poging gedaan om een voorloopig bewind t-e proclameeren,
bestaande uit genl. Nic. Golesco, als regent, Johan Ghika
en Johan Bratiano. De regeering zond per spoortrein troe
pen derwaarts en talrijke arrcstatiën onderdrukten welhaast
den toeleg.
De heer de Rochechouart, secretaris der franscke ambassa
de heeftter zake van den moord te Tientsinde terecht
stelling van 3 mandarijnen en de loslating van een groot
aantal inlandsche christenen geëischt. De overheid heeft
zulks bewilligdmet uitzondering der executie van een der
3 mandarijnendie eene aanzienlijke betrekking bekleedt.
Daarop is met eenonmiddelijk bombardement der stad gedreigd.
Den 18 is de vierde ambulance der maatschappij van het
Roode Kruis van Parijs naar het oorlogstooneel vertrokken.
Nog 4 audere zullen, telkens met een tusschenverloop van
3 dagen volgen. Zij zijn elk ingericht voor 2000 gekwetsten
en kosten elk 70000 fr., benevens 50000 fr. per maand aan
onderhoudskosten. Den 12 was reeds voor een bedrag van
2.123.734 fr. ten behoeve der maatschappij ingeschreven, on
gerekend den ingekomen grooten voorraad linnen en allerlei
andere benoodigdheden. Het hoofdbestuur heeft 98000 fr.
gezonden naar de plaatsen, welke het oorlogstooneel omringen,
om in de eerste behoeften der gekwetsten te kunnen voorzien.
De uitgaaf der radicale organen le Centre Gauche en la
Cloche is op last van het militair gezag te Parijs geschorst.
Het aantal der gearresteerden ter zake van den gewapenden
aanval op de kazerne der pompiers in de voorstad la Villette
beloopt 82. Naar hunne namen te oordeelen, zijn zij voor het
meerendeel geene vreemdelingen. De krijgsraad heeft reeds 4
personen ter dood veroordeeeld, 2 tot 10 jaren dwangarbeid
veroordeeld en 2 andere vrijgesproken.
Den 18 zijn verscheidene duizenden pompiers uit de depar
tementen te Parijs aangekomen en met geestdrift verwelkomd.
De corpsen der douane-beambten hebben eene sterkte van
9000 man; de bosch- of veldwachters vormen 2 regimenten,
elk van 3000 man.
Het 7®. legercorps (genl. Douay) is van Belfort, waar het
gekantonneerd wasover Parijs te Chalons aangekomen, het
overschot van het corps van de Failly te Vitry-le-Franfais
eene kleine vesting tusschen Chalons en Bar-leüuc.
Prins Napoleon is met eene belangrijke zending naar Italië
vertrokken.
De Keizerin laat het geheele kasteel van Compiègne voor
de opneming van gekwetsten in gereedheid brengen en heeft
last gegeven om daartoe ook den tuin der Tuilerien interichten.
Den 16 is op de kermis te Haute-Faye een der aanzien
lijkste inwonersde heer de Monéis, door een troep boeven
ondanks de pogingen van den maire en den pastoor ter zijner
redding, eerst half dood geslagen en toen levend verbrand,
omdat hij niet, als andere jongelieden, dienst genomen had
en van prnisischgezindlieid verdacht werd.
In het Journal Officiel van den 21 wordt, tot het erlangen
van beschikking over het bij de wet vitn 12 Aug. verleende
nieuwe oorlogscrediet van 500 miljoen, eene 3 p.cts. leening
uitgeschreven van 750 mijj oen fr., tegen den prijs van uitgifte
van 60.60 p.ct.; bij inschrijving moet gestort worden en
voorts elke maand
Den 19 heeft de Keizer verscheidene legercorpsen in het
kamp van Chalons geïnspecteerd; overal verzochten de troepen
hem om tegen den vijand te mogen aanrukken. Later heeft
hij zich naar Rheims begeven en aldaar eenige Afgevaar
digden der rechterzijde ten gehoore ontvangen.
In de Yendée, het bij uitnemendheid catholieke gewest,
hebben zich 50000 vrijwilligers aangemeld, waaronder grijsaards
van 70 jaren. Den 15 hebben de meesten hunner eene op
zettelijk gehouden mis bijgewoond en hunne wapens doen
zegenen, en vervolgens dc reis naar Chalons aanvaard.
Het Journal de Paris schrijft ten aanzien der duitsche
gekwetsten, die in franscke handen vallendat men zo hoog
stens ter zijde van de wegen moet leggen, opdat zij niet
door de paarden vertrapt worden, en dat het eene broeder
lijke daad is om dezulken, die niet vervoerd kunnen worden,
met een kogel den schedel te verbrijzelen.
Door dc bemiddeling der americaanschezwitsersehe en
russische gezanten, aan wie de bescherming der in Frankrijk
verblijvende noord- en zuidduitschers was opgedragen, is de
maatregel tot uitzetting der duitschers in zoo verre verzacht,,
dat zij'die voorgoed aldaar te lande gevestigd zijn. genoeg
zame middelen van bestaan kunnen aanwijzen, of door be
kende personen bij de regeering aanbevolen zijnniet verwij
derd behoeven te worden.
Het, Seuaatslid M. Chevalier komt in de Revue des Deux
Mondes tegen de uitzetting der duitschers op. De 40000 te
Parijs gevcstigden zegt hij - waren nuttige burgers en
genoten wegens hun ijver en goed zedelijk gedrag de alge-
meene achting. De duitsche bankiers bewezen aan de fran-
sche kapitalisten gewichtige diensten. Moot Parijs het duit
sche element harer bevolking derven, dan zal dit verlies in
geene 10 of 20 jaren worden aangevuld.
De nieuwe opperbevelhebber van Parijs, genl. Trochu,
heeft, bij dc aanvaarding zijner betrekkingproclamation aan
de bevolking en aan de gewapende macht uitgevaardigd,
die, wegens de daarin uitgedrukte vaderlandslievende en libe
rale gevoelens, veel bijval vinden. De gewone kreet //leve
de Keizer!" wordt in deze stukken gemist.
Bij decreet van den 19 is een comité van defensie inge
steld voor de vestingwerken van Parijs, bestaande uit den
genl. Trochuden maarschalk Vaillantden admiraal Riyault
de Genouilly, den minister van o. w. David en de divisie-
genls. de Chahaud-LatourGuiod, d' Autemarre d' Ervillé cn
Soumain.
Er worden 2 sterke divisiën kanonneerbooten gevormd,
bestemd om op dc Seine tot de verdediging van Parijs
medetewerken.
Dc mobiele garden zijnna de aankomst der corpsen Mae-
Mahon en Douay in het kamp van Chalons, naar de hoofd
stad teruggekeerd, waar zij het kamp van S. Maur hebben
betrokken.
De minister van binn. zaken heeft den 19 eene circulaire
aan de prefecten gerichtaanvangende „wapentwapent
zonder eeuig uitstel" en hen aansporende; zich te beijveren
om door alle middelen soldaten te maken.
Bij decreet van den 20 is de oprichting bevolen van een
marseh-regiment cavalleric der keizerlijke gardesamengesteld
uit de depöt-escadrons van de verschillende ruiter-regimeuten
dier garde. Jérome Napoleon Bonaparte is tot dc kolonel van
dit regiment benoemd.
De departementen der Oostelijke Pyreneeën, der Nièvre
en der Cher zijn in staat van beleg verklaard.
Eene depeche uit Alexandrie meldt, dat het pruisische
schip Uertha door transchc schepen is veroverd.
Bij decreet van den 21 is langs de landgrenzen van Duin
kerken tot Lans-le-Bourg en langs de zeekust, van Saint-
Valery tot Duinkerken de weder-uitvoer uit entrepots en
de doorvoer verboden van slachtvee, vleesclimeelzemelen
en fburages.
Een der krijgsraden van de 1". militaire divisie heeft den
pruisischen officier Hart (den 12 Aug. in het departement van
de Loiret gevangengenomenterwijl hij op den openbaren
weg eene schets vervaardigde) ais spion ter dood veroordeeld.
Hart beweerde, dat hij zich door Frankrijk naar Zwitserland
begaf en ontkende het bestaan der schets, die dan ook niet
in handen der overheid gekomen is. Voor den onderprefect
van Gien gebracht, had hij bekend een spion te zijn maar
voor den krijgsraad verklaarde hij zulks gezegd te hebben
omdat die ambtenaar met alle geweld een verspieder in hem
wilde zien en het onderhoud hem begon te vervelen,
Bij de eerste opkomst der mobiele garde in het arrondis
sement Perpignan hebben de manschappen zich verzetde
officieren gehoondmet knuppels geslagen en met stecnen
geworpenzoodat de militaire macht, het oproer heeft moeten
stillen. De officieren hebben daarop hun ontslag ingediend,
maar dit op aandrang der overheid teruggenomen. De garden
zijn voorloopig weder naar hunne woonplaatsen gezonden.
Het officieel nieuws ten aanzien der krijgsbedrijven bij
Metz, den 22 te Parijs bekend gemaaktluidde minder ge
ruststellend dan het tot nog toe door graaf Palikoa mede
gedeelde en wel als volgt„De regeering heeft door de
stoornis in de telegrafische communicatie met het leger van
den Rijn geene berichten ontvangenen daarom reden te
gelooven, dat het plan van maarschalk Bazaine nog niet vol
voerd is. De heldhaftige houding van onze soldaten in de
verschillende gevechten tegenover eene veel sterkere vijandelijke
legermacht doet de hoop voeden, dat de operatiën nog kun
nen gelukken. Vijandelijke verkenners zijn bij St. Dizier gezien.'
Voor zoo ver den 23 's avonds bekend was, bedroegen
de inschrijvingen voor de nieuwe leening te Parijs en in de
departementen op den eersten dag reeds 620 miljoen. Den
tweeden dag is de leening ruimschoots volgeteekend.
De jiarijsche forten zijn met talrijke zware kanonnen ge
wapend. Aanzienlijke hoeveelheden granen en andere levens
behoeften zijn reeds, met het oog op een beleg, in de
hoofdstad bijeengebracht. De tijdelijke prefect van Parijs
heeft ter kennis der landbouwers gebracht, dat al het graan,
meel, fourages en andere voedingsmiddelen, welke zij naar
Parijs zouden wenschen te vervoerenaldaar vrij van alle
kosten in entrepot kunnen worden opgeslagen. Hij spoort
tot dat vervoer aan om de hoofdstad tot eene grootc voor
raadschuur te makenwaaruit na het einde van den oorlog
die landstreken zouden kunnen worden voorzien, waar de
oogst meer of minder geleden heeft.
Henry Bamberger, directeur der Nederlandsche Credietbank
te Parijsheeft persoonlijk aan het parijsche hoofdcomite
van het Roode Kruis 10000 fr. geschonken, half voor de
gekwetsten en half voor de betrekkingen der gesneuvelden,
en voor datzelfde doel toegezegd wekelijks 1000 fr„ benevens
5000 fr. na het, sluiten van den vrede voor het militaire
weduwen- en weezenfonds.
Bij decreten van den 22 is besloten tot het vormen van
een vijfde bataljon van het vreemdelingen-regiment en van
8 nieuwe regimenten infanterie der mobiele nationale garde,
elk 1200 man sterk; en aan de in liet dep'. van het Noorden
gevestigde belgen vergund om voor den duur des oorlogs
als vrijwilligers bij die garde in dienst te treden.
De maarschalk Randon, die naar Algiers gezonden was om
op het afzenden van troepen orde te stellen, is op zijne terug
reis ernstig ziek geworden en wordt te Lyon verpleegd.
De minister van binn. zaken heeft de dagbladen inct na
druk uitgenoodigd, om zeer omzichtig te zijn met het mede-
deelen van berichtendie den goeden uitslag der operatiën
van het leger in de waagschaal zouden kunnen stellen.
De regeering heeft een tiental leden van den Staatsraad
naar de departementen gezonden, ten einde de organisatie
der mobiele nationale garde te besturen.
Den 23 zijn te Parijs 2 caïds uit Algiers aangekomenom
de regeering eene versterking van 20000 ruiters uit Kabylie
aantebiedeu.
De generaal Trochu heeft ccnc verordening uitgevaardigd
waarbij bepaald wordtdat uit Parijs zullen worden ver
wijderd alle personendie geen middel van levensonderhoud
bezittenen wier tegenwoordigheid de openbare orde en de
veiligheid van jiersonen en goederen in gevaar zou brengen,
of ure daden zouden bedrijvenwelke zouden kunnen strek
ken om de in het belang der verdediging en der algemeene
veiligheid genomen maatregelen te verzwakken of te doen
mislukken.
Wetgevend Lichaam. 19 Aug. Een door den heer
Ferry ingediend voorstel tot tijdelijke intrekking der wet
omtrent, de vervaardiging van wapenen wordt naar do afdee-
verzonden.
20 Aug. De minister Palikao wederspreekt de bewering
der pruissen, dat zij den 18 grootc voordeelen hebben behaald;
hij verzekert, dat zij integendeel naar de steengroeven van
Jaumont, zijn teruggeslagenhij zegtdat het comité voor de
verdedtein" van Parijs ijverig arbeidt, dat, het gouvernement
in 't minst°niet bezorgd is en alles binnen korten tijd in den
besten staat zal verkeeren. De minister van binn. zaken
bericht, in antwoord op de klachten der heeren Ganibetta,
Picard en Garnier-Pagès, dat de wapening-der nationale garde
van Parijs ijverig wordt voortgezet en dat die garde den
28 in het bezit van 80000 geweren zal zijn. De mededee-
lingen dos ministers worden levendig toegejuicht.
22 Aug. Do minister deelt mede, dat er gunstige tijdingen
van Bazaine zijn ontvangen van den 19; dat hij niet in bij
zonderheden kantreden, doch dat de tijdingen bewijzen, dat
er terecht vertrouwen gesteld kan worden in de veerkracht
van Baza-ne. Aan de verdedigingswerken van Parijs wordt
met ijver gearbeid en de hoofdstad is gereed ieder te ont
vangen, die haar mocht willen aanvallen. De lieer ile
Kératry stelt voor, dat do Kamer 9 harer leden zal toevoe
gen aan het comité voor de verdediging der stad. De mi
nister bestrijdt dit voorstel, dewijl de regeering volkomen
verantwoordelijk wil zijn cn wijl eene uitbreiding van het,
comité moeilijkheden zou opleveren. Op aandrang van som-
mine leden wordt eene commissie benoemd om rapport over
het voorstel uittebrengen en deze verzoekt uitstel tot den
voteenden dag. wijl zij liet voorstel niet goedkeurt en een
ander heeft ontworjién, waarover de regeering zich wil beraden.
23 Aug. De minister van binn. zaken zegt, dat de re
geering sedert de den vorigen dag medegedeelde depeche
geene tijdingen van het oorlogstooneel heeft ontvangen. De
heer Thiers vraagt een nieuw uitstel, dewijl de onderhande
ling met de regeering nog niet afgeloopcn is [In den Se
naat werd door den lieer Rouher bericht,dat de ministerraad
uit eigen beweging besloten had om 3 Afgevaardigden en 2
Senaatsleden (den genl. Mellinet en den lieer Betrie) aan het
comité van defensie toetevoegen]. De heer Ganibettamet
nadruk op het bespoedigen der wapening aandringendezegt
de overtuiging te bezitten, dat het land aan een geduchten
rampspoed zal blootgesteld worden, indien men het niet met
de gansche waarheid bekend maakt. Deze woorden veroor
zaken eenige opschudding, maar hebben verder geene gevol
gen. De heer Glais- Bizoiu verlangt, dat men de gekwetsten
niet naar Parijs zende; Jules Simon bestrijdt hom en zegt,
dat de hoofdstad er eene eer in moet stellen om de dappere
verdedigers van het vaderland te verjilegen.
24 Amr. De regeering stelt een wetsontwerp voor, waarbij
alle gediend hebbende' soldaten onder de wapenen worden
geroepengehuwd of niet gehuwd van 25 tot 35 jarigen
leeftijd, benevens alle ex-officieren tot fiOjarigen cn alle ge- j
schikte generaals tot 70jarigen leeftijd. i)c Kamer verklaart
dit ontwerp voor urgent. Omtrent het voorst,el-7'Vry, om de j
wet waarhij de fabrikatie, de handel en het bezit van wapens
en ammunitie wordt verboden op te heffenwordt ongun
stig door de commissie geadviseerd. De minister Palikao be
richt dat den 23 in Engeland 40,00 I geweren zijn aange
kocht waarvan een gedeelte in 3 een ander in 8 dagen
zal worden geleverd. Dc heer Pellelan stelt voor om de
personendie eene jaehtacte bezit tente veroor.oven
zich in vrijcorpsen te organiseeren. De minister van binn.
zaken zegtdat dc vrijkorpsen geautoriseerd zijn over het
geheele grondgebied, en dat, dezulken, die door het minis
terie van oorlog erkend zijnals soldaten moeten behandeld
worden. De heer Thiers zegt, in naam der commissie, belast
met het onderzoek van liet voorstel-Kératrydat het, onmo
gelijk is tot eene overeenstemming met de regeering te ko
men maarom in de tegenwoordige omstandigheden geene
verwikkelingen met hot ministerie te veroorzaken, stelt hij
voor, het voorstel te verwerpen. De minister van oorlog zegt
daarop, dat, de regeering, een blijk willende geven van haren
verzoenenden geest,, besloten heeft om 3 Afgevaardigden tot:
leden van het comité van defensie te benoemen. De heer de
Kératry verdedigt zijn voorstel. De markies de Piré stelt
voor, dat de regecring de 3 leden, uit eene voordracht der
Kamer van 9 leden zal kiezen. De lieer Farre houdt eene
heftige rede en zegt o. a.„De ongelukken van het land
zijn ontstaan door dc noodlottige leiding waaronder het, ge
bukt, is gegaande Kamer moet zich verklaren of liet voor
de dynastie is, dat het, land zich moet verdedigen." Hierop
ontstaat een geweldig tumult en de spreker wordt tot orde
geroepen. De heer Buffet zegt,, dat er op het, oogeublik
slechts eene kwestie is, d. i.liet verjagen der vreemdelingen.
De discussie wordt, met 210 tegen 55 st. gesloten verklaard
en het voorx\e\-Kératry met, 206 tegen 21 stemmen verworpen.
De heer Gambetta verlangt nieuws omtrent den slag van
den 18 en omtrent de stelling der pruisische legermacht,
De min. van binn. zaken antwoordt,, dat Bazaine liet te druk
heeft om rapjiorten te zenden. Hij voegt er bijdat de tele
grammen van heden van geen gevecht melding maken; dat
vijandelijke verkenners in de departementen Manie en Aubc
zijn gezien, maar dat hij daaromtrent geene bijzonderheden
kan mededeelen; en dat de l'ransche -troepen Chiilons hebben
verlaten, om de algemeene verdediging van het land te ver
zekeren.
KBIJGSTOONEEL.
Aangaande het op 14 Aug. bij Metz geleverde gevecht,
(dc slag van Borny) wordt, van pruisische zijde bericht,
dat het eene groote verkenning van het le leger (genl. (Hein-
met e) wasten doel hebbende om den vijand aldaar op te
houden en zoo doende een gedeelte der duitsche troepen
den tijd te geven om zuidwaarts te rukkenten einde den
terugtocht der franschen (die blijkbaar de verdediging van
het versterkte kamp bij Metz opgaven en met, vermijding
van een veldslagtot achter den Maas wilden trekken) naar
Verdun tegeutehouden. Dat doel werd bereikt,maar. de
wijl het, corps in de 2 eerste uren tegen 3 corpsen streed
ten koste van groote verliezendie vooral de artillerie trof
fen. 's Avonds omstreeks 7 uren was het linkercentrum
bijna van al zijne officieren beroofd. De pruissen werden zeer
belemmerd door den wind, waardoor de kruitdamp van den
vijand hun tegenwoeien door het verblindend licht, van de
prachtig ondergaande zon. Dc door de franschen vernielde
vernietiging van het curassier-regiinent v. Bismarck is onwaar,
want het heeft aan den strijd geen deelgenomen. Het gevecht
duurde van 5 tot 9 uren. Al de pruisische divisiën hielden
het slagveld tot 10 uren bezet en zijn toen naar hunne bi
vakkeu teruggekeerd. Die terugkeer is door de franschen
aangemerkt als een bewijsdat de pruissen de nederlaag ge
leden hadden maar het, is duidelijk dat, deze hun kamp
niet onder de muren der vesting konden opslaan.
Don 15 heeft dc bevelvoerende generaal een parlementair
naar dei maarschalk Bazaine gezonden, om het begraven der
gesneuvelden voort,estellen waaroji een toestemmend antwoord
verkregen werd.
Volgens fransche opgaven vonden de pruissen zich zeer
bedrogentoen zij niet slechts de aftrekkende fransche ach
terhoede op den rechteroever van de Moezel, maar de beide
divisiën Decaen en Ladmiranlt aldaar tegenover zich zagen
mislukte lmn plan, omdat, zij, het vuur vau het fort S. Ju-
lien willende ontgaanvervielen in dat van het fort ttueu-
leuwaardoor zij zwaar geteisterd werdenalsmede door 12
mitrailleusesdieachter de infanterie in batterij gebracht
eensklaps gedemaskeerd werdenzoodat 8U00 pruissen gedood
cn naar gis 2 1-000 buiten gevecht gesteld werdenterwijl
het verlies der fransehen slechts 800 a 900 dooden en 2 maal
zooveel gekwetsten bedroeg
Prins Frederik Karei heeft zich het oponthoudden 14
door de franschen ondervondenten nutte gemaaktom met
het 2®. leirer snel de Moezel overtetrekkeu cn den 16 het
naar Verdun wijkende leger op den linkeroever der rivier
aantevallcn (slag van Mars-la-Tour), eu ook hem gelukte het.
na eene worsteling van 12 uren, den overmachtigeu vijand
op Metz terugtewerpen. 2 Regimenten dragonders der prui
sische garde werden gedecimeerd; bij de aanvallen daarvan
zijn o.a. gesneuveld prins Hendrik XKII v. Reusz en dc
eenige zoon van den minister graaf v. Itzenplitz. 's Avonds
kwam het bericht, van den slag in het hoofdkwartier des
Konings te Pout-a-Moussonen Z. M. gaf aanstonds bevel
om zijne 4 legercorpsen (waaronder het pas aangekomen
saksisclie)2 daarvan met overtrekking van de Moezelin
tweede linie te scharen achter de 4 oorpson en de garde
die aan don strijd hadden deelgenomen.
Bij het gevecht, van den 18 (slag van Rezoiiville) ver
meesterden de pruissenin weerwil van den hardnekkigen
tegenstand van den door bosscheii gedekteu vijandten
koste van zware verliezen (de Koning schrijft in een brief
van den 19 aan de Koningin, dat hij aarzelt om er naar te
vragen en namen te noemen) de dorpen S. PrivatVerne-
ville en tiravelottevan welk laatste dorjibij het invallen
der duisternisde door het omtrekken teruggedrongen vij
andelijke troepen nogmaals aangetast cn na geweldigen strijd uit
hare zeer versterkteop eene hoogte gelegene stellingen verdre
ven werden. 5 Armeccorpsen en eenige afdeelingen van 2 andere
hebben van duitsche zijde deelgenomen aan den strijdwaarvan
het terugwijken van 1 of meer corpsen der jiruissen naar dc
steengroeven van Jaumont (door graaf Palikao in het Wetg.
Lichaam vermeld) slechts eene episode schijnt te hebben uitge
maakt. Ongeveer vier duizend franschen zijn gevangen ge
maakt. Volgens fransche opgaven ldeld Bazaine zijne sterke
positie nog in den ochtend van den 19 bezet en waren de
pruissen 's avonds naar de boschachtige streek bij Moyeuvfes
geweken: naar luid van duitsche tijdingen duren tegenheeft
zich het fransche leger in den nacht van 8-19 Aug. binnen
dc vesting Metz teruggetrokken, cn zulks schijnt met de
waarheid overeenkomstig te zijnin den slag van Marsla
Tour werd Bazaine uit het zuiden aangevallen, eerst noord
en toen oostwaarts gedrevenin dien van Rezoiiville uit het,
westen aangetast, zoodat hem geene andere kens bleef dan
oostwaarts naar Metz te wijken. Een klein gedeelte van zijn
leger schijnt evenwel in noordwestelijke rjchting ontkomen
te zijn.
Metz is eene belangrijke fabriekstad met 60000 inwoners;
wijl de vesting behcerscht werd door de omringende hoogten,
zijn daarop in 1S67, ten kosten van 12 a 13 miljoen, 4 forten
gebouwd, welke in verbinding gebracht met de werken der
stad, een groot geretrancheerd kamp vormen, dat in de jongste
weken nog aanmerkelijk versterkt is.
Aan de Agance-Haoas wordt uit Mczières geschreven, dat
van de pruissen in de gevechten tusschen Verdun en Metz
40000 man gekwetst zijn, er. dat verzocht is deze door Luxem
burg en door Belgie naar Duitschland te doen vervoeren
wijl de militaire overheid buiten staat was om deze onge-
lukkigcn rechtstreeks naar Duitschland overtebrengen Belgie,
hierin geene schending der neutraliteit ziende, heeft, hier
omtrent, Engeland geraadpleegd hebbende de toestemming
afhankelijk gemaakt van die van Frankrijk en deze mogendheid
heeft haar daarop geweigerd, vreezende dat het doel van liet
verzoek was den aanvoer van versche troepen in de Rijn-
provincie cn in het oosten van Frankrijk niet, te belemmeren.
Volgens pruisische opgaven bedroog het verlies der fran
schen op 14, 16 en 18 Aug. 12000 a 15000 gesneuvelden,
en aan dooden. gewonden en gevangenen 50000 man. Ouder
de gevangenen bevindt, zich de genl. Plombon. Van dezelfde
zijde wordt gemeld, dat de franschen den 19 's nachts ge
schoten hebben oji officieren van gezondheid die fransche
gekwetsten verbonden en op ambulances, en dat zij door
hunne schoten een trompetter gewond hebben, die met 2 offi
cieren en 1 dragonder met een witte vlag naar Metz gezon
den was, om namens dc fransche artsen, die bij dc gekwetsten
waren achtergeblevenom hulp te vragenwelke zending
daardoor moest opgegeven worden. De fransche bladen-spreken
dit bericht ten stelligste tegen.
Aan den Koning van Saksen Leeft Koning IVilhelm den
21 bericht, dat diens troepen een roemrijk aandeel aan de
overwinning van den 18 hebben genomen maar dat zij ver
liezen vau zeer groote beteekenis geleden hebben.
Te Metz is groot gebrek aan voldoende geneeskundige
liulj) voor de duizenden gekwetsten waarvan de verminkin
gen huiveringwekkend zijn.
De Keizer, in den vroegen morgen van den 14 van Metz
vertrokken, is den 17 's avonds in het, kamp van Chalóns
aangekomen, van Verdun in een rijtuig 3". kl„ zijn gevolg
in goederenwagens. Den 15 kwam een ter zijner oplichting
afgezonden escadron lanciers te Longeville, maar moest zich,
eene overmacht van franschen vindende cn een spoorweg
brug in zijnen rug gesprongen zijnde, overgeven. Tusschen
Gravelolte en Etain is de Keizer, die door 3 regimenten ca
valleric gedekt was, wederom vervolgd, want spoedig na zijn
vertrek vertoonden zich pruisische officieren in de herberg
waar hij ontbeten had.
De pruisische genie heeft ecu aanvang gemaakt met het
leggen van eenen ceintuur-spoorweg, ten einde den toevoer
van levensmiddelen uit Duitschland voor de ver van do
grenzen verwijderde troepen te verzekerenzonder een hin
derpaal in de vesting Metz te ontmoeten.
De parijsche bladen zijn zeer verontwaardigd over het
gedrag van den beierschen genl. Ikrede, die het geheele
dorp Ancy heeft in de asch gelegd, omdat een paar zijner
lanciers den vorigen dag door een boer in dat dorp met
steenen waren geworpen.
Graaf Bismarck heeft een streng onderzoek geëischt, om
trent plunderingen, door hessisehe en pruisische troepen, in
weerwil vau de pogingen harer officierengepleegd te Faul-
quemont en te Remilly en den wenseli te kennen gegeven,
dat de dagbladen dit feit zullen bekend maken en de schul
digen aan den kaak stellen.
Toul is den 16 gedurende 5 uren door de pruissen uit 2
batterijen gebombardeerd. Volgens het Journal de Langres
hadden de belegerden door hun vuur aan de pruissen een
verlies van 700 man toegebracht en slechts 10 man verloren,
en hadden zij bij eenen uitval door 2 bataljons der mobiele
garde 2 kanonnen veroverd. Den 17 is de stad berend. De
helft der belegerende troepen is later naar Nancy vertrokken-
Den 18 is liet zware belegeringsgeschut uit Coblenz voor
Straatsburg aangekomen. Den 17 is een voor de stad liggend
dorp door dc duitschers in brand geschoten en den 19 de
stad zelve van de zijde van Kehl met ruim 1000 schoten ge
bombardeerd, waardoor aan de citadel belangrijke schade is
toegebracht. De genl. v. ff er der heelt,ter zake van het
in brand schieten der open stad Kehl, den commandant van
Straatsburg aansprakelijk gesteld voor zoodanige., onder be
schaafde natiën ongehoorde wijze van oorlogvoeren en doen
weten, dat hij de schade door oorlogscontributiën in den Elzas
zou verhalen. Een uitval van 1500 man, met geschut naar
de zijde van Gswaldis door eene badensche compagnie af
geslagen tot zij versterking kreeg, waarna de franschen met
verlies van 8 gekwetsten 3 niet-gekwetsten en 3 kanonnen
werden teruggedreven. In den nacht van 2524 heeft de
infanterieonder bedekking van het veldgeschut en der bat
terijen van Kehl, op 1000 schreden afstand van Straatsburg
eene vaste positie ingenomen en zich van het station mees
ter gemaakt, zonder eenig verlies te lijden. Sedert den
avond van den 23 is de stad uit, de batterijen door belege
ringsgeschut, beschotenwaardoor aanzienlijke schade aange
richt de rechterzijde der citadel afgebrandhet arsenaal
uitgebrandeene batterij mortieren tot, zwijgen gebracht en
kleine buskruitmagazijnen gesprongen zijn. Aan de duitsche
zijde werden geene verliezen geleden, behalve het afbranden
van 20 cn het, belangrijk beschadigen van andere huizen te
Kehl. Het geschut van Straatsburg wordt met, behulp van
vele daar wonende oud-gedienden der artillerie uitmuntend
bediend.
Volgens liet Journal d.s Débals is de b". de Bussières
Afgevaardigde van Straatsburg cn lid van het bestuur van
het Roode Kruis, terwijl hij zijne ambulance in de Rupreehtsau
bij Straatsburg bestuurdedoor de pruissen in arrest geno
men en als krijgsgevangene naar Rastadt gevoerd, waar hem
elke briefwisseling ontzegd is.
Talrijke duitsche kolonnenuit landweer-tr-oejien samen
gesteld eu uit het, oosten komendetrekken de Vogeezen in
noordelijke richting door. Een dor tot het, overtrekken van
de Moezel te Bayon door de pruisische pontonniers gelegde
bruggen is onder het, gewicht der artillerie bezweken. Naar
men verneemt zijn 400 krijgsgevangen gemaakte turco's en
zouavendie in eene kerk te Landau waren opgesloten
ontsnapt cn meerendeels op fransch grondgebied aangekomen
(Cournier des Fosges).
Den 14 hebben eenige afdeelingen van het, 6®. silezisehe
legercorps dc in dc Vogeesen gelegen vesting Pfalzburg
die liet vrij gebruik van den licirweg van Straatsburg over
Zabern naar Nancy belemmert,met goed gevolg gebombar
deerd; de commandant heeft echter de overgaaf standvastig
geweigerd. Daar de marsch van liet eorjis niet mocht worden
opgehouden, is slechts eene kleine afdeeling achtergebleven
om de plaats intesluiten.
Het onder den Kroonprins naar de Marne voort,gerukte
pruisische leger heeft den l8Mireeourt cn Neufcliateau bezet.
Volgens de Patrie is een detachement jiruisisehe lanciers-
dat tot Chaumont doorgedrongen was, den 22 door vrijcorp
sen ingesloten en, met achterlating van vele dooden en ge
kwetsten, op de vlucht geslagen
Den 25 stonden de pruisische voorposten reeds tot voorbij
Chalons, waarvan het kamp den 23 door de franschen ont-
jmjmcl en verbrand is. Mae-Mahon had toen zijn hoofdkwar
tier overgebracht naar Courcelles, één uur van Rheims,